niemand anders dan door geboren Nederlanders zullen mogen worden uitgevoerd. Jammer is het dat men dit te laat bedacht heeft, om het ook op het te onthullen monument zelf te kunnen in werking brengen! Maar er kan toch nog iets anders worden gedaan en ik ben bereid een deputatie der hee- ren, die zich reeds zoo goed vaderlandsch gezind getoond hebben, te ontvangen in mijn slaapmut- senfabriek te Leidrecht, ten einde met dezelve te overleggen, of het niet wenschelijk, ja, hoog noodzakelijk moge bevonden worden ook bij het programma der aanst. feestelijkheden de volgende bepalingen te doen voegen 1°. Dames in uitheemsche Parijsche toiletten worden bij de feestelijkheden niet toegelaten. Zij dragen katoenen handschoenen (uit mijn fa briek). 2°. In plaats van Fransche of Engelsche hoeden, dragen de heeren wollen slaapmutsen, van de vaderlandsche fabriek van Jacobus Langdraad afkomstig. 3°. Bij de verschillende feestmalen komen geen Fransche of buitenlandsche gerechten op tafel. Truffels zijn ten strengste verboden. Snippen, als zijnde meestal in het buitenlandgeborenetrekvogels, kunnen niet worden toegelaten.. Paté de foie gras wordt vervangen door spek met snijboonen. De sla wordt aangemaakt met Nederlandsche lamp olie. Echt Genueesche olie mag niet gebezigd worden. Waterbaars, gekookt in onzuiver, echt Haagsch drinkwater, is de eenige visch die toe gelaten wordt, behalve in sloten gevangen pa ling. Iedere zeevisch, die verlangt opgedischt te worden, zal ten minste brieven van naturalisatie moeten overleggen; hiervan is uitgezonderd de stokvisch. 4°. Fransche of andere vreemde wijnen mogen niet gedronken wordenuitheemsche bieren worden geweerd. Aan tafel wordt niets dan je never en onzuiver gedistilleerd water geschonken. 5°. Al wie gedurende de feestweek Franscb, of een andere vreemde taal spreekt, of naar de Fransche opera gaat, zal onthoofd worden Na vaderlandsche groeten, Uw Medeburger, Jacobus Langdraad. Te Ridderkerk bestaat sedert eenigen tijd ge schil tusschen het gemeentebestuur en het kerk bestuur der Hei vormde gemeente aldaar, over het eigendomsrecht van den op de Hervoimde kerk staanden toren. Dit geschil heeft ten gevolge gehad dat het kerkbestuur in de vorige week den toegang tot den toren, waarvan het gemeen tebestuur den sleutel heeft, met een tweede slot en ketting ook voor het gemeentebestuur heeft afgesloten. Fr kon dus niet op de gewone tijden gelubd, noch de k'ok opgewonden worden, zoodat van dien tijd de diepste stilte heerschte; maar het ergste was dat men thans ook geene verblijf plaats had voor snaken, die in het vooruitzicht dat de po'Uie hen toch niet achter de twee sloten konde zetten, het voornemen hadden kenbaar gemaakt om zich eens ter dege aan geest rijk vocht te goed te doen, en dan in de thans zoo rustige rust der ingezetenen door het maken van straatrumoer eenige afwisseb'ng te bezorgen. Meer bedaarden hebben dat echter weten te verhinderen, en gedurende den nacht is de ket- "ng met het slot van het kerkbestuur in alle stilte (en naar men zegt op last van dat bestuur) van den ingang naar den toren weggenomen. [N. n. c.) De bijeenkomst der Volksvoorlezingen was giste renavond weder druk bezocht. En geen wonder. Waar toch Van Bóekeren zich laat hooren, kan hij vooral op sympathie bij het volk rekenen. De beelden zijner novellen, zoo uit het leven gegrepen; de voordracht, die, in de personen die hij voor stelt, het leven als 't ware intoovert, zoodat ge u als onwillekeurig in de toestanden verplaatst gevoelt waarin hij u medevoert, dit alles te zamen genomen doen Van Boekeren vooral een man naar 't hart des volks z;jn. Door een paar zijner novellen, die hij met eene kleine pauze voordroeg, wist hij