van koloniën, Mr. P. Mijer, daarbij betoond, alge
meen werd afgekeurd. Men zegt, dat dezelfde beer
Ord, die zich thans hier te lande bevindt, ook
destijds te 's-Hage den heer Mijer zou overreed
hebben het protectoraat (dat zegthet bezit) over
de Cocos-eilanden aan Engeland tecedeeren. Naar
men beweert, zou de gouverneur van Singapore
ook in de onderhandeling, waarvoor hij gekomen
is, eene ontzaglijke houding hebben willen aan
nemen en o. a. den admiraal der vloot in de
Chineesche wateren om een paar oorlogschepen
verzocht hebben, om hem naar Java te geleiden
de admiraar Keppel zou echter geantwoord heb
ben, dat het er wel door kon, een schip te geven,
om hem over te brengen {to convey), maar dat
er geen aanleiding bestond tot het aanwijzen van
schepen, om hem te geleiden {to convoy). De gou
verneur van Singapore heeft zich dan ook voor
zijne overkomst bediend van den kolonialen stoo-
mer Peiho.
Hoe dit ook zij; zoo de gouverneur-generaal
bij deze onderhandeling eene houding aanneemt,
gelijk in de zaak van de Maggie Leslie en de Koen-
feesten, dan verwachten wij, dat het ministerie
in Nederland de uitkomst daarvan niet goedkeuien
en dus niet voor zijne rekening zal nemen. Mo
gelijk geeft die zaak dan zelfs aanleiding, dat
het ministerie in zeer ernstige overweging neemt
de vraag: of het, na het gebeurde met de Koen-
feesten, geraden is, de teugels van het bewind
over Indië in handen van den heer Mijer te
laten. Indien het ministerie dan aan het algemeen
gevoelen van Indië en de bijzondere meening
van de meest invloedrijke personen van alle
standen en rangen eenige waarde hecht, dan kan
het antwoord op die vraag en het gevolg daarvan
niet twijfelachtig zijn.
Wij zeggen dat, omdat de waarheid, hoe on
aangenaam ook voor personen, gezegd worden
moet, wanneer de houding dezer personen, bij
mogelijk ernstige gebeurtenissen, overwegenden
invloed op den gang der zaken moet uitoefenen.
Overigens heeft Z. Exc. niets gespaard, om den
gouverneur van Singapore te ontvangen op eene
wijze, geheel conform aan de traditioneele hoffe
lijkheid en liberaliteit der Indische landvoogden;
dat is geheel anders, dan te Singapore, waar men
van hooggeplaatste vreemdelingen weinig of geen
notitie neemt en o. a. den gouv.-generaal der
Philippijnsche eilanden tijdens zijn verblijf aldaar
niet eens een eerewacht gaf. De pers te Singa
pore heeft dat gebrek aan hoffelijkheid gerele
veerd. {Wordt vervolgd).
Den l-lden Juni is wederom een der opstande
lingen, betrokken bij de zaak van Bekassie, op
de grenzen van Batavia en Tangerang achter
haald en alhier gevankelijk overgebracht. Het
gerucht, als zoude dit de beruchte Bapa Rama
zijn, vereischt nadere bevestiging.
Omtrent het tijdstip, waarop de terechtstelling
der van deelname aan den opstand te Bekassie
beklaagde personen voor de rechtbank van om
gang zal plaats hebben, is ons nog niets mede
gedeeld.
Op eene spoedige behandeling mag evenwel
worden aangedrongen, daar de beklaagden, bij
gemis aan voldoende ruimte in de gevangenissen
te Bekassie en Batavia, ter eerstgemelde plaats
nog altijd onder bewaking van een detachement
militairen, in de open lucht schijnen verblijf te
houden.
In eene zaak, waar de meesten op heeterdaad
en met de wapenen in de hand betrapt zijn,
kan het gerechtelijk onderzoek niet zoo moei
lijk zijn.
BUITENLAND.
Spaiy e.
De Spaansche Regeering heeft, ten gevolge der
ondersteuning, welke de Carlistische beweging
bij de priesters gevonden heeft, een maatregel
tegen hen genomen. Zij heeft een besluit uitge
vaardigd, waarbij de hoogere geestelijkheid ver
plicht wordt, om aan het Gouvernement de namen
der priesters op te geven, die hunne standplaats
verlaten om het gezag te bestrijden. De Regee
ring wil voorts dat de hoogere geestelijkheid de
priesters, die openlijk bekend zijn als hare vijan
den, in hun geestelijk ambt zal schorsen.
