i\°. 2817. Zaterdag A°. 1869. 17 April. BINNENLAND. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden, per 3 maandenf 3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.10. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagenuitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIEN Van 1-6 regels 0.75; iedere regel meerf 0.12. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels 0.90iedere regel meer„0.15. LEIDEN, 16 April. In de laatste week der vorige maand had den de overgang9-examens en expositiën plaats van de afdeeling Ambachtsschool van Mathesis Scientiarum Genitrix. Een over het algemeen guustigen indruk lieten beiden bij den hoorder en toeschouwer achter. De nieuwe leeraren mochten goede vruchten van hun onderwijs aanschouwen. De expositie in de bouwkunde gaf een tweeduizendtal tee- keningen te zien, waaronder eene menigte die zeer keurig afgewerkt waren; zij werden ver vaardigd door een honderdveertigtal leerlingen van verschillende klassen, waaronder eonige bij zonder uitmuntten als bijv. K. Haasnoot, G. Van den Oever, J. De Best, P. Crispijn en C. Van der Plas, die van Katwijk, en D. P. Iper- !aan en J. Turion, die van Voorschoten moesten komen om die lessen bij te wonen. Onder de teekeningen trokken die naar de medaille bijzonder de aandacht. Door de eerste klasse werd geleverd het ontwerp van een mo zaïek parquet-vloer. Vier schoone teekeningen werden afgeleverdP. W. C. Timmermans viel de eerste prijs en J. Van der Heyden eene eer volle vermelding ten deeldoor vier andere leerlingen werd eene copie-teekening vervaar digd, op grooter schaal, van den Ingang van een Raadhuis voor eene groote stadde zilve ren medaille hiervoor behaalde W. Francken, et accessit W. J. Turion; een drietal jonge- ingen teekenden een geschaduwden opstand. Ik dier teekeningen was meesterlijk uitgevoerd; J. De Vink behaalde daarvoor den eersten prijs, Van Son den tweeden en F. G. Strengers ene lofielijke vermelding. Nog bewerkten drie leerlingen eene perspertief- eekening; C. De Vink behaalde daarvoor de edaille, P. H. Van der Togt het accessit en B. C. Konings eene loffelijke vermelding. Zeer werd de tentoonstelling opgeluisterd door de afgeleverde werkstukken; aan P. Cris pijn viel de eerste prijs ten deel voor een dak stoel, en aan J. De Best de tweedeaan M. den Bouwmeester de eerste, aan K. Haasnoot de tweede prijs voor een net bewerkte fron tespies; aan M. J. De Kok en F. A. Koekkoek een eerste prijs en aan J. J. W. Verhaar een tweede voor een rond dakvenster met bijbe- boorende schinkels en uitslagen. Ook de handteekenschool gaf goede vruchten te zien. De medaille uitgeloofd voor de beste teekening naar een pleisterkop werd gewonnen door J. Hol8wilder; F. A. Bertrand bekwam het accessit bestaande in een bronzen medaille. Vele schoone teekeningen werden ons voorge legd, en ook onder de voortbrengselen van de boetseerschool waren enkele goed-bewerkte stuk ken te zien. De reden waarom de heer Olivier voorloopig Q°g ni0k als lid der Tweede Kamer is toege laten is de volgendeBij de eerste stemming waren uitgebracht 529 stemmen, waarvan op Mr. Olivier 197 en op Albarda 115, en H. W. Wierda mede 115. Intusschen was aan H. W. Wierda niet toegekend éene stem, op W. H. Wierda uitgebracht. Ware dit wel het geval goweest, dan zou de heer Olivier met den heer Wierda alleen in herstemming zijn gekomen, waarvan de uitslag, met het oog op het toen uitgebracht getal stemmen, niet boven twijfel zou zijn geweest. Het is daarom de vraag of te recht aan H. W. Wierda de stem onthou den is, die op W. H. Wierda is uitgebracht. De commissie concludeert dus om den heer Olivier voorloopig niet toe te laten, met uit- noodiging aan den minister van binnenlandsche zaken, om de verzegelde paketten nopens de stemming van 24 Maart jl. te doen overkomen en informatiën in te winnen, of er te Winsum een persoon is die W. H. Wierda heet en be voegd is tot het lidmaatschap der Tweede Kamer. Nog is in de zitting van gisteren ingekomen eene missive van den heer Kerstens, houdende kennisgeving dat hij door-de aanvaarding van zijne herbenoeming als griffier bij het kanton, gerecht te Boxmeer, opgehouden heeft lid der Kamer te zijn. De opbrengst der rijksmiddelen over de