[iiensch, onbekend met de buitenwereld, te laten rerkondigen „de zekere overwinning der kerk over hare tegenwoordige vijanden"waarlijk, de ivereld verlangt krachtiger getuigen voor de on feilbaarheid der kerk en van den paus. Zoo de jeugdige Mortara slechts een oogenblik zijne po sitie begrijpt, den zal hem wel de vraag voor den geest zweven: Hoe ben ik roomsch katho liek geworden? En het antwoord, dat daarop moet volgen, kan hem dan geen hoog denkbeeld geven van de liefde en de deugdelijkheid der middelen, die men aangrijpt om iemand zalig te maken. Het is bespottelijk, neen, het is droevig, Mortara te doen optreden, 0111 de roomsehe kerk te verheerlijken. De dag, waarop deze kinder roof door die kerk niet alleen gewettigd, maar ook als eene vrome daad beschouwd werd, staat in de geschiedenis zwarter aangeteekend dan de dagen, toen inquisitie en brandstapel aan de orde waren. Israid heeft eenigen zijner zonen door roof verloren! dat is een ongelukkig feit; maar den paus is een gedeelte van zijn grondgebied ont nomen, waardoor de kerk van haar glans is beroofd. Het zal ons niet bevreemden, zoo het aanstaande concilie ook Mortara's geschiedenis hemelhoog ver heft en den paus dankzegt voor zijne genomen moeite, in dezen. Maar, vergeten wij niet, boven den paus, boven het concilie, boven beiden staat God, die over Israël waakt en geen onrecht duldt. Mortara's geschiedenis heeft de wereld wakker geschud en ons vrienden geschonken, die overal voor ons en onze belangen werkzaam zijn. Het concilie moge besluiten nemen, de paus onfeilbaar verklaard worden, der waarheid hin dert dit niets; zij is krachtiger dan de stem van honderden bisschoppen; zij verkondigt luide: kinderroof is niet te vergoelijken! de stem van het bloed .uiag niet gesmoord worden! Mortara heeft het katholicisme meer verzwakt, dan het concilie het kan versterken. Het is een levend getuige, dat Rome de leer huldigt: het doel hei ligt de middelen." Eene deputatie uit Noord Sleeswijk, die den koning van Pruisen eene petitie moet overhan digen, waarin op de naleving van art. V van het Prager tractaat wordt aangedrongen, is te Berlijn aangekomen. De petitie is van meer dan 27,000 onderteeke- ningen voorzien, maar zal waarschijnlijk geener lei gevolg hebben. De koning van Pruisen heeft uit Baden-Baden het volgende schrijven aan zijn minister van eeredienst, alsmede aan den evangelischen opper- kerkeraad, het hoofdbestuur der protestansche kerk van Pruisen, gericht; het stuk is den 21"" der vorige maand gedagteekend, maar nu eerst Openbaar gemaakt: „De groote bewegingen onzer dagen in het gods dienstige leven der volken en der individuen, die tot ernstige beslissingen dringen, en de taak die zij aan de evangelische kerk des vaderlands op leggen, loopen aan een iegelijk in het oog en maken ons indachtig aan den plicht om den bij stand van den almachtigen God af te smeeken. 5 „Het is derhalve mijn wil, dat er in de evan gelische kerken mijns lands een buitengewone algemeene bededag worde gehouden, om Gods zegen in te roepen voor de aanstaande gewich tige beraadslagingen over de organisatie onzer evangelische kerk, maar ook 0111 voor die kerk Gods hoede in alle haar bedreigende, gevaren af te smeeken, alsmede versterking harer gemeen schap in zich en uiet de algemeene christenheid. Ik heb den 10aen November, den geboortedag van doctor Martin Luther, voor die kerkelijke plech tigheid bestemd; den minister voor de geestelijke aangelegenheden en den evangelischen opperker- keraad draag ik op, dienovereenkomstig maatre gelen te nemen." Oostcnryh-Hongaarsche Monarchie. De provinciale landdagen van Cisleitaansch Oostenrijk hebben voor het meerendeel hunne zitting geëindigd, maar de uitslag hunner beraad slagingen is er verre van af, aan de verwachting van het gouvernement te beantwoorden. De Tyroolsche landdag is bijna ontbonden ge worden, door den geest van verzet, dien hij tegenover de liberale, hervormingen aan den dag leide. De landdag van Bohemen, waar de Czechen door hunne afwezigheid schitterden, heeft een adres aangenomen, waarin de autonomistische