liet hooi reeds sterk broeide. In korten tijd was
de brandspuit aanwezig, en terwijl sommigen
aan het werk trokken om te spuiten, begonnen
anderen het naar buiten te halen. Op enkele
plaatsen kon men het hooi tot stof wrijven, zoo
zeer was het reeds tot asch overgegaan. Het hou
ten beschot was op enkele plaatsen zoo warm,
dat men het met de hand niet kon aanraken.
Zooveel mogelijk werd de inboedel uitgedragen;
maar door de spoedige hulp en het ijverig wer
ken kwam men ook dadelijk het gevaar te bo
ven. Ware het ongeval in den nacht gebeurd,
dan had de ramp groote gevolgen gehad. De
eenige schade is nu het verlies van het hooi.
Utrechr, 22 Aug. Een schoenmaker heeft bij
de illuminatie op Vrijdag-avond een chassinet
geplaatst met dit versje:
Hij leve lang, die brave Vorst!
Tot heil van Nederland!
Ten spijt van eiken aterling,
Die hier Hem strikken spant.
Hij leve lang, zij onze beê,
Gezegend zij zijn lot
Die bee heft al, wat braaf is, aan
Verhoor, verhoor haar, God!
J. H. v. D.
Utrecht, 24. Augustus. Naar men verzekert, zijn
er in de afgeloopen week per Centraal spoor on
geveer 40,000 personen vervoerd, en zou dit getal
nog veel aanzienlijker zijn geweest, indien er geen
wagens te kort gekomen waren; het personen
vervoer geschiedde ook in goederenwagens.
Leeuwarden, 23 Augustus. Zaterdag jl. ontdekte
een particulier onder Rauwerd, dat hem een blik
ken trommel met p. m. 1000 aan verschillende
waarden was ontstolen. Het vermoeden viel op
een stoelenwinder en zijn vrouw, die zich daar
hadden bevonden en naar deze stad waren ver
trokken. Zij werden hier door de politie onder
zocht, maar zonder gevolg, zoodat men ze weder
hun weg liet gaan. Het onderzoek werd intus-
schen ook te Rauwerd voortgezet en dit heeft
daar, naar ons wordt medegedeeld, geleid tot de
ontdekking van zoodanige trommel met nog
belangrijk meer waarde (men zegt van p. m.
5000) ineen hooiberg bij de woning, waar
de diefstal is gepleegd. Er worden vermoedens
geopperd, die wij voorzichtigheidshalve maar niet
zullen mededeelen.
Leeu« arden, 23 Augustus. In het tuchthuis heb
ben twee gevangenen twist gekregen en heeft
de een den ander met een soort priem uit een
weeftoestel zulk een steek in den nek toegebracht,
dat de verwonde in vrij gevaarlijken toestand
verkeert. De dader heeft wegens soortgelijke
misdaad eene tuchthuisstraf van tien jaren ten
zijnen laste.
Sneek, 23 Augustus. De kermis heeft ons thans
voor goed vaarwel gezegd en alleen de herinne
ring gelaten. Bij het weinige goede, dat zij op
leverde, is het ons een waar genoegen te mogen
vermelden, dat er ditmaal een kunstgenot is aan
geboden, als ons zelden ten deel valt. 't Vlaain-
sche tooneelgezelschap onder directie van Eloy
Lemaire heeft door zijne voorstellingen alhier
eenige genotvolle avonden verschaft, die we voor
al danken aan mej. Beersmans, eene actrice, die
het tot eene zeldzame hoogte in de kunst heeft
gebracht en door haar indrukwekkend, gevoelvol
spel hare hoorders menigmaal in verrukking
bracht.
Nijmegen, 21 Augustus. In de heden gehouden
vergadering van aandeelhouders der Nijmeegsche
Spoorweg-Maatschappij is door den thesaurier
verslag uitgebracht van den toestand en de op
brengst der Maatschappij over het afgeloopen
jaar. Daaruit blijkt, dat als dividend kan worden
uitgedeeld: per aandeel van 500 ƒ9.30 en per
aandeel van 100 ƒ1.86.
