2597. Donderdag A0. Ü8< 30 Juli. LEIDSCH 5? f DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT. Voor Leidenper 3 maandenf 3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.10. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 1-G regels 0.75; iedere regel meerf 0.126. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels 0.90; iedere regel meer0.15. It I N N E N L A N D. LEIDEN, 29 Juli. Maandag laatstl. was het voor de leden van het korps onderofficieren der dd. schutterij al hier een ware feestdag. Te 10 uren in den morgen arriveerde een extra-stoomboot van Dordrecht, rijk met vlaggen en groen versierd, waarop zich bevond eene corporatie van onder officieren en korporaals der dd. schutterij te Dordrecht, die een bezoek aan hunne wapen broeders alhier kwamen brengen. Bij aankomst der boot aan de Haven, stond eene corporatie der ouderofficieren en oud-onderofficieren van de Leidsche schutterij met den adj.-onderofficier J. Baer aan het hoofd geschaard, die zijne le den aan den adj.-onderofficier J. Schuengel van Dordrecht voorstelde. De beide corporaties voeg den zich bijeen en trokken onder kommando van den adj.-onderofficier J. Baer door de voor naamste straten der stad, naar het Ned. Koffie huis op de Haarlemmerstraat. De benedenzaal van dit gebouw was voor deze gelegenheid sier lijk en toepasselijk versierd en de feestelingen werden door de liefelijke muziek bij hun bin nentreden ontvangen en de Dordsclie wapen broeders door den Leidschen adj.-onderoffi cier hartelijk welkom geheeten, welke toe spraak het blijk gaf, hoe aangenaam dit bezoek aan de Leidsche onderofficieren was. Deze toe spraak werd door den segeant-majoor der Dord- sche schutterij A. M. Brand vau Straaten met warmte beantwoord, terwijl bij het rondgaan van den feestbeker de president van Dord recht de Leidsche corporatie uitnoodigde het diner met hen te deelen en als gasten aan te zitten, hetgeen welwillend en met erkentelijkheid werd aangenomen; tot dit diner was ook reeds per mis sive nitgenoodigd de gepens. adj.-onderofficier, thans onder-kommandant over het Militair In- valiedenhuis alhier. De adj.-onderofficier van Dordrecht nam het woord en bracht een toast uit op den luit.- kol. De Timmerman van de dd. schutterij alhier, welke toast door den adjudant-onderofficier Baer met hartelijke bewoordingen werd beant woord. Na zoo eenige oogenblikken recht ge noeglijk bij elkander geweest te zijn, werd besloten om gezamenlijk eene wandeling door de stad te doen, ten einde eenige bijzonderhe den der stad te bezien, waaronder bet Mil. In- valiedenhuis, waartoe welwillend gelegenbeid werd gegeven door den beer kommandant, den gepen, kapit. Swemer. Vervolgens bezocht men bet Hee- ren-Logement den Burg enz., waarna men terug keerde naar de feestzaal, waar weer dezelfde harte lijke toon heerschte en men broederlijk nog iets te zamen gebruikte. Te 4- uren ging men aan het diner, waaraan de beste zorg door den heer Tetboff was besteed. Recht broederlijk zat men hier bijeen en ging het in militairen zin toe, waarbij orde en vriendschap den toon gaf. Aan bet des sert werden officieel© toasten uitgebracht op Z. M. den Koning der Nederlanden en op K. H. prins Frederik en verdere leden van het huis van Oranje door verschillende leden der tafel. Vervolgons werden toepasselijke liederen gezongen en was de toon der feestelingen zoo recht vroolijk, dat er aan hunne vreugde geen einde scheen te komen, terwijl het diner door heerlijke muziek werd opgeluisterd. De majoor-kommandant der dd. schutterij te Dordrecht had gewenscht zijne onderofficieren een bezoek te Leiden te brengen, doch werd hierin door zaken verhinderd en zond zijne gevoe lens door een telegram over, dat tijdens het di ner ontvangen werd. Zoo bleef men bijeen tot 9 uren, waarna men in orde marcheerde naar de Haven, alwaar de Dordsche broeders scheep gin gen op de stoomboot. Daar sprak de Leidsche adj.-onderofficier een hartelijk woord namens de Leidsche corporatie, welke toespraak even har telijk beantwoord werd door den adj.