Iedereen erkent dat generaal Pritn doeltreffende
maatregelen heeft genomen ter onderdrukking
van den opstand. Zonder die maatregelen des
ministers zou de opstand waarschijnlijk een veel
ernstiger karakter gekregen hebben.
Ongelukkiglijk is het Spaansche leger zeer ge
dund door de vele versterkingen, die naar Cuba
gezonden zijn. Bovendien is de lichting van dit
jaar nog niet behoorlijk ingelijfd. Vandaar dat
de Carlistische benden weer op vele punten kon
den verschijnen. Doch dit neemt niet weg dat
zij veelal de vlucht nemen, zoodra zij de regee-
ringstroepen zien naderen.
De brigade-generaal Savariego houdt zich
staande in Piedra Buena. Op den weg tusschen
Ciudad Real en Toledo heeft hij alle paarden en
muilezels weggenomen, die onder zijn bereik
kwamen.
Omtrent het resultaat van den krijgsraad te
Pampeluna, die vonnis zou vellen over de officie
ren der citadel, welke de vesting aan de Car-
listen in handen wilden spelen, heeft men nog
niets Vernomen.
Te Aranda del Duero had een klein oproer
plaats, onder het aanheffen van den kreetleve
Karei VII! Uit Burgos zijn troepen derwaarts ge
zonden.
Duitscliland.
Volgens de Alg. Ztg. is de heer v. Varnbüler,
Wurtembergs Minister van Buitenlandsche Zaken,
te Varzin bij den heer Von Bismarck. De gema
linnen van beide ministers zijn zusters't kan dus
wel zijn, dat men hier slechts met een familie
bezoek heeft te doen.
De vrijmetselaars-loge te Braunsberg in Pruisen
heeft een aanklacht ingediend tegen professor
Michaelis, vroeger afgevaardigde van den Land
en Rijksdag, naar aanleiding van een predikatie
van genoemden heer op Pinksteren, waarin hij
hevig tegen de vrijmetselaars uitvoer. Het Open
baar Ministerie heeft rechtsingang tegen hem ver
leend, op grond van het opwekken van haat
tusschen staatsburgers. De prediker heeft gepro
testeerd tegen die vervolging, op grond, dat de
loge een geheim genootschap was en geen wettig
erkende vereeniging, en dus niet beleedigd kon
worden. Overigens ontkende hij niet op de loge
gescholden te hebben. Men is te Berlijn benieuwd
naar den uitslag van het proces, om de beslissing
die de rechtbank zal moeten nemen over de
rechtspersoonlijkheid van de loge.
Oosteui-yk-Hoiigraarsche Monarchie.
De heer Von Beust heeft ten aanzien zijner
buitenlandsche staatkunde een votum van goed
keuring van de zijde der Hongaarsche delegatie
ontvangen. Het budget van buitenlandsche zaken
is namelijk aangenomen.
In het adres der ingezetenen van Krakau komt
o. a. het volgende voor:
„Met grenzenlooze verbittering en afschuw heb
ben wij opgemerkt hoe de Jezuïeten zich binnen
onze muren nestelen.
„Overal waar zij ooit vasten voet hebben ver
kregen, komt het fanatisme in plaats van het
zuiver en onbevlekt geloof, eene schijnheilige
femelarij in plaats van ware vroomheid, en gods
dienstvervolging in plaats van verstandige ver
draagzaamheid. Het volk verviel in ellende en
luiheid, omdat het den tijd, die tot werken was
bestemd, in de kerken met bidden doorbracht.
De algemeene treurige gevolgen van hun verder-
felijken invloed op de geschiedenis van ons eigen
vaderland doen zich nog heden ten dage ge
voelen.
„Wel is waar, wij hadden onder de Poolsche
Jezuïeten mannen als Skarga, Wujek, Sberbiewski
en Kojatowich, maar die maken eene uitzonde
ring. Zij waren telgen der universiteit van Kra
kau, zij hadden meer liefde voor hun vaderland
dan voor hunne orde.
