BUITENLAND. zijn tot candidaten gesteld voorliet kiesdistrict Roermond de heeren Mr. K. Cornelis en P. L. de Lom de Berg. De eerste vereenigde in de ge noemde kiesvereeniging de eenparige stemmen der aanwezige kiezers op zich. De kiesvereeniging //Orde1' te Rotterdam heeft in eene vergadering. Zaterdag 11. onder het voorzitterschap van Mr. A. Hoynck van Papeudrecht gehouden, tot candidaten voor het lidmaatschap der Tweede Kamer gesteld de hee ren J. D. Kransen van de Putte, F. W. C. Blom en W. A. Viruly Verbrugge, respectie velijk met 157, 155 en 156 van de 1G3 stemmen. Er waren zes blanco-biljetten ingeleverd. Door de kiesvereeniging te Enschedé zijn tot candidaten gesteld de aftredende afgevaar digden Mr. Q-. M. van der Linden en Mr. P. A. S. van Limburg Brouwer. Door de kiesvereeniging //Nederland" te D elft is opgemaakt het volgend gros van candidaten Mr. J. L. de Bruyn Kops, Jhr. Mr. Yan der Heim, Jansen, kapt. ter zee, Mr. Maas Geeste- rauus, burgemeester van Hillegersberg, Mr. R. C. J. Metelerkamp, Dr. K. A. Rombach, F. J. Stieltjes. Uit dat gros zullen op "Woens dag 15 dezer twee definitieve candidaten geko zen worden. De kiesvereeniging //Oostermoer" in Drenthe heeft tot candidaten benoemd de heeren Mr. J. R. Thorbecke en Mr. L. Oldenhuis Gratama. Door de kiesvereeniging //Openbaarheid" te Tilburg zijn tot candidaten gesteld voor het lidmaatschap der Tweede Kamer de heeren Mr. J. Verheijen en Ered. Borret. Te 's-Hertogenbosch worden nog slechts drie candidaten genoemd, namelijk de heeren; Mr. J. Yan der Does de Willebois, Mr. J. J. Swijs en Mr. Van Zinnicq Bergman. Men ver wacht nog de candidatuur van Dr. J. J. de Poor ter, oud-lid der Kamer. De candidatuur van den heer Mr. Sloet van den Beele vindt in het hoofdkiesdistrict Ti el zeer veel bijval. Te Brie lie en in het geheele Brielsche land hoopt men zeer, dat te Delft de heeren Mr. J. L. de Bruyn Kops en Dr. Rombach candi- daat gesteld zullen worden. Beiden toch, vooral Dr. Rombach, vinden aldaar veel bijval. Het stoomschip //Ripon" met de mail van Calcutta, China, Oost Indie en Australië is den llden dezer des voormiddags te Marseille aan gekomen. Z. M. heeft benoemd tot gen'.-maj. en chef van den gen. staf, den kol. J. H. W. Ie Clerq; tot lsten luit. bij het wapen der inf.: de 2de luits. E. A. Trager, non-act., J. Hiensch, J. P. L. Gelpke, T. W. H. J. M. Hustinx, gedet. in O.-I.; alsmede bij hun tegenwoordig korps de 2de luits. A. Even wel, B. G. Koopman en H. M. W. van Meel van het Isle; H. C. van den Broek, W. J. van Selm en J. C. Knaven van het 2de reg. inf., A. C. P. A. Guijot en D. C. van der Nagel van het 3de, H. F. Guichart van het 4de, J. J. L. Bruinier, C. A. Prins -en F. P. Francke van het 5de, W. J. van der Hoeven, W. H. van Vliet Ilarsveldt, J. F. C. W. A dels en G. J. van Diense van het 6de; G. J. Meijer, li. A. Hulstkamp en F. Britt van het 7de, mitsgaders li. "W. van der Mey en J. van der Horst Bruyn van het 8ste reg. inf.; bij het wapen der caval.bij het 3de reg. huzaren tot ritm. 3de kl. den lsten luit. V. W. R. baron Uentinck tot Schoonbeten van het korpsbij het 4de reg. huzaren, tot maj. den ritm. 1ste kl., W. T. C. Hamming van het 2de reg. huzaren. