KOLONIËN.
BATAVIA, 19 Juni.
Middel-Java. De artesische putboring op den
aloen-aloen te Poerwodadi, afdeeling Grobogan,
residentie Sainarang, bereikte in het begin van
Maart eene diepte van 165 ellen, op welke diepte
de boring gestaakt werd ten gevolge van het be
klemd raken der bekleedingsbuizen. Pogingen
om deze vrij te maken mislukten en de buis brak
in het benedengedeelte af.
Een stel buizen van minder diameter moest
nu worden ingebracht, om met boren te kun
nen voortgaan.
In de omgeving van het dorp Koewoe, in de
zelfde afdeeling, werden waterpassingen uitge
voerd en proefboringen aangevangen.
Nabij het dorp Tjerewet, ten zuiden van Koe
woe, werd op eene diepte van 23 ellen, eene
waterdragende laag bereikt, waaruit water tot
eene halve el beneden den beganen grond opsteeg
De hoeveelheid opstijgend water kan eerst latei-
worden bepaald, wanneer de daarvoor aange
kochte pomp ter plaatse zal zijn aangebracht.
Daarna werd eene andere proefboring in de
zuidoostelijke richting van de eerste aangevan
gen. Het water, dat aanvankelijk een el beneden
het oppervlak bleef staan, steeg, nadat op 13 el
diepte een conglomeraat lang bereikt was, tot
aan de oppervlakte, en op 21 el diepte werd een
tweede waterdoorlatende laag bereikt, die den
toevloed van het water aanmerkelijk deed ver
meerderen.
Deze proefboring werd om zoodoende genoeg
zame gegevens te krijgen om uitspraak te kun
nen doen omtrent de mogelijkheid van te. Koewoe
door een artesische boring binnen een niet al te
groote diepte in voldoende hoeveelheid drinkwa
ter te verkrijgen.
Soerabaya, 8 Juni. Toen in de maand Septem
ber des vorigen jaars de Chineesche handelaar
Kwee Khee Tjoan, ingezeten dezer hoofdplaats,
door de Höoge regeering werd benoemd tot ka
pitein der Chineezen te Grissee, vatte hij het
voornemen op om deze voor hem heugelijke
gebeurtenis feestelijk te vieren en de ingezetenen
van Soerabaya, die gedurende zulk een tal van
achtereenvolgende jaren hem hadden vereerd met
hun vertrouwen en sympathie, te verzoeken om
bij dat feest tegenwoordig te zijn.
Beletselen van verschillenden aard, onafhan
kelijk van den goeden wil van genoemden ka
pitein, waren oorzaak dat aan zijn voornemen
tot op den dag van heden geen gevolg kon ge
geven worden.
Thans hebben verscheidene geachte ingezete
nen dezer plaats, voornamelijk omdat reeds zoo
geruimen tijd daarheen is gegaan, den kapitein
in overweging gegeven om aan zijn voornemen
van weleer geen gevolg te geven. De kapitein
Kwee Khee Tjoan heeft dien raad gevolgd, maar
daarentegen besloten om de voor dat voorgeno
men feest afgezonderde som van f 5000, zegge:
vijfduizend gulden, te bestemmen tot menschlievende
doeleinden.
Inderdaad heeft hij die gelden ter beschikking
gesteld, om te worden verdeeld onder te dezer
hoofdplaats gevestigde instellingen van liefdadig
heid en zijn die op heden toegezonden aan de
over deze gestelde besturen.
Met onverdeeld genoegen maken wij melding
van deze schoone daad, welke den edelmoedigen
gever niet alleen tot eere verstrekt, hem in de
achting van alle weidenkenden zal doen rijzen,
maar hier weder het bewijs levert, dat men ook
onder den Chineeschen landaard edele harten
aantreft, die in hunnen overvloed het beklagens
waardig lot indachtig zijn van door de fortuin
minder bedeelde natuurgenooten.
Door den gouverneur-generaal van Nederlandsch
Indië zijn de volgende beschikkingen genomen
Militair Departement. Verleend: Een tweej.
verl. naar Nederl., wegens ziekte, aan den off.
van gez. eerste klasse J. A. James en aan den
eersten luit. der inf. F. D. Cochius.
Ingetrokken: Op verz., het aan den eersten
luit. der inf. C. C. P. Steinmetz verleend twee
jarig verlof naar Ned.
Ontslagen: op verzoek, eervol, met behoud
van recht op pens., de kapit. der 'nf. W. J. Do-
derlein de Win.
