N°. 2443.
Dinsdag
A°. 186
28 Januari.
LEIDSCH
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden, per 3 maandenf 3.00.
Franco per post3.85.
Afzonderlijke Nommers0.10.
JLelden, '£7 Januari.
Weinig is op dit oogenblik nog over den
j uitslag der verkiezingen te zeggen. De herstem
mingen moeten beslissen welke partij de meer-
i derheid in de nieuwgevormde Kamer zal erlangen.
Voor het oogenblik kunnen beide partijen op
zegepralen en nederlagen wijzen: de eene op
Dordrecht, Alkmaar en Zutfen, de andere op
Zwolle, Hoorn en Tilburg; de eene op het ver
lies van Heemskerk Bzn.. Stieltjes. Van Lira-
burg Brouwer, Mensonides, Beens en De Lom
de Berg, de andere op het verlies van 's Jacob,
Bichon en Van Rappard en op het feit dat in
Arnhem de minister Van Lijnden zich aan eene
herstemming moet onderwerpen, en slechts 854
stemmen verkreeg, waar hij in 1866 met 1226
verkozen werd.
Van sommige leden, al zijn zij ook gelijk
ij Stieltjes in 1866, door de ministerieele partij
als candidaat gesteld, is het buitendien nog
twijfelachtig welke houding zij in de nieuwe
Kamer zullen aannemen. Een feit echter is op-
merkelijkde heer Groen van Prinsterer, die
met zulke groote verwachtingen zich ditmaal
weder candidaat heeft doen stellen, is nergens
gekozen, en komt slechts op eene plaats in her-
j stemming. Wat er dus nog onzeker moge zijn,
I dit staat vast, dat de staatsschool bij ons volk
nog geenszins in minachting is gekomen.
De vraag of de Kamerontbinding gerechtvaar
digd is, kan dus nog niet met zekerheid be
antwoord worden. Wanneer wij voor bet oogen
blik buiten rekening laten, dat eene ontbinding
der Kamer een dergelijk buitengewoon middel
is dat alleen een zeer bepaalde uitslag daarvan
mag verwacht worden, dat wanneer die uitslag
niet verkregen wordt, het ministerie, dat het
voorstel daartoe deed, reeds een moreele neder
laag lijdt, wanneer wij nu alleen letten op de
verhouding der partijen in de toekomstige Ka
li uier, dan is de uitslag als volgt:
Voor het oogenblik kan de liberale partij op
33 stemmen stellig rekenen: 28 oud-leden, 4
nieuwe en 1 lid uit Amsterdamde conserva
tieve (zelfs Kalff, De Bosch Kemper en Smitz
medegerekend) op 31 stemmen. Verliezen de
liberalen bij de herstemming niet, worden op die
plaatsen waarvoor liberalen zitting hadden, ook
weder liberalen gekozen, verliezen zij niet en
winnen zij niet, dan is de verhouding in de
nieuwe Kamer 37 tegen 38.
Het ministerie zal dus eene meerderheid heb
ben, maar eiken dag kan door het wegblijven van
twee leden die meerderheid minderheid worden.
Ook in November 1866 rekende men dat de
partijen tegenover elkander stonden als 37 tot
38Stieltjes werd toen nog tot de ministerieelen
gerekend, en Van Heiden van Reinestein was
nog afgevaardigde voor Assen.
Toch werd een jaar daarna het budget van
buitenlandscke zaken verworpen Verliezen de
liberalen dan niet of verliezen zij slechts een
enkele stem onwaarschijnlijk is het geenszins
dat zij winnen dan geldt voor deze ont
binding ook voorzeker het oordeel dat het mi
nisterie den 20sten November jl., bij monde
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon-en Feestdagen, uitgegeven.
DAGBLAD.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1-6 regels 0.75; iedere regel meer0.12*
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van
1-4 regels 0.90; iedere regel meer0.15.
van den minister van buitenlandsche zaken uit
sprak: wanneer eene Kamerontbinding niet
het gewenschte resultaat heeft, //wanneer
eene Regoering de zware verantwoor
delijkheid va njA er gel ij k voorstel (een
voorstel tot ontbinding der Kamer) op zich
nemende en ieder zal erkennen
dat die verantwoordelijkheid inder
daad groot is met het doen van
zoodanig voorstel mistast, daq zou
zij een groot constitutineel misdrijf
hebben gepleegd en den naam, onder
de staatslieden gerekend te worden,
hebben verspeeld."
B INNENLAN D.
LEIDEN, 27 Januari.
De inspecteur van den geneeskundigen dienst
der landmacht heeft ter kennis van ouders en
voogden gebracht, dat, volgens eene beschikking
van den min. van oorlog, bij den aanvang van
don nieuwen leercursus, 1°. September a. s.,
geene kweekelingen aan 's rijks veeartsenijschool
te Utrecht, ter opleiding tot paardenarts bij
het leger, zullen worden geplaatst.
Men leest in de Staats-Courant
Onlangs is door den heer J. "W~. Schuurman,
raadsheer in het provinciaal gerechtshof van
Zuid-Holland, aan Z. M. den koning het scheeps
journaal aangeboden, hetwelk in de jaren 1830
en 1831 aan boord van de kanonneerboot N°.
