Oegstgeest, 21 Juli. Voor de verkiezing van
leden van den gemeenteraad alhier zijn ingeko
men 56 stembiljetten.
De aftredende leden de HH. G. C. Van der
Hoef, A. Olsthooru en M. Spaargaren zijn met
groote meerderheid van stemmen als zoodanig
herkozen.
De gemeenteraad heeft, onder nadere goed
keuring van HH. Gedep. Staten dezer provincie,
besloten, het sedert 1686 in huur gebruikt wor
dende raadhuis der gemeente te koopen, en
het daarna de noodzakelijk geblekene en ge-
weuscht wordende verbouwing te doen onder
gaan.
Warmond, 20 Juli. Ten gevolge van het hevige
broeien van het hooi, heerscht alhier eene groote
bedrijvigheid bij vele landbouwers, die, thans
aan het einde van den hooibouw zijnde, het ge
wonnen hooi uit de bargen halen, het verspreiden
en opnieuw bergen moeten. Dit broeien moet
worden toegeschreven aan het niet droog genoeg
binnenhalen van het hooi, 't welk tijdens den
veelvuldigen regen in het begin vau den hooi
bouw is gewonnen.
SroMf wijk, 21 Juli. Bij de gisteren plaats gehad
hebbende stemming voor drie leden van den ge
meenteraad, zijn opnieuw gekozen de heeren
G. Olsthooru, A. llaagen en J. C. Boonekamp,
die allen als zoodanig hadden moeten aftreden.
Veer, 21 Juli. De uitslag van de gisteren plaats
gehad hebbende stemming voor drie leden van
den gemeenteraad is, dat de heeren F. Van Niel
en L. Van Rooijen als zoodanig opnieuw zijn
gekozen; terwijl eene herstemming moet plaats
hebben tusschen de' heeren D. Van Diemen en
J. Van den Bosch. Eerstgenoemde had evenals
de twee herkozeneu moeten aftreden.
Utrecht, 21 Juli. Gisteren hebben wij onzen
lezers een kort bericht toegezegd over het dieren
spel van den heer Kleeberg, staande naast de
Liggende Os, bij de Katharijne barrière. Deze ver
zameling, iets kleiDer dan die van den heer Kreutz-
berg, bevat toch een aantal fraaie dieren, van
welke de leeuw, de groote tijger, de kolossale
beer, de zwarte adelaar, zeldzaam en uitmun
tend genoemd kunnen worden. De weinige pre-
tenite, welke de heer Kleeberg tegeuover zijn
concurrent bezit, en de lagere entreeprijzen, welke
hij vordert, zijn zeker bij het publiek reeds vol
doende aanbevelingen. Wij hebben vroeger ge
zegd, dat wij de belangstellenden aanraden beide
spellen te gaan zien, en zijn in die meening ver
sterkt, nu wij Mad. Kleeberg hebben zien wer
ken met de verschillende dieren. Met de grootste
kalmte werkt zij met de hyena, met den grooten
panter en met den schoonen leeuw, laat de die
ren om en over zich heen springen, vergast hen
op vuurwerk en laat eindelijk den leeuw, wan
neer zij dat majestueuse dier in zijne volle lengte
zich heeft doen uitstrekken, door een wit beplakten
papieren hoepel springen. Het gaat met dat alles
zoo zeker, zoo rustig toe, als waren het hondjes,
die zij tot gehoorzaamheid gedwongen had. Wij
hopen dat het publiek ook deze verzameling niet
zal voorbijgaan, zondereen kijkje te gaan nemen.
W ij vernemen dat ook bij den heer lvreutzberg
eene jonge dame, eene Zweedsehe, van Donder
dag af met de diereu zal werkzaam zijn.
Ook de heer Basch, die een paar jaren door
ons publiek zoo gezocht was, heeft weder zijn
spel op de Neude opgeslagen en een nieuw pro
gramma medegebracht van allerlei verrassende en
amusante toereu. Bovenal echter zijn zijne optische
voorstellingen te prijzen. Met een enorm galva-
nischen toestel brengt hij prachtige en afwisselende
lichten te voorschijn, en weet hij door weerkaat
singen de zonderlingste fantasieën te scheppen.
Maar ook zijn waterwerken munten uit, en wor
den door de verschillende lichten, welke hij er
op werpt, ongeloofelijk prachtig. (U. D.)