dan ook zijn hoorders gedurende bijna een tweetal uren op de prettigste wijze bezig te houden en tevens vele nuttige wenken te geven, zoodat het hem aan luide toejuichingen niet ont brak. De commissie, die hare taak zoo goed begrijpt, wenschen we toe, dat zij steeds in de gelegen heid moge zijn, om, door afwisseling van onder werpen, „Elck wat wils" te geven, maar daarom toch vooral het nuttige niet aan het aangename op te offeren. Hedenmiddag is een jongen, bezig zijnde een kruiwagen af te spoelen, aan de Oude Vest al hier in het water gevallen en daaruit, op het hulpgeschrei van de omstanders, door W. Van Bergen en Henegouwen, melkboer te dezer stede, gered. Bij Kon. besluit van den 5den Nov. is aan Jhr. J. F. L. Coenen van 's Gravesloot, op zijn daartoe gedaan verzoek, eervol ontslag verleend als lid van het college van regenten over het huis van arrest te Amersfoort, en zulks onder dankbetuiging voor de door hem als zoodanig bewezen diensten; en benoemd tot lid van ge noemd college J. J. M. Gordon, particulier, wonende te Amersfoort. Bij Kon. besluit van den 5den Nov. is aan J. W. Kemna, op zijn verzoek, ontslag verleend uit zijne betrekkiug van comm. van politie te Enkhuizen; aan den heer D. Van Sonsveld Brink, op zijn ver zoek, eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van ontv. der directe bel. en acc. te Ravenstein c. a., behoudens aanspraak op pens.; en bij Kon. besl. van den 4d011 Nov., aan den met verlof alhier aanwezigen O.-I. ambt. J. Spanjaard, ten gevolge van het door hem aanvaarden van de betrekking van leeraar aan de gem.-instelling voor onder wijs in de Indische taal-, land- en volkenkunde te Delft, gerekend van 1°. Sept. 1869 een eervol ontslag verleend uit 's lands dienst. Amsterdam, 8 Nov. Gisterenmorgen is in deN. Z. kapel, na het eindigen der godsdienstoefening, in de garnizoenskerk, door den ouderling R. on middel1 ijk na het uitspreken van den zegen, met luide stem uitgeschreeuwd: „ik ouderling der Amsterdamsche gemeente, verklaar openlijk, dat de gehoorde predicatie in geenerlei opzicht Gods woord is, maar wel die des duivels." Ge lukkig dat niemand der huiswaartsgaande kerk gangers zich daaraan heeft gestoord. Hdbld 's-Hage, 8 November. Uit een te dezer stede verspreid programma der feestelijkheden bij de aanstaande onthuH'ng van het Nationaal Gedenk- teeken voor 1813, blijkt het volgende: Woensdag 17 November, te 1 uur, plechtige onthulling van het Gedenkteeken door Z. K. H. Prins Frederik der Nederlanden; - redevoer'ug uit te spreken door professor Van Oosterzee; - defilatie door het leger, de schutterij, het Korps Koninkl. Scherp schutters en de oude kiijgsmakkers van het Zil veren en Metalen Kruis; - volksfeest in de Malie baan, bestaande in goochelen, gymnastische oefe ningen en koorddansen, afgewisseld door mu ziek; - optocht met praal- en triomfwagens door verschillende corporatiën, het Metalen Kruis, de Typographen-Bond en meer andere industrieele vereenigingen. Des avonds groote illuminatie van het Willemspark, de Zeestraat, Javastraat, Nassaulaan en Mauritskade, benevens het Raad huis; muziek in het Willemspark; algemeene illuminatie; - in den Koninklijken Schouwburg gelegenheidsvoorstelling, bestaande in „Neerlands erger, vooral nu men zooveel spreekt.over de toe komst van het eenige emporium,dat Oostenrijk aan de AcMatische zee bezit. Waartoe zulk eene politiek leidt heeft men nu onlangs in de Bocche diCat- taro kunnen zien. „Geloof mij" gaf mij een Dal- matisch kapitein ten antwoord, die juist daar vandaan kwam en wien ik naar eenige bijzon derheden had gevraagd, „had men in plaats van een overste, die evenmin als het hoofd van het burgerlijk bestuur den lieden het verschil