5 uren 29°, te 8 uren 34°, N. W., 's namiddags te 12 uren 42°, te 4 uren 42°. TOONEELNIEÜ WS. Over de buitengewone tooneelvoorstelling" van gisterenavond is bet gewis beter maar niet te veel te zeggen. Eene kindervoorstelling" mocht ze nietheeten; gelukkig begrijpt de jeugd bij ons te lande niet veel van de rol dier we zens, die men met een barbaavsch woord op zijn Hollandsch de verschrikkelijke kinderen" ge noemd heeft. Ouden en jongen hebben wel eens, zelfs dik wijls gelachen, maar een succes de rire" zoo als, dat van gisteren beduidt niet veel. "Wil men eens eene kindervoorstelling geven, uitstekend. Maar men bedenke wel, dat dit doel niet zoo bijzonder gemakkelijk bereikt wordt en dat het daartoe niet voldoende is, een paar heel ko mieke scènes te geven, en een paar kinderen op het tooneel te laten komen en aan ieder persoon die een kaart neemt, het recht te geven gratis een kind mede te brengen. Er zijn er trouwens velen, die liefst niet van zulk een recht gebruik maken. De betrekkelijke leegte der zaal heeft dit gisteren voldoende bewezen. TIJDSCHRIFTEN, DAGBLADEN ENZ. Het tijdschrift //De V o 1 k s v 1 ij t" bevat in N°. 79 o. a.: Eene verhandeling over vliet drinkwater in Nederland" van Dr. W. C. PI. Staring. Iets over //de diamantslijperij en de diamanten van de Nederl. afd. op de wereld tentoonstelling van 1867 te Parijs" van Mr. J. A. van Eyk. Eene verhandeling over//de Nederlandsche afdecling" dier tentoonstelling in haar geheel van den heer D. van der Keilen Jr., waarbij twee platen gevoegd zijn, voorstel lende //de Nederlandsche afdeeling der machine galerij." Een paar bladzijden over //eene coustante batterij" van den heer E.G. de Jong, en verder allerlei Mededeelingen" betreffende wetenschap, nijverheid en landbouw. BUIT' E N L A N D. Duitschland. Door de militaire conferentie is mededeeling gedaan aan de vertegenwoordi gers der Zuid-Duitsche staten, dat het bepaalde besluit genomen is om bij een eventueelen oorlog met Frankrijk, met Pruisen éene lijn te trekken. Pruisen. De heeren Schreiber, Krüger en Ahlmann, benoemd tot leden der kamer van afgevaardigden, hebben den eed geweigerd, zoo dat hunne plaatsen vacant zijn verklaard en nieuwe verkiezingen ter voorziening in deze vacaturen zullen plaats hebben. Frankrijk. Gisteren heeft in de zitting van het wetgevend lichaam de interpellatie plaats ge had, betreffende de aangelegenheden van Duitsch land. De heer Garnier Pages wees op de tegen strijdigheid tusschen de vredelievende verkla ringen en de door het gouvernement genomen maatregelen, die van ongerustheid getuigen, waardoor de industrie wordt verlamd en de onrust in Europa wordt verhoogd. Frankrijk moest, volgens den spreker, geen steun zoeken bij Oostenrijk, maar bij Duitschland. Vooral achtte lnj het noodig om een verbond te voor komen tusschen Pruisen, den Noord-Duitschen bond en Italië. De heer Olivier deed een beroep op de ge schiedenis, om zijne zienswijze betreffende de Duitsche quaestie te verdedigen. Hij zeide dat de verbolgenheid van Pruisen jegens Frankrijk hierdoor ontstond, dat men Frankrijk jaloersch en dreigend achtte, in plaats van edelmoedig en onbaatzuchtig. De heer Thiers hield vol dat het doel der politiek van Hendrik IV was, om de kleine staten te handhaven en Oostenrijk te bestrijden, dat een eenig Duitschland wilde maken, zooals thans door Pruisen tot stand gebracht is. De spreker protesteerde voorts tegen de po litiële, die groote uitbreiding van grondgebied beoogt en die niet alleen voor Frankrijk nadeelig zou kunnen zijn, maar tevens eene belangrijke wijziging in de kaart van Europa zou kunnen teweegbrengen, zoodat er twee groote mogend heden zouden kunnen ontstaan: een Duitsch land met 66 millioen, en een Rusland met 120 millioen zielen. De heer Rouher, minister van staat, meende dat Frankrijks politiek zich resumeerde in den wensch, om overal het recht, in de eerste plaats dat van Frankrijk, te handhaven en die begin selen toe te passen op de voldongen feiten, die in Italië en in Duitschland hadden plaats ge grepen. Frankrijks politiek ten opzichte van Duitsch land was, zeide de minister, gegrond op het be ginsel van //apaisement" en kalmte. Het gouvernement nam die voldongen feiten met kalmte aan zoolang zijne belangen en zijne waardigheid er niet mede gemoeid zou den zijn. De bekende redacteur van het blad La Liberté," de heer Emile de Girardin, heeft een werk uitgegeven, getiteldLe Succes," waarin hij eene vrij origiueele oplossing der Duitsche quaestie voorstelt. Hij wendt zich n. 1. tot de afgevaardigden der Fransche natie, met te zeg gen Toont uwe kracht door eene groote daad, waarvan het doel en de consequentie zullen zijn: ontwapening van Europa. Verklaart aan Duitschland, dat gij in het minst niet er over denkt om hinderpalen in den weg te leggen aan zijne geographische eenheid op den rechter Rijnoever met al de uitbreiding en de volle digheid, die Engeland en Rusland aangezocht door Oostenrijk en Nederland hem zullen gunnenmaar gij op uwe beurt verstaat ons wel. Duitschland onthoude er zich van om zich te verzetten tegen de geographische eenheid van Frankrijk, de groote taak, van eeuw tot eeuw door onze