Overleden: F. J. Stavleu 31 j. J. Boom Z. 11 in. M. M. Lamboo, geb. Mente, 66 j. M. N. van der Mus 31 j. B. J van Eyndhoven D. 16 j. I. Florijn Z. 1 m. J. J. Faas 84 j. W. Molenaar D. 2 ra. E. van der Klem D. 1 j. 7 m. E. Kou- wenberg D. 5 m. E. Trouwee, geb. van den Broeke, 44 j. C. G. Beuder D. 3 m. E. Cornet D. 2 m. W. van der Lin den D. 1 j. 11 m. J. C. Kersteman Z. 20 j. C. de Kort, geb. Montfoort, 82 j. A. van Heyningen D. 2 m. J. van Leeuwen Z. 3 m. H. Warns, geb. Klaassen, 46 j. G. Warns D. 5 j. 8 m. P. L. van Amerom 53 j. J. H. C. Ranselaar, geb. Wasse naar, 26 j. Driest Beest 36 j. E. A. Olivier D. 14 j. M. Boom D. 1 j. C. C. Cattin, geb. van. der Klugt, 26 j. Abr. Vreeswijk 30 j. Gerrit Isack 27 j. Wm. van de Wetering 24 j. Theod. Pillekers 72 j. T. Visser, geb. Klop, 79 j. H. J. Weymans, geb. Broekhoff, 43 j. J. Stolwijk Z. 6 j. Petrus van Klugt 68 j. Carel van Leeuwen 21 j. J. F. van Son 54 j. M. Meyer D. 2 m. J. F. Duchateau Z. 8 ra. Willemina van Tongeren 25 j. M. C. Klyné D. 5 m. W. H. Oudshoorn Z. 18 j. Christiaan Coesyns 19 j. W. Th. Ramakers 16 j. M. C. Willemse, geb. Smit, 75 j. J. de Huu Z. 4 ra. Wm. Fk. Kars tens Z. 22 j. A. F. Eyndhoven D. 25 j. Advertentiën. Volstrekt eenige kennisgeving kei te meer zijn, om geen vrede met zijn vijand te sluiten zonder dat voor de poorten der hoofdstad een beslissende slag geleverd en alzoo de kansen des oorlogs andermaal be proefd worden. Voor een paar dagen werd het geheimzinnige bericht van den Moniteur verspreid, volgens hetwelk de onderhan delingen omtrent een wapenstilstand uitnemend vorderden. Later schenen die onderhandelingen slechts tot een wapen schorsing van drie dagen te zullen leiden - thans blijkt dat het een noch het ander bereikt is en de Pruisen voort gaan naar Weenen op te rukken. De Weener bladen stellen echter den toestand minder hopeloos voor, dan men alge meen gelooftmocht Pruisen aan den Donau geslagen wor den dan zou het leger in den noodlottigen toestand ver- keeren. Nu reeds, als overwinnend leger, heeft het gebrek aan alles; wat zou het zijn indien het overwonnen werd. Alles maakt zich in Oostenrijk gereed tot een beslissen- den slag onder den aartshertog Albrecht, onder wiens be velen thans ook Benedek dient. Yan een oproer der Hon garen schijnt men niet veel te vreezen te hebbenmaar terwijl berichten uit Weenen de vaderlandslievende plannen van de Hongaren vermelden, zeggen andere berichten, dat zij niet tegen de regeering zullen opstaanmaar ook vol strekt niet hare partij zullen vatten. De verhouding van het Kabinet der Tuileriën tot Pruisen is zeer goed. Het blijkt meer en meer, dat Oos tenrijk met den afstand van Venetië aan Napoleon slechts beoogde Pruisen in conflict te brengen met Frankrijk; dat is te Parijs ingezien en sedert is er de neiging verdwenen om voor Oostenrijk meer te doen dan door bemiddelende woorden te doen is. //Gisteren te een uur," zoo schrijft //Seinguerlet," dd. 15 Juli, uit Heidelberg aan //Le Temps," //stond ik met mijn verrekijker en mijn pas aan het station ten einde den grooten slag bij Frankfort te gaan zien, dien men nu reeds zoo lang had aangekondigd. Daar naderde een exprestrein naar het zeggen van den stationschef bevattende de bonds vergadering en haar fortuin. //Een 40-tal heeren gedeeltelijk in militaire kleeding en een menigte bedienden stapten uit de wagens. Waarlijk het was de hooge bondsvergadering, aan het verhuizen van Frankfort naar Augsburg. Enkele bijstanders wipten even aan hun hoed, als ging er een begrafenis voorbij. //De eigenlijk gezegde bondsvergadering nam haar intrek in het hotel Schriederde militaire commissie, aangevoerd door den heer de Packeney trok naar het hotel de l'Europe. //Na den eten gingen de heeren als gewone reizende ster velingen naar het sloten schepten een luchtje voor het Café-Restaurant. Ik was niet naar Frankfort gegaan. Helaas! Ik zal mijne kleinkinderen kunnen vertellen, dat ik den Duitschen bond heb zien zitten op de ruïne van het slot te Heidelberg." De quaestie betreffende het naaldgeweer is Vrijdag 11. in het Huis der Lords ter sprake gebracht, ten gevolge eener interpellatie van lord Grey. Deze verlangde