INGEZONDEN.
In de Leydsche Courant van 16 dezer wordt in
een ingezonden stuk getiteldDe candidatuur
van Doctor Frenay," door X beweerd dat die
candidatuur is: een schoon antwoord van de
beide kiesvereenigingen Nederland en Oranje en
Vaderland en Oranje, gegeven op de ongegronde aan
tijging voorkomende in het Leidsch Dagblad kort
na de laatste verkiezing; waarin met cijfers was
aangetoond dat een groot deel der conservatieven,
niet voor den R. K. candidaat S. hadden gestemd;
en wel op grond dat de drie overige candidaten
van die partijen veel. meer stemmen op zich
vereenigd hadden dan S.
Op welken grond X iets op wiskunstigen grond
bewezen een ongegronde aantijging noemt, zal
zonder nadere verklaring zeker niemand door
gronden; maar voor bombast, en het „schoone
antwoord" voor anti-revolutionnaire kwezelarij
en bedrog houden.
Als X, die waarschijnlijk zijn wiskunstige ken
nis in de bijzondere school uit Bartjes heeft ge
put, nu de moeite wilde doen om bedaard de
zaak in het reine te brengen, door (wanneer hij
het zoover in de kunst heeft gebracht) 351 (stem
men voor S.) van 432 (stemmen voor E.) volgens
de regels der kunst af te trekken en daarbij geen
fouten bega dan ben ik zeker dat X er 81 zal
overhouden; en wie waren dat nu?
X zal de liberalen toch niet verdenken van
aan de candidaten der conservatieven met uit
sluiting van S. die meerderheid te hebben be
zorgd dat zou zeker een ongegronde aantijging van
X zijn, die daardoor de zwakheid der drie sa
menwerkende vereenigingen zou erkennen, daar
het zou blijken dat zij een deel van de alleen
staande liberale partij noodig hebben om de
meerderheid te verkrijgen. Nog ongegronder zou
het zijn de schuld op rekening van de Katholieken
te stellen. Zoodat het wiskunstig zeker is, dat
het bedrog bij de conservatieve vereenigingen
N. en O. en V. en O. schuilt, en dat noemt X
Houw en Trouw jegens hunne katholieke stadge-
nooten!!! Waarlijk een trouw waarop niemand
jaloersch behoeft te zijn en die droevig stemt
bij de Oranje kleur, welke die partijen dragen.
Opmerking verdient het, dat bij de eerste ver
kiezing de R. K. vereeniging den heer Lisman
niet als candidaat stelde, omdat men niet voor
nemens was voor hem te stemmen. Hoe dat na
volgenswaardig voorbeeld door de bevriende par
tijen is opgenomen, blijkt zonneklaar uit de be
wuste eenentachtig- het is een schoon bewijs voor
de erkende trouw en eerlijkheid in daden, waar
var. de conservatieven het monopolie bezitten.
Dat de liberalen hun beginsel laten varen is
door X gelogen.
Door de vereeniging Voorwaarts was aan de
kiesvereeniging Het Algemeen Belang verzocht:
den heer H. P. J. Van Wensen candidaat te stel
len, waaraan zou zijn voldaan zoo niet de heer
v. W. had doen blijken thans de candidatuur niet
te zullen aanvaarden.
Men oordeele over het „schoone antwoord" en
de trouw der conservatieven, en het ongegronde
der aantijging.
C. B.
In de Leydsche Courant van Maandag 16 Aug.
leest men
„Toen dan ook deze hoofdzaak (het onderwijs)
„in eene nuts-vergadering besproken werd, in den
„vorm van de neutrale school, toen stond de heer
„Lezwijn lijnregt over tegen den Heer Frenay
„en onze overige geestverwanten op dat punt."
Alzoo heeft, volgens den inzender, de heer
Lezwijn] zijne beginselen, wat het onderwijs be
treft, uitgesproken, en zijn zij den dokter volko
men bekend. De inzender bewijst dus juist het
omgekeerde van hetgeen hij bewijzen wil.
Het feit zelf, het gebeurde op de nuts-verga
dering, dient men voor rekening van den inzen
der te laten. Op de juistheid van zijn beweren
valt wel wat af te dingen. Den llde" December
des vorigen en den 24"el1 Juni dezes jaars is in
het Departement de neutrale school besproken,
en let wel in beide vergaderingen was de heer
Lezwijn afwezig en heeft Dr. Frenay geene enkele
maal hel woord gevoerd.