Arnhem, 21 Juli. Van de 28 candidateu, die
Ruwe stormen mogen woeden,
Alles om mij heen zij nacht,
God, mijn God zal mij behoeden,
God houdt voor mijn heil de wacht.
Daar slaat de oude dorpsklok elf uren.
„Ach, het gaat nooit goed!" zei de weduwe
handenwringend, en het kinderstemmetje ver
volgde
Moet ik lang Zijn hulp verbeideu,
Zijne liefde blijft mij leiden,
Door een nacht, hoe zwart, hoe dicht,
Voert Hij mij in 't eeuwig licht.
„Ja," zei de weduwe half luid, „ik zal op U,
mijn God, blijven vertrouwen, maar de nacht is
ook voor mij zoo zwart, zoo dicht!O mijn
kind! mijn kind! Ik heb mijn Jan verloren!"
„Nu nog eens het versje van verleden week,
moeder?"
„O, ik weet geen raad meerkermde de oude
vrouw, en het kinderstemmetje klonk weer:
Is de nood zoo hoog gerezen,
Dat gij nergens uitkomst ziet,
Nog hebt gij geen kwaad te vreezen!
Is de nood zoo hoog gerezen,
Dat gij nergens uitkomst ziet,
Clod, uw God vergeet u niet.
zich hadden aangemeld tot het examen van leer
ling-apotheker, zijn 10 toegelaten. Onder de toe-
gelatenen bevond zich eene jonge dame, mejuf-
vrouw H. Ch. Ter Ilogt van Bennekom, die de
meest voldoende bewijzen van bekwaamheid
heeft gegeven.
Kampen, 19 Juli. Gisterennacht ontstond hier
brand in de Groenstraat in het huis bewoond door
D.Meijer. Daar de brand juist ontstond terwijl de
bewoners sliepen, hadden er licht grootere onge
lukken kunnen gebeuren; de oorzaak van den
brand was, dal men zoo onvoorzichtig was een
brandend lampje op de wieg te plaatsen waarin
een kind sliep. Toen dit wakker werd en eenige
beweging maakte, viel de brandende peterolie
lamp omver over het wiegekleed, zoodat in kor
ten tijd de wieg in volle vlam stond. Door de
benauwde lucht werden de ouders wakker eu
mocht het hun gelukken het kind zonder beko
men brandwonden uit de wieg te redden en de
vlam, die zich spoedig verspreidde, te blusschen.
Enschedé, 21 Juli. Op Maandag en Dinsdag den
12d™ en 13d™ dezer werd in het gebouw der Twent-
sche Industrie en Haudelssschool alhier het eind
examen gehouden van de leerlingen dier inrichting
van middelb. onderwijs. Dit examen werd, behalve
door eene menigte belangstellenden, ook voor
een groot gedeelte bijgewoond door den heer
inspecteur van het middelb. onderwijs in deze pro
vincie. Op Woensdag den 14den daaraanvolgende
had in de concertzaal van de Groote Sociëteit
alhier de openbare promotie en prijsuitdeeliDg
plaats, die door den heer directeur, in tegenwoor
digheid van curatoren, leeraren en leerlingen, der
handelsschool en van een zeer talrijk opgekomen
publiek, met eene korte toespraak geopend werd.
Van de 1ste tot de 2de klasse werden bevor
derd 12 leerlingen terwijl zes leerlingen dezer
klasse wegens ongenoegzame vorderingen onge
schikt werden geoordeeld om de lessen in eene
hoogere klasse te volgen.
Van de 2de tot de 3de klasse gingen over 15
leerlingen: Vijf leerlingen van deze klasse kon
den wegens ongenoegzame vorderingen niet tot
eene hoogere klasse bevorderd worden.
Van de 3de tot de 4de klasse werden bevor
derd 10 leerlingen: Drie leerlingen dezer klasse
konden wegens ongenoegzame vorderingen niet
in eene hoogere klasse overgaan.
Van de 4de tot de 5de klasse werden bevor
derd S leerlingen
Van de 5de klasse verlieten de school met een
getuigschrift, 4 leerlingen Twee leerlingen dezer
klasse hadden in den loop van den cursus
1S6869 de school verlaten; een hunner werd,
na afgelegd examen, als leerling-telegrafist ge
plaatst.
Groningen, 19 Juli. Gepasseerden nacht werd
te dezer stede een brutale diefstal gepleegd. Te
ongeveer 11 uren wist men in de behuizinge van
T. Van der Tuin, even buiten de Boteringepoort,
door verbreking van het slot der buitendeur, de
woning binuen te komen en vervolgens het ka
binet open te steken. De dief heeft zich met eene
vrij belangrijke som aan contanten weten uit de
voeten te maken, zonder dat het tot heden aan
de politie gelukL is hem op te sporen.
