IV0. 2710.
Woensdag
A". 1868.
9 December.
LEIDSCH
DAGBLAD;
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden, per 3 maandenf 5.00.
Franco per post3.85.
Afzonderlijke Nommersn 0.10.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagenuitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1-6 regels t 0.75iedere regel meerf 0.124
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van
1-4 regels ƒ0.90iedere regel meer0.15
Leiden, 8 December.
De Arnhemscke Courant van den 5den De
cember bevatte als hoofdartikel een ingezonden
stuk, getiteld: Duitscbland in Nederland. Dat
stuk is een protest tegen de benoeming van
Dr. Selenka tot hoogleeraar aan onze hooge-
school.
De eerste grieven tegen deze benoeming be
treffen de omstandigheden, waaronder zij heeft
plaats gehad, en de niet-splitsing der vakken,
vroeger door prof. Van der Hoeven, thans door
hem gedoceerd. Beide deze grieven laten wij
daar: onbekend met de omstandigheden waar
onder de benoeming heeft plaats gehad, kun"
nen wij die niet beoordeelenen het opdragen
van heterogeene vakken aan éen hoogleeraar
willen wij in de verste verte niet verdedigen.
De hoofdgrief van den schrijver van het in
gezonden artikel is de titel, dien hij aan
zijn stukje gaf, wijst het overtuigend aan
dat er wederom een Duitscher, een vreemdeling
tot boogleeraar te Leiden is benoemd: //het
beroepen van vreemdelingen, en inzonderheid
van Duitschers, aan onze instellingen van onder
wijs is in de laatste jaren zoo in het oogloo-
pend menigvuldig geweest dat het in Duitscb
land zelf de aandacht en de verwondering ge
trokken heeft," en verder: //de Nederlanders
willen even weinig wetenschappelijk als politiek
verduitscht worden."
Had men als plaatsvervanger van Van der
Hoeven liever een ander persoon gehad, men
kome er rond vooruit, en zette de gronden
uiteen waarom die persoon boven den benoemde
de voorkeur verdient, maar men bestrijde niet
die benoeming met argumenten, die wellicht
bij het groote publiek ingang vindende, den
toets der critiek niet kunnen doorstaan.
Niet alleen toch in de laatste jaren zijn er
vreemdelingen naar hier beroepen: dit is geschied
zoolang de Leidsche academie bestaat, sinds,
gelijk Wagenaar aan het einde van het Vide
deel zijner Vaderlandsche Geschiedenissen zegt,
//Aldegonde zig naar Heidelberg en elders in
Duitscbland begaf, vanwaar hij de eerste hoog
leeraars voor de Leydscbe akademie herwaarts
bragt."
Vreemdelingen vanEuropeesche vermaardheid,
vreemdelingen, die eerst te Leiden beroemd
zijn geworden, en vreemdelingen die nooit be
roemd zijn geworden, hebben in den loop der
tijden leerstoelen te Leiden vervuld.
En dit geschiedde, naar ons inzien, te recht
wij kennen toch niet, gelijk de schrijver van
bet ingezonden artikel schijnt te onderscheiden,
een Duitsche wetenschap en een Nederlandsche,
een Fransche en een Engelsche: voor ons is de
wetenschap éen of zij in Duitscbland of in En
geland, in Frankrijk of in Nederland wordt
beoefend. De voortreffelijkste beoefenaars van
die wetenschap behoort de regeering te zoeken,
waar zij ze vinden kan en dan eerst kan hare
keuze veroordeeld worden wanneer het blijkt
dat de benoemde niet geschikt is, en er geschik
tere te vinden waren.
Wij kennen geeu. anderen maatstafdie maat
staf zal jian ook hier moeten gelden, en eene
veroordeeling van'' de benoeming van Dr. Se
lenka zal. ^ers#" dan kunnen plaats hebben, wan
neer, .het'blijkt, dat hij niet de geschikste was.
Dat het hier eene proefneming is, die al of
niet goed kan uitvallen, gelijk de sennjver van
het ingezonden artikeltje schijnt te meenen, is
eene onderstelling, die niet mag aangenomen
worden. Is volgens dien schrijver elke benoe
ming eene proefneming, door de regeering ge
nomen, ja dan zeker zou ook deze zoo mogen
genoemd worden: bedoelt de schr. er echter
mede, dat onze^ regeering van den nieuw be
noemde niets arfweet, dan zou eenig nader be
wijs noodzakelijk zijn. De man komt niet uit
eene woestijn.
Het geheele betoog is uitstekend geschikt
om bij velen ingang te vinden. De schrijver
speculeert op bekrompene nationale begrip
pen, die de wetenschap verre van zich werpt.
Hoe, de nieuwe hoogleeraar doceert in het
Duitsch, zoo redeneert de schrijver, en wanneer
soms een der studenten geen Duitsch verstond,
wat zou de regeering dan doen De regeering,
zoo meenen wij, 70u den -ogleeraar een termijn
stellen, binnen welken hij in het Hollandsch zou
moeten doceeren; de toestand van dien student
zou echter veel erger zijn en wij zouden dezen den
stelligen raad geven, om öf zijne studiën te
laten varen öf Duitsch te leereu; want geene
wetenschap is ons bekend, waarin men het ook
slechts tot eenige hoogte kan brengen, zonder
kennis van het Duitsch.