's-Hertogenbosch, 23 Augustus. LI. Donderdag
heeft men op het buitengoed Sophias Burg te
Wij passeerden den Pré-Catalan; wij hebben ijs
gebruikt in den Chalet, en wij zijn naar Parijs
teruggereden, beiden betooverd van een en het
zelfde persoontje namelijk van mij. Want gij
kunt wel begrijpen dat ik, gedurende den ge-
heelen avond, geene enkele gelegenheid heb la
ten voorbijgaan om den generaal te laten voe
len dat hij eigenlijk heel verkeerd deed- met
zoo maar ongetrouwd te blijven, wanneer er zoo
een zeker alleraardigst jongejufvrouwtje bestond,
die niet beter verlangde dan dengeen gelukkig
maken, die het haar wilde doen. Hij is reeds
zoover gekomen, geloof ik, dat hij ten halve die
verblindheid begint in te zien; want toen hij
mij de hand reikte om uit het rijtuig te stappen
voor onze deur, bedankte hij mij allerlevendigst
en allernaïefst voor het zoo allerliefste avondje,
dat ik hem verschaft had, zonder hem te deran-
geeren. Ik heb hem bedankt met eene buiging,
die op allerwelsprekendste wijze te kennen gaf:
dat het van hem slechts afhing om er alle dagen
zulke te hebben, uitgezonderd de gapingen
en veranderingen daarin met wijsheid aan te
brengen 1 heb ik bij mij zei ven er bijgevoegd.
„De generaal is allerliefst," zei mijn vader la
ter, geheel en al zonder erg, toen wij thuis wa
ren, waar het mij nog droeviger voorkwam, dan
een uur of zes vroeger. Ik weet niet of het bij
Vught gevangen 2 varkensdassen. Reeds lang
werden planten enz. in den tuin aldaar des nachts
beschadigd zonder den dader te kunnen ontdek
ken. Na vele nasporingen heeft men eindelijk
eene breede pijp ontdekt die aan den kanteener
sloot uitkwam; men veronderstelde dat de"ver-
woesters zich aldaar konden ophouden en na
eenige opgravingen gelukte het dan ook boven
genoemde dieren te vangen.
Naar men verneemt zullen ze naar een der
dierentuinen in Nederland worden opgezonden.
Doesburg, 23 Augustus. De gemeenteraad heeft
benoemd tot gemeente secretaris den heer A. F.
Schattenkerk, met 7 van de 8 uitgebrachte stem
men; de heer Mr. W. Tack bekwam 1 stem.
Tilburg, 20 Augustus. Vrijdag-namiddag heeft
een arbeider, in de bierbrouwerij van de kinde
ren van Roessel, het ongeluk gehad op zijn
hoofd in een brouwketel met kokend water te
vallen, zoodat hij deerlijk gebrand daaruit te
voorschijn kwam en daags daarna aan de gevol
gen overleden is. De ongelukkige laat eene vrouw
met twee kinderen na.
Gr emengde Berichten.
De vorige week verloor iemand uit de noor
delijke provinciën, die de feesten aan de Bildt
ging bijwonen, aan 't station Zwolle zijne por
tefeuille met geldswaardig papier enz. Hij deelde
't verlies aan niemand mede. Te huis komende,
vond hij tot zijne groote vreugde al het verlorene
in een pakje aan zijn adres terug, met het bij
schrift: „pas voortaan beter op uwe zakken."
De beestentemmer Lucas, die onlangs zoo vree-
selijk verwond is geworden, is aan de gevolgen
overleden.
De Russische Grootvorst-Troonopvolger en zijne
gemalin (Prinses Dagmar) doen sedert eenigen
tijd eene reis door verschillende gouvernementen
van Rusland, en hebben bij die gelegenheid ook
een bezoek gebracht aan de Donsche kozakken,
van welke de Grootvorst de hetman is. Hier
vooral is het vorstelijk echtpaar met buitenge
wone geestdrift ontvangen geworden. Een Peters-
burgsche correspondent vau l'Indépendance Beige
deelt deswege eenige bijzonderheden mede. „In
de rivier de Don (zegt hij) worden vele platen
of banken aangetroffen, over welke vaartuigen
van een geringen diepgang kunnen heenvaren,
maar over welke grootere schepen slechts door
paardenkracht heengesleept kunnen worden. Bij
de eerste bank, die de stoomboot van den Groot
vorst moest passeeren, stonden een aantal paarden
in gereedheid om deze taak te vervullen, maar
de Kozakken maakten de door het bestuur ge
nomen voorzorg ten eenenmale overbodig. Op het
oogenblik, toen de boot bij de plaat aankwam,
wierpen honderden kozakken zich in den stroom,
waarin zij tot aan hunne schouders nederzakten, en
trokken de boot, onder aanhoudend gejuich, zeiven
over de plaat heen. In de hoofdplaats van het gebied
der Donsche kozakken zijn aanstalten gemaakt om
den jeugdigen hetman en de Czarewna (die bij het
betreden van dat gebied beiden de aldaar in zwang
zijnde kleedij hebben aangenomen) eene schitte
rende ontvangst te bereiden. De Czarewitz moet,
naar de oude kozakken traditie, in eene bijeen
komst der kozakken-hoofden voorzitten, welke
onder den blooten hemel in een door lansen en
andere wapenen omheiud en met vlaggen en
andere insigniën versierd perk wordt gehouden.