Breda, 18 Juli. Den 3d™ Augustus e. k. zal de
prachtige, nieuw gebouwde R.-K. kerk der H. Bar
bara, door Z. D. H. Monsgr. Van Genk, bisschop
van Breda, plechtig worden ingezegend.
De commissie tot regeling der feestviering houdt
zich reeds onledig met het maken van toebereid
selen, om de plechtigheid van dien dag zoo luis
terrijk mogelijk te doen zijn. O. a. is men van
voornemen om een prachtigen optocht te organi-
seereu, tot deelneming waaraan alle hier bestaande
corporatiën zullen worden uitgenoodigd.
Steen wijk, 19 Juli. Omtrent den in een twist
verwonden persoon kan men; gelukkig medee-
len, dat de aanvankelijke vrees voor een doode-
„Stil eens kind, daar komt iemand aan. God
dank! daar zal hij eindelijk wezen. Of neen, het
moet een vreenide zijn, die daar rammelt aan
de deur. Heer, bewaar ons!" bad zij, „als daar
maar geen tijding komt van Jan, dan zal het
geen goede tijding wezen." En zoo sprekende
heeft de weduwe de lamp van de tafel opgeno
men, en gaat daarmede naar de deur om die te
ontsluiten. Daar stond een man aan de deur, die
vrouw Stakkers dadelijk herkende aan zijn klee
ding, daar zij de blinkende knoopen van den
veldwachtersjas zag schitteren.
„Vrouw Stakkers, is je zoon thuis?"
„Neen, neen," stamelt de weduwe; „zeg An-
dries, wat is er met Jan gebeurd? ik bezwijk
van angst! O, zeg mij: wat weet gij van hem?
waar is hij wat is er gebeurd?"
„Ik weet het niet, vrouw Stakkers."
„O, zeg mij: waarom komt gij dan hier naar
hem vragen?.... Gij weet wat van hem. O, ik
ben zoo ongelukkig."
En de arme moeder barstte los in een vloed
van tranen. Andries liep nog even het kleine
kamertje binnen. Hij had medelijden met de
arme weduwe, wier tranen hij niet kon drogen,
en wier leed hij slechts verzwaren zou, als hij
haar vertelde, waarom hij naar haren zoon ge
vraagd had. Hij wilde echter de ongelukkige
lijken afloop geweken is, en men nu hoop op
herstel heeft.
VARIA.
De Islhme de Suez zegt, dat te New-York een
maatschappij gevormd is met een kapitaal van
30,000,060 dollars, om eene stoomvaart in het le
ven te roepen tusschen de Vereenigde Staten en
zuidelijk Europa, door het Kanaal van Suez,
met Indië en China.
Te Getle, in Zweden, heeft den 10d™ dezer een
vreeselijke brand gewoed, waardoor bijna de helft
van de stad is in de aseh gelegd. De brand is
ontstaan 's middags tusschen 12 en 1 uur in een
schrijnwerkerswinkel, en bij den feilen westen
wind verspreidden zich de vlammen met zulk een
snelheid, dat men nauwelijks gelegenheid had
de noodzakelijkste kleedingstukkeu te redden.
De vonken waaiden over naar een S60 voet ver
der gelegen scheepstimmerwerf, die met de op
stapel staande en bijna afgewerkte schepen mede
spoedig een prooi der vlammen werd. Van hier
woedde de brand voort en vernielde behalve ge-
heele straten van particiliere woningen meest
alle publieke gebouwen; alleen de kerk bleef
gespaard. Eerst den volgenden Zondag middag
om 3 uren was men den brand meester. Van de
13,315 inwoners berekent men, dat ongeveer de
helft van huisvesting is beroofd. In de vorige
eeuw is Gefle tweemaal door dezelfde ramp ge
troffen.
Van den Duitschen reiziger Molir zijn tijdingen
ontvangen, gedagteekend 19 Mei j 1., waarin
gemeld wordt, dat hij zich op dat oogeublik in
de republiek Pretoria (Middel-Afrika) bevond
en op het punt stond dwars door het land van
de Matabelen en van den beruchten Mosseli-Katse
naar de oevers van de Zambesi te trekken. De
streken, welke Mohr doorreisd heeft, worden
door hem beschreven als overvloedig voorzien
van allerlei wild, antilopen, gnous enz., zoodat
een Nimrod zich er waarlijk tehuis zou ge
voelen.
