6 Juli. N°. 2270. Zaterdag A°. 1867. Prijs dez9r Courant. Deze Courant wordt dagelijks, met uit zondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Prijs der Advertentiën. imrn DAGBLAD. Voor Leiden, per 3 maanden1.95. Franco per post2.80. Afzonderlijke Nommers0.05. Van 1-6 regels f 0.75; iedere regel meer f 0.126. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels f 0.90; iedere regel meer f 0.15. Spoortreinen van Leiden naar 's-GravenhageDelft, Schiedam en Rotterdam: te 8 u. 30 m 10 u. 17 m.; I u. 55 m.; 3 u. 52 in., 6 u. 9 m.; 8 u. 55 m.; 9 n. 42 m.; naar Haarlem en Amsterdamte 8 u. 35 ra.; 10 n. 26 m.; II u. 55 m.; 3 u. 1 ra.; 4 u. 57 ra.; 7 u. 45 m.; 9 u. 56 m. Stoomboot Volharding van Leiden (Haven) naar Amsterdam: Maandag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u.; van Arasterdam (Binnen- Amstel) naar Leiden: Maandag nam. te 2 n. 30 m. overige dagen nam te 3 u. Zondags buiten dienst. Van Leiden naar Gouda Zondag 7 overige dagen 5 u. 30 m. en 1 u. 45 ra. Van Gouda naar Leiden: Zondag 4 u. 45 ra, overige dagen 10 u. en 5 u. 30. Nieuwe Stoombootdienst, langs de Haarlemmermeer, van Leiden Haven) naar Arasterdam: Maandag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u., 'snam. te 354 11 van Amsterdam (Overtoom) naar Leiden: Zaterdag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u., 's nam. te 3 u. Zondags buiten dienst. Postbuslichtingen: (Lakenhal, Katoenfabriek en Nieuwstraat) 7 u. 30 m., 10 u. 55 m.; 3 u. 35 ra.; 7 u. 55 ra. en op Zondag 10 u. 55 m. en 3 u. 35 ra. O.-T. Landpost. 9, 16 en 25 W.-I. Mail 14 en voorlaatsten van elke maand. Rijkstelegraaf van 7 uren 'sm. tot 9 uren 'sav. Spoorwegtelegraaf van 8 u. 'sra. tot 10 u. 30 m. 'sav. Gemeentebestuur. Burgemeester en WethoudersMaandag en Donderdag te 11 uren. Commissie van Fabricage, Woensdag te 12. BurgemeesterDinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag te 11. Presid. der Comm. van Fabricage Zaterdags van 111. Plaatselijke Secre tarie, van 104 Thesaurievan 9—2; Zaterdag van 912. Tie Gemeente-architect is te spreken op het Raadhuis, van 121. Kantoor der In- en Uitg. Rechten en Accijnzen van 9—1 en van 4—6 urenvan 's Rijks Dir. Belastingen, Maandag Dinsdag, Woensdag en Donderdag van 9—2; van Zegel en Registratie van 84; van de Hypoth. en het Kadaster van 9—4. Jhr. F. A. Hartsen, die zooals de N. Utr. Cour. zegt onophoudelijk uit den vreemde ons nog begif tigt met de fraaie producten zijner philosophie, verkondigt uit Halle in een Nederl. blad, natuurlijk het ïïaagsche, dat Van Vloten het ontslag heeft verdiend, omdat hij zich heeft schuldig gemaakt aan insubordinatie, //wat door de aesthetiek en de nuttigheid woi-dt afgekeurd." //Men ergert zich vaak", zegt de heer Hartsen, //aan de subordinatie in Pruisen, men mag dit vrij doen, inaar zie nu eens wat Pruisen geworden is en wat Nederland, zoo het dien geest miskent, dreigt te worden." Het ideaal van den heer Hartsen is alzoo dus concludeert de Arnh. Cour. terecht dat wij Pruisen gelijk zullen wordenen aan dat doel staan handelingen als die van den heer Van Vloten in den weg. Daarom verdient hij te worden afgezet. En de N. Utr. Cour. vraagt, of de heer Hartsen tot die overtuiging gekomen issinds zijne philosophische studie sinds zijne verandering van religie of sinds zijn huwelijk? Het gaat fraai in ons vroeger vrij en kloekmoedig vader land! Het vervolgen van te vrije denkwijze, het verdrijven der Hanoveranen, het leeren van subordinatie! dat is de gelijke vooruitgang naar de middeleeuwen. Het Volksblad, dat in Van Vloten alles behalve een slachtoffer van bekrompenheid ziet, zegt: Wij hadden zeer gehoopt, dat de