Kampen, 9 Febr. Het ijs vast, met een open
vak van ongeveer 30 meter beneden de brug.
Grave, 9 Febr. Volle ijsgang in de rivier.
Blauwe Sluis, 9 Febr. De Maas vol drijfijs;
overtocht met roei booten.
's Bosch, 9 Febr. Boven het veer te lledel het
ijs vast, beneden het veer blank waterde
schipbrug is ingenomen en de stooin- eu scheep
vaart geslaakt.
Heusden, 9 Febr. Veel drijfijs op de rivier.
Z. M. heeft aan E. H. Coeleman, gewezen
adjunct commies der 2de klasse ter provinciale
griffie van Gelderland, verleend een pensioen ten
laste van den staat, ten bedrage vati ƒ598'sjaars,
op grond van art 3, lit. a, en 4-3 der wet van
9/3 Mei 1343/51 (Staatsblad n°. 24/49).
Z. M. heeft de benoeming van F. W. C. Merkens,
burgemeester van Arkel, tot secretaris dier ge
meente bekrachtigd.
Z. M. heeft goedgevonden te benoemen tot
kommandeur der orde van den Nederlandschen
Leeuw den heer M. A S. Von Brandt, zaakge
lastigde van den Noord Duitschen Boud bij de
Japausche regeering.
Z. M. heeft goedgevonden te benoemen1'. tot
lslen luit.-k warlierm. (naar ouderdom van rang)
bij den staf der inf., den 2den luit. kwartierm.
P. G. Asmus, van het regitn. grenadiers en ja
gers; bij het 1ste reg. inf., den 2den luit. kwar
tierm. J. H. H. Vogel, van het korps; 2'. tot
kapit. administrateur van kleeding en wapening,
bij het 3de reg. vest. art., den kapit.-directeur
van het garn.-hospiiaul te Maastricht H. Balk;
3'. tot Isten luit -directeur van het garn hospitaal
te Maastricht, den lsten luit. kwartierm. W. F.
A. öchoevers, van het 2de reg. vest.-art.
Ahstirdak, 10 Febr. Naar wij uit goede bron
vernemen, was de heden te 10 uren bij de heeren
Wertheim en Gompertz opengestelde inschrijving
voor de nieuwe vennootschap „het gemeenlc-credriel"
reeds na een kwartier volgeteekend Van het kapi
taal, groot een miltiocn gulden, was tweehonderd
duizend door de oprichters gereserveerd. De be
schikbare acht ton zijn dus direct genomen.
Haarlim, 7 Febr. Aan den gemeenteraad alhier
is mededeeling gedaan, dat de Duin watermaat
schappij met deze maand zal aanvangen met het
leggen der buizen door de Groote Houtstraat,
Groote Markt, Battejorisstraat, Kruisstraat, den
Kruisweg naar het spoorwegstation met een zijtak
naar het Kenaupark, en aanwijzing gevraagd
heeft van de punten, waar braudkranen moeten
geplaatst worden.
Alkmaar, 9 Febr. De Raad dézer gemeente
heeft heden besloten de Rijks Hoogere Burger
school met 3jarigen cursus in te richten tot eene
met 5jarigen, en zulks nadat de Minister van
Biiineiilandsche Zaken heelt verklaard bereid te
zijn aan den Koning die uitbreiding voor te stellen,
indien de gemeente op zich neemt de gewenschie
verandering in bet beslaande gebouw aan te
brengen. Er zal een nevengebouw voordelessen
in het chemisch onderwijs enz. worden opge
richt.
Met September a s. zal alzoo eene 4de klasse
kunnen wórden geopend, indien althans het daar
voor vereisclue peisoneel benoemd zal zijn.
's GKAVtsHAOh, 1U Februaii. Aan het ministerie
van Biniieulandsche Zaken is lieden aanbesteed:
1". liet maken van gebouwen en eeuige andere
werken voor het hoofd magazijn en de centrale
werkplaats te Zwolle len behoeve van de staats
spoorwegen, en 2'. hel verplaatsen der schipbrug
over de Maas bij lledel, len behoeve van den
spoorweg van Utrecht naar Boxiel. Minste in
schrijvers waren, voor de eerste besteding, de
heer E. R. Kuypers te Heerenveen, voor/66179;
en voor de tweede besteding de heeren I. Fischer
en A. De Bijl te 's Bosch, voor /I2H47.
