Vrijdag
A". 186kjÉg
16 April.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden, per 3 maandenf d.00.
Franco per post3.85.
Afzonderlijke Nommers0.10.
Oeze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagenuitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 1-6 regels 0.75; iedere regel meerf 0.12.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van
1-4 regels 0.90iedere regel meer„0.15.
i\°. 2816.
LEIDSCH
l 1 r. r-- n
DAGBLAD.
BINNENLAND.
LEIDEN, 15 April.
Menigeen die gisteren tegen den middag met
ons de brandklok hoorde luiden, zonder dat er
echter op dat oogenblik eenig gevaar voor brand
bestond, weet wellicht nog de reden niet dier plot
selinge verschrikking. Naar wij vernemen was de
toedracht der zaak deze. De klokkenist, die op
markt- en feestdagen ons van uit de hoogte zijn
vroolyk spel doet hooren,.had in een door hem be
speeld wordend stukje behoefte aan klokgeklep.
De klokopwinder hem daarin behulpzaam zullende
zijn, bezigde daartoe dezelfde klok die sedert eeni-
gen tijd tot brandklok is gepromoveerd. Dadelijk
was alles in beweging. De spuitgasten spoedden
zich naar hunne spuiten de weesjongens draafden
naar huis om te trachten de premie te behalen
de opperbrandmeester kwam in allerijl op 't
Btadhuis informeeren //waar dan toch de brand
was!" Kortom, ieder was in onzekerheid en span
ning, tot men, na bekomen inlichtingen van //bo
ven", begreep dat het een loos alarm was ge-
•weeat. 't Ia te hopen dat het zich niet dikwijls
moge herhalen, want dan kon het prestige van de
brandklok wel eens gevaar loopen
De vraag of de vaccine een deugdelijk mid
del tegen de kinderpokken is, moge bij zeer
velen geene vraag meer zijn, het is toch goed
wanneer men met cijfers hierop een voldoend
antwoord kan geven. In Engeland berekende
men, dat in de 30 jaren voordat het vaccinee
ren door Jenner in toepassing werd gebracht,
de jaarlijksche sterfte ten gevolge van kinder
pokken 3000 op de 1,000,000 zielen bedroeg.
Buitendien neemt men aan, dat om de geval
len van kinderpokken, die geen doodelijken
afloop hadden, te vinden, men dit cijfer met 5
a 6 moet vermenigvuldigen. Dat velen van hen,
die de kinderpokken hadden gehad, voor hun
geheele leven door de gevolgen der ziekte on
gelukkig bleven is een feit2/3 van de arme
blinden in Londen hadden hun gezicht verloren
door de pokken. Bijna even algemeen als thans
mazelen en kinkhoest zijn, waren toen de pok
ken, en als een dreigend spook vertoonde zich
deze vreeselijke ziekte gedurende hun geheele
leven aan hen, die er nog niet door waren ge
troffen.
Toen de vaccine in Engeland vrij algemeen
was geworden, van 18381840, bedroeg de sterfte
770 op een millioen zielen van 18411853,
toen de onvermogenden hunne kinderen van
staatswege gratis konden doen vaccineeren, be
droeg de sterfte slechts 304 op hetzelfde aan
tal, en nadat in 1854 de vaccine verplichtend
was gesteld bedroeg de sterfte 202 op de 1,000,000
fcielen.
In het Britsche leger bedroeg de geheele
sterfte op een aantal van 44,611 man, van
1817 tot 1836, toen de vaccine was ingevoerd,
627, en daarvan stierven slechts 3 aan de kin
derpokken.
Zulke cijfers hebben nog al eenige beteekenis.
Men moet hierbij nog in aanmerking nemen,
dat wat door sommigen is voorspeld, dat door
de vaccine nieuwe ziekten zouden ontstaan, ge
bleken is van allen grond ontbloot te zijn, en
dat men integendeel heeft meenen op te mer
ken, dat ook enkele andere ziekten, in die
landen, waar de vaccine algemeen wordt toege
past, minder voorkomen.