Volgens het bestaande gebruik mag dit perk
door geene vrouwen betreden wordenmaar ten
behoeve van de vrouw des hetmans is eene gun
stige uitzondering gemaakt, en deze zal in het
geheimzinnige perk aan de zijde van haren ge
maal plaats nemen."
De totale zonsverduistering, die deu 7de° Aug.
11. in Noord-Amerika zichtbaar is geweest, le-
mijn vader onnadenkendheid of opzet is; maar
hij schijnt volstrekt niets te merken van mijne
manoeuvres tegenden generaal, 't Zou mij in 't
geheel niet verwonderen dat hij zich met opzet
wat meer kortzichtig en doof hield, als anders
de vaders en zelfs ook de moeders gewoon zijn te
doen, daar zij in den regel onze min of meer
ernstig gemeende minnehandeltjes eerst merken,
wanneer het reeds te laat is om ze te verhin
deren. Mijn vader zou er niet om treuren, wan
neer hij mij een rijk huwelijk zag doen, en
ik nog veel minder! zoodat ik geheel en al be
reid ben om daarin zijne wenschen te vervullen.
En wie zou dan nog durven beweren dat ik
geen gehoorzame dochter ben!....
Eenige dagen na dat diner zei mijn vader,
toen hij van het ministerie thuis kwam, op een
schertsenden toon tot mij: „Nu, gij hebt stellig
den generaal Bonnet veroverd, dochtertje Mar-
celle." Ik had wel lust gehad om te antwoorden
dat zulks wel precies mijne bedoeling was; maar
ik heb maar liever gedaan alsof ik er ook om
lachte. „Vandaag," vervolgde mijn vader, „is hij
op mijn bureau komen loopen, en heeft er
wel ten minste een uur over u zitten pra
ten." Ik heb er niets op geantwoord maar ik
heb miju voordeel gedaan met het bericht. En
dientengevolge ben ik, toen ik hem den ande-
vert stof tot uitgebreide berichten in de Ameri-
kaansche couranten. Op verscheiden punten,
vooral te Springfield in Illinois, waar een soort
van observatorium opgericht was, is de eclips
onder de gunstigste omstandigheden waargeno
men. De bijzonderheden, die de bladen meedee-
len, zijn geheel dezelfde als alle totale zonsver
duisteringen opleveren. De horizont half licht,
de duisternis naar het zenith toe al klimmende,
de helderste planeten en sterren zichtbaar, rondom
de zon, de bekende rood lichtende wolk-uitstor
tingen, verbazende verkoeling van de atmosfeer,
welke in Westelijk Virginia zelfs na de verduis
tering aanhield en nachtvorst veroorzaakte, zijn
de voornaamste trekken van het schouwspel.
Omtrent nieuwe wetenschappelijke observatiën
vindt men een tijding, die zeker haar waarde
heeft, zoo zij juist is, waarbij professor Winlock
te Stubbville in Kentucky elf lichte strepen in
het spectrum van de lichtende wolk-uitstortingen
heeft waargenomen, terwijl vroeger slechts van
vijf de plaats bepaald was. Dezelfde professor
zegt, dat hij een vlucht meteoren, tusschen de
maan en de aarde, het glas van zijn telescoop
heeft zien voorbijtrekken.
Alles wat tot heden vernomen is van de bui
tensporigheden die uit dweeperij ontstaan kun
nen, wordt overtroffen door hetgeen nu uit de
Russische provincie Saratow gemeld wordt. Daar
hebben de profeten eener nieuwe leer verkon
digd dat de eenige weg ter zaligheid bestaat in
zelfverbranding, en zulk eene geestdrift onder de
domme boeren opgewekt, dat in éen dorp meer
dan 1700 menscheD zich in houten huizen ver-
eenigden, en na deuren en vensters dichtgestopt
te hebben, de gebouwen in brand staken en zoo
in de vlammen omkwamen. De autoriteiten doen
alles wat zij kunnen om deze enormiteiten tegen
te gaan, doch zonder veel gevolg.