In de bouwvallen van het oude Babylon is
weder, naar men verzekert, een nieuw paleis
ontdekt. Daarin bevindt zich eene zoogenaamde
bibliotheek of leeszaal, welker beschreven wan
den uit steenen van eene ongemeen fijne soort
bestaan. De op die steenen of bladen geschreven
letters en figuren zijn volkomen ongeschonden
bewaard gebleven.
De Weener dames schijnen ditmaal met betrek
king tot de wederopkomst eener oude mode den
toon te willen aangeven. In de Oostenrijksehe
hoofdstad zijn toch de sluiers aan de orde van
den dag. Jong en oud, leelijk en mooi, ieder
vrouwelijk wezen verbergt zich achter een sluier,
eu de. vrouw, die bovendien reeds een raadsel
der natuur mag genoemd worden, is nu reeds in
tweeërlei opzicht een gesluijerd beeld der menscli -
heid. Op de wandeling komt men niets anders
dan gesluierde dames tegen, wier hoofdtooisels
in allerlei kleur van voren en van achteren in
den wind lladderèn en de vroeger zoo geliefkoosde
ellen lange linten vervangen, welke de Franschen
den karakteristieken naam van suiuez moi (volg
mij) hebben gegeven. De reis van den onder-ko
ning van Egypte door Europa draagt, de schuld
van dit ongehoorde feit, dat eene Oostersche mode
naar het Westen wordt overgeplant. Maar zulke
zaken zijn niet vreemd meer in onze wonderlijke
19de eeuw. Kort geleden zag men immers nog in
het Bois de Boulogne eene jonge Parisienne, geheel
a la Chinoise gecostumeerd I
Volgens de nieuwste tellingen heeft Noorwegen
1,727,273 inwoners; tot aan het einde van Mei
zijn er S451 personen als landverhuizers ver
trokken.
moeder voorbereiden op den slag, die haar zou
treffen, en zei daarom voorloopig: „Ze zeggen,
vrouw Stakkers, dat je zoon vreeselijk gevochten
heeft, maar meer kan ik je nu nog niet zeggen."
„Om Gods wil! is hij gewond, is hij dood?"
„Neen, vrouw Stakkers, neen, hij is niet dood."
„Maar dan toch erg gewond, niet waar Kom,
ik moet weten, waar hij isik wil naar hem
toe, mijn kind! mijn kind!"
„Och vrouw Stakkers, ik weet immers zelf
niet waar hij is, want ik zocht hem hier."
„En waarom zocht ge hem? Woudt ge hem in
hechtenis nemen, omdat hij gevochten heeft?
Maar mijn jongen heeft geen schuld, hij is niet
het eerste begonnen, gij moogt hem niel in hech
tenis nemen."
„Bedaar toch, vrouw Stakkers, ik wil voor u
het beste hopen, arme moeder! Ga nu liever naar
bed. De dag van morgen zal u wellicht meer
dere zekerheid geven."
„Neen, neen, ik wacht niet tot morgen, ik wil
nu naar mijn kind, ik zal overal naar hem vra
gen, hem zoeken, men zal een arme moeder, die
haar kind zoekt, wel helpen."
„En die schapen van kinderen, die daar liggen
te schreien, woudt ge die dan maar alleen
laten?" vroeg Andries. „Neen, vrouw Stakkers;
laat u raden, blijf thuis! Ach, wat moet er van
Henri Rochefort heeft met de uitgave zijner
Lanlerne van Mei 1368 tot |Mei 1869 160,000 fr.
verdiend. Tegenwoordig brengt deze beruchte
penncvrucht den schrijver nog eene maande-
lijksche winst van 8000 fr. op. Deze gegevens
zijn op verklaringen, door Rochefort zeiven ver
strekt, gegrond.