Benoemd: Bij de artill., tot magazijnm. 3de
kl. de exped. bij de dir. der genie W. Kamp-
schreur; bij de inf., tot 2de luits.: bij het 6de bat,,
de adj.-onderoffic. C. G. J. H. Orsbach, van het
bat,; bij het 12de bat., de serg. W. DumortieT,
van het bat.; bij het 13de bat., de serg.-maj. D.
H. Löling, van het bat.; bij het 15de bat., de four.
J. J. Bakkenes, van het bat.; bij het garn.-batt.
van Palembang de serg.-maj. H. J. Van den Berg,
van het batt.; bij het garn.-batt. der Z.- en O.-afd.
van Borneo, de serg.-maj. J. F. Deykerhoffen de
fouriers J. Gleenewinkel Kamperdijk, G. M. A.
Gobée en W. D. C. Regensburg, de beide eersten
van het 10de, de twee laat6ten van het 5de bat.;
tot directeur, de magaz. van de afd. mil.-klee-
dingm. te Soerabaya J. L. De Leeuwtot lsten
comm. en magazijnm., de hosp.-meester aldaar
C. Sausele.
Bevorderd: bij de inf. tot kapt. bij het 3de
bat., de 1ste luit. E. C. G. Cohen, van het 7de
bat.; bij het 10de bat., de 1ste luit. L. M. H. J.
Barkey, van het 11de bat.; bij het 12de bat., de
1ste luit. Jhr. H. Bovvier, van het bataljon. Tot
eerste luitenants: bij het garnizoens-bat. van Su
matra's Westk. de 2de luit. H. Wetselaar; bij het
garn.-bat. van Palembang, de 2de luit. J. P. G.
Van Baer, van het bat.; bij het garn.-bat, van
Celebes, de 2de luit. L. H. M. Genet, van het
garn.-bat. der Moluksche [eil.; bij het korps pu
pillen de 2de luit. J. F. Sacbse, van het korps,
met bep. dat hij zal blijven gevoerd la suite"
van zijn wapen.
Belast: Met de waarn. der betrekking van
magazijnm. bij de afd. mil.-kleedingm. te Soe
rabaya de boekh. te Batavia G. W. Anthonijsz;
met de waarn. der betrekking van spijsverzorger
bij het mil.-hosp. te Willem I de adj.-onderof. der
mil. adm. J. A. Brilleman; met de waarn. der
betrekking van hospitaalm. bij het garn.-hosp. te
Amboina de adj.-onderof. der mil. adm. J. Hubert;
met de waarn. der betrekking van magazijnm.
bij het garn.-hosp. te Soerabaya de adj.-onderoff.
der mil. adm. W. H. Lux; met bep. dat de drie
laatstgenoemden gedurende hun nog loopend ver
band bij hunnen dienst zullen worden gevoerd
,/Voor memorie."
Overgeplaatst: bij het mil. hosp. te Welte
vreden, de offic. van gez. 2de kl. R. W. Deibei
en H. J. Wefers Bettink, respec. van het groot
mil. hosp. te Willem I en van den gen. dienst
van Sumatra's Westk.; bij 's rijks mag. van ge-
neesm., de mil. apoth. 3de kl. B. Van Beuningen
van Helsdingen, van het groot mil. hosp. te Wil
lem I; bij het garn. te Palimanang, de offic. van
gez. 2de kl. J. M. G. H. Theunissen, van den gen.
dienst van Celebes; bij het garnizoen te Mage-
lang, de offic. van gez. 2de kl. H. Krooneman,
van den geneesk. dienst van Banka; bij het garn.
te Salatiga, de' mil. apoth. 2de kl. J. A. R. Erke-
lens, van 's rijks mag. van geneesm. bij den gen
dienst van Palembang, de oflic. van gez. 2de kl.
P. S. A. Van Duia, van het garn. te Magelang;
bij den gen. dienst van Banka, de oflic, van gez.
2de kl. W. J. J. Zuur, van het garn. te Palima
nang; bij den gen. dienst der Mol. eil., de offic.
van gez. 2de kl. F. Van Gelder, van het garn.
te Sumanap.
Marine Departement. Ingetrokken: De voor-
loopige detacheering bij het mar. établiss. te Soe
rabaya, van den ing. 2de kl. bij het vak van
scheepsbouw W. B. Mensing.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteur!
