N„. 2342. Zaterdag A°. 1867. 28 September. Prijs dezer Courant. Deze Courant wordt dagelijksmet uit zondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Prijs der Advertentiën. Spoortreinen van Leiden naar 's-GravenhageDelft, Schiedam en Rotterdam: te 8 n. 30 m.; 10 u. 17 m.; 1 u. 55 m.; 3 u. 52 m.; 8 li. 9 in.; 8 u. 55 m.; 9 u. 42 m.; naar Haarlemen Amsterdam: te S u. 35 m.; 10 u. 26 m.; 11 u. 55 m.; 3 u. 1 m 4 u. 57 m.; 7 u. 45 m.; 9 u. 56 m. Stoomboot Volharding van Leiden (Haven) naar Amsterdam: Maandag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u.; van Amsterdam (Binnen- Amstel) naar|Leiden: Maandag-nam. te 2 u. 30 m. overige dagen 'snam. te 3 u. Zondags buiten dienst. Van Leiden naar Gouda: Zondag 7 u., overige dagen 5 n. 30 m. en 1 u. 45 m. Van Gouda naar Leiden: Zondag 4 u. 45 m., overige dagen 10 u. en 5 u. NiöUWö Stoombootdienst, langs de Haarlemmermeer, van Leiden (Haven) naar Amsterdam: Maandag-ochtend te 4% u., overige dagen te 6 u., 'snam. te 2 m.; van Amsterdam (Overtoom) naar Leiden: Zaterdag-ochtend te 4% u., overige dagen te 6 u.,'s nam. te 2 u. Zondags buiten dienst. Postbuslichtingen(Lakenhal, Katoenfabriek en Nieuwstraat) 17 u. 30 m., 10 u. 55 m.; 3 u. 35 m.; 7 u. 55 m. en op Zondag 10 u. 55 m. en 3 u. 35 m. O.-I. Landpost. 9, 16 en 25. W.-X. Mail 14 en voorlaatsten van elke maand. Rijkstelegraaf van 7 uren 'sm. tot 9 uren 'sav. Spoorwegtelegraaf van 8 u. 'sm. tot 10 u. 30 m. 'sav. Gemeentebestuur. Burgemeester en WethoudersMaandag en Donderdag te 11 uren. Commissie van Fabricage, Woensdag te 12. BurgemeesterDinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag te 11. Presid. der Comm. van Fabricage Zaterdag van 111. Plaatselijke Secre tarie, van 104. Thesaurie, van 92; Zaterdag van 912. De Gemeente-architect is te spreken op het Raadhuis, van 12 Kantoor der In- en Uitg. Rechten en Accijnzen van 9—1 en van 36 uren;—van's Rijks Dir. Belastingen, Maandag, Dinsdag, Woensdag en Donderdag van 9—2; van Zegel en Registratie van 84; van de Hypoth. en het Kadaster van 9—4. Vragen van 't oogenblik. Sedert eenige maanden staan de nationale fondsen op een zeer laag standpunt. Er was een tijd, dat zij bijna 10 pet. hooger stonden dan de Belgische, thans zijn zij genoegzaam gelijk. Van waar die toestand? Zou eene der oorzaken ook deze zijn, dat er vrij algemeen weinig vertrouwen wordt gesteld in de bekwaamheden van het hoofd van het departement van financiën Het is toch zeer opmerkelijk, dat de daling onzer fondsen is aangevangen met de optreding van dit ministerie. Er zijn nu wel dagbladen, die om persoonlijk belang of ondersteuning 'van regeeringszijde de natie willen ge ruststellen, en h/og opgeven van de verdiensten der re geering. Er zijn/er echter ook velendie onze bezorgdheid deelen en vertrouwen onthouden. Belangrijke geschriften, dezer dagen o. a. in de residen tie zelve in 't licht verschenen, versterken op krachtige gronden dat wantrouwen; 't is waarlijk niet ieders werk een dergelijke taak op zich te nemen; ook onze financiën vereischen meer dan gewone kennis. Voeg hierbij de geringe meerderheid waarmede voorle den jaar het budget van buitenlandsche zaken werd aan genomen, dan kan daaruit worden afgeleid, dat bij een groot deel der volksvertegenwoordiging, zelfs van de her nieuwde kamer, groote sympathie voor den minister van buitenlandsche zaken almede ontbreekt, en 't valt zeer te betwijfelen, of die door onderscheidene nevelachtige mede- deelingen in 't afgeloopen jaar is vermeerderd. Krachtige steun vindt de regeering bij de vertegenwoor diging niet. En dit is waarlijk in de omstandigheden waarin Neder land verkeert, hoogst noodig. De aanstaande beraadslagingen over het budget zullen ongetwijfeld doen