Gisterenavond heelt Dr. Zaalberg in eene
overvolle zaal der vrijmetselaarsloge eene voor
dracht gehouden over de godsdienstige ontwik
keling ill verband tot de strijdvragen van den
dag. In eene schitterende improvisatie, doorweven
met treffende opmerkingen en leermgen van liis-
torischengodsdienstigen en meiischkuuriigen
aard, wist hij de aandacht zijner talrijke hoorders
doorgaande te boeien en voor ieder de waarde
te doen uitkomen van eene vrije en frisscbe gods
dienstige opvalling en toewijding, evenzeer
los van priestergezag als van orthodoxe schrift
geleerdheid, een formalisme, die heiden in alle
eeuwen heen en thans niet 't minst zoovéél af
breuk deden aan de vrije ontwikkeling van den
waaiachtigen godsdienstzin en aan de vorming
van een echt godsdienstig bewustzijn, dat hart
en geweten, liefde tot God en evenmensch lot
richtsnoer heeft
Dklft, 10 Februari. Hedenvoormiddag is een
aschkar met een paard bespannen, op het Oude
Delft, nabij de Bin oen watersloot, in de gracht
geraakt en door het ijs gezakt. Niet zonder veel
moeite heeft men het paard door middel van
touwen tegen den hoogen kunt opgehaald, terwijl
men later door middel van een kaapstand de kar
weder op den wal heeft getrokken.
Dtelcut, 9 Febr. Naar wij vernemen, is in de he
den ten huize van den heer Harting gehoudene ver
gadering der voorloopige hoofdcommissie van het
schoolverbond besloten, op de eerstvolgende alge-
meene vergadering alle leden van hel Verbond, die
zich daartoe aanmelden, toe te laten. De vergadering
zal niet te Utrecht, maar elders gehouden wor
den. In het concept reglement zijn verscheidene
vereenvoudigingen en wijzigingen aangebracht;
om alzoo aan het door velen uitgedrukt verlangen
te voldoen, zullen de aldeeliugen minder geld in,
de kas van het hoofdbestuur behoeven te storten.
In groote steden zal niet meer dan éene afdee-
ling kunnen opgericht worden.
Als art. 1 wordt nu voorgesteld:
„Het Schoolverbond heeft ten doel allerwege
in ons Vaderland een geregeld schoolbezoek te
bevorderen."
's-Bosch, 10 Febr. De gisteren alhier gehouden
samenkomst van gecommitteerden uit de gemeen
tebesturen, die belang hebben in den ontworpen
spoorweg Tilburg-'s Bosch Nijmegen, ten einde in
het nog ontbrekende kapitaal te voorzien, heelt
geduurd van des middags 1 uur tot halfvier. Daarop
zijn verschenen: commissiën uit verschillende be
trokken gemeentebesturen en raden, de Kamer
van Koophandel en voorts particulieren.
Het voorzitterschap werd waargenomen door
den heer Jhr. Mr. E. De Kuyper, burgemeester
van 's Bosch.
Er is gebleken dat reeds ingeschreven is voor
1»04 aandeden, zoodat van de 899 nog te plaatsen
aandeden overblijven 582.
Waalwijk, 8 Februari. Op de stoomboot Dolphijn,
varende van hier op Rotterdam, had gisteren
morgen het navolgende onheil plaats, dat de on
gelukkigste gevolgen had kunnen hebben.
Een der luchtpijpen van den stoomketel was,
door welke reden is ons onbekend, gesmolten,
en nu moest de stoom zich eensklaps geheel en
al door een klein pijpje zijn weg banen, waar
door ontzaglijke rookwolken met een oorver-
doovend gesuis en gebrom in de machinekamer
en op het dek zich ontlastten. De passagiers
sprongen van boord, eenige in het water, andere
aan wal; een hartverscheurend geroep en gekerm
liet zich hooren; doch gelukkig kwamen passa
giers en bemanning der boot met den schrik,
sommige daarenboven met een nat pak, er af.
Marssim, 9 Febr. Een onzer vermogende inge
zetenen heeft eene herberg gekocht, met het
doel, naar men verzekert, om die tot een ge
bouw voor eene op te richten Christelijk Natio
nale school te veranderen. Met het openbaar
onderwijs is men hier overigens wel tevreden.
HAAGSCHE KEUVELAEIJEN.
Het Binnenhof, sedert eenige weken verlaten,
zal eerstdaags de traditioneele levendigheid her
krijgen, die de zittingen van de Tweede Kamer
met zich voeren. Wij Hagenaars letten daar niet
meer op, maar voor een vreemdeling moet dit
toch wel eens aardig zijn. Als men toch des
zomers schier dagelijks de groepjes buitenlui
ziet, die door de uiterst fashouable gidsen van
de sierlijke stadhouderspoort binnen de verga
derzaal of, volgens de meer geijkte uitdrukking,
Statenvergadering, ziet leiden; als men dan die
goede lui met open mond en wijd gespalkte uogeu
den troon ziet bekijken; en van den „consjierge"
hoort, op de wijze van den uian met de rarekiek
daar heb je de presidentsplaats: krik alweer een
ander ding: de plaatsen van de snelschrijvers, van
de leden enz enz. en dit alles om de dubbeltjes,
die een hand, soms een heel poezelig handje, met
een: dat slaat in uw beleefdheid, in ontvangst
neemt, dan mag men vragen of voor die go» e
lien niet veel meer genot is weggelegd in een
openbare vergadering.