De lust bekruipt mij om ook eens met cijfers
te schermen, niet om als M. in de Leidsche Cou
rant van 5 Augustus tot de slotsom te komen dat
een Leidsche ziel met ƒ4.10 belast is, maar om
uit den uitslag der herstemming te bewijzen, dat
een verbond met de conservatieven voor de Ka
tholieken niets waard is.
De candidaten die de minste stemmen op zich
vereenigden waren van de liberale partij de Heeren
W. Pleyte396 stemmen.
H. P. J. Van Wensen. 381
verschil 15 u
Van de conservatieve partij de Heeren
A. H. Eigeman. 432 stemmen.
N. J. Sanders. 351
verschil 81 n
Zegge eenentachtig stemmen minder.
Uit bovenstaande blijkt, dat de liberalen even
goed aan de katholieke als aan de protestantsche
candidaten hunne stem hebben gegeven; terwijl
in dat opzigt het verschil bij de conservatieven
kapitaal is.
Iedereen zal nu begrijpen waarom de libera
len beschuldigd werden van //ijver zonder ver
stand." Waarlijk de conservatieven zijn verstandig
bij hun ijver en een wederkeerige steun voor
de partij die hen steunt, tevens.
C. B.
BUITENLAND.
Spanje.
Aan de Correspondence Havas schrijft men uit
Madrid dd. 29 Juli het volgende:
Men kan zich niet voorstellen hoeveel toebe
reidselen de Carlisten al niet voor hunne poging
tot opstand gemaakt hadden en wat zij er al niet
van verwachtten; toch is zij volkomen mislukt.
Zij hadden reeds koninklijke kapiteins-generaal
voor Madrid en de beide Castiliëu, Catalonië en
Aragon, Andalusië, Navarra, Burgos enz. benoemd,
alsook koninklijke commissarissen in alle mid
delpunten van politiek leven. Overal hadden zij
zich verstaan met de plaatselijke geestelijkheid,
die het volk tot opstand zou aanzetten. De St.-
Jakobsdag was voor het uitbreken van den opstand
bepaald, maar de regeering, en vooral Prim,
waakten. De bepaalde dag verscheen, doch geen
soldaat bewoog zich; noch Pampelona, dat zich
met zijn citadel voor don Carlos zou verklaren,
noch Figueras, noch Vittoria stond op. Nu had
den de Carlisten juist voornamelijk gerekend op
Pampelona, waar don Carlos zijn hoofdkwartier
zou vestigen. Ongetwijfeld daarom hield hij zich
op in de nabijheid der Pyreneën met generaal
Elio en andere militairen. Alleen la Mancha, het
vaderland van don Quichot, hield woord; 3000
man, meest boeren, aangevoerd evenwel door
Carlistische officieren en door de invloedrijkste
personen dier provincie, grepen naar de wape
nen, doch daar het bij deze bleef werden zij
door 5 bataljons en twee eskadrons geslagen en
zijn zij, ten gevolge van de krachtige vervolging
der troepen, oogeublikkelijk uiteengestoven. Deze
verongelukte expeditie zal aan de Carlistische
zaak al haren glans benemen, en men kan aan
nemen dat er lange tijd verloopen moet eer
don Carlos wederom iets kan ondernemen. De
verbittering tegen de geestelijkheid, wier mede
plichtigheid aan de samenzw ering aan het licht
gebracht is, wordt iederen dag heviger. Het ver
trouwen op Prim neemt toe, want men heeft
gezien dat hij de plannen der Carlisten door
grondde bij de vrijheid die hij hun schonk tot
het maken van komplotten. Het is waarschijn
lijk dat de doodstraf slechts aan de officieren zal
voltrokken worden, welke men in de citadel van
Pampelona gegrepen heeft, en die zich daar be
vonden met het doel om het garnizoen tot op
stand voor don Carlos aan te zetten.
1} u t ii<l.
De Magdeb. Zeitung zegt, dat tot den aanleg van
het kanaal tusschen de Noord- en Oostzee op kos
ten van den Staat zoo goed als besloten is, en
dat daarmede zelfs spoed zal worden gemaakt,
in verband met het groot belang van dit werk
voor de versterking van Kiel en voor de Noord-
Duitsche vloot. Met het oog op de handelsbelan
gen moet tevens het plan er geheel op ingericht
zijn, dat dit kanaal eigenlijk eene hoofdlinie zal
vormen, van waar onderscheidene aansluitingen
van en naar andere vaarwaters kunnen gemaakt
worden. Het schijnt in de bedoeling te liggen,
om het werk aan de zeezijde ten uitvoer te doen
brengen te gelijk met de werkzaamheden van de
aldaar voorgenomen fortificatiën van Kiel, terwijl
men binnenslands reeds vroeger zou kunnen be
ginnen. Gelijk men weet, zijn de kosten voor het
kanaal reeds in den beginne op 30 millioen be
groot, doch men rekent dat het wel meer zal
kosten.