kon duidelijk maken tusschen leger en landweer een schranderen kop en in plaats van een deta chement van 42 man er een geheel bataillon heengezonden, de opstand zou binnen 24 uren gedempt zijn geweest, zonder dat er een droppel bloed ware vergoten"; en de man heeft gelijk: tegenover eene bevolking, bij welke de wet slechts dan geldt, wanneer die zich in de gedaante van het geweld aan haar voordoet, zijn de gewone handelingen eener administratieve regeering niet voldoende. De mannen, die te Weenen aan het hoofd der regeering staan waren wel in de gelegenheid, goed ingelicht te zijn omtrent den staat van za ken, want de stadhouder van Triest, de als uit gever der „Sibyllijnsche boeken" eenmaal zoo beroemde veldmaarschalk-lnitenant Möring, is niet de mau wien het aan inzicht en oprechtheid ontbreekt; maar men schijnt hem tot taak te heb ben gesteld zich doorlaveeren vooruit te brengen, en zoodoende heeft men hem een weg afgebakend, die zeker verkeerd is. Wat den handelstand van Triëst betreft, die volbloed Oostenrijkschgezind is, zijne twee aanzienlijkste vertegenwoordigers, To- nello en llevoltella, zijn elkander juist in de laatste weken in het graf gevolgd, zonder erfge namen aan wie ze hunne denkbeelden en kracht van handelen konden nalaten. De irtzichten van Triëst zijn dus juist niet rooskleurig, en Ham burg heeft in menig opzicht veel voor dat wèl opweegt tegen den meerderen afstand van 2516 zeemijlen (Roln. Zt.) Wordt vervolgd). roem gedurende 18 eeuwen," voor het korps Koninkl. Scherpschutters, enz.; - in het opzettelijk voor deze gelegenheid op het Buitenhof geplaatste ge bouw, uitvoering der feestcantate, voordegenoo- digden, onder leiding van den heer Nicolaï, directeur der Koninkl. Muziekschool, met mede werking van den heer Deckers, solist van de liedertafel te 's-Hertogenbosch, Mevrouw Offer mans-Van Hove, beiden uitgenoodigd door Z. K. H. Prins Frederik en meer andere voorname artisten. Donderdag, 18 November: Concert van Dun kiers kapel in bovenbedoeld gebouw op het Bui tenhof. Vrijdag, 19 November: In hetzelfde gebouw uitvoering der cantate van 1S63 en die van 1869, afgewisseld door feestouvertures. Zaterdag, 20 November: Concert onder de lei ding van den heer W. Stumpff uit Amsterdam, mede op het BuHenhof. Woerden, 8 November. Alhier is ter teeke- ning nedergelegd een request aan den minister van binnenlandsche zaken, waarin krachtig wordt opgekomen tegen de met 5 November 11. in wer king getreden dienstregeling der Ned. Rijnspoor weg-Maatschappij, waardoor deze gemeente be paald nadeel wordt toegebracht. Heemskerk, 5 November. Door de plaatselijke commissie allner ter oprichting van een natio naal gedenkteeken voor November 1818, onder voorzitterschap van Jlir. Rendorp van Marquette, is de heer H. Zaalberg, burgemeester dezer ge meente, benoemd tot haren vertegenwoordiger bij de aanstaande plechtige onthulling van het monument. Brummen, 5 Nov. Het onstuimige weder van gisterenavond schijnt van invloed te zijn geweest op den alhier omstreeks te halfzeven aankomen den goederentrein uit Zutfen, althans op dien gesloten wagen, welke met een 16tal zware ossen beladen was; ten minste gedurende het stil staan van den trein aan het station, hebben die dieren (zoo men zegt door het opengaan der deur) hun verblijf verlaten, zich hier en daar verspreid en zich vervolgens te goed gedaan aan het te veld staand groen. Niet zonder veel moeite en drukte, en onder weerlicht en donder, is het aan den chef-conducteur en verder personeel mogen gelukken, die kudde weder machtig te worden; en haar ten einde verdere vertraging of onge- ukken te voorkomen aangezien er nog uit Arnhem en Zutfen personentreinen op de lijn moesten passeeren