„Het waren de Jezuïeten, die in Polen de dweep
zucht aanwakkerden en door hun noodlottigen
invloed den ondergang van dat land bespoedig
den, doordien zij in hunne scholen in plaats van
eerlijke burgers slechts lichtzinnige en geestelooze
individuen plaatsten. Zij waren het, die de Pool
sche gemoederen van de Ruthenische broeders
vervreemd hebben. Zij hebben den verderf aan-
brengenden kozakken-oorlog in het leven geroe
pen. Zij hebben koning Ladislaus verhinderd, den
troon van Moskau te beklimmen. Zij hebben den
haat tegen de dissidenten verwekt, de schooljeugd
-opgehitst. Toen paus Clemens XIV hunne orde
ophief, schaamden zij zich niet bij de schismatieke
Katharina bescherming te vragen tegen het hoofd
der Katholieke kerk.
„Altoos en overal waven zij er op uit, om de
volken in onwetendheid te houden, de bescha
ving te bestrijden, de voorstanders van vrijzin
nigheid en vooruitgang te onderdrukken en te
vervolgen, rijkdommen te verzamelen, degeheele
aarde in hun net van intrigues ie wikkelen, en
heinde en ver hunne heerschappij uit te breiden.
„Schijnbaar deemoedig, maar met den trots
van satan in het hart, sluipen zij overal binnen.
Zij maken zich meester van de zwakke vrou
wenharten, en evenals polypen zich overal in
vertakkingen uitbreidende, alle merg en bloed
uitzuigende, worden zij de meesters der volke
ren. Zij worden op den voet gevolgd door gees
telooze, trage, in luiheid bestaande orden, die
achter muren en traliën Gods zonuelicht ontvlie
den en den arme ziju laatste penning aftrogge
len, terwijl er soms slechts toevallig, en dan nog
nauwelijks, iets aan het licht komt van de ge
heimenissen, die zij in het duister bedekt houden.
„De laatste gebeurtenissen hebben bewezen,
hoe de sedert lang tegen hen bestaande en be
dwongen afkeer zich plotseling heeft lucht ge
geven.
„Het geloof is ons heilig, maar wij willen dat
de uitoefening van de geboden des geloofs berust
in handen van priesters, d;e wij kunnen hoog
achten en beminnen.
„Moge de raad naar de onbevangen waarschu
wende stem eeuer vastberaden bevolking hooren,
en er voor zorgen dat de Karmielieterinnon, de
beruchte Felicianerinnen en Jezuïeten, die door
allerlei lage list onzen dierbaarsten schat, onze
Jagelloonsche universiteit, trachten ten onder te
brengen, voor immer en altoos uit Krakau wor
den verdreven."
De gemeenteraad te Weenen heeft den 5icn
dezer beraadslaagd over de bekende petitie aan
het Ministerie, om de kloosters en andere gees
telijke gestichten, evenals de gewone vereeni-
gingen, aan het toezicht van het burgerlijk gezag
te onderwerpen. Deze petitie eindigt aldus: „Moge
de misdaad, die te Krakau gepleegd en door een
gelukkig lot, trots alle canonieke hinderpalen,
aan het licht gekomen is, een heuglijk keerpunt
in Oostenrijks wetgeving zijn; moge het marte
laarschap der ongelukkige niet onvruchtbaar
wezen. Dit wenscht en verwacht de gemeente
raad van Weenen, en met hem het geheele volk
van de mannen, die de roemrijke taak en den
plicht te vervullen hebben, om het iniatief te
nemen tot Oostenrijks wedergeboorte in den echt
constitutioneelen zin des woords, en om haar
met krachtige hand door te zetten." Deze petitie
vond, toen zij in den gemeenteraad werd voor
gelezen, een levendigen bijval.
Groot opzien heeft te Weenen een brief gemaakt
van kardinaal Rauscher, aartsbisschop van Wee
nen, aan den president van het ministerie, den
heer Taaffe, over de zaak van den bisschop van
Linz. Het blijkt uit dezen brief, dat de aartsbis
schop die men algemeen voor zeer gematigd hield,
geheel de partij trekt van den Linzer geestelijke.
De minister Taaffe heeft dien brief in den mi
nisterraad voorgelezen, en te kennen gegeven, dat
hij het best vond dien brief niet te beantwoorden.
Gri-ielierlautl.
De stedelijke regeering van Corfu doet een
prachtig gedenkteeken oprichten ter eere van
Kapodistrias, vroeger president van Griekenland.
Uit Athene wordt dd. 24 Ju'i gemeld, dat de
regeering onderhandelt over eene nieuwe leening
ten bedrage van 10 millioen drachmen.
Engeland.