neigingen afgekeurd, en de grondwetten van December 1S67 beschouwd worden als de eenige bases vormende voor het politiek bestaan zoowel van het keizerrijk als van Bohemen. In den landdag van Gallicië, waar de aanhangers der vigeerende staatkunde van het gouvernement de minderheid vormen, is men op het punt een adres aan te nemen, waarin diezelfde wetten worden afgekeurd, en met kracht wordt aan gedrongen op de autonomie van Oostenrijksch Polen Den keizer zullen die adressen bij zijn terug keer uit het^ Oosten worden aangeboden, maar, geheel weerspreken als ze elkaar doen, zullen ze zeker niet strekken, om Z. M. een duidelijk in zicht te geven van den toestand in zijn rijk. Eiig-elaiid.. Te Londen eischt de scharlakenkoorts vele offers. De markies \an Westminster, die verschillende hooge staatsambten bekleedde, is in den oudeidom van 74- jaar op zijn landgoed Eaton jHill gestor ven. De overledene werd geacht de rijkste edel man van het Vereenigd Koninkrijk te wezen. Koniiigin Victoria zal a. s. Zaterdag twee groote werken in de City van Londen, de brug bij Black-friars en den viaduct van llolborn, in wijden. Er worden groote toebereidselen voor deze feesten gemaakt. De plechtigheid van een bezoek der koningin aan de City is niet iels alledaagsch. Zoo wordt nu als een gewichtige quaestie besproken de vraag, of de koningin door Ternple-bar of van den kant van Surrey ol'langs Holborn de City binnen zal komen. De Lord Mayor moet verlof geven aan de koningin om de oude stad Londen, de City binnen te gaan, terwijl hij tevens, zoodra de koningin zich aan meldt, om het gebied der City te betreden, van zijn heerschappij tijdelijk afstand doet ten be hoeve van de binnen de City dan tegenwoordig zijnde Majesteit; ten blijke waarvan hij het symbool van zijn macht, het staatsiezwaard, aan de koningin overhandigt. Fi-aiilci-yii. De kerkelijke feestdag van 2 November is rustig geëindigd; dit is het eerste wat de Fransche bla den, die ten gevolge van het feest ons niet ge werden, te melden geven. Maar geen wonder! aller gemoederen ondervonden eene vrome stem ming en aandrang, om zich van elke buitenge wone handeling te onthoudenzelfs de particuliere correspondenten van uienig blad bewaarden dien dag het stilzwijgen. Wel had de prefect van po litie eene aanzienlijke hoeveelheid politie-agenten onder de menigte verspreid, maar met uitdrukke- lijken last, om niet alles op te merken, maar zooveel mogelijk door de vingers te ziendie handelwijze moge verstandig heeten, 't, is zeker te betreuren, dat men de ontbinding van eene kiesvergadering, waarin de quaestie van den eed zou worden besproken, gelijktijdig te vermelden heeft. Omtrent de verschillende kandidaturen wordt gemeld, dat de heer Arthur Picard zich geen kandidaat stelt, ten minste, dat zijn broeder hem uiet steunt. Ledru Rollin zal zich waarschijnlijk geen kandidaat stellen, Cremieux heeft in het vierde district de kandidatuur aanvaard; naast hem staan de heeren Allou en Glais Bizon. Prins Napoleon heeft sinds zijn terugkeer te Parijs voortdurend conferenties gehad met aan zienlijke personen, als ambtenaren, kamerleden, enz. Aan allen heelt hij als zijne overtuiging te kennen gegeven, dat aan de openbare meening en aan de wenschen der Kamer de meest ruime concessiën moesten worden gedaan. Onder de personen, die de prins ontvangen heeft, behoort ook de heer Ollivier, die van het bezoek aan zijne kiezers is teruggekeerd, een bezoek dat hij niet, zooals gemeld is geworden, gebracht heeft op last des Keizers; zijne vrienden had den den heer Ollivier aangeraden zijn terug keer nog wat uit te stellen, uit vrees, dat hij, tegenover mogelijke ministeriële crises, in dezelfde moeielijke houding zou geplaatst worden, als hij in den laatsten tijd voortdurend is geweest, eene houding, die men spottenderwijs aldus heeft om schreven: „De heer Ollivier brengt zijn leven door met het weigeren van portefeuilles, die hem niet worden aangeboden.'1 Men spreekt van eene verzoening tusschen generaal Fleury en den heer De Lavalette; de eerste, de volslagen antagonist van Rouher, de laatste diens