BUITENLAND.
een meubelstuk verborg. In het eerst ontkende
de beklaagde den diefstal begaan te hebben,
doch beleed al spoedig onder het storten van
heete tranen hare schuld en wees de plaats
aan waar zij het geld had nedergelegd. Geen
behoefte had tot het plegen van het misdrijf
aanleiding gegeven, daar de ouders van de be
klaagde in al hare behoeften voorzagen, doch,
volgens haar, was 't tegenzin in eene betrekking,
waaruit zij hoopte op die wijze ontslagen te
zullen worden. Daar hier geene benadeeling
had plaats gehad, veroordeelde de rechtbank
haar onder aanneming van verzachtende om
standigheden tot eene gevangenisstraf van eene
maand eenzame opsluiting.
Door den minister van oorlog is bepaald,
dat het 3de bat. van het 4de reg. infanterie,
te Gouda in garnizoen, met Mei aanst. niet
te Botterdam gestationneerd zal worden, doch
dat de staf met twee kompagnieën van Gouda naar
Leiden zullen worden verplaatst.
Ook de heer J. C. Greive Jr., kunstschil
der te Amsterdam, is door Z. M. den Koning-
Groothertog benoemd tot ridder der orde van
de Eikenkroon.
Te Utrecht is bij het Hof in appèl be
handeld de zaak van Y. Z., machinist bij de
Bynspoorwegmaatschappijer zijn gehoord 24
getuigen en 2 a décharge. Het openb. min.
heeft gerequireerd schuldigverklaring en veroor
deeling tot eene gevangenisstraf van 3 maanden
tot 3 jaar. De verdediger, Mr. H. J. Yan Lier,
concludeerde tot vrijspraak. Na re- en dupliek
is de uitspraak bepaald op a. s. "Woensdag.
In de Zondag 11. te H en g el o gehouden
algemeene vergadering der //Twentsche Yer-
eeniging tot bevordering van Nijverheid en
Haudel" is besloten vier zilveren medailles ter
beschikking te stellen van de hoofdcommissie
voor de Internationale Tentoonstelling van
voorwerpen voor de huishouding en het bedrijf
van den handwerksman, dezen zomer te Utrecht
te houden.
Yoorts werd behandeld het rapport, dat door
de commissie, benoemd om te onderzoeken op
welke wijze de handelsrelatiën met de Levant
het best zouden kunnen worden uitgebreid,
was ingediend. De conclusie van dat rapport
strekte om te trachten eene naamlooze vennoot
schap in 't leven te roepen, met een kapitaal
van 250,000, die zich ten doel zou stellen het
bevorderen van den handel met de Levant in
het algemeen en van den lijnwaadhandel in het
bijzonder. Tot dat einde zou die vennootschap
een agentschap te Konstantinopel vestigen, dat
zich uitsluitend zou belasten met den verkoop
van daaraan geconsigneerde goederen en het
afsluiten van contracten op levering. Yoorts
zou de vennootschap de deelhebbers voor hunne
consignatièn en voor hunne zaken ten gevolge
van voor hen afgesloten contracten //del credere"
staan tot vijfmaal het bedrag hunner deelne
ming.
Na discussie werd besloten de commissie di
ligent te verklaren, om te trachten deze zaak
tot stand te brengen. Naar men verneemt,
moet reeds meer dan een vierde van de aan-
deelen geplaatst zijn.
Yerleden week, Woensdag-morgen, zagen
de knechts van den landbouwer E. W., te
W ij h e, vreemd op toen zij, in den paarden
stal komende, ontdekten dat een paard twee
merrie-veulens had geworpen, welke beide nog
gezond en wel in leven zijn. Yolgens verkla
ring der meeste veehouders en landbouwers
behoort dit geval onder de grootste zeldzaam
heden.
Yolgens statistieke opgave was te's-Her
togenbosch op 31 Mei 186S het volgende
getal kinderen in de openbare gemeente- en
bijzondere scholen voor het lager onderwijs
aanwezigIn de vijf openbare scholen 646
jongens en 234 meisjes, waarvan 364 jongens
en 145 meisjes kosteloos onderwijs genotenin
de 20 bijzondere scholen 626 jongens en 1096
meisjes, waarvan kosteloos onderwijs genoten
347 jongens en 665 meisjes. Het geheel getal
der schoolgaande kinderen was alzoo 1372 jon
gens en 1330 meisjes, waarvan kosteloos, 711
jongens en 810 meisjes.