koningen uitgewerkt, noodza kelijk verklaard door Vauban, wettig erkend door Frederik II, koning van Pruisen, en vol voerd in Februari 1801 door de zegepralende republiek, toen zij den vrede van Luneville voorschreef. De //Etendard" zegt dat er volstrekt geen sprake is om de wet op de legerorganisatie te verdagen. Het blad beweert dat deze wet onmiddellijk in discussie zal komen, nadat de commissie van onderzoek haren arbeid zal heb ben voltooid. Volgens de //Patrie" zijn alle geruchten omtrent de verdeeldheid, welke de woorden van den heer Rouher in het debat over de Ro- meinsche quaestie tusschen verschillende regee- ringspersonen gezaaid zouden hebben, ten eenen- male ongegrond. Italië. De //Opinione" verzekert, dat de heer De Moustier eene nota aan Italië heeft gezon den, tot opheldering omtrent den zin en de waarde der rede van den heer Rouher. In die nota wordt verklaard, dat het gouvernement des keizers meer dan ooit besloten is om zich te verzetten tegen elke gewelddadige poging in Italië tot het provoceeren eener annexatie van Rome; maar dat het gouvernement desniette genstaande niet voornemens is eene oplossing der Romeinsche quaestie te verhinderen, die men in gemeen overleg tot stand zou kunnen brengen. Volgens de //Indipendente" wordt bet plan overdacht, om Sicilië door middel van eene brug met het vasteland te verbinden, welke van Kaap Guaziri in Sicilië tot. Kaap Pizzo in Ca- labric reiken zal. Deze brug zal vier afdeelingen hebben, ieder van 990 meters, waarbij bruggen hoofden en pijlers niet medegerekeud zijn. Een Engelsche architect verklaart de zaak voor uit voerbaar het komt nu maar daarop aan actiën- houders er voor te vinden. Zwitserland. Men zegt in de fransche poli tieke kringen, dat Zwitserland tot de confe rentie toetreedt, onder de reserve, die zijue g kwaliteit van neutralen staat en van democra tische republiek medebrengt. Dit was te ver wachten, en de Fransche regeering zal door dit antwoord van Zwitserland niet verrast zijn, en nog minder het Italiaansche gouvernement, hetwelk den bondsraad niet verborgen heeft, dat het grooten prijs stelde op de tegen woordigheid van Zwitserland op de confe rentie. Men voegt hierbij, dat de ultra- radikale partij in Zwitserland de adhaesie, door den bondsraad aan het voorstel betrekkelijk de conferentie gegeven, afkeurt en beproeven zal in do kamer eene demonstratie daartegen in het leven te roepen. Turkije. Het //Dresdner Journal" bevat een bericht uit "Weenen van Zaterdag, meldende dat de sultan besloten heeft Aali-pacha op Candia door Fuad-pacha te vervangen. Men vermoedt dat deze wisseling van personen in verband staat met het voorstel der mogendheden tot toelating eener internationale commissie van enquête. De Porte maakt zich bezorgd over de even tualiteit dat de te verwachten conferentie na de Romeinsche, ook de Oostersche quaestie in beraadslaging brenge. IJit Petersburg wordt van Zaterdag gemeld, dat op Creta den 22sten November weder vijan delijkheden zijn uitgebroken. De Turken heb ben versterkingen met achterladers naar Candia gezonden. De Russische oorlogschepen zullen op nieuw beginuen, ingevolge klachten, bij de consuls ingekomen, om familiën van vluchtelingen over te brengen. Ten aanzien der Oostersche quaestie wordt nog uit Parijs gemeld, dat het bericht in som mige dagbladen dat Frankrijk en Oostenrijk een tractaat hebben geteekend, waarbij zij zich ver binden om de integriteit van het Ottomanische gebied te handhaven, van allen grond ont bloot is. Servie. Men heeft veel gesproken van een oorlog tusschen Servië en Turkije, die op het punt zou zijn van uit te breken. Doch nu zegt een der Servische bladen, dat Servië zelf de bewaker is van de integriteit van Turkije. Geen tegenovergestelde politiek zal de instem ming van Servië verkrijgen. Servië beschouwt de integriteit van Turkije niet alleen als den grondslag van den vrede in het Oosten, maar ook als een levensvoorwaarde van zijn nationaal bestaan. Op dien weg zal de Servische regee ring krachtig het werk der consolidatie van Servië vervolgen. Amerika. Uit berichten van New-York van 27 Nov. blijkt, dat het comité voor rechts zaken met eene meerderheid van 5 stemmen rapport heeft uitgebracht ten gunste van het in staat van beschuldiging stellen van president Johnson, wegens hoog misdrijf. Een telegram uit die stad van Zaterdag meldt echter, dat de resolutie om den president Johnson in staat van beschuldiging te stellen met 108 tegen 57 stemmen in het congres is verworpen. Tevens bevat dat bericht, dat de kamer van volksvertegenwoordigers het voorstel heeft aangenomen, waarbij de bevoegdheid van den minister van financiën tot intrekking van het papieren geld geschorst wordt. DE FENIANS. Oorspronkelijk, dat is te zeggen voor de middeleeuwen, waren de Fenians vrije burger soldaten, die als ware patriotten hun land ver dedigden. Zij ontleenden hun naam aan Fionu of Finn, hun Righ of Rajah, d. i. hun koning en hun opperbevelhebber. De generaals waren leden der koninklijke familiede kolonels en kapiteins hadden zich bij hunne stammen be roemd gemaakt door eene grootere mate van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 2