's-Gravenhage, 22 Juli. Reeds vroeger hebben
wij melding gemaakt van een weldadigheidsbazar,
die hier ter stede zou worden gehouden ten behoeve
van het fonds ter ondersteuning van nagelatene
betrekkingen van verongelukte Scheveningsche
visschers. Thans vernemen wij nader, dat, bij ver
gunning van H. K. H. mevrouw de Groothertogin
van Saksen-Weimar-Eisenach, die bazar zal ge
houden worden op het buitenverblijf Zorgvliet,
aan den Scheveningschen weg, op Donderdag en
Vrijdag 29 en 30 Juli 1869. Op beide dagen zal
het muziekkorps van het regiment grenadiers
en jagers zich doen hooren in het park van Zorg
vliet, dat in alle richtingen voor de wandelaars
toegankelijk zal zijn. Reeds heeft het H. M. de
Koningin behaagd eene fraaie pendule niet twee
coupes voor dezen bazar te bestemmen. Van vele
zijden zijn reeds toezeggingen van geschenken
gedaan. Onze stadgenoot de heer Lafèbre heeft
o. a. eene organine Alexandre, modèle de salon,
tot hetzelfde einde geschonken.
Rotterdam, 21 Juli. De 71ste vergadering van
het Nederlandsche Zendelinggenootschap is giste
ren alhier geopend door den voorzitter Ds. W.
Th. Van Griethuysen.
Rotterdam, 22 Juli. Door Burgemeester en Wet
houders alhier zijn de volgende aanbevelingen
opgemaakt: voor de benoeming van een leeraar
in de geschiedenis en aardrijkskunde aan de Hoo-
gere Burgerschoolde heeren S. Wagenaar, leeraar
aan 't Gymnasium te Assen, en J. Zelling, can-
didaat in de letteren te Leidenvoor de benoe
ming van een leeraar in de Nederlandsche taal
en letterkunde en in de geschiedenis des Vader
lands aan het Gymnasium: de heeren Dr. Jan
Ten Brink, leeraar aan 't Gymnasium te 's-Gra-
venhage, en Dr. H. J. Polak, leeraar aan 't Gym
nasium te Leiden.
Goüda, 21 Juli. Voorleden jaar is alhier in de
Burger-Sociëteit een kinderkermis gehouden, be
paald voor kinderen van ouders, die minder met
tijdelijke goederen zijn bedeeld. Ook daardoor
meende zij gunstig op den volksgeest te werken,
en 'i bestuur heeft opnieuw thans de hulp der
ingezetenen ingeroepen, om een dergelijk kinder
feest voor te bereiden en dien kleinen ook eens
poffertjes te laten eten en andere versnaperingen
aan te bieden.
Gouda, 22 Juli. Heden morgen ten 11 ure is
alhier brand ontstaan in een werkplaats dienende
tot het hekelen van vlas en het verbinden van
garen, staande in de Lazarus Kade en toebehoo-
rende aan de heeren Kortenoever en Comp. alhier,
door welk onheil eene schade van p. m. f 1500
is veroorzaakt.
De brand is vermoedelijk ontstaan door dat een
der knechts een lucifer, waarmede hij zijn pijp
had aangestoken, in het vlas had geworpen; alles
was tegen brandschade verzekerd.
Delft, 21 Juli. In de zitting van den gemeen
teraad is het voorstel van Mr. H. Hartogh Heys
van Zouteveen, om in beginsel vast te stellen,
dat in de gemeente zal worden opgericht eene
openbare middelbare school voor meisjes, behan
deld. De bezwaren, er tegen ingebracht, waren
vooral: dat de oprichting van dergelijke mid
delbare school door de wet op 't middelbaar on
derwijs niet gebiedend wordt gevorderd: dat
daaraan in de gemeente Delft bij den loffelijken
toestand van het bijzonder onderwijs voor meis
jes geene behoefte bestaat; dat de gelden van
Poortland op andere wijzen veel nuttiger voor
de gemeente zouden kunnen worden besteed, als
b. v. tot voorziening in de behoefte aan water
leiding, waterverversching, enz.; velen meenden
dat het voorstel van den heer Hartogh ook geens
zins zal strekken ten nutte der burgerij.