Een gelukkig verschijnsel.
Er heeft zich bij het stellen van een Candidaat
voor het lidmaatschap van den gemeenteraad
een voor de voorstanders der neutrale school ver
blijdend feit voorgedaan. Alle kiesvereenigingen
hebben namelijk voorstanders van de neutrale
school candidaat gesteld. Immers de heer Dr.
Frenay heeft in eene advertentie verklaard ho
mogeen te zijn met den heer Lezwijn, voor zoover
hem bekend, en daar de gevoelens van den heer
Lezwijn, wat betreft de onderwijszaak, van al-
gemeene bekendheid zijn, zoo volgt hieruit dat
Dr. Frenay ook hierin met hem homogeen is.
De candidatuur van den heer Frenay door de
drie kiesvereenigingen, Vaderland en Oranje,
Nederland en Oranje, en Recht voor allen, be
wijst dus, dat eindelijk deze kiesvereenigingen
overtuigd geworden zijn van het onredelijke en
onbillijke hunner grieven tegen de uitvoering
van de Schoolwet, en ten gevolge daarvan nu ook
de partij in den gemeenteraad, die voor de tegen
woordige wijze van uitvoering is, wenschen te
versterken. De bewering, die ik van sommigen
gehoord heb, dat de drie genoemde kiesvereeni
gingen niet met de gevoelens van Dr. Frenay
bekend waren, kan ik niet aannemen; immers
is het ondenkbaar dat men iemand candidaat
stelt, zonder zich eerst overtuigd te hebben van
zijne denkwijze ten opzichte van de gewichtigste
vragen van den dag; zulks is dan ook van drie
kiesvereenigingen niet te denken.
Laat ons dus hopen dat de partij van de open
bare school in de drie kiesvereenigingen een be
langrijken steun zal blijven vinden, en dat zij
met Algemeen Belang en Voorwaarts blijven
zullen aan het hoofd der verdedigers onzer ge
zegende openbare school. X.
BUITENLAND.
Spanje.
Uit Madrid schrijft men dd. 7 Augustus:
Op 28 Juli zag men bij het aanbreken van
den dag op een hoogen top der oostelijke Pyre-
neën, niet verre van Araguos, eenige personen
de uiterste grens tusschen Spanje en Frankrijk
overschrijden, echter niet zonder een langen en
voorzichtigen blik in de verte geworpen te heb
ben. Eenigen droegen het geestelijk gewaad, an
deren de militaire jas, met de boïna op het hoofd
een enkele was in zwarte burgerkleeding; men
meldt echter niet of hij daarbij ook de tra-
ditioneele witte das droeg.
Op de grenslijn zelf van het Spaansch grondgebied
gekomen om steeds den eenen voet op het
gastvrije Frankrijk te kunnen plaatsen, haalde
men een banier uit een koker te voorschijn,
waarvan nu het voor de eerste maal zich ont
plooiende satijn als een uitdagend teeken in den
morgenwind wapperde. Vervolgens plantte men
de banier met eenige moeite in den grond, helaas
even ondankbaar als het gemoed van hen die
dezen grond voor zich zelf willen behouden; daarop
naderde een der geestelijken de banier om hem
te zegenen en met wijwater te besprenkelen.
Vervolgens trokken allen die het militair gewaad
droegen, als door een heilige verrukking bezield,
hunne degens, terwijl de jongste van hen, trotsch
en schoon als de aartsengel Gabriël, de zijne
naar het zuiden richtende, uitriep: „Spanje, gij
behoort mij!" waarop allen antwoordden met
dezen kreet„Leve Karei VII! Het is Gods wil."
Slechts een enkel pistoolschot klonk voorts over
het gebergte, ten einde te voorkomen dat deze
roemrijke plechtigheid op minder aangename wijze
gestoord mocht worden. De heer, die geheel in
het zwart gekleed was, als ging hij naar eene
begrafenis hij was ongetwijfeld de notaris van
het gezelschap naderde vervolgens om op zijne
knieën de akte op te maken van deze inbezitne
ming van het grondgebied, evenals eertijds die
der Amerikaansche gewesten tegenover de wil
den en ongeloovigen plaats had. De akte werd
daarop door allen onderteekend.
