Besluit:
1«. dat bovengemelde runderen zullen worden afgemaakt,
2». dat derhalve die runderen onmiddellijk zullen worden in beslag ge
nomen.
Benoemt DIRK KALISVleeschhouwer alhier, om de waarde van
opgenoemd vee te schatten.
Bepaalt dat dit besluit onmiddelijk zal worden medegedeeld aan
Heeren Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid-Holland, afgekondigd
binnen de Gemeente en geplaatst in het Leidsch Dagblad.
Zwammerdam, den 2den October 1866.
H. SMEDA.
Vrij van de regten van zegel en registratie, ingevolge het Koninklijk
besluit van den 6den September 18G5, No. 52.
De BURGEMEESTER van Alkemade,
Overwegende dat op den 2den October 1866, door den Eigenaar
PIETER VAN RIJT, van beroep Veehouder, wonende te Alkemade,
bij hem Burgemeester aangifte is gedaan dat twee stuks runderen, afge
zonderd staande in een stuk land, gelegen in den Rooden Polder, door
ziekte zijn aangetast.
Overwegende dat uit het rapport van den deskundige W. F. MUIS,
plaatselijk Veearts, blijkt, dat twee Koeijen, namelijk: een zwartwit-
kop, en een zwartbont, oud 5 jaren, hierboven bedoeld, zijn aangetast
door de besmettelijke veeziekte, en dat de onteigening en afmaking
daarvan, ter voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte, dringend
noodzakelijk is.
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der wet van den 28sten Au
gustus 1851 (Staatsblad N°. 125), en op de wet van den 15den Sep
tember 1866 (Staatsblad N°. 150).
Heeft besloten:
1°. Boven omschreven runderen onmiddelijk te onteigenen te doen
afmaken en na inkerving der huid, met bijvoeging van eene genoeg
zame hoeveelheid ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen
begraven
2'. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Alkemade, den 3den October 1866.
De Burgemeester voornoemd,
J. W. S. ROELOFFS.
Vrij van de regten van zegel en registratie ingevolge het Koninklijk
besluit van den 6den September 1865No. 52.
De BURGEMEESTER van Alkemade,
Overwegende dat op den 2den October 1866, door de Eigenaresse
de Weduwe HENDRIK HEEMSKERK, van beroep Veehoudster, wo
nende te Alkemade, bij hem Burgemeester aangifte is gedaan dat een
stuks rund, afgezonderd staande in een stuk land, gelegen in den Water
loos Polder, door ziekte is aangetast.
Overwegende dat uit het rapport van den deskundige W. F. MUIS,
plaatselijk Veearts, blijkt, dat een vaalwitkopt Kalf, oud 7 maanden,
hierboven bedoeld, is aangetast door de besmettelijke veeziekte, en
dat de onteigening en afmaking daarvan, ter voorkoming van verdere
uitbreiding dier ziekte, dringend noodzakelijk is.
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der wet van den 28sten Au
gustus 1851 (Staatsblad N°. 125), en op de wet van den 15den Sep
tember 1866 (Staatsblad N°. 150).
Heeft besloten
1°. Boven omschreven rund onmiddelijk te onteigenen te doen
afmaken en na inkerving der huid, met bijvoeging van eene ge
noegzame hoeveelheid ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte
te doen hegraven
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Alkemade, den 3den October 1866.
De Burgemeester voornoemd,
J. W. S. ROELOFFS.
Vrij van de regten van zegel en registratieingevolge het Koninklijk
besluit van den üden September 18G5, No. 52.
De BURGEMEESTER van Alkemade,
Overwegende dat up den 2den October 1866, door den Eigenaar
PIETER VAN DER VOORT Jr., van beroep Veehouder, wonende te
Alkemade, bij hem Burgemeester aangifte is gedaan dat drie stuks runde
ren, afgezonderd staande in een stuk land, gelegen in den Vrouwe Venne
Pultier, door ziekte zijn aangetast.
Overwegende dat uit het rapport van den deskundige W. F. MUIS,
plaatselijk Veearts, blijkt, dat twee zwartwitkopte Koeijen, oud 6 ja
ren en een zwartblaar Vaars, oud 1.} jaar, hierboven bedoeld, zijn aan
getast door de besmettelijke veeziekte, en dat de onteigening en afma
ting daarvan, ter voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte, drin
gend noodzakelijk is.
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der wet van den 28sten Au
gustus 1851 (Staatsblad N". 125), en op de wet van den 15den Sep
tember 1866 (Staatsblad N°. 150).
Heeft besloten:
1°. Boven omschreven runderen onmiddelijk te onteigenen, te doen afma
ken en na inkerving der huid, met bijvoeging van eene genoegzame
hoeveelheid ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen be
graven
Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Holland, af te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Alkemade, den 3den October 1866.
De Burgemeester voornoemd
J. W. S. ROELOFFS.
hfi van de regten van zegel en registratie ingevolge het Koninklijk
besluit» van den 6den September 1805, No. 52.
De BURGEMEESTER van Alkemade,
Overwegende dat op den 2den October 1866, door den Eigenaar
CASPARUS SCHOUTEN, van beroep Veehouder, wonende te Alke-
raadebij hem Burgemeester aangifte is gedaan dat een stuks rund,
afgezonderd staande in een stal bij zijne woning, Wijk D. N°. 52ó,
door ziekte is aangetast.