Op eene aanmerking tegen den vorm van het
voorstel, werd door den voorsteller daarin ver
andering gebracht, zoodat omtrent het beginsel
geene beslissing zal worden genomen, maar zijn
„Wel, dien kerel, dien Stuif hemel I"
„O God!" barstte Grietje uit, „ja, dan is het
waarO, wat is het vreeselijk!"
„Wat meent ge?" vroeg de moeder, die van
Grietjes wanhoop op dit oogenblik het rechte
niet begreep.
„Ja," zei Jan weer, „het was te ver gekomen.
De schurk strooide de gemeenste praatjes uit,
moedwillig, en hij had mij alles ontnomen,
mijn werk, mijn toekomst, en mijn Grietje ook!"
Grietje viel voorover op de tafel en snikte en
kermde luide.
„Maar vertel mij dan: wat is er?" riep de
moeder al meer en meer verlegen.
„Ik zal het u zeggen, vrouw Kok," zei Jan en
begon daarop met afgebrokene termen te verha
len wat er gebeurd was.
„En ge hebt dus dien man in het water ge
smeten?" riep vrouw Kok; „hem dus moedwillig
vermoord?"
„Neen, dat hij in het water den dood zou vin
den, dat was niet mijn toeleg."
„Maar ge begreept toch wel, dat hij zou moe
ten verdrinken
„Neen, dat begreep, ik niet. Over de gevolgen
heb ik in 't geheel niet nagedacht. Maar hij is
verdronken, en dus ik ben zijn moordenaar, en
en geef mij aan de justitie nu over,"
voorstel in handen zou worden gesteld van eene
commissie ten (ine van onderzoek en rapport.
Dit voorstel werd verworpen met 14 tegen 3
stemmen, waarop de heer Hartogh Heys zijn
voorstel terugnam.
De gemeenteraad heeft tot leeraar in
de staatswetenschappen aan de stedelijke in
stelling tot opleiding van Indische ambtenaren
benoemd onzen stadgenoot den heer J. Spanjaard,
tot heden waarnemend leeraar in die vakken
in de plaats van wijlen den heer Koorders.
De gemeenteraad heeft besloten tot benoe
ming eener commissie ter onderzoek van de
vraag of ook ongevaccineerde kinderen op de
openbare en bijzondere scholen zullen worden
toegelaten.
Kampen, 20 Juli. Laatstleden Dinsdag is het
examen aan de Theol. school alhier begonnen.
Woensdag-avond werden 10 studenten tot hoogere
studiën bevorderd, en Vrijdag-avond zijn 10 stu
denten tot de H. Bediening toegelaten.
Zutfen, 20 Juli. De heeren Spanjaard c. s. heb
ben bericht, dat bij gebrek aan deelneming van
de zijde van het publiek, zij het plan hadden
moeten laten varen om hier een scherpschutters
korps op tc richten, onder den naam van „Zutfens
Vrijwilligerskorps".
Naar men verneemt zullen de leden van
het genootschap van leeraren aan de Ned. gym
nasia en hoogere burgerscholen in 1870 te Zutfen
vergaderen, onder het praesidium van Dr. H. J.
Matthes.
Veenhuizen, 19 Juli. In de vorige week werd
de heer W. Van den Bosch, landdirecteur aan
gesticht n°. 3, toen hij des morgens op het appèl
zijne orders voor de werkzaamheden gaf, op eene
allerbrutaalste wijze door een der verpleegden
aangevallen en werden hem eenige slagen toe
gebracht. Eenige weken te voren is een dergelijke
beleediging den wijkmeester Millaard aangedaan.
Knijpe, 19 Juli. Het volgende treurige voor
val had hier Dinsdag jl. plaats. Een knaapje,
zich met rooken onledig houdende, stak de sigaar
in den zak voor zij uitgedoofd was. Weldra vat
ten de kleeren vlam, en waren er op het ge
schreeuw van den knaap niet spoedig eenigen
toegeschoten, misschien zou hij het slachtoffer
zijner onvoorzichtigheid geworden zijn. Intusschen
is hij voor zijne roekeloosheid reeds zwaar ge
straft daar het lichaam met brandwonden als
overdekt is. Dit voorval moge leeren, dat rooken
voor knapen in meer dan éen opzicht schadelijk
kan worden.
Breda, 21 Juli. Aan den heer Mr. P. J. J.
Hollingerus Pijpers, aftredend en niet-herkozen
lid van de Tweede Kamer voor het kiesdistrict
Breda, die gisteren door de gemeente Breda ge
kozen is als lid van den gemeenteraad, werd
hedenavond eene serenade gebracht.