Binnen een paar dagen zal, op last der regee
ring, een groot gedeelte (de eerste drie boeken)
van het ontwerp-wetboek van burgerlijke, rechts
vordering voor den Noord-Duitschen Bond in het
licht worden gegeven. Gelijk bekend is, geschiedt
dit, ten einde het publiek in staat te stellen, het
ontwerp te beoordeelen en de regeering, bene
vens de leden van den rijksdag, in welks eerst
volgende zitting het ontwerp ter behandeling
moet komen, op die wijze voor te lichten.
Het stedelijk bestuur te Stuttgart heeft eene
afwijzende beschikking genomen op het voorstel
tot het toestaan van gelden voor het aanstaande
algemeene Duitsche schuttersfeest, hetwelk men
aldaar wenschte te houden. Als de voornaamste
reden tot deze afwijzing wordt vermeld, dat er
op het laatste schuttersfeest te AVeenen zulke
buitensporige redevoeringen zijn gehouden, dat
men te Stuttgart geene gelegenheid tot herhaling
van dergelijke demonstration wil openstellen.
Daar de formeele aanvraag tot het houden van
het feest aldaar ter plaatse afhankelijk was ge
steld van een voorloopig besluit omtrent de mede
werking van het bestuur, zal die aanvraag dus
nu wel achterwege blijven.
De dichter Freiligrath vertrekt volgens de
Kreuz-Zeilung, naar Weenen, om op uituoodiging
van graaf Von Beust aan de redactie der
Neue Freie Presse mede te werken.
Engeland.
De Midd. Ct. vat in een kort bestek de gevolgen
zamen van de afschaffing der Iersche staatskerk.
Met 1 Januari 1S71 zal de protestantsche kerk
in Ierland haar voorrecht van staatskerk te zijn,
verliezen.
De aartsbisschoppen en bisschoppen dier kerk
zullen alsdan niet meer, gelijk tot dusverre, rech
tens leden van het Hoogerhuis zijn. De kroon
behoudt ten opzichte dezer kerk slechts een denk
beeldig gezag meer. Voorts ontvangt de episco
pale Iersche kerk geen toelagen meer van den
staat, waarbij echter verkregen rechten worden
gehandhaafd. Al hare geestelijken van hoogeren
of lageren rang blijven de hun tot dusverre uit
gekeerde jaarlijksche bezoldigingen behouden.
Deze wordt hun gedurende hun leven uitbetaald
door eene commissie, welke tot verdere regeling
der kerkelijke zaken in Ierland zal worden be
noemd. Indien echter de Iersche kerk als vrije
kerk blijvende bestaan, als lichaam die bezoldi
gingen zelf wenschte te regelen, zullen bedoelde
jaarlijksche bezoldigingen gekapitaliseerd ter ba
rer beschikking worden gesteld tot een bedrag
van 4,900,000 pond sterling en voorts nog 500,000
pond sterling als geraamd bedrag van de sedert
1660 ontvangen particuliere giften of legaten. De
kerken met toebehoorende gebouwen blijven bij
dit alles hun eigendom. Ten gevolge van het
compromis tusschen de meerderheid in het Hoo
gerhuis en die in het Lagerhuis zal overigens
indien drievierde deel der geestelijken in eenig
kerspel hunne jaarlijksche bezoldiging liever op
eenmaal gekapitaliseerd willen ontvangen het
hun uit te betalen kapitaal nog eene vermeer
dering te ondergaan.
De waarde nu waarop de eigendommen der
episcopale kerk worden geschat waarbij de
kerkelijke tienden voor de eigenaars van het land
afkoopbaar worden gesteld tegen tweeëntwintig-
maal de jaarlijksche opbrengst is 16,000,000
pond sterling. Trekt men hiervan af hetgeen de
staat moet uitkeeren, dan zal de schatkist onge
veer zes millioen pond sterling bij de opheffing
der Iersche kerk winnen. Volgens het oorspron
kelijk wetsontwerp zouden deze zes millioen
worden aangewend tot verbetering van gestich
ten voor krankzinnigen, doofstommen, idioten
alsmede gasthuizen. Als gevolg der transactie zal
nu echter over die zes millioen nader bij eene
wet worden beschikt ,/tot leniging van onvoor
ziene rampen." Daardoor wordt in de meening
van het Hoogerhuis nog de weg opengehouden
om ook van die zes millioen op de eene of an
dere directe of indirecte wijze de kerk te doen
genieten.