Overwegende dat uit het rapport van den deskundige W. F. MUIS
plaatselijk Veearts, blijkt, dat een bonte blaar Koe, oud 6 jaren, hier
boven bedoeld, is aangetast door de besmettelijke veeziekte en dat
de outeigening en afmaking daarvan, ter voorkoming van verdere
uitbreiding dier ziekte, dringend noodzakelijk is.
Gelet op de artt. 69 tot en tnet 72 der wet van den 28sten Au
gustus 1851 (Staatsblad N°. 125), en op de wet van den 15den Sep
tember 1866 (Staatsblad N°. 150).
Heeft besloten:
1°. Boven omschreven rund onmiddelijk te onteigenen, te doen af
maken, en na inkerving der huidmet bijvoeging van eene genoeg
zame hoeveelheid ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte te
doen begraven
2*. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Holland, af te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Alkemade, den 3den October 1866.
De Burgemeester voornoemd
J. W. S. ROELOFFS.
Vrij van de regten van zegel en registratie, ingevolge het Koninklijk
besluit van den Oden September 1865, No. 52.
De BURGEMEESTER van Alkemade,
Overwegende dat op den 2den Oclober 1866 door den Eigenaar
GERRIT VAN DER MEER, van beroep Veehouder, wonende te Alke
made, bij hem Burgemeester aangifte is gedaan dat een stuks rund
afgezonderd staande in een stuk land, gelegen in den Akkersloot Polder,
door ziekte is aangetast.
Overwegende dat uit het rapport van den deskundige W. F. MUIS,
plaatselijk Veearts, blijkt, dat een vaalwitkopte Koe, oud 4 jaren,
hierboven bedoeld, is aangetast door de besmettelijke veeziekte, en dat
de onteigening en afmaking daarvan, ter voorkoming van verdere uit
breiding dier ziekte, dringend noodzakelijk is.
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der wet van den 28sten Au
gustus 1851 (Staatsblad N°. 125), en op de wet van den 15 Septem
ber 1866 (Staatsblad N°. 150).
Heeft besloten
1*. Boven omschreven rund onmiddelijk te onteigenen, te doen af
maken-en na inkerving der huid, met bijvoeging van eene ge
noegzame hoeveelheid ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte te
doen begraven
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Alkemadeden 3den October 1866.
De Burgemeester voornoemd,
J. W. S. ROELOFFS.
Vrij van de regten van zegel en registratieingevolge het Koninklijk
besluit van den 6den September 1805No. 52.
I)e BURGEMEESTER van Alkemade,
Overwegende dat op den 2den October 1866, door den Eigenaar
MATTHIJS VINK, van beroep Veehouder, wonende te Alkeraade,
bij hem Burgemeester aangifte is gedaan dat zes stuks runderen, afge
zonderd staande in een stuk land, gelegen in den Vrouwe Venne Pol
der, door ziekte zijn aangetast.
Overwegende dat uit het rapport van dén deskundige W. F. MUIS,
plaatselijk Veearts, blijkt, dat zes Koeijen, namelijk drie zwartvvitkoppen,
oud 4, 7 en 5 jaren, een griemel, oud 6 jaren, een zwartblaar, oud
3 jaren, en een zwartbont, oud 6 jaren, hierboven bedoeld zijn aan
getast door de besmettelijke veeziekte, en dat de onteigening en af
making daarvan ter voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte,
dringend noodzakelijk is.
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der wet van den 28sten Au
gustus 1851 (Staatsblad Nu. 125), en op de wet van den 15den Sep
tember 1866 (Staatsblad N°. 150).
Heeft besloten:
1°. Boven omschreven runderen onmiddelijk te onteigenen te doen afma
ken en na inkerving der huid, met bijvoeging van eene genoegzame
hoeveelheid ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen be
graven
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Alkemade, den 3den October 1866.
De Burgemeester voornoemd
J. W. S. ROELOFFS.
1.
Vrij van de regten pan zegel en registratie ingevolge de wet van den
15den September I860 (Staatsblad No. 150.)
De BURGEMEESTER der Gemeente Hazerswoude,
Gelet op de wet van den 15 September 1866 (Staatsblad N°. 150).
Overwegende dat bij den Veehouder ABRAHAM FRANCKEN al
hier, aanwezig zijn twee runderen die door veetypbus zijn aangetast.
Overwegende dat het hem Burgemeester gebleken is, dat eene zwarte
witkop Koe, oud 4 jaren en eene zwarte bonte Koe, oud 7 jaren, hier
boven bedoeld, zijn aangetast door de besmettelijke veeziekte, en dat
de onteigening en afmaking daarvan noodzakelijk is.
Overwegende dat door genoemden Veehouder aan de wettelijke voor
schriften, zoo van onmiddell(jke afzondering als van aangifte van be
smet vee, is voldaan.
Beveelt
Boven omschreven runderen onmiddellijk in beslag te nemen te doen
afmaken en na inkerving der huid, met bijvoeging van een genoeg
zame hoeveelheid ongeblusc,hte kalk, ter behoorlijke diepte te doen be
graven
Benoemt, om de waarde van opgenoemd rundvee te schatten, HENDRIK
KERKHOVEN deskundige alhier, en bepaalt dat dit besluit dadelijk