A°. 1867. Zaterdag 3 Augustus. Prijs dezer Courant. Deze Courant wordt dagelijksmet uit zondering van Zon- en Feestdagen uitgegeven. Prijs der Advertentiën. Spoortreinen van Leiden naar 's-GravenkageDelft, Schiedam en Rotterdam: te 8 u. 30 m.; 10 n. 17 m.; 1 u. 55 m.; 3 u. 52 ra., 6 u. 9 ra.; 8 n. 55 m.; 9 u. 42 m.; naar Haarlemen Amsterdam: te8 u. 35 m.; 10 u. 26 m.; 11 u. 55 m.; 3 u. 1 ra.; 4 u. 57 m.; 7 u. 45 m.; 9 u. 56 m. Stoomboot Volharding van Leiden (Haven) naar Amsterdam: Maandag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u.; van Amsterdam (Binnen- Arastel) naar Leiden: Maandag nam. te 2 u. 30 m. overige dagen nam. te 3 u. Zondags buiten dienst. Van Leiden naar Gouda Zondag 7 overige dagen 5 u. 30 m. en 1 u. 45 m. Van Gouda naar Leiden: Zondag 4 u. 45 m., overige dagen 10 n. en 5 u. 30. Nieuwe Stoombootdienst, langs de Haarlemmermeer, van Leiden (Haven) naar Amsterdam: Maandag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u., '9 nam. te 3$ u.; van Amsterdam (Overtoom) naar Leiden: Zaterdag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u.,'s nam. te 3 u. Zondags buiten dienst. Postbuslichtingen: (Lakenhal, Katoenfabriek en Nieuwstraat) 7 u. 30 m., 10 u. 55 m.; 3 u. 35 m.; 7 u. 55 m. en op Zondag 10 u. 55 m. en 3 u. 35 ra. O.-I. Landpost. 9, 16 en 25. W.-I. Mail 14 en voorlaatsten van elke maand. Rijkstelegraaf van 7 uren 'sm. tot 9 uren 'sav. Spoorwegtelegraaf van 8 n. 'sm. tot 10 u. 30 m. 'sav. Gemeentebestuur. Burgemeester en WethoudersMaandag en Donderdag te 11 uren. Commissie van Fabricage, Woensdag te 12. BurgemeesterDinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag te 11. Presid. der Comm. van Fabricage Zaterdags van 111. Plaatselijke Secre tarie, van 104. Thesaurie, van 92; Zaterdag van 912. Be Gemeente-architect is te spreken op het Raadhuis, van 121. Kantoor der In- en Uitg. Rechten en Accijnzen van 9—1 en van 4—6 uren; van's Rijks Dir. Belastingen, Maandag Dinsdag, Woensdag en Donderdag van 9—2van Zegel en Registratie van 84 van de Hypoth. en het Kadaster van 94. De koning van Pruisen heeft bij zijn bezoek te Wies- baden tot den burgemeester gezegdHet is voor de eerste maal, dat wij elkander in veranderde betrekking ontmoe ten. Die verandering is inderdaad van diep ingrijpenden aard geweest, maar gij zult inzien dat het zoo het beste is. Hier, in de residentiestad van uwen gewezen hertog, verklaar ik, dat het mij leed heeft gedaan zoo te moeten handelen, ah ik gedaan heb. Het viel mij zwaar daartoe te besluiten; maar de wereldgeschiedenis kan niet blijven stilstaan. Wij moeten steeds voorwaarts." Als die burgemeester nog niet had begrepen, dat het toch veel heerlijker is tot Pruisen te behooren dan door een hertog van Nassau geregeerd te worden, zal hij 't nu wel gelooven, want de koning bij de gratie Gods heeft het zelf gezegd. Ook zal hij zich in zijn nederig ambt wel recht gelukkig hebben gevoeld, toen hij vernam wat bit tere smarten, wat zware zielestrijd het dien groote monarch gekost had, om te besluiten tot de annexatie van het her togdom. 't Is toch een moeilijke post koning te zijnal lesbehalve benijdenswaardig. En dan maakt men er een vorst als koning Wilhelm nog een verwijt van, dat hij zooveel geannexeerd heeft, alsof 't z ij n verlangen was geweest en niet de schuld van de wereldgeschiedenisdie niet kan blij - ven stilstaan. De godgeleerden hebben wel eens gesproken van een bloed-theologie." We schijnen nu ook een bloed-diplo- matie" te krijgen. Aan Pruisen komt de eer van de uit vinding toe en aan de Kreuz-Zeitung de verdienste van de exploitatie. Als de Hanoveranen zich beklagen