Frankrijk.
Het senaatsbesluit heeft niet allen geheel vol
daan.
Men kan de bladen gevoeglijk in drie cate-
goriën verdeelen: de eerste, die verklaart voldaan
te zijn; de tweede, welke met de hervormingen
zelve, eerlijk uitgevoerd, vrede kan hebben, maar
ten gevolge van den onduidelijken tekst van het
ontwerp aan de oprechte bedoelingen des keizers
twijfelt; en de derde, welke ten eenenmale onvol
daan is. Tot deze laatste categorie moeten de
z/Onverzoenlijken" van de uiterste rechter-en lin
kerzijde gebracht worden.
De Rappel geeft eene belangrijke beschouwing,
waarin hij o. a. zegt: dat de kamer in haar recht
van initiatief gedwarsboomd zal worden door den
senaat, die steeds met zijn veto voor den dag kan
komen. Met andere woorden: Het AVetgevend
Lichaam wikt, maar de Senaat beschikt. Ten aan
zien van de verantwoordelijkheid der ministers
wijst de Rappel op de tegenstrijdigheid tusschen
de alinea, waarin deze verantwoordelijkheid op
genomen is, en die welke bepaalt dat de minis
ters afhankelijk zijn van den keizer. Het per
soonlijk gouvernement wil men dus, volgens dit
blad, behouden. Doch, zoo laat het er op volgen,
al bestaat het parlementair initiatief slechts in
schijn, al is de ministerieele verantwoordelijkheid
slechts een wassen neus, de Kamer zal van hare
wapens, hoe bot die ook zijn, gebruik weten te
maken. De democratische afgevaardigden zullen
die wapens met bekwaamheid hanteeren en er
zich van bedienen, om het ontbrekende te ver
werven.
TELEGRAMMEN.
Madrid, 4 Augustus. De Imparcial wederlegt
het bericht aangaande het bestaan van 33 Car
listische benden en zegt, dat de meesten dezer
benden uiteengegaan en de overige weinig tal
rijk zijn.
De Gaceta meldt dat er eene botsing heeft
plaats gehad tusschen de vrijwilligers en eene
Carlistische bende, alsmede dat er verschillende
benden ontbonden zijn.
ConMandnopd, 3 Augustus. De nieuwbe
noemde Zweedsche gezant Frenhof is alhier aan
gekomen en de admiraal Hobart Pacha naar En
geland vertrokken. De Fransche gezant gaf een
diplomatiek diner, waarop o. a. de Pacha's Fazyl
Mustapha en Halin genoodigd waren.
Weenen, 4 Augustus. De Budgets-commissie der
delegaties van den rijksraad heeft de posten ver
worpen, die bestemd waren voor de aanschaffing
van twee oorlogstoomschepen voor de Donauvaart,
alsook die voor de aanschaffing van vestinggeschut
en eenige andere zaken. In den loop van het de
bat heeft A'on Beust gezegd, dat het moeilijk
ging om den vrede voor ettelijke jaren te waar
borgen, maar dat zijne meening was dat als de
vrede nog vier jaren duurde, hij dan waarschijn
lijk voor nog langer tijd als verzekerd kon be
schouwd worden.
A cademienieuw s.
Als schrijver van het antwoord op de prijsvraag,
aan hetwelk de zilveren medaille is toegekend
door de geneeskundige faculteit te Groningen,
heeft zich bekend gemaakt de heer C. H. A.
AVesthoff, candidaat in de medicijnen te Utrecht
en wat het bekroonde antwoord in de faculteit
der wis- en natuurkunde betreft, de heer Floris
de Boer, candidaat in de wis- en natuurkunde
te Leiden.
Marktberichten.
Amsterdam, 4 Augustus. Tarwe AV. B. P. 340.
Rogge Galatz k217 cont., 222, 223 2 md. Petersb.
215, 217 cont Gebroeide Galatz 193 cont. Galatz
214 v. boord cont., p. Oct. 209, 210, 211, 212, p.
Maart 202, 203, p. Mei 200, 201, 202; fZ hooger.
Raapolie vliegend 39, Najaar 39, k, Voorjaar
40nominaal. Lijnolie vliegend 34k, Najaar
34 Voorjaar 34k, p. Sept., Oct. 75%, p. Nov. 76.