N°. 2640. Vrijdag A°" 18 September. PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden, per 3 maandenf 3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.10. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagenuitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 1-6 regels f 0.75; iedere regel meerf 0.12*. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels 0.90; iedere regel meern 0.15. LEIDSCH DAGBLAD. ONZE GEMEENTE-BEGROOTING. II. Wij hebben ons voorgesteld om de begroo ting onzer gemeente eenigszins uitvoerig te be spreken. De burgerij heeft recht om te weten, waarvoor het geld gebruikt wordt, dat zij jaar lijks betaalt. Het is dus noodig de verschillende hoofd stukken achtereenvolgens na te gaan, zoodat wij aan het eind van ons onderzoek gelegen heid zullen hebben, om een oordeel over het geheel te geven. Beschouwen wij dan in de eerste plaats het eerste hoofdstuk der uitgaven: de kosten voor het huishoudelijk bestuur. Dit hoofdstuk is in twee afdeelingen gesplitst. De eerste bevat de bezoldigingen van de per sonen in het dagelijksch bestuur der gemeente werkzaam, en haar eindcijfer is 32,325 tegen 34,658.34 in het vorige jaareen verschil, ont staan door de afschaffing der keurders van le vensmiddelen. Hoewel alzoo het eindcijfer hetzelfde is als het vorige jaar, hebben wij toch tegen enkele posten bedenkingen. Wij beginnen met den post voor de ambte naren ter secretarie. Er zijn er elf, en het lijstje regelende hunne bezoldigingen is waarlijk een model. De laagste ontvangt ƒ400, en dit cijfer klimt voor eiken beambte met ƒ100 op, totdat de negende ƒ1200 heeft; de twee hoogste ont vangen ƒ1400 en ƒ1600. Toch dunkt ons, dat dit lijstje reeds zijn eigen vonnis bevat. Is het denkbaar, dat, waar elf beambten zijn, ook elf categorieën van beambten zijn Dit toch zou het geval moeten zijn, waren de cijfers te verdedi gen. Wij begrijpen, dat, gelijk bij de meeste administratiën, in de categorieën zelve de trakte menten niet allen gelijk zijn, maar in alle adminis tratiën heeft men categorieën. En zeer natuurlijk. De administratie verlangt eensdeels zelfstandig werkende ambtenaren, en anderdeels schrijvers, klerken. Heeft men een paar goede hoofdbeamb ten, met goede traktementen, en daaronder eenige klerken, die men des noods nog in twee klassen zou kunnen verdeelen, dan zal men zeker beter werk gedaan krijgen, en tevens meer sparen, dan wanneer men een serie van beambten heeft, die waarschijnlijk altijd elkander bij sterfgeval len opvolgen, en met de sleur van het werk zeker uitstekend bekend, in hun werk ook uitste kend die sleur weten te brengen. Zij die op een traktement van ƒ400, gewoonlijk op jeugdi gen leeftijd, op een bureau komen, zullen en wij hoorden dit meermalen van bevoegde be oordeelaars zelden tot het verrichten van zelfstandig werk geschikt worden. Het vo rige jaar is bij de discussie der begrooting ook hierop gewezen, doch een amendement om reeds een aanvang te maken met een spaarzamer regeling verworpen. Wij hopen dat de Raad andermaal hierop terugkome. Het vorige jaar bestond er eene vacaturedie vacature is dit jaar weder vervuld. Doch dit kan, dunkt ons, geen reden zijn, om eene verbetering hierin nog langer te verschuiven. Wordt dit jaar bijv. 200 minder toegestaan, dan hebben burg. en weth. het in hunne macht om den toestand nog het eerste halfjaar van 1869 zoo te laten, en dan tot eene hervorming over te gaan. Een antwoord, gelijk wij dezer dagen in de Delftsche Courant lazen, hebben wij hier, hopen wij, niet te vreezener was bij de behandeling der begrooting in de sectiën het verlangen geuit, dat ten kantore van den ontvanger een ambte naar minder zou wezen. Burg. en weth. ant woordden daarop, dat zij het volmaakt eens hier mede zijn, doch dat zij bezwaar maken, om iemand ontslag te geven, die ue gemeente trouw en eerlijk heeft gediend. Op die wijze worden de gemeente-bureaus eene soort van gestichten! Op de begrooting van Haarlem, waar wij nog