In de jongste zitting van het Lagerhuis deelde
de heer Watkin-Williams mede, dat hij in de
volgende zitting een voorstel zal doen om de
staatskerk in Wallis op te heffen en de kerk
goederen te onteigenen.
De Morning Post meldt, dat ten gevolge van
den toestand in Japan de in China geplaatste
Engelsche oorlogschepen bevel ontvangen hebben
naar Jokohama te gaan, en een regiment in
fanterie, dat op 't punt stond de terugreis naar
Engeland te ondernemen, tegenbevel gekregen
heeft.
Ei-aiiln-yii.
De commissie van rapport enz. over het Senaats
besluit, is onmiddellijk na hare benoeming onder
voorzitterschap van den heer Rouher bijeengeko
men, om over de beginselen, die in het rapport
besproken behooren te worden, te beraadslagen.
De Public, het orgaan van den heer Rouher,
en dat dus j;oed ingelicht kan zijn, meldt dat de
heer Brenier een amendement zal -ndienen, vol
gens hetwelk de verkiezing van den president
van het Wetgevend Lichaam de goedkeuring
noodig heeft van den keizer, en de president ook
den eed in handen des keizers moet afleggen.
De Patrie had de journalisten uitgenoodigd, om
ontwerpen eener constitutie mede te deelen. De
heer Lockray is de eenige, die aau de uitnoodi-
ging heeft gevolg gegeven. De door hem ontwor
pen constitutie lu'dt a's volgt:
Art. 1. Ik ken mij alleen al het gezag toe.
Art. 2. Ik laat al het overige aan de Fransche
natie.
„Deze constitutie heeft," zegt de Patrie, „ten
minste het voordeel om even beknopt als duidelijk
de wenschen der redicaleu kenbaar te maken.
De ontwerper vraagt bovendien 400,000 man
troepen om zijn ontwerp door de natie te doen
aannemen."
Hoewel de zaak tusschen den onderkoning van
Egypte en den Sultan nog niet geschikt is, zal
zij waarschijnlijk toch niet tot ernstige gevolgen
leiden. Volgens het Memorial Diplomatique zou de
diplomatie alle pogingen aanwenden om de zaak
te sussen, en dit wordt door de Patrie bevestigd.
TELEGRAMMEN.
Parijs, 7 Augustus. De staatscommissie, die
eenigen tijd geleden benoemd is om de bestaande
wetsbepalingen en verordeningen betreffende het
bedrijf van boekdrukker en boekhandelaar te
onderzoeken en om na te gaan of de uitoefening
van dat bediijf van de vergunning der regeering
afhankelijk dient te blijven, zal den 9den dezer
hare eerste zitting houden.
Weenen, 7 Augustus. In de plenaire zitting
der Hongaarsche delegatie heeft de heer Pulsky
de politiek van Von Beust ten opzichte van het
oosten en Duitschland verdedigd. De heer Orczy,
regeermgs-vertegenwoordiger, heeft die politiek
geanalyseerd, om aan te toonen dat zij de be
scherming en ontwikkeling der vrijheid naar oost
en west ten doel heeft. „Daar men ons niet overal
met dezelfde vriendschappelijke gevoelens beje
gent" voegde hij er bij „zijn de resultaten
daarvan niet overal gelijk."
Yew-York, 7 Augustus. Er loopt een gerucht
dat eenige 'ivloedrijke leden van het congres
bij het gouvernement sterk aandringen op de
toekenning der rechten van oorlogvoerende partij
aan de insurgenten op Cuba.
De conservatieve meerderheid in Tenessee is
50,000 stemmen. De benoëming van Andrew John
son tot lid van den Senaat, wordt als zeker be
schouwd.
Weenen, 8 Augustus. De ministers van justitie
en eeredienst hebben twee verordeningen openbaar
gemaakt. Volgens de eene kan de door een bis
schop bevolene opsluiting eens priesters in een
correctioneel-geestelijk gesticht slechts dim geduld
worden, wanneer de priester zich vrijwillig daar
aan onderwerpt; volgens de andere verordening
geldt hetzelfde ten aanzien der regulates (ordes
geestelijken) van beider geslacht en wordt de duur
der opsluiting in een correctioneel-geestelijk ge
sticht, alsmede het oord der opsluiting aan eene
strenge controle onderworpen.
In de zitting der Hongaarsche delegatie heeft
de heer Petorvay de regeering geïnterpelleerd
over het feit, dat eene gewapende Hongaarsche
bende de Rumenische grenzen is overgetrokken.