Daarna werden de degens weer in de schede,
de banier in den koker, het schrijfgereedschap
in de zak van den notaris gestoken; iedereen
trok daarop weder over de grenzen om zich naar
zijn schuilplaats te begeven, als laatste bewijs
van deze symbolische inbezitneming een gedeelte
van den grond aan de schoenzolen medenemende.
De zaak was daarmede geëindigd en wel op
uitnemende wijze geëindigd: Spanje was, zonder
dat het daarvan iets wist, veroverd, en de co-
medie of liever de grap was afgespeeld.
En zulke kluchtige tooneelen kunnen voorbe
reid en ten uitvoer gebracht worden, zonder la
chen, midden in de 19de eeuw! En men kan,
men durft ze dan nog „roemrijk" noemen!
Waarlijk, er zijn personen, die zelfs het belache
lijke misbruiken
Frankrü k.
Vrijdag jl. heeft de commissie de drie amende
menten onderzocht, die ingediend zijn door de
heeren Hubert-Delisle, de Ségur d'Aguesseau en
Larabit, tot weder-invoering van het adres van
antwoord. Deze amendementen zijn door de
commissie verworpen, doch slechts met de meer
derheid van ééne stem.
Sedert de verzoening van Prins Napoleon met
den Keizer is van diens amendement geen sprake
meer. De P.appel beweert, dat de Keizer den
Prins het verlangen heeft te kennen gegeven,
om zich niet te zeer te mengen in de discussiën
over die amendementen, welke veel verder gaan
dan 's Keizers concessiën. Dit zal den Prins
evenwel niet beletten, om bij de algemeene be
raadslagingen eene rede te houden van radicale
strekking. Zoo althans wordt in het Palais Royal
beweerd. Iutusscben moet men aan die rede
niet de beteekenis hechten, die 's Keizers neef
weleer te Ajaccio heeft uitgesproken. Daar was
de Prins de vertegenwoordiger der Regeering;
in den Senaat spreekt hij slechts zijn persoonlijk
gevoelen uit.
Men verzekert, dat art. 4 tot een afzonderlijk
Senaatsbesluit zal gemaakt worden, waarin be
paald wordt, dat de zittingen des Senaats van
stonden af openbaar zijn.
De commissie, belast met het onderzoek der
wetgeving, regelende het beroep van uitgever
en boekdrukker, heeft den heer Giraudeau, een
publicist, de taak opgedragen om eene schets
samen te stellen van de veranderingen, die de
wetgeving, regelende de beide takken van nijver
heid, in den loop der tijden ondergaan heeft.
Het Kanaal van Suez en de Engelsche pers.
2 Augustus jl. werd te Parijs in de salie Herz
onder voorzitterschap van Ferdinand De Lesseps
de jaarlijksche vergadering gehouden van aan
deelhouders in de grootste onderneming, die sinds
eeuwen op touw werd gezet, het Kanaal van
Suez. Had Ferdinand De Lesseps met groote
moeilijkheden te kampen gehad van den aan
vang af, maar vooral met den twijfel der menigte
aan het tot stand komen van zulk een werk als
de doorgraving van de landengte van Suez, des
te grooter was de zelfvoldoening voor hem, nu
hij den aandeelhouders, ten aanzien van geheel
Europa, kon mededeelen, dat de volharding,
waarmede zij hunne kapitalen voortdurend ter
zijner beschikking hadden gesteld, met goeden
uitslag bekroond en het werk zijne voltooiing
nabij was. Het kanaal van Suez toch zou den 17de"
November geopend worden. En de wereld heeft
het te danken aan de volharding en het talent
van Ferdinand De Lesseps, dat de 19de eeuw de
verwezenlijking van het wonder mag aanschou
wen, dat de gedachten van zoovele groote mannen
uit het verleden bezig hield.
Onder hen, die het minst geloof er aan sloegen,
dat De Lesseps plannen ooit tot voltooiing zouden
komen, moeten in de eerste plaats de Engelschen
worden genoemd, wier twijfel ook ijverig gevoed
werd door den handelsnaijver, die hen bezielde.