meermalen op zullen wijzen, bedragen de trak tementen van de ambtenaren ter secretarie 7200; hier 10.200. Zoo heeft ook Haarlem, om over te gaan tot den volgenden post: concierge en boden, er slechts twee, die te zamen ƒ1350 ontvangen; Leiden vier, die 3300 krijgen. Voorts komen de traktementen van klokke nist en rooimeesters; voor sluiswachters, bruggen- ophaalders en dergelijken is hier uitgetrokken Nihil. Waarom dit geschiedt en zij niet op de voor hen gereserveerde plaats zijn geplaatst is moeilijk te begrijpen, want het spreekt van zelf, dat die menschen hun werk niet voor niets doen nu worden zij geplaatst in een ander hoofdstuk, onder de kosten van toezicht en van invorde ring der belastingen. De begrooting wordt door zulke verplaatsingen er niet duidelijker om. Acht men de verplaatsing systematischer welnu, dan moet men ook andere posten verplaatsen, en in de allereerste plaats de kosten van fabricage niet plaatsen in het hoofdstuk, dat alleen over de eigendommen, die de gemeente jure privato bezit, handelt. Hier volgt de archivaris voor ƒ600; in het verslag onzer gemeente over het jaar 1866 lezen wij, dat het geheele archief toen in volkomen orde was gebracht met registers enz. Het mag dus betwijfeld worden of deze post van /600 meer noodzakelijk is. Ook is onze gemeente in dezen zeer vrijgevigAmsterdam geeft hiervoor ƒ500, den Haag niets en Haarlem 320 (in deze laatste plaats is men nog bezig het archief te rang schikken). De tegenwoordige titularis is in April 1867 voor twee jaren opnieuw aangesteld. In 1869 zal dus opnieuw worden beslist, of een archiraris noodig is. De geheele post van 600 zal dus bezwaarlijk op de begrooting kunnen blijven zonder dat de herbenoeming wordt ge- prejudicieerd. Terwijl in de volgende afdeeling het ma terieel is uitgetrokken, benoodigd voor het dagelijksch bestuur, alsvuur, licht, schrijfbe hoeften enz., komt in deze afdeeling nog een post //schrijfloonen" voor, waarvan wij eerlijk bekennen het nut niet te begrijpen. Waartoe dient jaar lijks nog een afzonderlijke post voor schrijf loonen In het vorige jaar schijnt deze post in de sectiën van den Raad dan ook geene alge- meene goedkeuring ondervonden te hebbenen zij w:erd, zonder aarzelen, door burgemeester en weth. van ƒ400 op 200 gebracht. Toch is de post nog belangrijk hoog in vergelijking van andere plaatsente 's-Hage is die post slecbfs 50 meer, en in Haarlem is zij in het geheei niet meer dan 50. Doch waartoe dient die post, die op alle ge meente-begrootingen schijnt voor te komen In de Haagsche gemeente-begrooting voor 1869, wier memorie van toelichting een model is en ons altijd licht verschaft, waar de Leidsche memorie van toelichting ons in het duister laat en hare cijfers alleen rechtvaardigt door de cijfers van 1867 in die Haagsche memorie van toelichting dan lezen wij eene zeer zwakke verdediging van den post//Ofschoon niet vooruit is aan te wijzen welk schrijfwerk gevorderd zal worden, levert de administratie toch in den loop van een jaar steeds eenig werk op, dat uit deze som moet betaald worden." Met andere woordenmen kan met dit geld altijd wel weg vinden. Doch dit is geene verdediging. Voor onvoorziene uit gaven toch is een bepaalde post op de begrooting. De post voor reis- en verblijfkosten, de laatste post van deze afdeeling, is zeer matig zij bedraagt slechts 25. Wanneer wij, in ons volgend artikel, de 2de afdeeling van het 1ste hoofdstuk zoo kort mo gelijk zullen hebben nagegaan, komen wij aan hoofdstuk II, de kosten voor werken en in richtingen, tot openbaren dienst bestemd. BINNENLAND. LEIDEN, 17 September. Het Haagsche Dagblad besprak gisteren een door ons geplaatst ingezonden stukje; het meende in de ideeën, daarin ontwikkeld, eene po ging te zien om de kieswet omver te werpen. Het ingezonden stukje werd echter gereprodu ceerd een ieder kon dus beoordeelen in hoe verre dit met eenig recht aanleidingj gaf tot

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1868 | | pagina 1