N®. 2145.
Vrijdag 8 Februari.
A". 18671 i
m
Twee gewichtige vragen beantwoord.
LEIDSOE DAifilïLAST.
Deze Courant verschijnt eiken dagbe
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden 1.95, en franco per post ƒ2.80
In de drie maanden. Afzonderlijke Num
mers Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën1-6 regelsƒ0.75,
Iedere regel meer 12| Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberichten van l-4regels^.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Ctg.
Spoortreinen van Leiden naar 's-Gravenhage, Deift, isomeuam en Botterdam: te 7 u. 55 m.; 10 u. 1 m.; 12 ,u. 41 m.; 3 u. 37 m.;
6 u. 6 m.; 9 n. 5 m.; naar Haarlem en Amsterdam: te 8 u. 43 m.; 11 u. 43 m.; 2 u. 42 m.; 4 u. 45 m.; 9 u.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtend 4 u., de overige dagen 6 u.; van Amsterdam Beerebijt) naar
Leiden, dagelijks n./m. te 2 u. Des Zondags buiten dienst.
Postbusliohtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 'smorg. te 7 u. 50 m. en te 10 u.50 ra.; 's naraidd. te 3 u. 35 m.;
'savonds te 7 u. 55 m. en op de Zondagen alleen te 10 u. 50 m. en 3 u. 35 m. 'snamiddags. Oost-Indisohe Landpost. Over Southampton
l en 17over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maand.West-Indisobe den 14 en voorlaatsten van elke maand.
Rijlts-Telegraaf, Dagelijks geopend van 7 uren 's m. tot 9 uren 's av. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 8 u. 's ra. tot 10 u. 30 m. 's av.
Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouder»Maandagen Donderdag te 11 uien.
Commissie van Fabricage, Woensdag te 12 uren. - BurgemeesterDinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag te 11 uren. - President der Commissie
van Fabricage des Zaterdags van 11-1 aren. - Bureau der Plaatselijke Secretarie j open dadelijks vau 10-1 uren.- Thesauriealle werkdagen, behalve
Zaterdag, van 9-2 uren; Zaterdag van 9-12 uren. - De Gemeente-Architect is te spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 's morgeus 12-i uren.
Kantoor der In- en Uitgaande Hechten en Accijnzen dagelijks van 9 1 uren en van h6 uren; van's-ilijks Directe Betas
tingen, Maandag Dinsdag, Woensdag en Donderdag van 92 uren. ran Zegel, Registratie dagelijks van 84 uren; van de
Hypotheken en bet Kadastrr, van 94 uren.
Mijnheer de Redacteur!
Gij weet, ik ben geen tegenstander van het openbaar on
derwijs. Ik heb echter enkele bezwaren, die u wel zoo goed
zult willen zgn te bespreken.
1°. U meent, en terecht, dat de taak der opvoeding rust
op de ouders. Tot de opvoeding behoort de vorming des
verstands, het onderwijs. Voor dat deel der opvoeding wordt
de hulp van onderwijzers ingeroepen. Zal de opvoeding goed
zijndan moeten alle deelen harmonieeren. Kan nu hijdie
aan zijne kinderen eene christelijke opvoeding wil gevenge
bruik maken van het openbaar onderwijs, waar de naam
van Christus niet mag worden genoemd - De onderwijs
wet kent zelf het verband tusschen onderwijs en opvoeding,
sprekende van de opleiding tot deugden. Mag ik nu bij de
opvoeding mijner kinderen de hulp inroepen van iemand,
die eene gansch andere beschouwing van deugd heeft dan
ik? Hij toch die meent, dat deugd een uitvloeisel is der
dankbaarheid, dat er van nature niemand is die goed doet
(Rom. III: 12), dat dus de wedergeboorte noodzakelijk is
staat vlak tegenover hemdie de noodzakelijkheid der we
dergeboorte ontkent, de ontwikkeling van het goede in den
mensch leert en de deugd niet afhankelijk acht van de god
delijke wet, maar van het individueel //godsdienstig" stand
punt. Ik ken eene openbare meisjesschool,- niet in deze
stad, waar de onderwijzeres het lezen van romans aanmoe
digde en wel van alles behalve zedelijke Fransche romans.
Hier was eerbiediging van godsdienstige overtuiging in den
zin der wet, niet waar? Maar hier was ook opvoeding en wel
slechte opvoeding, van wege den Staat gegeven, bekostigd
met het geld der burgers! Ouderwijs en opvoeding zijn
niet te scheiden. Welke waarborgen geeft nu het openbaar
onderwijs
2°. Christendom boven geloofsverdeeldheid wordt op de
school toegelatenen door u verdedigd. Ik begin met te
vragenwat is geloofsverdeeldheid Ik zou wel durven ver
zekeren dat de heeren De Vries en Te Winkel met dat
woord geen weg weten. Vraag het hun eens. Uitvoerige
godgeleerde beschouwingen zijn niet noodig. Geloof is eene
gezindheid des harten. Geloofsverdeeldheid, is dat nu bet
verschil in de gezindheid des harteugelijk dat onder de
mensehen bestaat? Eu christendom, beteekent dat nu hier
christelijke leer of christelijk leven? En christendom boven
geloofsverdeeldheid, is dat nu een christendom dat niet af
hankelijk is van, zich niet bekommert om de gezindheid des
harten
Of is die onbegrijpelijke uitdrukking gekozen, waar men
meent een christendom zonder Christus, een christendom dat
goed is voor Roomschen en Protestantenorthodoxen en
modernen, en voor Joden zelfs, bruikbaar voor allen Maar
dat is immers dan geen christendom meer.
Ik zal dat nu niet verder ontwikkelen. Ik vraag vrien
delijk vau u eene uitlegging van de woorden, die u zoo me
nigmaal gebruikt: //christendom boven geloofsverdeeldheid."
Eene vraag, misschien niet geschikt om in uw blad behan
deld te worden, is nog deze: Kan een Christen (eu wy
beiden stemmeu immers overeen in de beteekenis aan dat
woord te hechten) het voor God en zijn geweten verant
woorden zelfs in de verte mede te werken tot verbreiding
of verdediging van een christendom zonder Christuswaarin
de beschouwing van den persoon van Christus eene bijzaak of
liever van geen gewicht meer is, waarbij, op de vraag wie
was hij, wat sprak hij, wat deed hij? alleen met zekerheid
wordt geantwoord hij leefde in Palestina en stierf aan een
kruis eu of een der woorden die op zijn naam doorgaan
ooit door hem gesproken is, is hoogst onzeker!
Ik had nog wel meer te vragenmaar ik zal al zeer te
vreden zijn, indien deze twee punten door u beantwoord
worden. Q,. N.
De Redactie wil zich niet onttrekken aan de beantwoor
ding der bedoelde vragen, maar neemt de vrijheid met de
laatste te beginnen.
Christendom boven geloofsverdeeldheid. Geloofsverdeeld
heid is verschil in godsdienstige begrippenwaaruit veel
verdeeldheid ontstaat, maar waarboven in het leven staat
een christendomdat de maatschappij als een zuurdeesem
doortrokken heeft. Neem den eed, die in het maatschappelijk
leven zoo diep ingrijpt en alleen ten grondslag of als be
ginsel heeft een Godsbegrip dat door geboorte en opvoe
ding traditioneel geworden een invloed uitoefent, die de
maatschappij bijeenhoudt. Dat Godsbegrip wordt beheerscht
door een Christelijk beginsel, dat zelfs menig Israëliet aan-