zien, hoe onzeker de houding der regee ring omtrent de koloniale aangelegenheden is, eene hou ding die, waarlijk geen weerklank kan vinden bij de kamers, dan wellicht bij de 13 leden Klimmende uitgaven voor oorlog komen daarbij. Met de koloniën stegen zij reeds tot 54 millioen. Kan bij dergelijken stand van zaken het regeeren, met wellicht eene kleine meerderheid bij de volksvertegen woordiging, op den duur standhouden? En al houdt men nu stand, is zulk regeeren in 't belang van Nederland? De //Lien" van 21 Sept. bevat eene beschouwing van de drie schilderijen, die onlangs bij gelegenheid van een brand in eene sacristie der kerk van San-Zanipolo te Venetië vernield zijn. Vooral //de moord van Petrus den Marte laar" van Titiaan was een meesterstuk en werd door som migen voor de derde in rang van alle bestaande schilde rijen gehouden. De senaat van Venetië, zegt menhad op straffe des doods den verkoop van deze schilderij verbo den. Petrus de Martelaar was inquisiteur en had overal brandstapel» en pijnbanken opgericht, .toen eenige inwoners van Milaan een zoogenaamden bravo" huurden, die hem aan den ingang van een bosch doorstak. //Titiaan heeft den inquisiteur voorgesteld liggende aan de voeten van een afschuwelijken bandiet, op het oogenblik dat hij den doodsteek zal ontvangen. Het slachtoffer en de moor denaar zijn beide meesterlijk geteekend. Maar het meest imposante beeld der schilderij is de reismakker van Petrus, eveneens een dominicaner monnik. Onmachtig zijn mees ter te verdedigen en zelf reeds gewond, vlucht hij heen, het voorhoofd met bloed bedekt en om hulp schreeuwende. De moord van een dienaar Gods lijkt hem zulk een heilig schennis, dat men te midden van zijn doodsangst op zijne trekken al het afgrijzen geteekend ziet, dat zulk een aanslag in hem opwekt. Nooit heeft men de uitdrukking van schrik en verontwaardiging beter getroffendan Titiaan in deze figuur. Met een bewonderenswaardig talent is het zoo banale gewaad van den dominicaner monnik geutiliseerd. De zwarte mantel is geheel naar achteren geworpen en door de heftige beweging opgelicht, zoodat hij als het ware een sombere aureool is voor dit door de angst mis vormd gelaat. Het schoudergewaad is geheel naar voren geworpen door de wanhopige beweging van den monnik, wiens wit kleed de grootste wanorde verraadt. Zijne beide handen, die hij om hoog heft, worden bewogen door den grootsten schrik en angst. Het genie van Titiaan heeft zijn personage in een dier korte oogenblikken bespied, waarin alles in ons en zelfs onze kleederen duidelijk de vreeselijke aandoeningen van ons gemoed verraden. Een seconde te voren was die monnik nog niet in dien toestand, éen seconde later zou hij er reeds uit zijn. Daarin ligt juist de groote macht der ware kunst. Zij stelt ons éen oogenblik en toch we derom drie oogenblikken te gelijk voor oogen. Het oogen blik dat voorbijsnelt zien we, het oogenblik dat vooraf gegaan is en dat hetwelk volgen moetkunnen we raden. De invallende nacht, de grens van een somber woud, eenige donkere rotsen maken dit vreeselijk tooneel nog ontzettender." Aan het eind van zijn artikel wijst de schrij ver er op, dat katholieke kerken zulke slechte b plaatsen zijn voor schilderijen. Een slecht uitgedoofde waskaars heeft het verlies van dit meesterstuk \£p. Titiaan veroorzaakt. Hij raadt daarom aan, in de kerbpncppiéën van de schilderijen te plaatsen, welke voor denreeredionat LEIDSEH DAGBLAD Voor Leiden, per 3 maandenƒ2.95. Franco per post1.80. Afzonderlijke Nommers0.05. Van 1-6 regels 0.75; iedere regel meer 0.12:. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels ƒ0.90; iedere regel meer 0.15. Ingezonden. li

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 1