Z. M. heeft tot rector-magnificus aan de
hoogeschool te Utrecht voor het academiejaar
1869/1870 benoemd den hoogleeraar B. J.Lin-
telo baron De Geer van Jutphaas.
Z. M. heeft met ingang van den lsten Maart
a. s. den adelborst der 1ste kl. L. P. D. Op
ten Noort bevorderd tot luit. ter zee der 2de kl.
Z. M. heeft aan den heer E. Jacobson, laatst,
consul van Italië te Samarang, thans tijdelijk
in Europa aanwezig, vergunning verleend tot
het aannemen en dragen der versierselen van
ridder der orde van de kroon van Italië, hem
geschonken door Z. M. den koning van Italië.
Bij Kon. besluit van 23 Februari 1869,
n°. 6, is het ontvangkantoor der directe belas
tingen en accijnzen te Lopik opgeheven en den
heer G. Moesman eervol ontslag verleend uit
zijne betrekking van ontvanger der directe be
lastingen en accijnzen te Lopik c. a., behou
dens aanspraak op pensioen of wachtgeldvoorts
zijn de gemeenten Lopik, Jaarsveld en Willige
Langerak gevoegd bij het ontvangkantoor der
directe belastingen en accijnzen te IJselstein,
onder voortdurend beheer, op den voet van een
kantoor, van den tegenwoordigen titularis, den
heer F. L. F. De Yrije.
Bij Kon. besluit van 23 Februari 1869,
n°. 7, is benoemd tot ontvanger der directe be
lastingen, in- en uitgaande rechten en accijnzen
te Delfshaven, de heer A. Zonnevijlle, thans
ontvanger der directe belastingen en accijnzen
te Etten en Leur.
De Thermometer van Fahrenheit teekende
alhier Donderdag des namiddags te 5 uren 44°,
Wind: Z. W., des avonds te 8 uren 43°, te 10
uren 44°. Yrijdag 's morgens te 5 uren 46°,
N. "W., te 8 uren 45°, 's namiddags te 12 uren
48°, te 4 uren 46°.
Belgie. In het Huis der volksvertegenwoor
digers heeft de heer Frère-Orban op bevel des ko-
nings het budget van justitie voor 1869 gisteren
opnieuw ingediend. In antwoord op de oppositie
heeft de heer Frère-Orban gezegd //De senaat
heeft een nietige maatregel genomen, die mor
gen zal uitgewischt worden, en heeft in de rech
ten willen treden van de kamer der vertegen
woordigers." Niettegenstaande dat alles heeft
de oppositie het budget teruggezonden naar de
commissie, welke staande de zitting, die daartoe
op het oogenblik van de verzending van dit
bericht voor twintig minuten geschorst is, haar
rapport zal uitbrengen.
Duitscsland. Uit Brunswijk schrijft men
van den 20sten, dat aldaar ernstige ongeregeld
heden hebben plaats gehad, en wel ten gevolge
van het voorlezen van een tooneelstukje, hetgeen
door een zekeren heer Behrens in de zaal van
het Odéon geschiedde, en in welk stukje de
spot werd gedreven met de socialistische partij
van De Lassalle. Hij werd door geschreeuw van
het publiek in de rede gevallen, en het tumult,
dat daardoor ontstond, nam zoozeer toe, dat
hij de zaal moest ontvluchten om zich onder
bescherming der politie te stellen. De opge
wonden menigte vernielde daarop het lokaal
en begaf zich naar Behrens' woning die
ten halve verwoest was toen de troepen aan
rukten om de menigte uiteen te jagen. De vol
gende dagen hebben die ongeregeldheden zich
herhaald, maar zij waren niet van zulk een
ernstigen aard. Een groot aantal personen is
in hechtenis genomen. Behrens is verlegen-
heidshalve genoodzaakt geworden de stad te
verlaten.