namelijk een verklaring der regeering ten opzichte der maatregelen, die genomen moeten worden tot een bespoedigde verande ring der Enfield-gewerenen vroeg tevens, of daarbij ook de meer algemeene quaestie betreffende het nieuwe systeem in aanmerking zou worden genomen. In antwoord hierop verklaarde lord Longford, dat, daar het Enfield-geweer met geringe kosten naar een verbeterd systeem kan gewijzigd worden het gouvernement alsnu besloten had die wijziging zoodanig te bespoedigen dat de armee tegen het laatst van Maart e. k. 150,000 dezer geweren zou hebben. De hertog van Cambridge hechtte daaraan zijn goedkeuring, voor zoover dit een voorloopige maatregel was, in afwachting van hetgeen een onderzoek naar het meest geschikte stelsel van geweren zou opleveren. Hoeveel prijs ook stellende op het Pruisische naaldgeweer, hetwelk ver de voorkeur verdiende boveu wapenen die op de oude wijze geladen wordenkon het evenwel zijns inziens nog niet het beste in zijn soort zijn. Een onderzoek naar de verdiensten van andere con- structiën kwam hem dus wenschelijk voordoch inmiddels „zou het gewijzigd Enfield-geweer een zeer geschikt wapen voor de Britsche armee zijn. Lord Dalhousie gaf hierop in overweging, om een speciale commissie te benoemen, samen gesteld uit wetenschappelijke en practische militairenom met het bedoelde onderzoek belast te worden. Daaromtrent worden alsnu nadere maatregelen van de zijde der regeering verwacht. Gelijk reeds gemeld is, wordt die wijziging be werkt naar het stelsel van Sniderwaartoe de kosten wor den berekend op 12 sh. per geweer. Het gebruik van ammu nitie is voor het gewijzigde wapen 1/3 deel meer dan voor bet Enfield-geweer, doch daarentegen doet het ruim zooveel meer dienst. Met het Enfield-geweer doet mjn 10 schoten in 4 minuten 46 seconden. De vergelijking is alsnu gemak kelijk, wanneer men weet, dat men met het naaldgeweer onder gelijke omstandigheden 6 schoten per minuut kan doen. Volgens den //Constitutionnel" is door den heer Ernest Bazin een nieuw geweer uitgevonden, dat bereids door Kei zer Napoleon is goedgekeurd en verreweg de voorkeur ver dient boven het Naaldgeweer. Het nieuwe vuurwapen maakt haan, trekker, in één woord, alle hoekige gedeelten van het gewone geweer overbodig; de lading geschiedt in twee tempo's; de draagkracht is grooter dan bij het Naaldgeweer, en de werking nog vernielender. De electriciteit schijnt bij dat wapen de hoofdrol te spelen; althans de //Constitution nel" noemt dit geweer //le fusil électrique." Geweren on verschillig van welk modelkunnen in electrische geweren hervormd worden. OFFICIKEL NIEII Wi. Burgerlijke Stand van Leiden, van den 12den tot en met den 18den Juli 1866. Bevallen: J. den Os, geb. Vrijbloed, Z. J. H. Boon, geb. Cinjee, D. G. van der Tuin, geb. Hakkert,-D. M. A. H. Wel vaars, geb. van der Wiere, Z. C. Schouten, geb. Dreef, Z. G. le Noble, geb. Nieuwenburg, D. C. A. Christiaanse, geb. Groen, D. M. C. van Hest, geb. Vijlbrief, Z. M. Swarts, geb. Hensen, D. S. M. Zaalberg, geb. Hamet, Z. A. E. C. ter Meer, geb. Stiege, D. S. J. Cuper, geb. van Noord, Z. M. Lagas, geb. de Vrind, D. L. D. Beltermann, geb. Zirkzee, Z. J. J. Jansengeb. van den Enden, D. W. Singeling, geb. Dreef, Z. W. M. Bra- kel, geb. Schouten, Z. J. W. van Straalen, geb. de Bok, D. M. C. van Ewijk, geb. Brummelkamp, Z. M. C. Beens, geb. van Halderen, Z. R. Polak, geb. van der Horst, Z. J. van der Lof, geb. Buitendijk, D. A. M. Colpa, geb. Jacobs, D. A. C. Smit, geb. van Es, D. J. J. Schild, geb. Arkeveld, D. GeliuivdJ. de Vrind jm. en M. van Rijzen jd. J. Ober jtn. en M. C. Koster jd. L. Witsenburg jm. en J. Crombergh, wed. P. H. Martijn jm. en W. Wezeman jd. J. J. Goddijn jm. en A. Brevee jd. J. Boon jm. en S. R. FoVtrie jd. D. W. Reiveilo jm. en P. Havinga jd. Heden morgen overleed aan de gevolgen eener hevige ziektedie in enkele uren een einde maakte aan zijn leven de WelEd. Gestr. Heer J. C. MULLER, Officier van Gez. le klasse. Hij was van mij de trouwste gade, en van onze drie kleine kinderen de teederste vader. C. M. DE JONGH Wed. J. C. MULLER. Leyden 19 Julij 1866.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 3