In het ontworpen strafwetboek voor den Noord
Duitschen Bond komt o. a. deze bepaling voor,
dat aan het verlies der burgerschapsrechten ook
is verbonden het verlies van adellijke titels, iets
wat tot nu toe slechts in Pruisen, Brunswijk,
Waldeck en Lippe-Detmold het geval was. Het
bondsministerie van Justitie is van meening dat,
hoewel er geene bevoorrechte standen meer be
staan krachtens de grondwet, de adel toch nog
kenbaar is aan titels en orden, en dat hij dus
in eene strafwet bij titels en orden ter sprake
kan komen. Dientengevolge wil het ontwerp, dat
voortaan ook in Anhalt, Mecklenburg, Lippe-
Schaumberg en Reusz jongere en oudere linie,
een schurk, die tot den adelstand behoort, niet
meer van uit zijne gevangenis visitekaartjes kan
zenden met een adellijk kroontje en het devies
„Noblesse oblige" verrijkt.
KOLONIËN.
BATAVIA, 9 Juli.
Door den Gouverneur-Generaal van Neerlandsch
Indië zijn nog de volgende beschikkingen ge
nomen
Civiel Departement. Benoemd: Tot administr.
van het klein zegel te Batavia, C. Noordhoorn;
tot lid bij den raad van justitie te Padang, G.M.
Schuurman.
Verleend: Een tweejarig verlof naar Neder
land, wegens ziekte, aan den l"le° comm. bij het
dep. van financiën, H. Le Congé.
Ontslagen: Eervol, wegens ziekte, de admi
nistr. van het klein zegel te Batavia, P. G. Wes
tenberg; op verzoek, eervol, wegens vertrek, als
lid bij den raad van justitie te Padang, Jhr. W.
H. Teding van Berkhout.
Militair Departement. Bevorderd: Tot off. van
gez. le kl. bij den geneesk. dienst van Sumatra's
Westkust en onderhoorigheden, G. A. P. Van
Steenvelt; tot id. le kl. J. F. P. Ermerins, P. C
Van Goens en J. A. Einthoven.
ren dag in een salon ontmoette, ontzettend lief
geweest tegen den heer Raoul Saulnier, die mij
gedecideerd het hof maakt. Als die goede mijn
heer mijne aanhaligheden voor klinkende munt
heeft aangenomen, loopt hij gevaar van zich
geweldig te misrekenen, want ik had daarmee
geen ander doel dan om den generaal aan te
prikkelen, die op een paar schreden afstands van ons
met iemand stond te praten, doch meer aandacht
scheen te wijden aan ons gesprek dan aan dat,
hetwelk hij zelf voerde. Ik ben dan ook uitnemend
geslaagd, want een kwartiertje daarna kwam de
generaal tot mij, terwijl ik op dat oogenblik toe
vallig alleen stond hij vraagde mij met eene meer
dan verdachte onverschilligheid en vroolijkheid
„Wie was toch dat knappe jongmensch, dat u
daareven zoo heeft aan 't lachen gemaakt, me-
jufvrouw Marcelle?" En toen ik hem den naam
had genoemd zei hij„Dat is zeker een van
uwe gelukkige aanbidders?"
„Helaas!" antwoordde ik hem daarop, „wij
zijn geen van beiden rijk genoeg om ons de
dwaasheid te kunnen veroorloven van elkaar
te beminnen, al zouden wij zelfs daaraan den
ken. Twee armoedjes samen dat geeft onfeil
baar ellende, en dat is een akelig nakroost,
nietwaar generaal? Maar daarvan weet gij, als
geboren millionair, natuurlijk niets."
Marine Departement. Benoemd: Tot 1"" com
mies J. W. F. Lutter, en tot 2den comm. F. De Bie.
Onder het opschrift Koffiepraatjes leest men in
het Bat. Band.