Vanwege de regeering is hierop geantwoord,
dat hierbij geen geweldadigheden door de Hon
garen zijn gepleegd. De Rumenische regecring
heeft ISO man troepen en 12 kanonnen naar de
grenzen gezonden, die eventueel op krachtige
wijze zouden worden ontvangen.
Vervolgens zijn alle hoofdstukken van het bud
get van buitenlandsche zaken aangenomen. Deze
goedkeuring kan als een votum van vertrouwen
van de Hongaarsche delegatie ten aanzien dei-
politiek van den heer Von Beust aangemerkt
worden.
Madild, 8 Augustus. Volgens geruchten zouden
Sabariego en zijn zoon, die aan het hoofd van
den Carbstischen opstand in La Mancha stonden,
de wijk naar Portugal genomen hebben.
De regeering heeft een besluit uitgevaardigd,
waarbij de prelaten gelast worden om het gou
vernement onmiddellijk de priesters te signaleeren,
die hunne kerspelen verlaten om het gouverne
ment te bestrijden. De prelaten moeten voorts
kanonieke maatregelen nemen tegen deze pries
ters en herderlijke brieven uitvaardigen, waarin
zij de leeken in hun diocese tot gehoorzaamheid
aan de regeering aanmanen. De priesters, wier
vijandige gezindheid tegen de orde van zaken
algemeen bekend is, moeten door de prelaten
van het recht verstoken worden, om te prediken
en de biecht af te nemen.
De Gaceta meldt, dat de Carlistische benden in
de provincie Leon geacht kunnen worden ont
bonden te zijn.
Het bevestigt zich dat ér met Serrano en
Prim onderhandelingen plaats hebben over den
verkoop van Cuba.
Parys, 8 Augustus. Men verzekert dat de com
missie uit den Senaat gisteren het eerste artikel
van het ontwerp Senatus Consult heeft aangeno
men. De benoeming van een rapporteur zal ver
moedelijk Dinsdag plaats hebben.
Bij keizerlijk besluit is de admiraal Rigault
de Genouilly ad interim benoemd tot minister
van oorlog
Het vertrek der keizeriu naar het Oosten is
bepaald op 24 dezer.
Florence, S Augustus. De Correspondance Italienne
metdt dat het Engelsche eskader in de wateren
van Napels van daar is vertrokken, om zich naar
Malta te begeven. Het eskader in den Atlanti-
schen Oceaan zal zich weldra met dat eskader
vereenigen. Engeland, zegt dat blad, heeft uit
aanmerking der moeilijkheden van het Turksch-
Egyptisch geschil thans zulk eene sterke zeemacht
in de Middellandsche Zee vereenigd, dat daarin
een waarborg is gelegen voor het behoud dei-
rust in het Oosten.
De Nazione logenstraft het gerucht, volgens
hetwelk onderhandelingen met een Parijsch ban
kiershuis gevoerd worden, tot het te gelde maken
van 100 millioen obligatiën, voortspruitende uit
den verkoop der geestelijke goederen.
LAATSTE BER1CHTE1V.
Harderwijk, 7 Augustus. Met den Vice-Admiraal
Koopman zullen den 10d™ dezer naar de Kust
van Guinea vertrekken vier onderofficieren der
infanterie van het O.-I. leger bij het koloniaal
werfdepot gedetacheerd, wien het geven van in
structie is opgedragen aan de recruten van Afri-
kaanschen oorsprong aldaar.
's-Gravenhage, 9 Augustus. II. M. de Koningin
heeft gisteren middag ter eere van Prins Frederik,
Willem Nicolaas van Pruisen een diner gege
ven, waaraan o. a. deelnamen de graaf De Per-
poncher, Pruisisch gezant bij ons Hof; mevrouw
de gravin Van Bylandt, echtgenoole van den
Nederlandschen gezant bij het Hof van Berlijn;
de heer Roest Van Limburg, Minister van Buiten
landsche Zaken, en verschillende andere hoogge
plaatste personen.
Z. K. H. heeft heden, vergezeld van den graaf
Van Limburg Stirum, kamerheer van Z. K. H.
prins Frederik der Nederlanden, het paleis en
de buitengoederen van dien prins aan den Leid-
schen straatweg bezichtigd.
Z: Exc. de Minister van Buitenlandsche Zaken,
de heer Roest Van Limburg, geeft morgen een
diplomatiek diner.