onder geleide van boven bedoeld personeel, getransporteerd naar de stal ling van het stations-koffiehuis, waar ze den nacht vrij onrustig hebben doorgebracht in gezel schap van door den stationschef aangestelde wakers. Des morgens daarop zijn ze vervoerd naar hunne beslemming, Rotterdam, thans onder geleide van een uit Arnhem daartoe expresselijk overgekomen persoon. Gemengde Berichten. In de archieven van het Koninklijk paleis te Madrid heeft men veertig eigenhandige geschrif ten van den beroemden schilder Velasquez ge vonden. Onder deze stukken bevindt zich eene quitantie van elfhonderd realen, die voor het be kende schilderij „de beschonkenen" uitbetaald werden. Wanneer dit stuk thans aan de koop kwam, zoude het zonder twijfel verscheidene honderd duizenden franken opbrengen. Een rijke en brave kruidenier voelde zijn einde naderen. Zich ongerust gevoelende over het lot zijner nog jonge vrouw en haar toekomst gaarne verzekerd willende zien, liet hij haar bij zijn sterfbed komen en zeide tot haar: Mijne beve, onze winkel is een van de belangrijkste der provincie; de zaken zijn zoo uitgebreid dat een vrouw alleen ze niet ophouden kan. Volg den raad dien ik u in mijne laatste oogenbl'kken geef. Onze eerste bediende is jong, werkzaam, verstan dig, een best mensch Schrei zoo niet!... Gij breekt nuj de ziel, en ik zal de kracht niet meer hebben om voort te gaanOverwin uwe smart!... Luister naar rede... beloof het mij... ik kan dan geruster sterven Als ik dood ben trouw hem danLieve man, antwoordde de vrouw naïef, daar dacht ik juist aan. Een van de beroemdste schilderijen van Albrecht Diirer, „de dood van Maria," dat men voor ver loren hield, is kort geleden iu eene kleine kerk in Opper-Oostenrijk gevonden. Mevrouw Ratazzi geeft tegenwoordig de brieven uit, haar vroeger door den heer Béranger geschre ven. In deze brieven komt een gezegde van dien beroemden dichter voor, dat wel de moeite waard is algemeen verspreid te worden. Hij dineerde eens bij eene vreemde dame, die zeer verwon derd was over zijne matigheid. Wel mijnheer, vroeg de gastvrouw hem, drinkt gij, de bez'nger van de dronkenschap, slechts water? Dat moet ik wel mevrouw, antwoordde de dichter, want mijne muze drinkt al mijn wijn op. BUITENLAND. DuitschlancL In de Saksische Tweede Kamer heeft een der leden eene interpellatie tot de regeering gericht, betreffende de toenemende zelfmoorden bij de mi litairen. De interpellant wenschte te vernemen, of de regeering ook iets had gedaan om de oor zaak daarvan op te sporen. De minister van oor log heeft in zijn antwoord hierop geconstateerd, dat er in 1851 bij de armee 21 zelfmoorden heb ben plaats gehad en dat dit een paar volgende jaren wel verminderd, maar vervolgens weder toegenomen is, zoodat het aantal van die geval len in 1861 27 en in 1865 reeds 68 bedroeg, terwijl zich in het thans loopend jaar 31 van deze ge vallen hebben voorgedaan. Evenwel dit laatste is naar evenredigheid een gunstig cijfer, doordien de armee thans eene ongeveer driemaal grootere getalsterkte heeft dan vroeger. Wat nu betreft de oorzaak van het kwaad, daaromtrent kon de re geering nog niets met eenige zekerheid mededeelen en voor het overige heeft de minister van oorlog de militaire autoriteiten en chefs gewezen op de noodzakelijkheid van eene goede en ordelijke be handeling der ondergeschikten. De heer Guido Weiss, de hoofdredacteur der democratische Zukunft, die door Frankforts stem gerechtigde burgers als afgevaardigde naar den Landdag is gezonden, heeft in die stad zijne be ginselen en zienswijze aan de kiezers blootgelegd. In een tijd als deze, zeide hij, waarin vrijheid en zelfregeering aan de eene zijde, en oorlogs roem aan den anderen