Zij moeten zich al dadelijk pleizierig gevoelen
bij dat zien heen en weer trekken van die boden
met de groote ministers portefeuilles, dikwijls op
den voet gevolgd door een of anderen minister,
of omgekeerd; dat flaneeren van de leden en het
publiek voordat de zitting begint; bij de drukte van
sommige groepjes, meestal politieke tinnegieters,
die de hoofden bij elkander steken al gaat er
daar binnen niets ombij dat kruisen in den namid
dag van rijtuigen met mooi uitgedoste palfre
niers; ook van vigilanten die de afgevaardigden
uit iniastbijgelegen steden moeten behoeden voor
het verzuimen van den trein; kortom bij die
aangename drukte die altijd met de Kamerzittin
gen gepaard gaat.
Maar nu daar binnen het raderwerk, dat
straks stilstond, in volle werking te zien. Al die
mannen, wier namen zij zoo dikwijls in de cou
rant voor de meesten, ten minste de bezoekers
van de publieke tribune, de krant lezen, al be
wijst dit nog uiets voor de bekwaamheid, geschikt
heid en den ijver waarmede deze hun mandaat
vervullen, te kunnen aanschouwen die minister,
waarover zooveel monden gaan, eens op hun ge
mak te begluren, en vooral den minister Fock, dien
bederver van de jeugd, zooals pastoor of dominé
heeft ezeit; kijk, dat moet toch wel de moeite
waard zijn. Eu wat moet het niet een streelend
gevoel zijn voor boeren en boerinnetjes, die nog
al eens de blikken van de heeren aantrekken;
natuurlijk de boerinnetjes, om hun boerenheer
of den vriend van mijnheer A., wiens naam zij zoo
geheel om hem te believen op het stembriefje
zetleden, te zien zitten. En dit is ook het eenige
luisteren, ach daar zal minder op worden gelet.
Het is die meuschen ook niet kwalijk te nemen,
want het is er veeltijds meer dan saai. En zijn
onze heeren aan het kijven, dan bemerkt men er
al heel weinig van. Een of andere uitgalm, maar
anders alles binnen de grenzen van het reglement
van orde, en daaraan wordt tegenwoordig duch
tig de hand gehouden.
Het is bij ons niet zooals bij onze naburen.
Wij behoeven niet eens zoo ver te gaan, maar treed
eens de Belgische Tweede Kamer biunen. Daar
is wat anders te koop: stikvolle, tribunes, de eene
toehoorder al meer met de hand aan het oor dan
de ander. En nu zou men denken dat het quaes-
tiën betrof waarbij 's lands belang op het spel
stond? Verre van daar. De Belgische Kamer is
een plaats van amusement, van ontspanning.
Daar wordt gestreden en geleden; een echte
Poolsche landdag. Het minste en geringste geeft
aanleiding tot dispuut, spitsvondigheden en ver
ward geschreeuw. De partijen staan scherp tegen
over elkander; de minste loer die men elkander
kan draaien wordt beproefd en dan wordt er maar
op ingehakt, ondanks de vertoogen en protesten
van den heer Dolez, wiens zwakke stem geheel
verloren gHat.
Een staaltje: In de vorige week werd behan
deld de aanvraag van een procureur-generaal tot
vervolging van een van de afgevaardigden wegens
eene begane manoeuvre, die ietwat den tint van
valschheid in geschrifte had, om op de kiezers
lijsten geplaatst te worden. De betrokken afge
vaardigde vei heft zijn stem, na het uitbrengen
van het rapport der commissie, dat tot toestem
ming adviseerde, om zich te verdedigen tegenover
deze aanklacht, die slechts door politieken haat
is ingegeven. „Doe het voor den rechter," wordt
van de linkerzijde geroepen. „De rechters zijn
partijgangers en agenten van het ministerie om
politiek eneven bedoelingen te bereiken", antwoordt
hijGroot kabaal; van alle kanten: tot de
ordel tot de orde! Beleediging van de magistra
tuur! De president belet hem eindelijk met mede
werking van het gedruisch der linkerzijde na
veel tegenspartelen voort te gaan en verzoekt
den spreker zich slechts uit te laten over de prea-
lable quaestie: de vraag van den procureur
tot vervolging.
