genden te helpendoor voor hen gemakkelijk en goedkoop de eerste behoeften verkrijgbaar te stellen. Sectie III geeft een zeer ongunstig verslag omtrent den toestand der buiten- en binnenwijken van Utrecht, wat aan gaat -het schadelijk vuilin de kleinere straten en slop pen. Art. 4., al. 3 van genoemde verordening op het bou wen en sloopen nNieuive sekreet of zinkputten, met de daartoe leidende riolen, zullen noch geheelnoch gedeel telijk mogen worden gestapeldmaar gebouwd loorden met waterdichte speciën en op zoodanige wijzedat de inhoud niet in den omlig genden bodem kan doordringen1 bleek veelal bij de belanghebbenden geheel onbekend, en bijna nooit toegepast. In Utrecht worden daarenboven met en zonder vergun ning slecht ingerichte varkenshokken en mestvaalten onver gelijkelijk meer dan goede stadspompen gevonden. Sectie IV geeft een voorloopig verslag van den toestand der woningen voor de arbeidende klasse. Het aantal is blijk baar onevenredig aan de toegenomen bevolkingwaardoor de prijzen te hoog zijn en zolders en kelders bewoond wor den. De oude woningen zijn dikwijls bouwvallig, de nieu were voor een groot deel slecht gebouwdvooral ten op zichte van den ondergrondsbouw. Er bestaat te Utrecht vol strekt geen controle op het betrekken van nieuwe woningen zoodat die, met de groote behoefte, veel te spoedig worden bewoond. Het blok huizen tusschen Lijnmarkt en Springweg wordt uitvoerig beschrevenen wegens gebrek aan licht en lucht in zijn geheel als onbewoonbaar gekenschetst. Er wordt aangedrongen op de bevordering van goede bouwmaatschappijen. Sectie V toont schematische kaarten van dagelijksche me teorologische waarnemingen, ten opzichte van regen, wind- regen, electriciteittemperatuur, en luchtdrukking vergeleken met het veiloop van de ziekte. Het blijkt niet dat een dier momenten van invloed is op het ontstaan der epidemie. Al leen schijnt veel regen gunstig voor het doen afnemen daarvan. Nog werd in die sectie medegedeeld een uitvoerig ver slag over de Gasthuissteeg en over het heerschen der ziekte aldaar. De rapporteur meent het daar waargenomene alleen te kunnen verklarendoor het aannemen van smetstof door cholera-zieken aangebracht; maar ook in verband met andere feiten tracht hij te betoogen dat de smetstof in het orga nisme, uitsluitend langs de spijsverteerings-kanalen moet in gevoerd worden. Overgenomen uit het Utrechtsche Dagblad Binneniandsch Nieuws. Z. M. heeft benoemd bij de infanterie: bij het 1ste reg. tot lsten luit. (naar ouderdom van rang) den 2den luit. J. K. C. Pompe van Meerdervoortvan het 3de reg.; bij het 2de reg. tot lsten luit. (naar ouderdom van rang) den 2den luit. J. Vlam, van het korps; bij het 3de reg. tot kapt. 3de kl. (naar ouderdom van rang) den lsten luit. J. H. Strijbosch, van het 5de reg. Z. M. heeft aan den kapit. P. C. Evers, van het 4de reg. inf., op zijn hiertoe gedaan verzoekeen eervol ontslag uit den militairen dienst verleend met vergunning om de ac- tiviteits-uniform te blijven dragen, - voorts den offic. van gez. 2de kl. bij de Marine J. J. B. Vermijne, op zijn daar toe gedaan verzoek, met den lsten dezer maand eervol uit den zeedienst ontslagen. De audiëntie van den Minister van Binnenlandsche Zaken zal op Zaterdag 18 dezer niet plaats hebben. Uit Groningen schrijft men van den 13den Augustus: Heden morgen had alhier een treurige plechtigheid plaats. De aan de cholera overleden luit.