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Maandag des namiddags te 5 uren 36°, Wiud:Z. W, des avonds te 8 uren 36°, te 10 uren 3 6°.Dins dag 's nachts te 12 uren 37°, te 3 uren 39°, 's morgens le 5 uren 39°, te 8 uren 36°, 's namiddags te 12 ureu 41°, te 4 uren 42°. Frankrtjk. Do administratie tot openbaren onderstand houdt ruime uitdeelingen van soep en bouillon aan zieken en armen, en heeft te vens, onder toezicht eener zuster van welda digheid uit het Hótel-Dieu hier en daar voor de arbeidende klasse economische keukens op gericht. Italië. De kamer van afgevaardigden heeft het wetsontwerp goedgekeurd ten gunste van de militairen in Venetië, die door Oostenrijk om staatkundige redenen van hunnen officiers rang vervallen waren verklaard. De minister van openbare werken heeft het ontwerp tot terugkoop der spoorwegen inge trokken. ACADEMIE. Groningen, 11 Januari. Voor het admissie- examen hadden zich bij de literarische facul teit der hoogescliool alhier 2 jongelieden aan gegeven. Deze zijn heden beiden na afgelegd examen tot de lessen bij de hoogeschool toege laten. GEMENGDE BERICHTEN. Men moet naar Frankrijk gaan om geo graphic te leeren Fransche bladen melden, dat de koning van Hanover //het kasteel Arnhem" heeft ge kocht, om daar zijne residentie te vestigen. In een der Berlijnsche dagbladen vindt men de volgende, //letterlijk afgeschreven," aan kondiging van iemand, die zich als onderwijzer in de Fransche taal aanbeveelt: //Une jeune hom me, qui parle la langue framjais decire des écoliere et écoliere de donnée l'instruction fran- 9aiz a 4 Gros la le9on. S'adressée Oranien- strasse n°. 106. G. de B." Dezer dagen had te Berlijn het volgend voorval plaats: Een welbeklante kleermaker had een zoon, die hem uitstekende diensten bewees in zijn vak, totdat deze krachtens de in Pruisen bestaande wet als militair werd ingelijfd en naar eene ver van de residentie verwijderde garnizoensplaats werd gedirigeerd. De werkelijk wanhopige vader liep van Pontius naar Pilatus om uitredding in dezen toestand te verkrijgen. Maar waar hij zich ook wendde, overal stootte hij 't hoofd. Eindelijk besluit onze snijder zijne //stoute schoenen" en zijn Zondagsrok aan te trekken en naar den koning in persoon te gaan. Het ergste dat mij kan overkomen, is dat ik de deur wordt uitgeworpen, dacht hij. Aan het paleis gekomen, werd hem echter door de lakeien beduid, dat hij zoo maar niet eenvoudig bij den koning kon worden toege laten. Dat wilde er echter bij onzen goeden man niet in. Hij moest en zou den koning over //eene belangrijke militaire aangelegenheid" spre ken. Het rumoer in het voorportaal drong tot de kamer van den dienstdoenden adjudaut door, maar ook dezen gelukte het niet den armen snijder te overtuigen van de noodzakelijkheid om zekere formaliteiten in acht te nemen, wilde hij ter audiëntie bij Z. M. worden toegelaten. Eindelijk gaf de adjudant toe en verkreeg hij van den koning (die goed gehumeurd was) verlof om den zonderlingen requestrant bij Z. M. toe te laten, tot bespreking der //gewichtige mili taire aangelegenheid." De koning zat aan zijne schrijftafel. De arme kleermaker stond te sidderen en te beven van angst. Niemand vroeg hem iets. Hij begon nu hard op den vloer te stampen om van zijne tegenwoordigheid te doen blijken. //Wat wilt gij toch, vriend?" vroeg nu de koning. De kleermaker vertelde