over het drukkend juk der Pruisische overheerschingwordt hun gewezen op het Duitsche bloed, vergoten voor hunne be vrijding, waarvan zij het weldadige nog maar niet begrij pen, misschien omdat ze even blind zijn als hun koning 't was. Als de arme Deenen in Sleeswijk vervolgd worden en men aandringt op de uitvoering van het verdrag van Praag, dan heet het weder: wij kunnen Sleeswijk niet loslaten, want er is zooveel Duitsch bloed vergoten, om het te verlossen van het fanatisme van Denemarken. En wie weet waarvoor het Duitsche bloed al niet meer ver goten is en nog vergoten zal worden. Als echter Pruisen zooveel Duitsch bloed te veel heeft, zou Erankrijk zich wel eens geroepen kunnen achten, om een kleine aderlating te appliceeren. Het gansche vrouwelijk geslacht, en misschien het man nelijk er bij, wordt met totalen ondergang bedreigd. En dat ten gevolge van de chignon, waar de dames heel vee last van hebben, en dien de heeren altijd wanstaltig heb den gevonden. We hebben er reeds eenmaal op gewezen hoe gevaarlijk dit kapsel is, wanneer men op reis gaat, aangezien er aan de grenskantoren wel eens onderzocht wordt, of er ook smokkelartikelen in verborgen zijn. Thans heeft echter een Pruisisch natuurkundigeDr. Lindemann ontdekt, dat er in de haren van bijna alle chignons rail- lioenen microscopische diertjes leven, gregarinen geheeten. Ze wonen ook in ons eigen hoofdhaar, maar dat kan min der kwaad, want ze blijven van geslacht tot geslacht waar- ze zijn. Doch als het haar van ons hoofd gescheiden is, gevoelen ook de gregarinen zich geheel geëmancipeerd en verbreiden zich door de lucht. De heer Lindemann, be weert, dat in een gezelschapszaal, bij sterk verhoogde tem peratuur, de gregarinen zeer spoedig zich ontwikkelen, en deze diertjes of hunne eitjes bij duizenden in de atmospheer zweven, en zoo door inademing in onze longen en ons bloed komenwaar zij den dood veroorzaken. En alsof dit nog niet genoeg was om ons schrik aan te jagen, zoo heb ben de medicinalrath Kiichenmeister en hoogl. in de botanie ïtabenhout in Dresden, in de chignons parasietplanten ontdekt, (pleurococeën en protococeën heeten ze), die zich spoedig op het eigen hoofdhaar voortplanten. De gevolgen zijn natuurlijk dezelfde als van de champignons in de vloe ren onzer huizen. Men leest in //la Esperanza" van Queretaro het volgend antwoord van Juarez op den brief van "Victor Hugo. Mijnheer de Poëet! Bij de ontvangst van uw brief, was Maximiliaan reeds gefusilleerd. De krijgsraad had het doodvonnis uitgesproken! God had reeds zijn ziel en de Mexicaansche grond had, het keizerlijke bloed drinkende, de verschrikkelijkste wraak genomen. De schimmen van Arteaga en Salazar zijn thans voldaan Gij, Mijnheer de Poëet, gij laat u vervoeren in de wol ken van de grootmoedigheid der oude wereld. Ik ben een Indiaan! Ik heb vurig bloed! Ik spreek Spaanschmaar ik ben een zoon der Pampas, der Cordilleras de los Andes, en ik begrijp noch ken de philosophie van de Seine. Tand voor tand Oog voor oog! Vijandelijk bloed voor de vrijheid! Dit is de doodswet! Mijnheer epr vriend! Niets zou mij aangenamer zijn dan, u genoegen- te doen. Maar Wat wilt gij De wraak is als de vulcaan van den Popocatepe%>^j(vli-3 De uitbarsting houdt niet opdan nadat het veld velWoèfljt-? de oogst verbrand is en de slachtoffers vernietigd Voor Leiden, per 3 maanden1.95. Franco per post2.80. Afzonderlijke Nommers0.05. Van 1-6 regels f 0.75; iedere regel meer f 0.12s. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels f 0.90; iedere regel meer 0.15. IDSfil HJP3T

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 1