innige vriend. In den Conslilulionnel leest men: „verscheidene bladen deeleu mede, dat er plan bestaat de wet van 1869 op de drukpers te wijzigen. We achten dit bericht echter geheel onjuist. Nu men toch, en terecht, besloten is aan de pers alle mogelijke vrijheid te laten, begrijpen we waarlijk niet, waarom men eene wet zou gaan wijzigen, die men niet van plan is toe te passen." Een on-dil zegt, dat Rusland het Oostenrijksclie kabinet zijne bemiddeling heeft aangeboden bij dc opstandelingen van Cattaro, maar dat Von Beust verklaard heeft, van dat vriendelijk aanbod geen gebruik te zullen maken. Het bevestigt zich, dat de ontwerper en uit voerder van het plan tot doorgraving van het kanaal van Suez, de heer De Lesseps, een nieuw huwelijk zal aangaan, en wel met eene zeer jeugdige vrouw. „Gisteren (schreef dezer dagen een Parijsch berichtgever vau het Journal de Bruxelles) is aan den maire van het 88tc arrondis sement dezer hoofdstad wettelijk afgekondigd, dat de heer Ferdinand De Lesseps, geboren te Ver sailles, in 1805, in den echt treedt met mejufvrouw Louise Autard de Bragard. De bruid, dochter van een zeer rijken grondbezitter, is 24, de bruidegom is 64 jaren oud. Het schijnt dat de zoon van den heer De Lesseps, op denzelfden dag als zijn vader, met eene zuster van mejufvrouw De Bra gard in het huwelijk zal treden." De Droit deelt mede, dat)het verhoor van Traup- mann voor den rechter van instructie, den heer Douet d'Arcq, verleden Vrijdag is afgeloopen. De processtukken zullen tegen het einde der volgende week naar de griffie van het keizerlijk gerechts hof te Parijs kunnen worden gezonden. Zonder de geheimen van het voorloopig onderzoek aan den dag le brengen, zegt het blad, meenen wij te kunnen uiededeelen, dat uit alle tot dusver gedane nasporingen en ingekomen inlichtingen is gebleken, dat Traupmann al de acht hein ten laste gelegde moorden alléén heeft ontworpen en ten uitvoer gelegd. Uit. Soultz wordt gemeld, dat een vierhonderdtal land-en handwerkslieden zich uit eigen beweging ter beschikking van dc over heid heeft gesteld, om behulpzaam te zijn bij het doen van opgravingen in de nabijheid dier plaats en tusschen Bollwiller en Guebwiller. De opgra vingen daar ter plaatse zijn met ijver hervat. TELEGRAMMEN. Madrid, 2 November. De heeren Ilios Rosas en Ardauaz hebben verklaard, dat de liberale unie het Ministerie zal ondersteunen indien het de constitutie strikt handhaaft. De wet betreffende de spoorwegen is door de Cortes aangenomen. De staat van beleg zal zeer waarschijnlijk op geheven worden vóórdat de Cortes stemmen over de keus des Konings. Ruim een vijftigtal repu blikeinen zullen alsdan weer in de Cortes ver schijnen. De candidatuur des Hertogs van Genua heeft opnieuw vier stemmen gewonnen en telt nu 132 aanhangers. Wecnen, 2 November. Berichten uit Cattaro melden, dat de Keizerlijke troepen, na een gevecht van drie uren, de insurgenten tot Sutvara hebben teruggedrongen. De generaal-majoor Dormus ont moette onder het voortrukken geen wederstand. Berlijn, 3 November. De Kreuzzeitung verklaart de geruchten omtrent de spoedige terugkomst van den heer Von Bismarck voor ongegrond. De Noord-Sleeswijkers, die met de aanbieding van het adres der Denen zijn belast, zijn door den Koning niet ontvangen en hebben hun adres aan den Minister van Binnenlandsche Zaken over handigd. Rouaan, 3 November. De heer Ozenne heeft op eene meeting gezegd, dat de zaak der tijdelijke toelatingen heden of morgen in den raad van Ministers zou worden behandeld. Omtrent de quaestie der opzegging van tractaten heeft de heer Ozenne zich niet verbonden, maar gezegd, dat eene wet houdende een algemeen tarief van douane-rechten, bij de opening der zitting zal worden aangeboden, opdat de Kamer het kunne onderzoeken vóór 4 Februari, het tijdstip waarop het Fransch-Engelsche verdrag zou kunnen worden opgezegd. De heer Ozenne zal morgen het indus trieel comité ontvangen. New-York, 3 Nov. De republikeinen hebben bij de verkiezingen in Wisconsin en Massachus- setts eene kleine meerderheid behaald. Kerkelijk: Nieuws. Christelijk