Thans echter brengen ze als om strijd hulde aan
het grootsche der onderneming en aan haren
genialen ontwerper en kampioen, en voorzeker
zal niemand hen kunnen ontzeggen, dat ze op
loyale wijze op hunne vroegere dwaling terug
komen, waar men twee artikelen van Engelsche
bladen naast elkaar legt, waarvan het eene den
15den Mei 1S60, het andere den 29"c" April 1869
werd geschreven. Een veel gelezen Londensch
blad schreef na de algemeene vergadering der
aandeelhouders op eerstgemelden datum het vol
gende:
„De toespraak, door den Hoogepriester der
Egyptische onderneming gericht tot de meest zelf
verloochenende en goedgeloovige corporatie, biedt,
ten minste voor eiken lezer wiens spaarpennin
gen nog niet zijn verzwolgen door het zand der
woestijn, eene even pittoreske en even aantrekke
lijke luchtspiegeling aan, als de woestijn zelve kan
verschaffen aan verdroogde lippen en aan door
hetzand verblinde oogen. De vermaarde Bal brig-
gam, wiens vaderlijk erfdeel, geheel en al met
hypotheken bezwaard, bestond in uitgebreide moe
rassen in de nabijheid der zee, was een kind in
de wetenschap der verbeelding, waar men hem
vergelijkt met den grooten ontdekker van een
nieuw Pelusium, als hij in de zaal Herz zijn
gehoor tracht te overtuigen, dat 250 zieke Euro
peanen en 600 met geweld aangeworven Ara
bieren, die het état-major van het kanaal vormen,
bezig zijn dit verbazende werk te voltooien en
sterk genoeg zijn, om dit te doen zonder geld,
zonder water en zonder steen. Hoe is 't mogelijk,
dat de beste Fransche critici blijven klagen, dat
de literatuur der fictie dood is in een land, dat
een De Lesseps heeft voortgebracht."
Den 29!ten April 1869 werden daarentegen de
volgende woorden in het openbaar uitgesproken
door den heer Sannders, eigenaar en hoofdredac
teur van het te Calcutta verschijnend blad the
Englishman:
Als vertegenwoordiger van de Indische
pers moet ik erkennen, dat ik en wij allen,
Britsche onderdanen, geen geloof hebben geslagen
aan de mogelijkheid om de landengte van Suez
met gelukkigen uitslag te doorborenWe
hebben ons echter ten eenenmale bedrogen en
de feiten hebben onze verwachtingen weerspro
ken. We zijn in al onze stellingen aan het wan
kelen gebrachtNiet alleen is het kanaal
doorboord, maar 't heeft de wereld voor zich
gewonnen. We zullen eene geheele omwenteling
zien plaats grijpen in de scheepvaart op de oos-
.ersche zeeën, eene omwenteling veroorzaakt
door de noodzakelijkheid, om het kanaal over te
steken
„Onze vorsten en onze onderkoningen, onze ge
neraals, onze ingenieurs en onze handelaars hebben
de werken van het kanaal bezocht en allen zijn
teruggekeerd, vol indrukken over de grootschheid
der onderneming, over het talent, dat er bij werd
ontwikkeld, en over het verkregen succes. Liver
pool is aan zijne onverschilligheid ontrukt, Londen
is wakker geschud uit zijne illusoire zorgeloosheid
en allen bereiden zich voor op den grooten strijd,
die bedaard en kalm nadert en waaraan al de
natiën moeten deelnemen."
TEUEÖRAMMEN.
Odessa, 14 Augustus. De keizer en de keizerin
aller Russen zijn hedenochtend alhier aangeko
men. Zij zijn onmiddellijk naar Liadia vertrokken.
Bucharest, 13 Augustus. Bij Brusturose hebben
Hongaarsche soldaten opnieuw inbreuk gemaakt
op de grensscheiding.
Het contingent van dit jaar, ten bedrage van
7200 man, is opgeroepen.
De vorst vertrekt morgen naar de Krim om
bij den keizer van Rusland een bezoek af te
leggen.
Pestli, 14 Augustus. De bewegingen van Ru-
menische militairen te midden der quaestie over
de grensbepalingen blijken niet te zijn geschied
op last van het Ruinenisch ministerie, maar ten ge
volge van den overdreven ijver van een der pre
fecten. Tot eene vriendschappelijke regeling dezer
grens-quaestie is eene Hongaarsch-Rumenische
commissie benoemd.
KoBstantlnopcl, 14 Augustus. Woensdag 11. is
het contract geteekend betreffende de leening van
12 millioen pond sterling tot een interest van 6
procent. De prijs van uitgifte is 62 procent.
Het gewone budget levert een deficit op van
507,250 liras. Het buitengewone toont een nadeelig
saldo aan van 2,102,150 liras.