maand Maart jl. is geweest 6,979,538.86s tegen 6,795,092.05 in Maart 1868. De posterijen hebben ruim 58,000, en de telegraaf 6,500 meer opgebracht. De opbrengst van de middelen in de drie eerste maanden van dit jaar is ƒ720,200 hoo- ger geweest dan in hetzelfde tijdvak van 1868. Door de Hollandsche IJzeren-Spoorweg- Maatschappij (lijn AmsterdamRotterdam Helder) zijn gedurende de maand Maart 1869 124,246 reizigers vervoerd; opbrengst van hen ƒ116,351.166, idem aan goederen ƒ26.817.905; totaal ƒ143,169.07. Sedert primo Januari was het aantal reizigers 343,622, en de opbrengst van reizigers en goederen ƒ391,914.57. Er is in den laatsten tijd veel geschreven en nog meer gesproken over de zeer eenvoudige vragen door het schooltoezicht aan de //bijzon dere onderwijzers" gericht, betreffende, in 't kort, het punt, of van die zijde te klagen viel over eene partijdige toepassing der onderwijswet van 1857. //Hot Vaderland" geeft heden de ware, toe dracht der zaak: de redactie verzekert, dat zij goed ingelicht is. Bij de discussiën in de beide Kamers der Staten-Generaal over het onlangs aangenomen budget van binnenlandsche zaken en elders, voor en na dien tijd, hoorde men bedekte en onbedekte klachten niet alleen over de wet van 1857, maar ook over de toepassing van die wet. De inspecteurs van het lager onderwijs zijn nu grootendeels belast met het waken over de toepassing dier wetzij, met de overige leden van het schooltoezicht, zijn in zeer vele opzich ten zedelijk verantwoordelijk voor de eerlijke uitvoering van de bepalingen dier wet, en het geen gezegd en geschreven was van zoo vele zijden over de partijdige toepassing der wet, was indirect eene zeer zware beschuldiging te gen het geheele schooltoezicht gericht. Om, zoo mogelijk, een einde te maken aan dergelijke hatelijke en onverdiende aantijgingen, en om ook de bewijzen in handen te krijgen, dat de wet werkelijk, wat het schooltoezicht aangaat, eerlijk toegepast wordt, werden, bui ten kennis van den minister, door een drie tal inspecteurs de vragen opgesteld, waarover zooveel gesproken is. Die vragen werden aan hunne ambtgenooten ter beoordeeling onder worpen, en men kwam overeen in schier alle provinciën van het rijk, om de vragen rond te zenden en binnen een bepaalden tijd do ant woorden daarop te verlangen. Eer3t nadat dit alles geschied was, hebben de inspecteurs aan den minister kennis gegeven van hun voornemen, en het spreekt van zelf dat Z.Exc. het goedkeurde. Kwamen er grieven tegen het schooltoezicht, dan kon men ze trachten op te heffen kwa men ze niet, dan was de ongegrondheid der ingebrachte beschuldigingen bewezen. Dit is de eenvoudige loop van zaken geweest en men moet waarlijk meer dan verblind zijn, om iets anders dan een eerlijk streven om recht te doen, achter den genomen maatregel te zoeken. Omtrent de aanstaande internationale ten toonstelling van tuinbouw te St.-Petersburg verneemt men, dat bij die gelegenheid als com missarissen der Nederlandsche regeering zullen optreden de heeren Jhr. Mr. W. M. De Brauw te 's-Gravenhage, oud-voorzitter der Kon. Ned. maatsch. //tot aanmoediging van den tuinbouw J. H. Krelage te Haarlem, voorzitter der alge- meene vereeniging voor bloembollencultuur en Dr. N. W. P. Rauwenhoff, te Rotterdam, oud secretaris der K. N. M. //tot aanmoediging van den tuinbouw." Als congresleden en bezoekers der tentoonstelling hebben zich tot nu toe een twaalftal Nederlanders aangemeld en van een zestal is bericht ingekomen, dat zij het voorne men hebben in te zenden. Het zal voor hen, die gelijk voornemen hebben, van gewicht zijn, te vernemen, dat van de commissie te St.-Peters burg bericht is ingekomen, dat men voor de tentoonstelling nog inzendingen kan opgeven tot den 258ten April oude stijl (7 Mei nieuwe stijl), onder voorwaarde dat dan tevens bij de opgaven worden gevoegd de nauwkeurige naam lijsten der in te zenden artikelen, om die in den catalogus te kunnen opnemen. Wat de verzending der goederen naar St.- Petersburg betreft, zoo blijft het vertrek der stoomboot van de firma Smijers en Co. te Ant werpen, bepaald op 1 Mei, en moeten de goe deren op zijn laatst den 28sten April aldaar aankomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1869 | | pagina 1