3031
Dinsdag
A°. 1869.
28 December.
LEIDSCI
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden per 3 maanden3.00.
Franco per post3.85.
Afzonderlijke Nommers0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Voor iederen regel0.15.
Grootere letter naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Leiden, 27 December.
De Minister van Binnenlamlsehe Zaken heeft
naar aanleiding van de rede van den heer Luyben
in de Zitting der Tweede Kamer van 14 dezer
de stukken overgelegd betreffende de klacht van
den pastoor J. Stoop te Breda.
Gelijk de Minister in de Kamer reeds heeft
medegedeeld adviseeren Ged. Staten om afwij
zend te beschikken op het verzoek van den heer
Stoop, daartoe strekkende, dat de Minister onver
wijld maatregelen zal nemen, opdat de laster
en smaad op de bijzondere R. Kath. school in
bet instituut St. Antoine te Breda geworpen, in
het openbaar worde herroepen en de gepleegde
onrechtvaardigheden worden hersteld.
Dit advies van Ged. Staten steunt 1°. op het feit
datdoorden pastoor aan den Burgemeester woorden
worden ten laste gelegd, die deze stellig verklaart
niet gesproken te hebben; 2°. op de overweging,
dat het dagelijksch bestuur zich wel ongunstig
over de school heeft uitgelaten, en hierbij uit
drukkingen heeft gebezigd die Ged. Staten niet
zouden willen goedkeuren, doch dat zij meenen
geen recht te. hebben om zich te mengen in den
omgang van het dagelijksch bestuur met den
gemeenteraad (de uitdrukkingen kwamen na
melijk voor in een stuk, waarin met betrek
king tot de verminderde opbrengst der school
gelden aan den raad werd medegedeeld, wat het
dag. bestuur te zijner verantwoording dienstig
achtte). Hierbij, zoo verklaren Ged. Staten ten
slotte, mag ook niet worden voorbijgezien, dat
de klager zelf vroeger zeer hevige aanvallen tegen
het openbaar onderwijs had gedaan, en dat B.
en W. dus tot hunne beschuldigingen tegen de
bijzondere school geprovoceerd warenen 3'.
merken Ged. Staten op dat, wat de klager zegt
over een stuk in het Handelsblad en de N. Holt. Cl.
opgenomen, deze voor zoover dit lasterlijk en
leugenachtig is, den schrijver daarvan bij de
Rechtbank kan aanklagen, doch dat de Regeering
hiermede niets te maken heeft.
Ten slotte leggen Ged. Staten over de rapporten
van de schoolcommissie en van den inspecteur
van het lager onderwijs over de openbare en over
de R. Cath. bijzondere school, waaruit blijkt dat
beiden van oordeel zijn dat de laatste school
beneden de openbare school staat.
Na het verhandelde in de vergadering der
Maatschappij van Landbouw afdeeling Alphen en
omstreken van den 17dei1 December, waarvan
onlangs is melding gemaakt, zal het niet onge
past zijn omtrent den tegenwoordigen waterstaats-
toestand van Rijnlands boezem het volgende mede
te deelen.
De landen ten Noorden van den Rijn gele
gen hebben vrijheid ten allen tijde van Rijn
lands boezem gebruik te maken; zij ontlasten
hunne Polders van het overtollige water op dien
boezem met drie stoomwerktuigen en 135 molens,
welke boezem bovendien nog wordt bezwaard
door 40 molens door de sluis te Bodegraven. Dit
voorrecht hebben niet de landen ten Zuiden van
den Rijn gelegen; deze mogen met S3 molens,
slechts dan van dien boezem gebruik maken,
wanneer de waterstand van den boezem niet
tot eene zekere hoogte is gestegen, 27 centi
meter onder A. P.; zij moeten ophouden met
malen wanneer Rijnlands boezemwater tot dit
peil gestegen is, en daar die. boezem door het
droogmaken van de Haarlemmermeer met ruim
12000 Bunders is verkleind geworden tot op
bijna 4500 Bunders, en die 12000 Bunders nu ook
nog op dien verkleinden boezem uitmalen, zoo
zijn de landen ten Noorden van den Rijn geheel
in staat den boezem op het bepaalde peil te houden,
en het gevolg hiervan is dat de kostbare landen
ten Zuiden van den Rijn dras staan, de teel-
boeren hun wintergewas derven en de arbeiders
buiten werk zijn; en toch betalen die landen
die belet worden van Rijnlands boezem gebruik
te maken bunder-bundersgewijs evenveel in het
Rijnlands bundergeld, tot onderbond van Rijnlands
werken, als zij die het. volle genot hebben van
dien boezem.