Z. M. zijn wederva ren en vroeg van zijn koning hulp, nadat hem die van alle zijden geweigerd was. //Waarom heeft men uw zoon dan niet inde residentie in garnizoen gelegd?" vroeg de koning. //Sire, hij was een streep te klein." //Hebt gij stukken bij u?" //Ja, Sire. De koning onderzocht de papieren. //Uw zoon was niet éen, maar drie strepen te klein." //Och, Sire, bij Uwe Majesteit komt het toch waarlijk op een paar strepen niet aan." De opgeruimdheid van den koning, die zich uitstekend met deze scène vermaakte, nam niet weinig toe door dat antwoord. //Nu, ga maar naar generaal Fritzdorff en zeg hem dat de koning verlangt dat uw zoon naar de residentie verplaatst worde." De vreugde van den kleermaker laat zich eer denken dan beschrijven. Onder duizende dank betuigingen begaf hij zich naar de deur van het salon, maar daar bleef hij plotseling staan en beduidde hij aan den adjudant van dienst, door gebaren, dat hij den koning nog iets te zeggen had. //Kom, kom," fluisterde de adjudant hem nu vriendschappelijk toe, //het is genoeg; ga nu maar heen." Een blos van verontwaardiging kleurde het gelaat van den kleermaker. //Hoor eens, mijnheer," hervatte hij toen overluid: //ik heb met u eigenlijk niets te ma ken; u hebt hier niets te zeggen; ik ben bij mijn koning gekomen en mijn koning moet ik spreken." Koning Wilhelm schaterde het uit van lachen. //Is er nog iets vroeg hij den snijder. //Ja Sire, nog een woordje asjeblieft. Onder ons gezegd en gebleven, met dien gene raal Fritzdorff heb ik al eens kennis gemaakt. Om u de waarheid te zeggen, heeft hij mij de trappen afgeworpen. Ik ben bang dat het nu niet beter zal gaan. Zou Uwe Majesteit mij daarom niet //een paar regeltjes" willen meegeven De koning schreef de //paar regeltjes" en de audiëntie was hiermee afgeloopen. Zij had den koning een allervroolijkst half uur bezorgd en onzen snijder een allergelukkigsten dag. CORRESPONDENTIE. Van onderscheidene kanten hebben wij hooren vragen, op welke soort van scenes het publiek onthaald zal worden, dat morgen naar den schouwburg zal gaan om de //Grande-du- chesse de Górolstein" te zien. Menigeen wilde dit wel eens weten, voordat hij er zijne familie bracht. Aan al die personen antwoorden wij met te verwijzen naar een kort overzicht van Offen bach's klucht, door Joh. Gram gegeven in zijn artikel //in het Palais-Royal," voorkomende in het September-nommer van //de Gids" van 1867 bl. 556—559. Voor hen, die gemeld artikel niet kunnen nalezen, halen wij een paar volzinnen aau Niets dan een klucht, meestal met grof zout besprenkeldhier en daar door het meesterlijk spel van Madl'e. Schneider en Du- puis zoo zot, dat men onwillekeurig van 't lachen schudt." Tusschen beide echtgenooten heeft een tooneeltje plaats, dat door het uitstekende spel van Dupuis en M'lo. Garait eenigszins gered wordt, maar toch steeds zeer dubbelzinnig blijft Te vergeefs zocht men er fijnen geest of vernuftige intrige in't is plat, alledaagsch, en zelfs hier en daar riekt het sterk naar eene parade, zooals men die op kermissen vlugge en snaaksche clowns soms voor de tent ziet houden." Joh. Gram had het stuk te Parijs zien op voeren. Over het artikel van H. //Straf aan allen enz." spreken wij morgen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1868 | | pagina 3