2, onder bevel van den luitenant ter zee der
2de klasse J. C. J. van Speyk, gehouden is.
Dat oorlogsvaartuig was, zooals bekend is, destijds
gestationneerd op de Schelde voor Antwerpen.
Het zoo merkwaardige stuk is beurtelings
eigenhandig geschreven door den heldhaftigen
Van Speyk, en den bij hem toen aan boord
dienenden adelborst der 1ste klasse W. A. de
Gelderhet loopt tot den 4den Eebruari 1831.
De heer De Gelder (thans kapitein ter zee)
was, zooals ook in het jounaal staat opgetee-
kend, den 3den Eebruari 1831 door zijnen kom-
mandant naar Bath in commissie gezonden, en
bevond zich dus niet aan boord, toen op den
5den Eebruari van dat jaar, de luitenant ter
zee Van Speyk, tot handhaving der eer van de
Nederlandsche vlag, liever verkoos den brand
in het kruit te steken dan den bodem aan den
vijand over te geven.
De kapitein ter zee De Gelder met aandoe
ning dat journaal (hetwelk de blijken draagt
uit de rivier te zijn opgevischt) in handen
krijgende, heeft tot staving der algeheele echt
heid geen oogenblik geaarzeld zulks door eene
daarop gestelde verklaring te erkennen.
Men schrijft uit Gouda aan de N. Rott.
Courant: Men verneemt dat het stembureau
te Montfoort, eigener autoriteit, tegen alle
wettelijke bepalingen in, het bureau te half-
vier des namiddags, en dus een half uur
te vroeg, gesloten heeft, zoodat verscheidene
kiezers buiten de gelegenheid waren, hunne stem
uit te brengen. Naar men zegt, zouden die te
leurgestelde kiezers daartegen procesverbaal heb
ben opgemaakt. Men vraagt zich hier af, of
eene dergelijke handelwijze niet van invloed
kan zijn geweest op den uitslag der stemming
in dit district, te meer als men in aanmerking
neemt, dat Jhr. De Brauw herkozen is met eene
meerderheid van slechts 4 stemmen.
In de Nieuwe Rotterdamsehe Courant van
26 Jannari leest men een adres aan heeren Ge
deputeerde Staten van Zuid-Holland, ondertee
kend door negen commissionairs in effecten,
waarin geprotesteerd wordt tegen de wijze waarop
de inschrijvingen op de leening, den lOden De
cember jl. vastgesteld, aan de verschillende deel
hebbers is gegund. De onderteekenaars meenen
benadeeld te zijn bij de repartitie, aangezien ook
in aanmerking genomen zijn inschrijvings-biljet-
ten, waarbij condities gesteld waren, gelijk: //mits
de geheele leening volteekend zij" en
dergelijken eene zoodanige conditioneel© inschrij
ving toch kan, naar hun inzien, tot een hooger
cijfer worden gedaan dan eene zonder voor
waarden. Hoewel zij verklaren niet voornemens
te zijn de schade, door hen daardoor geleden,
in rechte te verhalen, meenen zij er niet lij
delijk in te moeten berusten en teekenen daarom
uitdrukkelijk protest aan tegen de gevolgde han
delwijze.
Te Rotterdam werd Zaterdag jl. in het
lokaal //Verscheidenheid en Overeenstemming"
de eerste algemeene vergadering gehouden van
het //Anti-dagbladzegel-verbond", tot verkiezing
van een hoofdbestuur, voorgeschreven volgens
de statuten, wanneer het aantal leden meer dan
500 bedroeg.
De voorzitter opende de vergadering. Hij be
sprak den invloed der journalistiek op de po
litieke, sociale en wetenschappelijke ontwikke
ling van het volk; hoe al wat de journalistiek
belemmert ook die ontwikkeling in den weg
staat. Hij wees er op, dat in Frankrijk bet dag
bladzegel was ingevoerd onmiddellijk na den
//coup d'ótat", waarmede het tegenwoordige kei
zerrijk is opgetreden, en dat in Pruisen, waar
belastingen van allerlei aard bekend waren, de
invoering van deze belasting voor het reaetion-
naire ministerie Manteuffel bewaard bleef. Spre
ker wees het argument, dat de schatkist het offer
niet brongen kon, af met de opmerking, dat
zulk een argument, hetwelk achterwege blijft
waar het uitgaven voor oorlog en marine geldt,
veel minder mag gehoord worden waar sprake
is van eene belasting, die spreker met Michaelis
noemde: //ein eines freien Staates unwürdiger
Institut".
Vanwaar dat die belasting zoolang hier te
lande stand heeft gehouden? Daarvandaan, dat
de wensch naar afschaffing niet algemeen en luide
uitgesproken is. Anders was het met de straf
van het brandmerk, die ook afgeschaft is. Het
Anti-dagbladzegel-verbond moet hetzelfde doen
met het brandmerk, hetwelk dagelijks op de dag
bladpers gedrukt wordt. En het groot aantal
leden, hetwelk nu reeds de algemeene vergade
ring noodig gemaakt heeft, welke in den regel
jaarlijks eerst in Mei gehouden wordt, toont
dat de poging om den wensch tot afschaffing