De minister van justitie, de heer Bara, een
joqge eu levendige gestalte niet zwart haar en
vonkelende oogen, staat op, neemt het woord,
geeft eenige losse gezegden over de zaak zelve
ten beste en treedt in de quaestie waarover den
vorigen afgevaardigde het woord ontnomen was.
Maar de president valt hem in de rede en belet
hem eveneens voort te gaan.
De schadelreude die toen onder de katholieke
partij heerschte, dat uitlachen, zie, er scheen
geen einde aan te komen; van hunne banken
riepen zij .- „halte Ik! ici on lie passé pas." Zou
men hier niet onwillekeurig aan kinderspel gaan
denkenEn toch, met dit al voert de Bel
gische vertegenwoordiging oneindig meeruitdan
de onze. Wie kan mij dit vraagstuk oplossen?
Ik zou gaarne ook wat kunslnieuws geven,
maar er is zoo bitter weinig. Ziehier echter mijne
schaarsche sprokkelingen.
Onze Opera sukkelt met den fort-tenor, een
kolossaal en dik persoon, met een sterke stem.
Die man heeft echter het ongeluk gehad steeds
te geven wat hij heeft. En het spreekwoord is
bekend: die geeft wat hij heeft, is waard dat
hij leeft. VVij hopen dan ook dat de tnau die nu
ziek is en een verlof van eenige Weken beko
men heeft tot herstel van gezondheid, zonder
behoud van traktement, spoedig hersteld moge
terugkeeren.
Of de directeur zooveel mogelijk het „les extrê-
mes se touchenl", in praktijk heeft willen bren
gen wie zal dit durven beslissen, maar zeker
is het dat wij nu een ineengedrongen man
netje voor tenor hebben, en dat wel den gunstig
bekenden zanger Caubet. De man heeft ons ge
hoor vroeger te veel gestreeld oin hem nu hard
te vallen dat zijne stemmiddelen dien onbeschrtj-
felijken indruk niet meer op ons hebben als voor
heen. Intusschen is Caubet nog altijd een gerouti
neerd zanger. Het succès d'estime waarmede Cau
bet dan ook bij zijn wederoptreding iu La Juive
werd vereerd, was ten volle verdiend.
Een ander nieuwtje is, dat de heer Faubel, de
bekende pianist, die gedurende eenige jaren met
den heer Jahn de directie voerde doch om redenen
waarvan het geheim in eene schoone provincie
stad schuilt, sinds geruiinen tijd geen deelgenoot
meer was, thans weder de mede-directie zou
aanvaard hebben. Sommigen gaan zelfs zoo ver
met te zeggen dat de directie in het volgend
jaar, die reeds den heer Jahn opgedragen is, ge
heel op den heer Faubel zou overgaan en
deze dan in het huwelijk zou treden met Mllo
Mézeray, eene begaafde Chanteuse légère, rlie:
twee vorige tooneeljaren de lievelinge van om
schouwburgbezoekers was.
Ik wilde u nog iets vertellen van Mile Heilbro
Onze tegenwoordige Chanteuse légère, maar,,
bewaren wij daarover liever het stilzwijgen,
zou anders te veel op diplomatiek terrein im
ten treden en dit is voor een leek zeer gliblierJSK
ï-» 5
kur
krii
lint
ord
dan
en
lNCiEZONDElV.
den
- hoo
Mochten wij reeds vele genoeglijke en r. i
nuttige avonden in de werkm. vereeniging J
en Genoegen hebben bijgewoondde avond vj
7 Febr. j.l. zal bij ons evenals bij velen iitt;
lang in het geheugen blijven. In eene welsp
kende en boeiende lede schetste de Heer W.j j;
Woliers den toestand van den werkman. ve/f
Tot onderwerp bad hij de vraag gesteld„ff jjee
zijn Veor onzen tijd de grootste behciefieu van 4 (je
werkman"? Wij willen niet trachten de at per.