Uit het ontwerp van wet tot regeling van
het onderwijs bij de Kon. Mil. Academie blijkt,
dat deze bestemd is1J. tot het opleiden van
jongelieden tot officieren van alle wapens bij
het leger hier te lande, en bij dat der koloniën
en bezittingen van het Rijk in andere wereld-
deelen; 2°. als applicatie-school tot het voort
zetten der studiën voor de 2de luitenants der
artillerie en genie, alvorens deze bij hun wapen
den dienst aanvaarden. De vakken van onderwijs
zijn eenigszins gewijzigd naar gelang van de be
stemming der cadetten, als: voor de infanterie,
de cavalerie, de artillerie en de genie, respec
tievelijk hier te lande of voor die in de kolo
niën. De cursus duurt twee jaren. Tot het toe-
latings-eiamen wordt vereischt, dat men op het
tijdstip van den aanvang van den cursus den
vollen ouderdom van 17 jaren hebbe bereikt
en niet ouder zij dan 20 jaren. Wie in het
bezit zijn van het getuigschrift of diploma van
het eindexamen der hoogere burgerscholen, be
doeld in art. 55 der wet van 2 Mei 1863, leg
gen dat getuigschrift bij het in te dienen ver
zoekschrift over. Wie tot cadet wordt toegela
ten, verbindt zich om den staat als militair
gedurende den tijd van tien jaren te dienen;
in bijzondere omstandigheden kan door den
Koning ontheffing der verdere vervulling van
die verbintenis worden verleend. De Koning
wijst de gevallen aan, waarin, en stelt de rege
len, volgens welke een cadet van de academie
wordt verwijderd. Na het einde van eiken
tweejarigen cursus wordt door de cadetten, die
dezen cursus hebben bijgewoond, ten overstaan
van eene door Z. M. te benoemen commissie,
een examen afgelegd, ten einde hunne geschikt
heid voor den officiers-rang te kunnen bewijzen.
In tijden van oorlog of gevaar kan de academie
door den Koning geschorst en over het aan
die academie verbonden personeel, zoomede over
de cadetten, in het belang van 's lands dienst
beschikt worden. De academie staat onder het
oppertoezicht van den min. van oorlog.
Aan de leden van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal is roDdgedeeld een //Overzicht
van de hoogere burgerscholen en burgerscholen,
bij het einde van 1868, ook naar aanleiding
van het bij de behandeling der staatsbegroo-
ting voor 1869 in de Staten-Generaal over
middelbaar onderwijs besprokene, door Dr. D.
J. Steyn Parvé, inspecteur van het middelbaar
onderwijs. Overgedrukt uit de Economist
van Maart en April 1869."
Men meldt uit 's-HageMen verneemt dat
op aanhoudenden aandrang van onze regee
ring en onzen gezant te Madrid, de Neder-
landsche vlag ten opzichte der betaling van
haven- en scheepvaartrechten in de Spaansche
koloniën met de Spaansche vlag gelijk gesteld
is. Dit werd lang door onzen handel ge-
wenscht.
De gemeenteraad van Oo3tdongeradeel heeft
een adres gezonden aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal van den volgenden inhoud:
//Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Geeft met verschuldigd respect te kennen:
De raad der gemeente Oostdongeradeel, prov.
Eriesland
dat hij kennis heeft genomen van het door
den heer Van Kuyk, lid der Kamer, in de ver
gadering van den 14den Februari 1S69 gedaan
voorstel tot wijziging van artt. 45 en 48 der
wet van den 28sten Juni 1854 Staatsblad n°.
100 regelende het Armwezen, ten doel heb
bende om onder de onverhaalbare kosten van
onderstand aan armen verstrekt op te nemen
die wegens geneeskundige hulp;
dat, vermits van verschillende zijdon aan uwe
vergadering worden ingezonden adressen van
adhaesie omtrent gemeld voorstel adressant
hetzelve heeft overwogen, waarvan het resultaat
is geweest dat hij niet kan nalaten zijne bezwa
ren deswege ter kennis van uwe vergadering te
brengenadressant toch is van oordeel, dat,
wanneer bedoeld voorstel tot wet wordt ver
heven, er een strijd zal komen te ontstaan
tusschen armbesturen, ter verwijdering van ar
men uit de plaats waar zij woonachtig zijn en
geen domicilie van onderstand hebben, en dat
er aanleiding zal worden geboren tot aanwen
ding van pogingen die voor den arme zeer na-
deelig kunnen werken.
Is het in vele gevallen bewezen dat de arme
ten plaatse waar hij aanhoudend heeft gewoond,
het best in zijn onderhoud kan voorzien, juist
in gevallen van ziekte, wanneer hij de meeste
behoefte heeft aan de hulp van kennissen en
vrienden, zal hij middellijk gedwongen worden
de plaats waar hij geen domicilie van onder
stand heeft te verlaten; immers men mag ver
wachten dat armbesturen, bij de reeds druk
kende armlasten, eene gewenschte maar kost
bare geneeskundige verpleging van elders ar-
menlastigen, zooveel mogelijk zullen vermijden;
hetwelk ambulante personen vooral gevoelig
zullen ondervinden.
In ieder geval zal de zorg voor den arme
door aanneming van het voorstel zeer worden
verminderd.
Het valt ook niet te ontkennen, dat het voor
stel van den heer Van Kuyk eene onevenredige
verdeeling der lasten van heb onderhoud der
armen, wat betreft geneeskundige hulp, ten ge
volge zal hebben. Fabrieksteden bovenal waar
zich tijdelijk veel werklieden moeten bevinden,
zullen de last van andere gemeenten moeten
dragen.
Bovendien is adressant van meening, dat bij
aanneming van het voorstel van den heer Van
Kuyk de onverhaalbaarheid der kosten van