Bergeijk, 20 Juli. Voor omtrent acht dagen
bracht een koopman in vee eene kudde varkens,
uit de omstreken van Hasselt, in deze gemeente
en verkocht daarvan een twaalftal, welke waar
schijnlijk behebt waren met de in deze gemeente
sedert lang onbekende klauwüekte. Den opmerk-
zamen doch minder bedreven kooper werd het
kreupel loopeu van sommige dezer dieren opge
geven te kunnen voortkomen van den langen
marsch door het barre en warme zand.
Gisteren en heden blijkt, dat op de meeste
stallen der landbouwers, die van deze varkens
gekocht hadden, ook het vee, de kalveren, scha
pen en geiten door die zoo licht aanstekelijke
ziekte zijn aangetast, waardoor de gevende koeien
dadelijk van hunne melk en de gemeste beesten
dadelijk van hun vet beroofd worden en ook wel
enkelen sterven.
Na kennisgeving aan heeren Commissaris des
Konings, den officier van justitie en den rijks
veearts Van Driel te Eindhoven, zijn beide laatst
genoemden onmiddellijk reeds heden tot onder-
„Maar dan zal men u in de gevangenis zetten,"
riep Grietje handenwringend, „voor uw heele
leven, en misschien
En daarop in eens hare moeder om den hals
vliegende, riep Grietje in angst en vertwijfeling:
„O moeder, moeder! help mij, om Jan te redden.
Ja, moeder, hij moet gered worden; want ik
zou het besterven, als Jan in de gevangenis
kwam. Ge weet het nu toch, wij hebben elkan
der trouw beloofd. Ik zou met Jan naar de ge
vangenis gaan, en met hem sterven, want ik
heb hem lief met heel mijn hartl O, laat ons
Jan helpen!"
„Maar kind, wat wilt ge dan dat ik doen zal?"
„Vader moet Jan niet gevangen nemen. Laat
ons Jan verbergen, dat zij hem niet kunnen vin
den. Ja moeder, want hij moet gered worden..."
„Maar lieve kind...."
„Ik weet het al, moeder, wat wij doen zullen.
In ons turfschuurtje op den zolder daar komt
vader nooit, en natuurlijk, men zal een vluchte
ling niet zoeken in het huis van zijn vervolger...
Kom maar gauw mee, Jan, want wij hebben
geen tijd te verliezen. Vader kan ieder oogenblik
terugkomen."
„Och," zei Jan aarzelend, „zou het niet beter
zijn Grietje, dat ik mij maar overgaf? Vroeg of
laat word ik toch ontdekt."
zoek in de gemeente gekomen, hebben dertien
aangetaste stallen bezocht en de noodige vei
ligheidsmaatregelen voorgeschreven De veearts
hoopt, bij getrouwe opvolging zijner voorschriften
de ziekte in acht of veertien dagen tijds te zullen
kunnen overwinnen.
Intusschen heeft de gemeenteraad reeds eene
doeltreffende plaatselijke verordening doen afkon
digen, en de ingezetenen aangemaand, om stipt
de maatregelen te helpen volbrengen, welke men
tot wering en stuiting, van diete recht gevreesde
ziekte, heeft noodig geacht.
Gr emengde I e i- i c li t e n.
Bij de opening der stembiljetten voor leden
van den gemeenteraad te Stein bij Gouda was
een biljet van den volgenden inhoud:
Ik wensch in ons Bestuur geen Man,
Die knik- of jabroer is,
Maar wel die spreken durft en kan,
Bescheiden en gewis.
'k Herkies weer in de eerste plaats
Den Landman Thomas Mulder:
Ik acht hem in 't Bestuur een Baas,
Al zegt menHij kou gulder.
Ook Dirk Van Vliet en Jan De Wit
Zal ik maar weer herkiezen,
Daar zij den Eerpost van Raadslid
Wellicht niet graag verliezen;
Wel hebben zij verkeerd gedaan
Met 't stemmen voor De Brauw,
Doch 'k reken hun dit kwaad niet aan,
En laat wrat blauw is, blauw.
Tusschen Frankfort en Wiesbaden bevond zich
dezer dagen een dame met haar echtgenoot in
een waggon le klasse, in gezelschap van een Is-
raëlietisch bankier. Het gesprek viel op de liefde.
