N°. 2126. Donderdag 17 Januari. A0. f867.
Grieven tegen de wet op het patentrecht.
Binnenlandsch Nieuws.
LEIDSCH DAGBLAÏ
Deze Courant verschijnt eiken dag, be
halve Zon- en Feestdagenen ko9t voor
Leiden 1.95, en franco per post ƒ2.80
In de drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mers Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën1-6 regels 0.76.
Iedere regel meer 12$. Ct9. Geboorte-, hu
welijks- en doodberichten van l-4regels/0.90.
Iedere regel meer 16 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht -36 Cts.
Spoortreinen van Leiden naar 's-Gravenhage, Delft, Sohiedam en Rotterdam: te 7 u. 55 ra.; 10 u. 1 m.; 12 ju 41 m.; 3 u. 37 m.;
6 u. 6 ra.; 9 u. 6 m.; naar Haarlem en Amsterdam: te 8 u. 43 m.; 11 u. 43 m.; 2 u. 42 m.; 4 u. 45 m.; 9 n.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtend 4 u., de overige daajen 5 u.; van Amsterdam Beerebijt) naar
Leidendagelijks n./m. te 2 u. Des Zondags buiten dienst.
Postbusliohtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 's inorg. te 7 u. 50 m. en te 10 u.50 m.j 's uamidd. te 3 u. 35 m.;
'savonds te 7 u. 55 m. en op de Zondagen alleen te 10 u. 50 m. en 3 n. 35 m. 'snamiddags, Ooat-Iodisohg Landpost. Over Southampton
1 en 17over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maaud.West-Iodisobe den 14 en voorlaatsten van elke maand,
RijUs-Telegraaf, Dagelijks geopend van 7 uren 's m. tot 9 uren 's av. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 8 u. 's m. tot 10 u. 80 m. 's av.
Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en (Fethouders, Maandag en Donderdag te 11 uren.
Commissie van Fabricage, Woensdag te 12 uren. -Burgemeester, Dinsdag, Woensdag, Vrjj dag en Zaterdag te 11 uren. - President der Commissie
van Fabricage des Zaterdags van 11-1 uren. - Bureau der Plaatselijke Secretarie i open dadelijks van 10-1 uren.- Thesaurie, alle werkdagen, behalve
Zaterdag, van 9-2 uren; Zaterdag van 9-12 uren. De Gemeente-Architect is te spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 's morgens 12-1 uren.
Kantoor der In- en Uitgaande Rechten en Accijnzen dagelijks van 9 luren en van 35 uren; van's-Rijks Direotö Belas
tingen, Maandag, Dinsdag, Woensdag en Donderdag van 92 uren. van Zegel, Registratie dagelijks van 84 ureu; van de
Hypotheken en het Kadaster, van 94 uren.
III.
De heer Simons. In beginsel ben ik het met de vorige
sprekers eens. De vraag echter door onzen geachten Voorzit
ter zeer juist gesteldisof de Staat niet behoefte heeft
aan de opbrengst van de patenten. Ik zou daarom een mid
delweg willen voorstellennamelijk dat wij de zaak com
missoriaal maken en de grieven tegen de bestaande wetge
ving op het patentstelselmatig geordenduiteenzetten en
aan de regeering op grond daarvan eene wijziging en ver
betering van de patentwet vragen, in afwachting van den
tijd, dat die inkomsten-belasting op handel en nijverheid,
die zoovele bezwaren oplevert, geheel zal kunnen worden
gemist.
De heer Hartogh. Ik geloof dat onze Vereeniging het oog
op het beginsel moet houden. Eene inkomsten-belasting in
ons land is billijk voor allen of onbillijk, en dus ook voor
de nijveren. De patentwet is knellend voor de nyverheid
evenals de gemeente-accijnzen dit waren. Vroeger genoot
de nijverheid bescherming; maar nu kan ieder vreemdeling
bijna zonder eenig inkomend recht te betalen, concurreeren.
Daarom moeten de belemmeringen voor de nijverheid wor
den opgeruimd. De vraag is niet, of de schatkist die op
brengst kan missen. Is dit niet het gevaldan zie men naar
andere middelen om.
De heer d'Engelbronner. Ik ben geen lid der Vereeniging
ik ben geen industrieel, maar ik ben advocaat en behoor
dus tot die klasse van ingezetenen wie de belasting van het
patent niet treft. Ik vereenig mij echter met de denkbeel
den van den heer Hartogh en zou daarvoor nog dit argu
ment durven aanvoeren: De patentwet dagteekent uit een
tijd, toen de nijverheid in het genot was van hooge rech
ten. Men kon toen ten aanzien der nijverheid aldus rede
neeren wij trekken een muur voor u opom u de gele
genheid te geven u daarachter te ontwikkelen en gij hebt
geene vreemde concurrentie te duchten; maar voor die be
scherming wil de staat iets trekken gij zult patent betalen
naar den maatstaf uwer vermoedelijke inkomsten. - Thans
echter zijn die tijden voorbij. Er zijn geen beschermende
rechten meer, dan op enkele artikelen. Als regel bestaat al
leen een fiskaal recht van 5 pCt. voor geheel-fabrikaten
van 2* pCt. voor half-fabrikaaten grondstoffen zijn vrij
van rechten. Er is geenerlei bescherming meer. De nationale
nijverheid moet het hoofd bieden aan de meest onbeperkte
concurrentie en nu is het ook de grootste onbillijkheid ge
worden in den vorm van patentéén tak van volksbestaan
aan een inkomsten-belasting te onderwerpen daargelaten nog
de grieven tegen de wijze, waarop die geheven wordt, en
waarvan in de vorige en in deze algemeene vergadering is
gebleken.
De heer Perk. Ik wil my niet op politiek terrein bege
ven maar ik wensch toch even op de patentbelasting in
verband tot het kiesrecht te wijzen. Onder de rijks directe
belastingen die voor den census in aanmerking komen be
hoort het patentrecht. Verviel het patent, velen, die nu
kiezers zijn zouden dat recht verliezen als kroeghouders en
meer. Wanneer een nijver handwerksman alleen werkt, dag
en nachtbetaalt hij veelal geen patent. Maar een minder
yverig ambachtsman neemt knechten, gaat voor zyn genoe
gen uit en betaalt patent, zoodat hij kiezer is. Wie van deze
twee zou de beste staatsburger zijn?
De heer Hartogh. Op dat terrein komendevalt er veel
over de zaak te zeggen. Hoe vele bekwame mannen te Am
sterdam zijn door den census uitgesloten? Maar dat i3 ons
hier vreemd.
De heer Lefèbre. Ik deel de meening van den heer Har
togh volkomen. De patentwet is niet houdbaar. Ik ben be
halve voor de u reeds genoemde beroepen ook nog aange
slagen als metaalgraveur en drukker van lithographische en
plaatwerkenen dat patent is voor mij zoo drukkend dat
ik er toe zal overgaan te Leipzig te laten graveeren en
drukken. Als ik mijne manuscripten daarheen zendspaar
ik die patenten uit en van het gedrukte werk betaal ik geen
cent inkomend recht.
Z. M. heeft benoemd tot substit-.griffier by het pro
vinciaal gerechtshof in Friesland Mr. H. J. Albarda, thans
substit.-griffier bij de arrond.-rechtbank te Sneek.
Z. M. heeft met ingang van den 16den dezer bevorderd:
tot kapt. t/z. de kapt.-luits. t/z. G. KoijerJ. M. I. Brutel
de la Rivière en J. A. H. Schreuder; tot kapt.-luit. t/z.
de luits, t/z. 1ste kl. F. J. Abrescb A. A. A. Gayman9,