Charles Dickens zegde eens aan zijn toehoor
ders: Hoe groot ook de beproevingen zijn mogen,
welken de mensch op zijnen weg moge ontmoe
ten, zij zouden alle hunne vertroostenden kant
hebben, indien men het geluk had hem te ont
dekken. En tot staving van die theorie, haalde
de doorluchtige romanschrijver de volgende his
torie aanTwee mannen waren veroordeeld om
te zamen opgehangen te worden voor de gevan
genis van Newgate. De toebereidselen waren
gemaakt, en reeds was de koord rond den hals
der veroordeelden, toen een stier van de markt
van Smithlield losgeraakt, onder de rondom het
schavot geschaarde menigte liep en links en rechts
stooten van belang uitdeelde. Daarop zegde een
der veroordeelden tot zijne maker, met zichtbare
voldoening: „Zeg eens, Bill, wij mogen toch van
geluk spreken, eh! dat we daar m dien hoop
niet staan
Reeds dikwijls is de meening geopperd of ver
plicht schoolbezoek hier te lande niet even uoo-
dig zoude zijn als in het. naburige Pruisen. Ware
dit ook in Nederland het geval, dan zou men
niet zooals nu, het verschijnsel zien, dat in de
langs de Pruisische grenzen gelegen streken, onze
schooljeugd door de Pruisische landlieden gebe
zigd wordt tot werkzaamheden op het veld, waar
toe deze hunne eigene kinderen, om de school
plichtigheid, niet kunnen gebruiken.
BUITENBAND.
Spanje.
Behalve de dertien onderofficieren van het te
Madrid in garnizoen liggende regiment Cantabria,
zijn in de laatste dagen nog vele aanhangers van
don Carlos in verschillende oorden des lands in
hechtenis genomen. Bij sommigen van hen vond
men aanstellingen tot hoogere rangen of volmach
ten als agenten van don Carlos. Deze waren on
derteekend el comisario regio. In verscheidene
steden van het noorden is de rust verstoord. Het
gerucht als zou don Carlos, vergezeld van gene
raal Elio, ondanks de waakzaamheid der Fran-
sclie politie, zich uit Frankrijk naar Navarra
hebben begeven, vereischt bevestiging. Is dit ge
rucht waar, dan zal de jeugdige pretendent óf
spoedig in handen der Spaansche autoriteiten
vallen, óf de burgeroorlog zal weldra uitbreken.
De aanvoerders der CarlistenEstartus, Tristany,
Saball, de markies van Benavente en anderen
hebben dezer dagen eene samenkomst te Tou
louse gehad tot het ontwerpen van een plan voor
den veldtocht.
De gewezen minister, de heer Aguirre, ligt op
het uiterste.
Duitschland.
Volgens de Berliner Börsen-Zeitung is de Pruisi
sche minister van financiën, de heer Von der
Heydt, van plan om de wet, regelende het suc
cessierecht, zoodanig te wijzigen, dat bij eiken
overgang van goederen zeker recht zal worden
gekweten. De minister hoopt door dat nieuwe
middel het deficit grootendeels te kunnen dekken.
Uit Munchen wordt gemeld, dat de professoren
der theologische faculteit nog geen antwoord
hebben ingediend op de vijf vroeger gemelde
vragen van den minister Von Hohenlohe met
betrekking tot het oecumenisch Concilie. Inmid
dels verneemt men dat de antwoorden zullen
worden bijeengebracht in een kort rapport, het
welk eerst nog bij den aartsbisschop ter beoor-
mij worden!" snikte de vrouw, terwijl zij op een
stoel nederzonk, en in vertwijfeling de handen
omhoog hief.
„Arme vrouwzei Andries, „hoe heb ik met
u te doen! Als ik kon, ik zou u helpen en ver
troosten. Maar ik kan u slechts toevvenschen,
dat de goede God u nabij moge wezen, en u
sterken. Ik mag mij hier niet langer ophouden,
goeden nacht dus!"
Andries Kok liet hierop de weduwe alleen,
en sloeg den weg in naar Laterveer. „Het gaat
mij aan mijn hart," zeide de veldwachter, „dat
ik die arme inenschen daar zoo in smart en
rouw moet dompelen, maar er is niets aan te
doen, ik moet zoo handelen. Als het nog een
gewone kloppartij geweest was, maar een po
ging tot moord, want die duivelsche jongen heeft
met opzet dien man over de leuning gegooid. Ja,
ik zal hem wel te pakken krijgen. Een ding is
ten minste heel gelukkig, dat de zaak niet als
een loopend vuurtje door het dorp zal gaan,
want niemand die er iets van gemerkt heeft; en
de dokter en ik, wij zullen onzen mond wel
houden, en Stuifhemel zelf heeft ook geen plan
er over te praten, behalve met den burgemees
ter Schellinga zelf, want hij moet de zaak na
tuurlijk aangeven, daar kan hij niet van buiten.
Wordt vervolgd.)