„Ach," riep de bankier niet zeer beleefd uit, „die
Liebe ist der „Eebenslangliche Irrthum Eines
Betrogenen Ehemanues 1"
„Neen," antwoordde de dame, „gij zijt een Jood
en moet het woord dus omgekeerd lezen, op deze
wijze: „Eselhat'te Bemerkung Eines Iiidischen
Eummels 1"
Een boer te Antwerpen kocht een lekkeren
haring. Een spotvogel blies den pachter met zijn
blaaspijp eene erwt zoo geweldig tegen de vin
gers, dat deze van pijn den haring liet vallen.
De boer stampte den haring den kop te pletter,
en zei tevreden: „Wacht, beest, ik zal je leeren
bijten, doe het nog eens als je kunt."
Een jong officier te A., aan de uitvinding van
het buskruit volkomen onschuldig, zag in een
koffiehuis twee andere officieren biljarten en
hoorde hen voortdurend „Beest" roepen. Wat
beteekent dat woord toch? vroeg hij. Wel, werd
hem geantwoord, dat beteekent geluk.
Kort daarna werd hij door zijn kommandant
op een danspartij genoodigd. Toen het bal reeds
eenigen tijd aan den gang was, kreeg de gast
heer onzen officier in het oog, sprak hem aan
en vroeg hem o. a. of hij reeds met zijn dochter
gedanst had. In verwarring antwoordde hij: „Ja
zeker overste, dat beest heb ik al gehadMen
begrijpt dat hem de deur gewezen werd.
Een 70jarig predikant schreef dezer dagen aan
een vriend: Mijn brave, voortreffelijke en edele
vader was zijn geheele leven door een heksen
en spoken drijver, en op zijn SOjarig jubilé hoorde
ik hem van den predikstoel (op een aanzienlijk
dorp in Drenthe) zeggen„50 jaren heb ik tegen
de heksen en spoken geijverd, en ik heb het nu
zoover gebracht, dat ik in mijn gemeente, 1200
zielen sterk, al éen huisgezin heb, dat er niet
aan gelooft.
„Neen, neen, ik zal u beschermen en u in
veiligheid hier doen blijven. Kom dan nu, talm
niet langer, geef mij uw hand maar, dan zal ik
er u brengen, want ik durf niet met een lantaarn
de achterdeur uitgaan. Kom dan Jan."
Zoo nam Grietje haren geliefde mede de ach
terdeur uit, door den tuin naar het kleine schuurtje,
en deed hem toen de ladder opklimmen.
Wanneer Jan Stakkers in handen der justitie
was gekomen, zou zeker zijne gevangenis, wat
betreft de localiteit, wel iets ruimer en beter
geweest zijn dan zijn tegenwoordig verblijf. Dit
zoldertje toch was zoo laag, dat hij er onmoge
lijk recht op kon staan, en wat de meubelen be
treft, men vond er tafel noch zitbank, en het
eenige, wat in aanmerking zou kunnen komen
om als rustbed te kunnen dienen, was een hoop
oude vischnetten.
Voor dezen nacht zou Jan echter toch niet
veel aan een bed gehad hebben, want al ware
de zachtste peluw met donzen kussens hem aan
gewezen, hij zou daarop toch niet den slaap
hebben kunnen vatten. Uren achtereen zat hij
in een hoek weggescholen, terwijl zijne ellebo
gen op de knieën rustten, en hij het gelaat met
beide handen hield bedekt. De vreeselijke too-
neelen van den vorigen dag rezen weer voor
zijne aandacht, vooral die worsteling op de brug,
BUITENLAND.
Oostenrjjk-Hongaarsehe i(.
De beraadslaging in de delegatiën over he, i
budget van oorlog, dat ongetwijfeld het zwaarte
punt der regeeringsvoorstellen vormt, begint, naa
het schijnt, niet onder gunstige voorteekenend,
Cisleithaansche delegatie namelijk heeft tot refe
renten juist die drie leden gekozen, die het vo 1
rige jaar dezelfde begrooting zoo hard hebbei i
aangevallen, terwijl ook van de Hongaarschede
legatie verwacht wordt, dat ze zooveel op 4
voorgestelde posten zal schrappen, als ooit dot.
de thans niet vertegenwoordigde linkerzijde ge
daan werd.