Gerep. Kerk. Beroepen: te BergumJ. Smit te Zuid-Broek; te Winschoten: E. Harkema te Gasselte-Nieveen. Bedankt: voor Oldekerk: door J. F. Ten Hoor te Ferwerd. Roomsch-Katholieke Kerk. Bisdom van H a a rl e inIn het bisdom van Haarlem is een nieuw dekenaat opgericht, te wetenhet dekenaat van Gouda, waaraan de na volgende tien parochiën zijn toegevoegd De beide parochiën van Gouda, vervolgens Bos koop, Haastrecht, Moordrecht, Oudewater, Raam- burg, Schoonhoven, Waddinxveeu en Woerden. Tot deken van Gouda is benoemdL. Th. Bak ker, vroeger deken van Werfershoef; terwijl A. J. Ranshuysen, thans pastoor van Wognum, in zijn plaats tot deken van Werfershoef benoemd is. STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Zitting van Donderdag, 4 November. Aan de orde is de algemeene beraadslaging over de begrootiag voor Nederl. Indië, dienst 1870. De heer Mirandolle geeft te kennen, dat hij en anderen teleurstelling ondervonden hebben, niet alleen ten aanzien dezer begrooting, maar ook ten opzichte van het geheele beleid des ministers Hij schrijft dit daaraan toe, dat er geen harmonie bestaat tusschen de beginselen des ministers en de outwerpen die tot uitvoering dier beginselen moeten strekken Hij wijst als voorbeeld op de begrooting" zelve, vooral wat be treft de vaste bydrage in Nov. 1868. De minister was vrij radicaal omtrent dit punt; er mocht geen overschot zijn; 6en batig slot was in strijd met den eersten grondslag van het financieel beheer enz Doch, wat is er van die beginselen geworden? Be staat er verband tusschen het beginsel en den maat regel dieu de minister voordraagt, althans wat de wijze hoe betreft. Hij ziet daarin inconsequentie die van invloed is op de teleurstelling door hem althans ondervonden De heer Van Eek bespreekt 't financiëele punt. Hier te lande is het stelsel dat er geen uitgaven gedaan worden zonder door de inkomsten te zijn gedektin Indië echter is een omgekeerd beginsel. Er is op deze begrooting eene vermeerdering van uitgaven van 2 millioen en eene vermindering van inkomsten van 1&, dus een verlies van 3& milloen. Maar waarom niet in Indië datzelfde stelsel gehand haafd? Hij schrijft dit daaraan toe, dat de Minister nog geen vast stelsel aangenomen heeft, ten aanzien der financiëele verhouding tusschen de Koloniën eu- het Moederlaud. Waarom b. v. rekent de Minister niet het aandeel van Indië in dc schuld van Neder laud Is Indië een susercine staat of een deel van Nederland? Zijn Nederland en Indië niet een? Is dit laatste 't geval, dan is Indië een deel van Neder land, en dan is Indië verplicht een deel der renten te dragen. Is dit zou, dau moet Indié minstens 14 mil lioen bijdragen als aaudeel in do renten vau Nederland Hij geeft ook niet toe dat de cultures alleen als belastingzaak moeten beschouwd worden. Waarom moet alles voor indic bestemd blijveu Als men vaste bijdrage wil dan moet men die nemen, zooals die is en aan Indië tie lasten opleggen, die noodig zijn tot ilekking der uitgaveu. En nu is de bijdrage aan Nederland nog niet op de helft van hetgeen zij wezen moet, of anders mogen die uitgaven niet op gevoerd, of de inkomsten verminderd worden zonder aequivalent Men vergete toch niet, zegt spr., dat in Nederland ook zware druk bestaat Hij is geen vriend vau heeredieiislcu, maar bier zijn 'ook nog drukkeude belastingen op de eerste levensbehoeften. Yooral komt spr. op tegen het stelsel van opdrijvende uit gaven in Oost-lndic zonder vermeerdering van in komsten De heer Stoet v. d. Beele bespreekt de inrichtiug en de t jelichting der begrooting meer bepaald be treffende art. 7a van Hoofdstuk II, tot voorberiding van de reorganisatie der Departementen van algemeen bestuur. Hij vraagt: welke zal de werkkring zijn van het nieuw in te stellen Departement? Na nog eenige opmerkingeu omtrent de toelichting van som mige posten, zegt spr., dat hij echter wenscht, den minister ook met zijue eigenaardige bedaardheid eenigen tijd aan het werk te zien, en, al ware zelfs deze be- grootmg nog slechter ingericht, zou hij, om redenen buiten de begroeting, er toch voor steinineD. De heer Yan