Deze toestand kan zóo niet langer duren en
daarom moet er naar middelen worden omge
zien, die kunnen worden aangewend tot het ver
krijgen van een beteren waterstaatstoestand van
Rijnland
In de afgeloopen week zijn dagelijks in iiet
werkhuis alhier opgenomen van 176 tot 218 vol
wassen personen en van 95 tot 123 kinderen.
Uit Rotterdam schrijft, inen aan de Midd. Cl.:
„De oprichting van werklieden-vereenigingen
is hier aan de orde van den dag. Eene schoen-
makersvereeniging is reeds tot stand gebracht;
bijeenkomsten zijn belegd tot oprichting van ver-
eenigingen van sigarenmakers en sjouwerlieden,
en men is voorts bezig zulke vereenigingen te
stichten onder de winkelbedienden, de timmer
lieden en metselaars. Het initiatief daartoe gaat
uit van het Volksblad en onder leiding van „den
hoogweledelgeboren heer" machinerie-werkman
Von Roesgen von Floss. Deze belegt de vergade
ringen, presideert die, houdt opwekkende speeches,
ontwerpt de statuten, installeert met veel plech
tigheid de besturen, enz., terwijl de uitgever van
het Volksblad bij zulke gelegenheden als secretaris
fungeert.
„Middelerwijl worden de godsdienstige bijeen
komsten „voor het waarachtig welzijn van den
arbeidenden stand naar aanleiding van het woord
Gods" ook tot andere steden uitgebreid. De ridder
Von Roesgen, predikende bet algemeen stemrecht
aan alle creaturen, is reeds te Leiden en te
Schiedam in dergelijke bijeenkomsten opgetreden,
en heeft er thans eene te Dordrecht aangekon
digd. Evenals hier hebben ook in die steden deze
bijeenkomsten plaats in bier- of koffiehuizen. Of
het elders ook het geval is, weet ik niet, maar
hier wordt onder de preek van den geïmprovi-
seerden dominé drank getapt.
„Ik heb onlangs gemeld, dat het contra-Volks
blad, dat onder den titel De Strijd werd uitgege
ven, opgehouden had te bestaan wegens gebrek
aan deelneming van de zijde van het publiek.
Ben ik wel onderricht, dan zal binnenkort onder
een anderen titel weer een ander blaadje ver
schijnen, voor bet volk bestemd en ten doel heb
bende den invloed van het Volksblad te neutra
liseeren." (Wat het drank tappen aangaat, dat
vond hier geen plaats; wèl gaf het achtbaar
gehoor in lnide kreten zijn lusten daarnaar te
kennen. Voor het overige had de vergadering in
de zaal Ebenhaëzer op de Middelste Gracht alhier
een allerplechögst aanzien, geheel onder den
indruk van den ridderlijken prediker.)
We ontvangen het prospectus van Ons Streven,
weekblad gewijd aan de ontwikkeling der vrouw.
Zonder de vrouw als de mededingster van den
man te doen optreden, beoogt het nieuwe orgaan
een vooroordeel te bestrijden, door zonneklaar aan
te toonen, dat de vrouw die meer kent dan het
huisbestier alleen, daarom niet buiten de huis
houdelijke sfeer treedt of zich emancipeert, maar
integendeel hare roeping slechts waardiger ver
vult, omdat zij die, dank zij hare veelzijdige ont
wikkeling, beter overziet, juister begrijpt. Waai
de leiding aan de bekwame hand van Betsy Perk
is toevertrouwd, verwachten we niet anders dan
ruime deelneming in een blad, dat zich ten taak
stelt mede te werken tot oplossing van een der
belangrijkste vraagstukken van onzen tijd.
De. prijs per jaargang is bepaald op 5, terwijl
de firma Van Dijk en Comp. te Schiedam zich
met de uitgave belast.
De Tweede Kamer der Stateu-Generaal zal
waarschijnlijk, buiten bijzondere omstandigheden,
eerst tegen den 15den Februari hare werkzaam
heden hervatten.
De officier van justitie te Utrecht wensoht te
worden bekend gemaakt met de namen en woon
plaatsen van eenige der passagiers, die op Zon
dag 28 November jl. aan het station Utrecht van
den Rijnspoorweg gezeten waren in den spoor
trein N°. 5 op de dienstregeling vermeld, welke
vijf min. voor halfelf des voormiddags te Utrecht
moest aankomen en te halfelf van Utrecht naar
Arnhem moest vertrekken, doch volgens het pro
ces-verbaal van den surveilleerenden rijksveld
wachter eerst te tien min. over halfelf, en der
halve 15 minuten te Iaat, is aangekomen en veer
tien min. over halfelf, en derhalve 14 minuten te laat,
is vertrokken, terwijl volgens de bewering der
belanghebbende spoorwegbeambten zoowel aan
komst en vertrek op den bij de dienstregeling
bepaalden tijd zouden hebben plaats gehad.