De Keizer heeft bij den Paus aanzoek gedaa:
om aan vier Oostenrijksche prelaten de waardighei e
van kardinaal te verleenen, en wel aan den pr
maat van Hongarije, aartsbisschop Simor va:
Gran, den aartsbisschop van Salzbur-g en dien va
Lemberg,benevens den Grieksch geunieerden aart
bisschop van Zevenbergen. Aan twee hunner,d
aartsbisschoppen van Gran en van Salzburg, is d:
waardigheid toegezegd.
Naar gemeld wordt, zal, onder waarborg va1
Frankrijken met ter zijde stellingvau alle politiek
kwestiën, behalve de voorwaarde om buiten Itali.
te wonen, tusschen Italië en den ex-koning Frar.
van Napels een verdrag geteekend worden, waart:
eerstgenoemd land den ex-vorst een jaargel
toelegt, tevens als afkoop der private aansprakei
die die vorst eventueel mocht doen gelden.
Zweden en Noorwegen.
De laatste Noorweegsche Shorting heeft de ge
den geweigerd, die door de regeering waren aai
gevraagd ter bijeenroeping eener algemeene st
node terwijl de meerderheid zich nadrukkelij;
verklaarde tegen elke poging, om kerk en stas
te scheideneveneens werd eene motie verwoi
pen, strekkende om de eerste communie nit
langer verplichtend te stellen, den staatsambt:
naren algeheele godsdienstvrijheid toe te staa
en het burgerlijk huwelijk in te voeren.
In Zweden zijn de verwachtingen omtrent de:
oogst alom gunstig.
Eiig-eland.
De considerans van de verworpen wet op d.
Iersche staatskerk schreef voor, dat de ontei
gende inkomsten der staatskerk niet mochten bt
steed worden tot het onderhoud van kerkelijk
en geestelijke personen, of tot het geven vai
godsdienstig onderricht, en de Lords hebben, doi
dit eerste artikel te verwerpen, het beginsel zt
der wet aangetast.
Bij de debatten werd vooral hevig tegen A
heer Gladstone en het geheele liberale ministi
rie zóo beleedigend uitgevaren, dat het de vei
ontwaardiging zal opwekken van het geheel
Engelsche volk, zoo liberalen als Tories. De hei
tog van Argyl, de lord-kanselier en lord Grau
ville hebben op zeer gestrenge maar waardig:
wijze de schandelijke beschuldigingen tegen Glad
stone ontzenuwd. „Indien graaf Grey," zoo ze
den zij o. a., „de waarheid spreekt, wanneer h:
beweert, dat het ministerie niets geeft om d
Iersche kerkwet, maar die slechts heeft voorgi
steld om de lords te ergeren, en een contli:
tusschen de twee huizen teweeg te brenge:
dan behoorden wij, de ministers van H. M., nii
op deze zetels te zitten, maar als schuldigen voi
de rechtbank van het Huis der Lords te ve:
schijnen."
De lord-kanselier zeide, dat hij als voorzittt
van het Huis, zich met de grootste moeite I
dwongen had, om stilzwijgend (in het Hooge
huis mag de voorzitter de leden niet tot de ore
roepen) te luisteren naar het beleedigen van ee
der uitstekendste mannen van Engeland.
Het is onbegrijpelijk, hoe de lords zoo onversta:
dig konden zijn, niet alleen om het hoofdbegins-
die noodkreten van zijn slachtoffer, die doffe sis
toen zijn vijand neerplofte in het water; I
hoorde en zag het alles weer. Eindelijk kwa:
het beeld zijner arme moeder hem weer vo
oogen, hij dacht aan hare wanhoop, en bij d
gedachte kwam eindelijk de tranenvloed los. I
neen, hij gevoelde zich niet minder ongelukki
maar toch, die tranen gaven hem verlichting.
XVIII. de veldwachter maakt zijne vrouw
deelgenoot van de geheimen.
„Lieve kind," zei vrouw Kok tot Grietje, tof
deze haren Jan naar zijne schuilplaats had E
bracht, en weer in de kamer kwam „lieve kic
wat is dat een geschiedenis I Ik weet niet,
gij wel goed gedaan hebt, met dien jongen hi
te houden, want als uw vader het eens ontdek:
of, wat nog veel erger zou zijn, als andere ntf
schen het eens bemerkten, dat de veldwachi
zelf een moordenaar in zijn huis verborgen had.
„O neen, moeder, spreek zoo niet: Jan is g#
moordenaar."
Wordt vervolgd.}