-kol. Toewater werd, te gelijk met zijn echtgenooteook aan de ziekte bezweken, ter aarde besteld. Het afsterven van dien braven krijgsman beeft hier algemeene deelneming opgewekt. Te meer treffend was zijn snel overlijdenomdat het des daags voor zijn ver- jaardag en te midden van de toebereidselen voor een vroo- lijk feest plaats greep. Zijn echtgenoot volgde hem des mor- gens na den dag, dat hun feestdag had moeten plaats heb- ben. Fatale beschikking! De felicitatiebrieven en cadeaus, hun van elders gezonden vonden hem dood en haar stervende! De ziekte heeft zichniettegenstaande het akelige teer- brandenin de laatste dagen alhier weder met meerdere hevigheid vertoond - en nu door geheel de stad verspreid; het cijfer aangetasten bedraagt slechts 11 en 13 iu de laat ste dagen doch de aard der ziekte is zoo ernstigdat bijna al de aangetasten binnen weinige uren bezweken. De nachtwacht van HH. geneeskundigen blykt dus te vroeg en ook tegen den wensch van de meeste hunner te zijn opgehevenimmers heeft dientengevolge nu niemand hunner rust. De wacht zal dan ook weder worden ingesteld, vooral omdat men bevreesd isdat de hoogere barometer stand ook het aantal aangetasten weder zal vergrooten. Te Groningen is ook de heer Ede Dommering, lid van den Gemeenteraad en in velerlei betrekkingen nuttig werkzaam overleden en is insgelijks na een kortstondig lij. den zijn echtgenoot hem spoedig gevolgd. Naar alle waarschijnlijkheid zullen de te Dordrecht in garnizoen liggende pontonniers te Pouderoyen worden gekam peerd. Dezer dagen heeft een kapitein van dat wapen het ter rein langs de Maas aldaar in oogenschouw genomen. Te Zaamslag is 11. Woensdag de bliksem in den to ren van de Hervormde kerk geslagen en heeft daar groote verwoestingen aangericht, alsmede aan het kerkgebouw, waar van op sommige plaatsen de muren gescheurd zijn. Tallooze leien, waarmede kerk en toren gedekt zijn, werden tot op een afstand van 30 ellen weggeslingerd. Een onweder, dat Zaterdag jl. te Westerlee heerschte, en van een hevige regenbui vergezeld gingtrok over ze keren Oosterhuis, die met zijn knecht op het land aan 't ploegen was; zij beiden schuilden onder het paard tegen den stortregen. Spoedig volgde-een bliksemslag, die het paard doodde en den landbouwer en zijn knecht ter aarde sloeg. Eerstgemelde was den volgenden dag nog niet weder tot be zinning en herstelling gekomen. Hij heeft een ondiepe wond aan een der schouders, terwijl een duidelijk spoor van 't bliksemvuur als een streep schuins over de voorzijde van zijn lichaam langs het andere been naar beneden looptwaar de opperhuid geschroeid is en een lichte ontvelling heeft plaats gehad. In de kleederen op den schouder is een gaatje geslagen ter grootte van een pijpesteel. Ook de knecht was bedwelmd. Vrijdag 11. sloeg de bliksem in de woning van den landbouwer en wethouder W. van Dijkwonende op Strijp te Aarle-Kixtel. De daardoor ontstane brand nam zoo spoe dig toe, dat niets is kunnen gered worden dan de paar den en het rundvee, terwijl de gebouwen met den inboedel en den oogst geheel werden vernield. Beroepen bij de Herv. gemeente te ZaamslagDs. A. Loeff te Leusden. De Faculteit der Wijsbegeerte en Letteren aan de Leidsche Hoogeschool zal tot het admissie-examen vaceeren op den 21sten en 22sten September. Bij de heden Woensdag plaats gehad hebbende trek king van de loterij voor de nagelaten betrekkingen van cholera- lijders zijn o. a. de volgende prijzen gevallen op de hierbi] vermelde nommers, als: 803 de lampen van H. M. de Ko ningin 1195 de voetenbank van H. K. H. Prinses Frederik; 1122 borduurwerk van H. K. H. Prinses Hendrik, 3461 het servies van H. K. H. de Groot-hertogin van Saxen-Weimar- Eisenach; 3 5 33 het Japansch theeblad van H. K. H. de Groot-hertogin van Saxen-Weimar-Eisenach. Donderdag morgen te 9 uur voortzetting der trekking. De Thermometer van Fahrenheit leekende alhier Dm®' dag des namiddags te 5 uren 66°, des avonds te 8 uren 60, te 10 uren 5 8°. Woensdag morgen te 5 uren 5 6°, te 8 urea 6 8°, 's middags te 12 uren 6 4°, 's namiddags te 4 uren 63 Buitenlandsch Nieuws. «De Koning der Nederlanden heeft aan Koning Frederik De //Echo du Parlement," het regeeringsblad te Brus selbevat het volgende telegram uit Berlijn:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 2