Yoor de dwaze opmerkingen van een Heinrich
Rohlfs zijn wij niet bang; maar wanneer de
Nederlanders gaan schrijven//wetenschappelijk
willen wij niet verduitscht worden", dan begin
nen wij te vreezen dat het niet alleen Heinrich
Rohlfs zal zijn, die ons zal uitlachen.
Met genoegen zagen wij dat het Handelsblad
onze gevoelens hieromtrent deelt. "YVat het ge
rucht omtrent de wetenschappelijke orthodoxie
van onzen hoogleeraar betreft, dat gerucht
kunnen wij stellig tegenspreken.
BINNENLAND.
LEIDEN, 8 December.
Onze stadgenoot de heer H. J. Polak, leeraar
aan het gymnasium en de hoogere burgerschool
alhier, staat bovenaan op de voordracht van
Burgem. en AYeth. voor de betrekking van
leeraar in de Nederlandsche taal, stijl en let
terkunde aan de Handelsschool te Amsterdam.
In de eerste helft der maand November zijn
aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende
brieven, die wegens onbekendheid der adres
santen niet bezorgd zijn kunnen wordenH.
Kunemand, mej. Yan der Hoeve en mej. de
l'Orme, néé Schaafsma, allen te Amsterdam;
Yan Wieringe te Amstelveen; mej. G. M. A.
Yan Hardevelt en H. De Ruyter van Steve-
ninck, beiden te Arnhem; mej. J. Meijes te Delft
wed. L. Yan Yeen te 's-Gravenhage; mej. J.
Anehout, vrouw van J. F. Yan Gunst en wed.
J. B. BI jemer, beiden te HaarlemJ. J. De Yries
te Hardegarijp; H. Flamand te 's-Hertogen-
bosch; Schuilen te Hilversum; A. Brouwer te
Nieuwediep; J. Mol te Noordwijk; H. Nieu-
wenhuis, J. "W". Frugter en Sringes, allen te
Zutfen.
De uitgever van de //Nijmeegsche Nieuws
bode" wordt, wegens eenige daarin geplaatste
artikels, door den heer Schretlen alhier, eige
naar der gasfabriek te Nijmegen, vervolgd we
gens laster, en is diensvolgens door hem ge
dagvaard om tot betering van het nadeel in
eer en goeden naam geleden, eene som van
25000 aan hem te voldoen.
Gedep. Staten van Zuid-Holland hebben bij
besluit van den 4den December 1SGS bepaald:
dat de jacht op klein wild in deze provincie is
gesloten op Donderdag den 24sten December
eerstk. met zonsondergang, met uitzondering
van het in art. 15, sub. lett g. dier wet, be
doeld jachtbedrijf van bet vangen van bout
snippen met laat-, wai- of valflouwcD, hetwelk
blijft toegelaten tot en met 31 Maart 1869.
De minister van binnenlandsche zaken heeft,
als voorzitter der rijkscommissie voor de zevende
bijeenkomst van het internationale statistische
congres, den heer Mr. S. Yissering, hoogleeraar
in de faculteit der rechtsgeleerdheid alhier, aan
gewezen om hem bij afwezigheid te vervangen
in het voorzitterschap.
Men schrijft ons uit Rotterdam dd. 7 Dec.:
Hedennacht te ruim 2 uren ontstond er brand
in eene loods dienende tot timmermanswerk
plaats in de Tuinderslaan aan den Binnenweg
alhier. Bij den hevigen wind die inmiddels
tot storm aanwakkerde liet zich de brand aller-
vreeselijks aanzien, doch bepaalde zich geluk
kig alleen tot het geheel uitbranden en in
storten dier loods. Kort daarop en in de
onmiddellijke nabijheid van het onheil stortte
door den storm een in aanbouw zijnde huis
in; terwijl verschillende andere huizen mede
kleine schade bekwamen een en ander zonder
persoonlijke ongelukken. Niettegenstaande
een ontzaglijk aantal menschen op de been
was, liep alles echter in de beste orde af.
De schutterij en de infanterie waren spoedig
aanwezig.
Door den heer J. \V. Gefken zijn de vol
gende amendementen voorgesteld op het Yde
Hoofdstuk (Depart, v. binnenl. Zaken): 1°. om
art. 124, jaarwedden van de inspecteurs van
het middelbaar onderwijs, post van 9000, te
verminderen met ƒ3000; 2°. om art. Ï28, kos
ten van de rijks hoogere burgerscholen, post
van ƒ490,000, te verminderen met ƒ40,000; 3°.
om art. 130, subsidiën voor inrichtingen voor
middelbaar onderwijs, post van ƒ170,000, te
verminderen met ƒ10,000 en met ^1?500.