Lissabon, 14 Augustus. Uit Paraguay wordt
gemeld, dat de geallieerden, ten gevolge van onvol
doende sterkte der armee, genoodzaakt zijn de
operatiën te schorsen, en dat de Paraguayanen
de stad Rosario, in Boven-Paraguay, heroverd
en daarbij een Braziliaansch schip genomen heb
ben. De positiën van Lopez bij Ascuros zijn aan
merkelijk versterkt.
Weenen, 14 Augustus. In de zitting der dele-
gatien van den Rijksraad zijn de debatten over
het budget van oorlog voortgezet. De minister
heeft de organisatie der armee verdedigd uit een
staatkundig, grondwettig, militair en economisch
oogpunt. Zijns inziens was in den algemeenen
toestand nog geene vermindering der armee aan
te raden, doch hij achtte het ook niet dienstig
het aantal bataljons tot op 90 te brengen. De
tegenwoordige organisatie is zoodanig, dat er
steeds 500- a 600,000 man strijdvaardig kunnen zijn.
Parijs, 14 Augustus. De keizerlijke prins is
heden naar het kamp van Chalons vertrokken.
Onder voorzitterschap des keizers is hedenoch
tend een kabinetsraad gehouden.
Men verzekert dat de keizer, ten gevolge
van den dood van maarschalk Niel, |de militaire
feesten in het kamp van Chalons niet zal bij
wonen.
Parijs, 15 Augustus. De keizer heeft gisteren
een decreet uitgevaardigd, dat gecontrasigneerd
is door alle ministers, en waarbij ter gelegen
heid van den honderdjarigen gedenkdag van Na
poleons geboorte, algeheele amnestie wordt ver
leend aan veroordeelden wegens politieke over
tredingen, drukpers-delicten, overtredingen van
de wet, regelende het beroep van uitgever, eu
van de wet op de openbare bijeenkomsten en
coalitiën.
Krachtens een ander decreet is amnestie ver
leend aan militairen en mariniers, die deser
teerden.
Het Journal Officiel zegt, dat de keizer gisteren
van plan was om naar Chalons te gaan, maar
dat een aanval van rheumatisme zijn vertrek
heeft doen uitstellen.
De begrafenis van het stoffelijk overschot van
maarschalk Niel is op 17 Aug. vastgesteld.
Aan talrijke leden der tiers-parti zijn decora-
tiën toegekend.
Madrid, 14 Augustus. De lmparcial maakt mel
ding van de aanwezigheid eener Carlistische bende
van 170 man nabij Albaida.
Men verzekert dat Estartus met een honderdtal
Carlistische aanvoerders zonder soldaten aan de
Fransche grenzen op orders van Don Carlos
wacht.
GEVEILDE PEBCEELEN
Gehouden verkoopiug aan den burg alhier op
14 Aug. ten overstaan vau den notaris P. Muller
N°. 1. Een huis en erf met tuin aan de noord
zijde van de Hoogewoerd Wijk III, N°. 393.
Kooper N. Van Rossen qq. voor f 4520.
N°. 2. Een winkelhuis en erf aan de westzijde
van de Lange Koornbrugsteeg Wijk VII, N°. 941.
Kooper J. P. M. De Graaf voor /3000.
N". 3 en 4 zijn niet geveild.
LAATSTE BERICHTEN.
's-Gravenhagl, 16 Augustus. Hedenochtend, om
streeks vijf ure ontdekte men door het uitslaan
van den rook, dat er brand was ontstaan in het
pakhuis van de huisschilders Reuser en Mad le
ner, gelegen achter hunne woning op het Spui.
Door spoedig aangebrachte hulp was men den
brand in korten tijd meester en heeft men slechts
eene betrekkelijk geringe schade te betreuren.
De oorzaak van dit ongeval is vermoedelijk toe
te schrijven aan zelfontbranding van een vat
zwartsel. Politie en schutterij waren dadelijk
aanwezig.
's Rijks middelen hebben gedurende de zeven
eerste maanden van 1868 opgebracht f 39.369.889.35,
waren voor 1869 geraamd op f 41.259.957.08, en
hebben werkelijk opgebracht f 41.395.025.38.
Het gedistilleerd had over de zeven eerste
maanden van 1868 opgebracht f 7.259.405.42, was
voor 1869 geraamd op f 7.729.166.67 en heel'i in
1869 opgebracht f 7.727.618.30