-onderoffi cier van Dordrecht. In beider toespraak blonk sterk door de wensch, dat dergelijke bezoeken aan wapenbroeders der schutterij mochten plaats vinden om meerdere kennis met elkander te maken en een band te leggen, die tot een sieraad voor de Ned. schutterij zijn zou. Deze dag was voor allen werkelijk een feestdag, begunstigde door het heerlijkste weder. Een goede geest had hen ge leid en bij bec vertrek drukte men elkander de broederhand. Men riep nog een wederzijdsch vaarwel toe en zeker is het dat deze bijeenkomst bij beide korpsen in levende herinnering zal blijven. Hedenmorgen had, aan de begraafplaats aan de Groenesteeg, de plechtige teraardebe stelling plaats van het lijk des heeren J. B. De Moen, in leven lid van den gemeenteraad. Het gemeentebestuur, vertegenwoordigd door heeren burgemeester en wethouders, verschei dene leden van den gemeenteraad en eenige vrienden van den overledene volgden het lijk naar de geopende groeve. Toen de kist in het graf was nedergelaten, nam de burgemeester het woord, om hulde te brengen aan de nage dachtenis van den man, die in de verschillende betrekkingen, die hij in zijn leven bekleedde, maar vooral als lid van den gemeenteraad, steeds met gemoedelijken ijver was werkzaam geweest en daarom volle aanspraak had op den dank van Leidens burgerij, waarvoor hij steeds zooveel had gedaanspreker wees de diep be droefde zonen op het voorrecht dat zij gehad hadden van zulk een vader te bezitten, en spoorde hen aan zijne voetstappen te drukken, de voet stappen van hem die n unaar betere gewesten was heengereisd en zeker daar zou maaien wat hij hier zoo overvloedig had gezaaid. De heer De Mare bedankte, als een der oudste vrienden van den overledene, uit naam zijner beide zonen voor de hulde door den burge meester hunnen vader gebracht, en aan al de aanwezigen voor de eer hunner tegenwoordig heid. Menigeen verliet deze stille rustplaats in het bewustzijn, dat de plaats in den gemeenteraad, door het overlijden van den heer De Moen opengevallen, moeilijk zal kunnen worden ver vuld, en gewis zal zijne onvermoeide werkzaam heid, zijn onafhankelijk en eerlijk oordeel in zaken, die het belang zijner mede-ingezetenen gelden, nog lang in zegenend aandenken blijven De heeren Prof. R. Fruin alhier en M. L. Yan Deventer te 's-Hage zijn tot corres- pondeerende leden der Koninklijke Academie van Wetenschappen te Muncben benoemd. In de afscheidsvoorstelling door de Ant« werpsche tooneelisten op gisterenavond gegeven, hebben de heeren Driessens, van den Eynde en Daenes, benevens de dames Beersmans en Driessens de grootste blijken van hun talent gegeven. De heeren Dierckx, Leonard, Kerremans, Yan den Kieboom en mejufvrouw Broeckx hebben zich op eene uitmuntende wijze van hunne taak gekweten. De rangen waren de geheele week vrij goed bezet, en kan het ook anders bij stuk ken als de Giftmengster, de Goochelaar, Paljas en de Kinderroofster. Dit gezelschap kan reke nen op de onuitwischbare waardeering van hun talent en wij koesteren de hoop in den aan staanden winter hen nog eens weer te zien op treden. Bij de opvoering van //de Voddenraper van Parijs" door het tooneelgezelschap onder directie van de heeren Louis Bouwmeester en Comp. was de schouwburgzaal slecht bezet. Wat het spe len betreft, de heer Bamberg heeft zijn rol als altijd meesterlijk vervuld, vooral in 't 5de en 6de tafereel. Ook mevr. Larondelle heeft hare rol goed volgehouden. Mej. Louise Bouwmees ter en de heer Eger, alsmede mej. Stutterheiui en de heer Yan Rossum mogen wij ook niet vergeten te noemen, daar zij zich, de een meer de ander minder, in hun spel verdienstelijk heb ben gemaakt. De opvoering van //Aballino of de groote Bandiet" bij de heeren Stoete heeft algemeen voldaan. De rollen van Aballino en Flodoardo werden door den heer Jacqui meesterlijk ver vuld en <le overige tooneelisten hebben hunne rollen goed afgespeeld. Daarna werden af- scheidscoupletten gezongen door den heer S. Yan Beem en een Yaarwel uitgesproken door den heer Jacqui, welke beide voordrachten met toejuiching werden beantwoord. Uit de residentie deelt men aan de Arnh. Courant mede, dat de berichten, welke in ver schillende dagbladen in der tijd zijn opgenomen omtrent de behandeling der Indische begrooting in de maand Augustus, ongegrond zijn geweest. De aangevangen reparatie en verfraaiing van verschillende lokalen der Tweede Kamer toonen thans ook ten duidelijkste aan, dat er in de eerste twee maanden aan geen vergaderen in dat lokaal te denken valt. Yan dezelfde zijde wordt tevens gemeld, dat hoogst waarschijnlijk de beer Roest van Limburg als definitief minister van buitenland- sche zaken zal optreden. De geneeskundige inspecteur in Zeeland heeft het gewestelijk bestuur verzocht, aan de inwoners der verschillende gemeenten kenbaar te maken de volgende methode om drinkwater te zuiveren: Men brengt het vuile water in eene ton of houten emmer en vermengt er mede eene op-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1868 | | pagina 1