Er is een vergelijk tot stand gebracht
tusschen de Pruisische regeering en het bestuur
der stad Frankfort. Het Pruisische gouverne
ment heeft de door Frankfort gevorderde drie
millioen gulden toegestaan.
Het Pruisische heerenhuis heeft het ontwerp
van wet goedgekeurd, waarbij gewijzigd werd
de eed, dien de Israëlietische leden van het lager-
huis moeten afleggen.
Oostenrijk. De //Debatte" bevat een prim,
telegram, volgens 't welk de heer Bhangabé aan
de gevolmachtigden ter conferentie eene noti
van Delyannis medegedeeld heeft, waarin dó
noodzakelijkheid van in te stemmen met de ver
klaring der conferentie wordt op den voorgrond
gesteld, doch de handelwijze zoowel van de con
ferentie als van de Porte scherp gecritiseerd
wordt,voorts betreurt men, dat de confe
rentie zich met de zaak der Candioten in
het geheel niet bemoeid heeft, en ten slotte
wordt de wensch van Griekenland uitgesproken,
dat men de ongelukkige Candioten moge bij
staan.
Frankrijk. Onder de familie-papieren, welke
zich in de nalatenschap van prinses Bacciocchi
bevonden en thans in het bezit zijn gekomen
van den keizer der Franschen, behooren, vol
gens hetgeen de //Patrie" meldt, vijfenveertig
boekdeelen met Kantteekeningen, door keizer
Napoleon I op St.-Hélena geschreven, benevens
verscheidene andere belangrijke geschiedkundige
documenten.
De //Courrier du Bas-Bhin" meldt, dat de
gemeenteraad van Colmar den burgemeester
van genoemde stad gemachtigd heeft tot den
openbaren verkoop of de verruiling van 975
incunabelen, waarvan de stedelijke boekerij twee
of meer exemplaren bezit en onder welke er zici
zeer belangrijke bevinden. Het blad meent, dat
dit bericht door de bibliophielen met veel be
langstelling zal worden vernomen.
De Fransche regeering heeft aan hare diplo
matieke agenten in het buitenland eene circu
laire gezonden, waarin zij in algemeene trekkeD
de resultaten der conferentie mededeelt.
Engeland. Het nationale feest, waarop de
Londenaars zich zoo gespitst hadden, de plech
tige optocht der beide Huizen van het parle
ment naar de koningin op het paleis Bucking
ham, zal niet plaats hebben. Lord Granville eu
Gladstone hebben beide Huizen aangekondigd,
dat de koningin verhinderd is, het adres op de
troonrede persoonlijk in ontvangst te nemen.
Prins Leopold is nog altijd ziek. Maar in plaats
van de ceremonie tot na diens herstel uit te
stellen, wordt er geheel en al van afgezien.
Het adres zal nu op de gewone manier door
eene commissie aan de koningin gezonden wor
den, hetgeen door Gladstone reeds is voorge
steld en door het Huis aangenomen.
In de zitting van het lagerhuis op Maan
dag, heeft de heer Forster op een aan de re
geering gerichte vraag betreflende de bepalin
gen op den invoer van schapen de volgende
ophelderingen gegeven. De verordening van 20
Augustus 1868 is opgeheven, zoodat de invoer
van schapen weder geschieden kan op denzelfden
voet als voor dien datum. Diensvolgens mogen
schapen, die niet in 't zelfde schip met runde
ren aangevoerd worden, overal worden geland
en, als zij na onderzoek gezond bevonden zijn,
vrij vervoerd worden. Aangebracht op hetzelfde
schip met buitenlandsch rundvee zijn de schapen
echter aan dezelfde bepalingen als dit laatste
onderworpen. Deze nieuwe bepalingen waren
gemaakt ten gevolge van de dubbele opmer
king, dat sedert 12 October verleden jaar geen
geval van pokken meer was voorgekomen onder
ingevoerde buitenlandsche schapen, en dat in
Noord-Duit8chland en elders meer afdoende
maatregelen genomen worden, om besmette ha
vens en streken af te sluiten. De thans inge
trokken verordeningen hadden zulk een invloed
gehad, dat van 1 Sept. 1868 tot 20 Febr. 1869
het aantal ingevoerde schapen slechts 97,972