Bij den boekhandelaar J. J. Van Brederode,
te Haarlem, is onlangs eene brochure in hellicht
verschenen, getiteldEen voorstel tot oplossing van
de quaestie der faecalien." De schrijver, de heer
J. Swens, acht de oorzaak der onverschilligheid,
waarmede de vraag, hoe de faecale stoffen uit
groote steden op de doelmatigste wijze kunnen
afgevoerd worden, tot niet langen tijd geleden
beschouwd is, uitsluitend gelegen in de onkunde
omtrent de gevaren, die, ten gevolge van een ge-
brekkigen afvoer dier stoften, de gezondheid der
inwoners bedreigen. Hij vestigt derhalve vooraf
de aandacht op de twee voornaamste gevaren,
die, naar zijn oordeel, uit het stelsel der oude
beerputten en riolen voortspruiten, namelijk: op
het bederf van het drinkwater en op de veront
reiniging der lucht, die men iuademt.
Daarna overgaande tot de beschouwing van
de in den laatsten tijd voorgeslagen en in prac-
tijk gebrachte stelsels, geeft de schrijver in de
eerste plaats den kapitein O. F. Liernur de eer
van in den laatsten tijd opnieuw het ondoelma
tige en schadelijke van het thans algemeen in
zwang zijnde stelsel van afvoer van faecale stof
fen ter spraak te hebben gebracht, en tevens
een „geniaal uitgedacht nieuw stelsel" in de
plaats daarvan te hebben voorgeslagen, De lieer
Swens heeft bezwaren tegen dat stelsel van
technischen aard die hij echter erkeut, dat
spoedig uit den weg geruimd zou kunnen wor
den zoowel als bezwaren uithoofde van den
tegenstand, dien hij verwacht, dat liet bij de in
woners zal ontmoeten; eindelijk nog bezwaren
van finantieelen aard. Er zou dus iets anders
voorgeslagen moeten worden. Het Londensche
doorspoel-systeem acht de schrijver in enkele
opzichten goed, in andere opzichten daarentegen
zeer ondoelmatig, en in Nederland bijna nergens
uitvoerbaar. Het stelsel der zoogenaamde fosses
mobiles moge te Groningen goede resultaten heb
ben opgeleverd, de heer Swens gelooft niet,
dat het stelsel over het algemeen op bijval in
Nederland zal kunnen rekenen.
Het stelsel eindelijk, 'l welk de schrijver zelf
voorslaat, komt in hoofdzaak hierop neder. De
gemeentebesturen behooren allereerst den afvoer
der faecale stoffen door de stads-riolen of grach
ten te verbieden, en zich een voldoend aantal
pneumatische toestellen op wagens aan te schaf
fen, die huis aan huis op regelmatige tijden de
beerputten reukeloos ledigen. De schrijver is van
oordeel, dat de inwoners het geuiak der inrich
ting langzamerhand zullen inzien en gaarne de
hand zullen leenen om de oude, dikwijls zeer
gebrekkige putten door betere te vervangen. Het
beste en minst kostbare acht schrijver reservoirs
van gietijzer, die door middel van eene buiten
de woning uitkomende buis zonder den minsten
overlast voor de bewoners door den pueumati-
schen toestel geledigd kunnen worden. Bij de
beschrijving van het door den heer Swens voor
geslagen stelsel is eene teekening gevoegd om
zijne meening aanschouwelijk voor te stellen.
Ten slotte wijst de schrijver nog met een enkel
woord op de voordeelen voor den landbouw, in
zijn stelsel gelegen, waarvaD hij ook voor den
ondernemer, hetzij gemeentebestuur of particu
lieren, geene onaanzienlijke winsten verwacht.
{Haart. Ct.)
De Vereeniging van en voor Nederlandsche
Induslrieelen heeft aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal een adres gericht, waarin wordt
te kennen gegeven dat zij met groote voldoening
door den heer minister van financiën in eene
zitting van de Kamer eene verklaring heeft hoo-
ren afleggen aangaande de paten wet, welke voor
zeker de krachtigste veroordeeling is van die wet
en van de daaruit voortvloeiende nijverheids-be
lasting, die immer door een vertegenwoordiger
van Zr. Ms. regeering openlijk is uitgesproken.
Zij verzoekt mitsdien de Kamer bij het toe
staan der voor 1S70 geraamde middelen, Zr. Ms.
regeering ten ernstigste te willen aansporen en
ondersteunen, opdat die monsterachtige belasting
der nijverheid, nog in den loop van 1870 door
een billijke, op allen en overal evenredig druk
kende nieuwe belasting worde vervangen.
Naar men verneemt bestaat bij de handboog-
schutterij „de Batavieren" te Rotterdam het plan,
het volgend jaar een internationaal concours te
geveD, waartoe alle binnen- en buitenlandsche
handboogschutterijen worden uitgenoodigd.