woorden weer te geven, welke hij afkeurde, wind
als o. a. de werkstaking enz., als zou dit \tiin i
den werkman dienstig zijn voor verbeieri»in
maar willen terugkomen op het door zijn Zligen
gegeven antwoord op de vraag. Z(l0
Met warmte en gevoel gaf hij als antwonwei
op de vraag: wat zijn iu onzen tijd de grootste,l afge
hoefien voor den werkman? onderwijs! ol'mider
stens de zucht naar goed onderwijs. Een kregcht
zeide spreker, moest uit de werklieden opgangen
welken zij door niets moeten laten smorr'têffl
één kreet: Geef ons goed onderwijs. Getegf
werkstaking! meer loon! maar met alle krat der:
en als mannendat is met bedaardheid en ovt E
leg het onderwijs voor zich en de zijnen tracht: bezi
te bevorderen. aan
Schoon en treffend waren de woorden dsrale
den geachten spreker op eene recht popularuitg
wijze gesproken. Het is van ons evenmin vleit» die
als wij hetn lof toezwaaien, als dat het hem vit nog
taal was toen hij betuigde uiet genoegen totB
te spreken. Maar ook, wij vragen dezelfde It sten
genegenheid als wij het niet geheel met hem et Eiq
zijn. Het is immers wel geoorloofd dat de wei van
man zijne meening zegt over zijne belangt wei
Zeerzeker is het antwoord van den lezer van
Gelukkig! ieder mag zijne meening over dit zou
dat onderwerp zeggen, mils zij liet kenmerk drat en
van gemoedelijkheid eu ernst. Zoo
Vragen wij verschooning als wij niet gets eu
het gevoelen van den spieker konden deelen.l: dee
it niet omdat wij niet met hem instemden d te c
alleen door onderwijs verbetering voor den werition
man te wacluen is. Alleen door onderwijs turad
de billijke vraag, door hem gedaan, worden En;
antwoord, om beter voeding, kleeding, wordinopv
ook wat hij niet vraagt maar nitt minder troodilU,(
heeft, beter uitspanning Maar waar wij niet medhtd
instemden is, dat de zucht naar ouderwijs va hel
hein zou moeten uitgaan, die niet weel wal luvnj
is. Een eenvoudig voorneeld zij genoeg: HoekiSclu
de leerling van de school voor on- of min» aan
inogeiideii (immers dal isile toekomstige werkumi Cei
boe kan, zenen wij, die jongen die dHurwe.ii- ziel
of geen teekeunuderwijs krijgt, een zucht naai siëi
voor hein onmisbare teekeukenuis vei krijgei gev
Bui
bez
Wat toch is een werkman zonder die kennis
Ware dit allen bekend die het nooilig hebli-i
en het oog missen, ons dunkt, velen balden i- 439
mist en slieten die op den een of den ander, het
op zich zeil'; maar geen nood, zij zijn nog slapein zak
Wij zullen ons niet wagen namen te noemt 'oei
op welke lagere scholen en aan welken stait Op»
de beginselen van het teekenen goed wordt 32,4
onderwezen; wij geven geen staiisiiek van h, Mn
aantal kinderen in betrekking tot het aantiB1"1
onderwijzers op de verschillende scholen: v 'en
zouden te uitvoerig worden en wellicht niet i'j1
slaat zijn te verklaren waarom de werkjongefflei'i
in het algemeen geen gebruik kan maken vu: Stat
het hier met lof genoemde Genootschap M. S. t- Bei'
Genoeg, wij zien het, wij hebben werklieden d 'we
uiet kunnen teekenen, ja, wij schamen ons hi'Aig
te zeggen, die niet willen leeren teekenen. I "at
waarom? Zij weten niet wat het onderwijs is Uel
En verder. Wij gaan naar den spreker teruf l"'
als hij eene beschouwing geeft op de vele, detn E
meer, de ander minder goed ingerichte, gebouw Ban
voor onderwijs die onze stad versieren, en welk haï
duizenden guldens aan den staat en de stad koste va"
en als hij ons vraagt of wij dat afkeuren i
misgunnen, antwoorden wij met hem, dat wij d»>
al heel dom zouden zijn. En toch, er zijn er vele: nel
die niet begrijpen, dat, zoo dit niet bestoni
men den regel al gesteld zou hebben waaruit met
berekenen kan wanneer de wereld moest vet
nag
8011
SCll
gaan. Neen, wij keuren goed, ja juichen toe R» 'a"
ook aan de wetenschap gedaan wordt, maar w»l
wij willen dat is dat de gelegenheid om te leeret
in gelijke verhouding naar de behnefte voorde'
werkmaü worde aan de hand gedaan. Wil uiet
dat uiet, dan moei uien die stompheid, die laiiff
heid ook dulden. Maar neen, dat moet ophouden, lan
het is niet meer genoeg dat men den minder® Wa
leert lezen. Te kunnen lezen is nog ver van l® en
een
dra
vol
riel
de
het
har
lezen; en hoeveel duizendeu dio lezen kunnen
zijn nog even sterk onderhevig aan bijgeloof en
hebben nog de wonderlijke begrippen van ver- we
schillende toestanden in de natuur. De Natuur. aai