amende honorable, die de heer Van Vloten eenigszins had gemaaktdat hij niemand had willen kwet sen, door de curatoren als voldoende was aangenomen. Edelmoedigheid is eene betere politiek dan strenge conce- quentie van gelijk te willen hebben. De heer Wintgens zeide, bij de algemeene beraadslaging van het wetsontwerp regelende de uitgifte in erfpacht van woeste gronden in Indiëhet volgende //AVij leven thans in de dagen van de expediëntenvan transactiën, van de conciliatiënvan de politiek van in en uit, van koud en warm, van de politiek die noch ja noch neen, of ja en neen te gelijk zegt. Dat is maar al te zeer de richting der politiek in de moderne maatschappij en daartegen wensch ik hier nog een enkel woord te doen hooren. //Ik heb nog nooit van het bijdraaien om een plat woord te bezigen op politiek gebied heil gezienhetzij voor een individu, hetzij voor een gouvernement. Hecht is rechten waarheid is waarheid; recht blijft recht en waarheid b 1 ij f t waarheid. //Nu moge het waar zijn, dat individuen voor een oogen- blik door dergelijke politieke wendingen kunnen worden gebaat; zeker is het, dat zij bij het nageslacht geen eer zullen inoogsten. Hun naam van staatsman gaat er door ver loren. Gij ziet het aan Cicero. Dat was een man van die richting, en als politiek man heeft hij zijn naam ten eeuwigen dage bedorven door zijne leer, dat men op het rechte oogenblik van richting moest weten te veranderen. Maar dit geldt bovenal van kabinettenwanneer deze het beginsel verzaken waaruit zij geboren zijnwaaraan zij hun bestaan te danken hebbenals die dien weg opgaan dan meen ik te mogen beweren, dat zij den ondergang zullen veroorzaken van dat beginsel, maar zij zullen dan ook met de begrafenis van dat beginsel tevens hun eigen stoffelijk overschot ter aarde hebben besteld." Ziedaar de conciliante politiek door een conservatief ge oordeeld. Zoo het ons niet reeds uit andere verschijnselen genoegzaam was geblekendan zou men uit dit woord van den Delftschen afgevaardigde kunnen zien, hoe de voor standers eener richting, die dit ministerie heet te verte genwoordigen, het meer en meer den rug toekeeren, om dat het hinkt op twee gedachten. Men schrijft uit Holland aan de Gron. Courant //"Welken naam de nieuwe minister van koloniën drage, de vervanging van den heer Trakranen is eene wisseling van stelsel. Het programma van den heer Mijer ligt verscheurd; de politiek, die bij de overgroote meerderheid van de Tweede Kamer ondersteuning mocht vinden, is door het ministerie verlaten en de kleine coteriedie be wezen heeft in de Tweede Kamer slechts een dertiental per sonen in het vuur te kunnen brengenheeft gezegevierd over hare politieke tegenstanders door een kabaal in den mi nisterraad. Wat thans geschied is, de intrekking van het wetsontwerp op de uitgifte in erfpacht van gronden in Indië op een nietig voorwendsel, de aftreding van den heer Trakranendiehoewel hij genoegzame bekwaamheid miste, getoond heeft het goede te willen en eene staat kunde van gematigdheid en verzoening te volgen, de be noeming van een streng-behoudend minister van koloniën dat alles is de longue main voorbereid en men mag de reis van den minister van binnenlandsche zaken, den heer Heemskerk, wellicht alleen hieraan toeschrijven, dat hij afwezig heeft willen zijn, omdat hij tot het welge- lukken der intrige niet wilde medewerken. //Wat er van den politieken toestand worden moet, nu het kabinet zich tot het werktuig maakt eener partijdie""* in de Tweede Kamer slechts 13 leden telt, staat ons ;nog niet helder voor den geest, maar zeker is het, dat die

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 1