kant als vijanden tegen over elkander staan, is geen middelweg meer mogelijk, maar een ja, ja, of een neen, neen noodig. Pruisen is door en door een militaire staat, niet alleen door zijn leger, maar evenzeer door zijne burgerlijke ambtenaren, die deels land weer-officieren, deels oud gediende onderofficieren zijn. De beide grondregelen van het constitutio- neele leven, het toestaan der staatsuitgaven en het initiatief in zaken van wetgeving, gingen meer en meer van den Landdag op den Noord-Duit- schen Rijksdag over. Het recht van toestemming der begrooting was voor een goed deel denk beeldig nu daaraan de uitgaven van het minis terie van oorlog waren onttrokken. In die om standigheden zou hij verplicht zijn, neen, en telkens neen te zeggen. Een Pruisisch koning had eens gezegd, de liefelijkste klank der moe dertaal was het „Ja", tegenwoordig echter was voor den eenvoudigen Pruisischen burger de beste klank het „Neen!" Gelijk men weet, heeft de Koning van Pruisen geweigerd de Noord-Sleeswijksche deputatie te ontvangen, die hem een adres wenschte aan te bieden, ten verzoeke om uitvoering van art. 5 van het Prager tractaat, ten einde de Noord- Sleeswijksche bevolking bij eene algemeene volks stemming zou kunnen verklaren, of zij tot Duitsch- land, dan wel tot Denemarken wenscht te be- hooren. Naar men zegt, is de reden van die wei- geiing des Konings gelegen in de omstandigheid dat er twijfel bestond omtrent de echtheid van een groot aantal der daarop voorkomende dui zenden handteekeningen. Ten gevolge eener nieuwe regeling van de be lasting op beroepen en bedrijven, bedraagt de aanslag voor de ondernemingen der speelbanken te Wiesbaden en Ems, alsook voor de Maatschappij van het Kurhaus te Hamburg, over het jaar 1870, alleen voor de uitoefening van het hazardspel, eene som van 34,000 thalers voor ieder. Het voorloopige hof-théater te Dresden, in den „Zwinger" gebouwd, zal den 20"on dezer maand met Figaro's Hochzeit worden geopend. Oostem-(jk-Hougaarsche Moiiareliie. In Bohemen heerscht thans groote oneenigheid tusschen de hooge en lage geestelijkheid aldaar. Deze laatste is zeer op de hand der Czechen, en heeft zelfs aan de Huss-demonstratiën deelgenomen. Een kapelaan, die hierover door zijn superieur werd onderhouden, beantwoordde deze berisping met zijn overgang tot het Protestantisme. In een Boheemsch blad komt van een groot aantal Czechische kapelaans een openlijke oorlogsver klaring tegen de hoogere geestelijkheid voor, ter wijl in een ander blad een „nationale priester" het voorstel doet, dat uit alle parochiën van Bo hemen deputatiën naar de bisschoppelijke consis- toriën zullen worden gezonden, om op het invoe ren van hervormingen in de kerk aan te dringen Frankrijk. Van de ministeriëele wijziging schijnt niets te zullen komen. Ollivier toch, aan wien, dit is bijna zeker, de portefeuille van justicie was aan geboden, tevens met de vergunning om een zijner vrienden Talhouët die van buitenlandsche zaken aan te bieden, heeft dat aanbod geweigerd, daar hij slechts zitting wil nemen in een kabinet,' waarvan geen der leden in eenige betrekking staat tot de handelingen, die tijdens de verk;e zingen hebben plaats gegrepen; evenwel zou hij er in hebben toegestemd, de HH. Magne en Chas seloup-Laubat, die eveneens de toepassing dei constitutioneele beginselen wenschen, naast ziet te hebben. De heer Ollivier vergeet echter, da: zijne verkiezing ook niet geheel zonder den bij stand der regeering is tot stand gekomen, daar ze hem, zoo al niet rechtstreeks gesteund, das toch ook niet tegengewerkt heeft. Van eene over eenstemming tusschen de HH. Ollivier en Forcade

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1869 | | pagina 2