Lijnden van Sandenburg keurt de wijze af, waarop de begrooting aan de beoordeeliug der Kamer is onderworpen en vooral de onvoldoende toelichting. Uit eenige voorbeelden, die spr. hiervan aanhaalt, komt het hem voor, dat «le minister niet sterk is voor de vaststelling vau de begrooting bij de wet, dat vooral bleek uit de memorie van toelich ting. Bij het weinig licht dat er dus bestond, dat deze begrooting waarheid was, stond sprs. over tuiging dat zij eeue fictie was, en als hij van deze meemng niet werd teruggebracht, zou hij tegen stem men. Als voorbeelden van dezen fictieven staat hault hij aan: de vrij aanzienlijke vermindering der middelen tegenover do opdrijving der uitgaven. Dit punt was niet slechts onnauwkeurig toegelicht, maar er werden ook geen middelen tot verbetering aan de hand ge daan. Hij wees ook op de fictio in de raming der koffieprijzeu, op de slechte toelichting van den post. van in- en uitgaande rechteu en keurt het af, dat de post der opbrengst van dc pandjeshuizen zonder genoegzame rechtvaardiging van de begrooting ver- dweneu is. Sprs. bezwaren tegen de be^rooting zijn dus: 1°. de wijze harer inrichting; 2°. de oudeugde- lijkc gronden waarop de raming berust. Nog een derde bezwaar heeft spr. tegen de vaste bijdrage. Spr. zal tegen stemmen wegens gemis aan genoeg zame inlichtiug, om tol. de vaststelling van deze be grooting mede te werken. LjjDe heer Nierstrasz heeft steeds gewezen op het. ondoelmatige eener vaststelling der begrooting bij de wet Hij had toen niet kunnen denken dat de Minister van Koloniën het met hem eens was, en dus niet homogeen met zijn ambtgenoot voor de financiën, die er zeer vóur was. De Minister van Koloniën beschouwt de vaststelling der Indische be grooting bij de wet als een noodzakelijk kwaad. Dat is een stap v orwaarts eu de Minister zal in hem deswege geen tegenstand ontmoet en. -- Vervol gens staat spr. stil bij de gebrekkige inrichting en toelichting der begrooting Noch de gouverneur-ge neraal, noch de Raad van Indië, noch de minister, noch de Kamer heeft tijd gehad om eene begrootmg van 106 millioen behoorlijk te onderzoeken. Yerder voeren het woord de HM. Yan Sijpestein, 's Jacob en Hasselmau. De minister van koloniën beantwoordt de verschil lende sprekers. I.AATSTE BEUICIITEN. 's-G raven hag h, I November. Bij Koninklijk be sluit van 2 November 1869 N°. 17 is den lieer J. \V. R. Versteeg, op zijn verzoek, eervol ont slag verleend uil. zijne betrekking van directeur van liet postkantoor l,e Hatteni, met vergunning om zijne aanspraken op pensioen te doen gelden. Het Weekblad voor de Burgerlijke Administratie deelt de voornaamste punten mede, die behandeld zullen worden in de tegenwoordige vergadering van de provinciale staten van Noord-Brabant. Daaronder behoort een voorstel van gedep. staten tot heffing eener provinciale belasting oj) de paar den ter vervanging der thans bestaande tolheffing op de provinciale wegen. Tot regeling dier belasting zouden de paarden verdeeld worden in drie ca- thegoriön: 1°. de paarden, uitsluitend gebezigd voor landbouw, bet trekken van schépen en schui ten, het weghalen van asch en vuilnis in de kom men der gemeenten en het in werking brengen van molens; 2°. de paarden van landbouwende personen, gebezigd tot gemengd gebruik; 3°. alle paarden, niet in de twee vorige cathegoriën be grepen. De belasting zou jaarlijks bedragen we gens een paard der 1ste cathegorie f 1, der 2de ƒ3, der 3de f 10. Londen, 4 November. De bank heeft haar dis conto van 2& tot 3°/0 verhoogd. Madrid, 3 November. Topete volhardt bij zijn besluit om af te treden. Waarschijnlijk zal het kabinet worden ontbonden en Prim met de sa menstelling van een nieuw ministerie worden belast. New-York, 3 Nov. Bij de verkiezingen in Min nesota behaalden de republikeinen de overwin ning; bij die in Maryland en New-Yersey de democraten. Frankfort, 3 Nov. Gisterenavond zijn hier, in Darmstadt en in Gross-Gerau hevige aardschud- dingen waargenomen. In Gross-Gerau ontvloden vele lieden hunne woning.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1869 | | pagina 3