Een zonderling verschijnsel. Men deelt ons mede,
dat bij de „grondenquête" in de Preanger in het
district Radja-Maudala bleek, dat de bevolking
aldaar zoo weinig is ingenomen met de, voor den
welstand dezer bevolking zoo zegenrijke koffiecultuur
dat zij verklaarde niet vrijwillig tot den pluk der
koffietuinen te willen overgaan; zij wilde dus
niet eens het genot hebben van den prijs voor
haren arbeid; waarschijnlijk beschouwt zij het
gewennen aan den arbeid reeds als een zoo grooten
zegen, dat zij geldelijke belooning daarvoor over
bodig acht. In andere districten gebeurde het, dat
men nieuwe regelingen maakte in de verdeeliDg
der koffietuinen, waardoor sommige dessa's enkele
fraaie vruchtdragende tuinen aan andere dessa's
hadden moeten afstaan. Door oningewijden zal het
nu een vreemd verschijnsel genoemd worden, wan
neer zij vernemen, dat de eigenaren dier fraaie
tuinen lekker waren met deD afstand, terwijl de
nieuwe rechtverkrijgenden op die tuinen (dat
wil zeggendie ze voortaan onderhouden en het
product aan het Gouvernement zouden moeten
leveren) met dat geschenk volstrekt niet waren
ingenomen en er voor wenschten te bedanken. Wat
zegenrijke, wat wezenlijke volkscultuur
Men had met bevreemding opgemerkt, dat de
koffietuinen in Garoet veel minder produceerden
dan de veel onvoordeeliger uitziende tuinen in
Sumedang. Een nauwkeurig onderzoek bracht
aan het licht, dat o. a. in een tuin, die volgens
de staten uit 100,000 boomen bestond, slechts
7000 boomen present warenzoodoende helderde
zich het verschil in productie op. Het streven
van sommige ambtenaren is, om de tabellen
tout prix te doen kloppen. Wij wezen er echter
reeds op, welke mate van vertrouwen mag wor
den gesteld op de statistieken van allerlei soort,
die in Indië onder de oogen der regeering en ten
gevolge daarvan onder die van de Wetgeving in
Nederland komen. Dat doet er niet toe! moet
niet in de allereerste plaats de gouvts. koffiecul
tuur behouden worden? en zal dat mogelijk zijn,
wanneer de ware waarheid bekend wordt?
Greld- en Eflectenmarlrt.
Amsterdam, 23 Augustus.
Alles in aanmerking genomen, mogen wij te
vreden zijn met de sïuitingsprijzen vau onze Hol-
landsche fondsen, welke voor de 2% pet. gelijk
was met die van vóór acht dagen, en voor de
3 en 4 pet. zelfs iets hooger. De eerstgenoemden
werden den 16d™ genoteerd op 54% en heden
op 55 pet., de 3 pet. 63% tegen 63?f», de 4 pet. 86
tegen 86% heden. Niettemin is de strijd in den loop
der week vrij hevig geweest, en daalden zij respec
tievelijk tot 54%, 63i£c en 85% pet. In aandeelen
Handelmaatschappij was heden de handel zeer
levendig, terwijl de sluitingsprijs circa 1 pet. hoo
ger is dan verleden week, toen-zij op 116Ü ge
noteerd werden.
Van de buitenlandsche fondsen verloren de
Spanjaards 2% pet. van 29% op 29Ms, de 3 pet.
buitenlandsche 1867 van 29 op 29, de binnen-
landsche 3 pet., groote stukken, van 25% op 25H«,
de kleinere stukken van 25% op 255t pet. Veel
moge het verlies niet bedragen, het beteekent
toch eene slechte verwachting. Portugal tamelijk
prijshoudend evenals de meeste Russische staats
fondsen. Van de Spoorwegen in Rusland onder
gingen de oude Groote Sporen een niet onbe
langrijk verlies, waarvan zij echter een gedeelte
weder hebben ingehaald: van 24-3.75 vielen zij
nl. op ƒ239.50, doch blijven heden ƒ241.50. Jelez
Griasi viel mede van ƒ213 terug op 211.50, doch
blijft nu zelfs nog iets hooger dan den 16d«», op
„Dat helpt mij ook veel! 't Ware misschien
beter een dertig of veertig jaartjes later te zijn
geboren."
„Och, kom 1 dat is eene gemeenplaats, die
iedereen in den mond heeft en waaraan nie
mand geloof slaat, vooral niet de jongelieden
die het moeten aanzien en datgene begeeren,
wat de ouderen meer dan zij bezitten. Is men rijk
wanneer men jong is? Is men vermaard? Heeft
men het recht om verliefd te worden? Zie, daar
hebt gij, bijvoorbeeld, den heer Saulnier. Hij is
vijfentwintig jaar; hij is schilder en heeft talent.
Welnu! al zou hij op mij verliefd worden, op een
meisje zonder geld, dat zou toch immers tot geen
huwelijk kunnen leiden; terwijl gij daarentegen
generaal, met opene armen zoudt worden ont-
vangeu door de edelste en rijkste erfgenamen,
indien gij maar niet zoo'n onverbeterlijk oud
vrijer waart."
„Onverbeterlijk? misschien omdat niemand het
zou willen ondernemen om mijne genezing te
beproeven."
„En dat waarom niet?"
„Waarom niet? waarom niet? zoudt gij het
dan willen
„Och, ik! ik kom daarbij immers niet te pas."
[Wordt vervolgd