De minister van financiën heeft bij den Oosten-
rijkschen Rijksraad een wetsvoorstel ingediend,
houdende nadere bepalingen omtrent de eindre-
geliug der conversie. Hij verzoekt machtiging om
een laatsten termijn vast te stellen voor de ren
tebetaling op de verschillende soorten der oude
obligatiën, en alsdan de coupons die na dezen
vast te stellen termijn vervallen niet meer te be
talen, noch ook in betaling voor belasting of rech
ten aan te nemen. De vaststelling van den laatsten
termijn voor elke soort van obligatie zou zes
maanden te voren door het regeeringsblad of
ook door buitenlandsche bladen worden bekend
gemaakt. (iV. Alg. Effectenblad.)
Volgens advertentie in het Algemeen Handelsblad,
wordt door het Amsterdamsche comité van bet
Roode Kruis de volgende prijsvraag uitgeschre
ven
„Welke voorbereidende, maatregelen zouden,
bij het bezetten en verdedigen van de Amster
damsche linie, voor het verzorgen van zieken en
gewonden genomen moeten worden? Welk ma
terieel en hoedanig georganiseerd personeel zou
er beschikbaar moeten zijn, oui aan de gewon
den en de zieken eene doelmatige verpleging te
verzekeren
De kantoren der Hollandsche Spoorwegmaat
schappij zijn gedurende den winterdienst open
als volgt:
Alkmaar, Amsterdam, Delft, 's-Gravenliage,
Haarlem, den Helder, Leiden, Rotterdam en
Schiedam van 8 uren 's voor- tot halfelf namid
dags; de overige kantoren van 8 uren 's voor- tot
1 uur 's namiddags en van 3 uren tot 10 uren
's namiddags.
Op Woensdag 29 en Donderdag 30 dezer zul
len er geen audientiën worden gegeven door de
ministers van koloniën en financiën.
Z. M. heeft den kapit. R. J. Verschoor van
Nisse, van het wapen der inf., thans op non-
activiteit, op pensioen gesteld en het bedrag van
dat pensioen bepaald op f900 'sjaars.
Z. M. heeft aan de nagemelde officieren hij de
rustende schutterij in de prov. Zuid-Holland, op
hun verzoek, eervol ontslag verleend, 4de bat.,
4de comp., aan P. Kors, als lsten luit.; 6de bat.,
lste comp., aan A. Scott Preston Jr., als 2den
luit.; 7de bat., 3de comp., aan A. de Vries Jz.,
als 2den luit., en zulks uithoofde van verandering
van woonplaats. En zijn bij de rustende schut
terij benoemd4de bat., 4de comp., tot lsten luit.
N. J. jSchoorel, thans 2de luit.; tot 2den luit. J. H.
Van der Torren, thans schutter; 6de bat., lste
comp., lot 2den luit. A. Speelman; 4de comp.,
tot 2den luit. A. B. Mijnlieff.
Z. M. heeft J. A. Van der Vieger eervol ont
slagen als commies der posterijen 2de klasse.
UIT EGYPTE.
Mijn laatste schrijven gedateerd uit Napels
behelsde in het kort eenige mededeelingen over
den afloop der Suez-expeditieIk zeg in het kort
want inderdaad het maken van een uitvoerig relaas,
wanneer men op reis is, behoort tot de eigen
aardige moeilijkheden van het leven. Met het
beste voornemen bezield om zich tot schrijven
te zetten, wordt er door den éen of anderen mede
reiziger aan uwe deur geklopt om hem te ver
gezellen naar eene merkwaardigheid die juist op
dat oogenblik te zien is, of wel lokken de zonne
stralen u tot aangenamer verpoozing uit, dan om in
de meestijds zeer unlteimliche kamer van uw ho
tel u tot schrijven te zetten. En wanneer geen
dezer bezwaren zich opdoen, dan is dikwijls ons
eigen ik, de oorzaak die zich tegen een rustig
schrijven aankant. Dikwerf vermoeid van al het-
gene het oog is voorbijgegaan, verheugt men zich
maar al te zeer om eens een oogenblikje in het
dolce farniente op zijne kamer door te brengen,
zich weinig bekommerende om de vrienden die
mogelijk met belangstelling naar eenig nieuws
uitzien. Enfin, noch het een noch het ander
belet mij op dit oogenblik mijn aangevangen werk
te vervolgen en de lezers van dit dagblad be
leefdelijk te verzoeken om ook het einde van
mijne reis te doorbladeren.
Wij verplaatsen ons weder een weinig terug
en wel te Ismaïlia den avond van den 18den No
vember.
Door welke fataliteit is mij onbekeud, maar
het kolossale vuurwerk, dat in pracht al hetgeen
tot dusverre gezien is moest overtreffen is afge
brand zonder toeschouwers men beeft daar-