Binnenlandsch Nieuws. Buitenlandsch Nieuws. goede diensten bewijzen. De commissie zou het een groot voordeel achtendat zij die voor een deel tijdelijk in ons leger moeten ingelijfd wordenreeds vooraf op jeugdigen leeftijd de geoefendheid verkregendie zij zich anders later in den krijgsdienst moeten eigen maken. Mocht het voorbeeld, door Deventer gegevenook elders mocht het algemeen na volging vindendan zou over weinige jaren de diensttijd van vijf maanden, (om den kortsten tijd te noemen, waartoe onze miliciens in het eerste jaar verplicht worden) bekort kunnen wordentot groot voordeel van de schatkist. Boven dien zou de weerbaarheid van het volk verhoogd worden. Ieder gezond en niet gebrekkig burger zouveel meer dan thans het geval isin den wapenhandel en andere militaire oefeningen bedreven zijn. Wellicht zou het tegenwoordige stelseldat een deel der bevolking in den besten leeftijd aan zijn bezigheid ontrukt eu een ander, niet gering deel ongeoefend laat, gewijzigd of verlaten worden. De zelfstan digheid en de vrijheid van den staat vinden ongetwijfeld den besten waarborg in de weerbaarheid van alle burgers. Arnhemsche Courant.) Z. M. heeft Jhr. Mr. A. P. C. van Karnebeek thans secretaris van legatie bij het gezantschap te Washington in dezelfde betrekking overgeplaatst bij dat te Parijs; en Mr. G. J. E. E. Zilcken en Mr. H. A. van Dijk, tot hiertoe commiezen bij het Depart, van Buitenl. Zakenbevorderd tot hoodfcommiezen. Bij beschikking van den Minister van Binnenlandsche Zaken is aan den klerk bij den rijks-telegraaf F. M. Kramps, te Amsterdam, op zijn verzoek, met 27 Juni a. s. eervol ontslag uit 's-Rijks dienst verleend. Het voorloopig verslag van de afdeeling der Tweede Kamer over de Indische begrooting voor 1867 is thans vast gesteld. Daaruit blijkt o. a. dat men meerder tijd tot onder zoek had gewenscht. Dan volgen velerlei aanmerkingen over den vorm en toelichting. Vervolgens komen de hoofdpunten ter sprake. De reorganisatie van het binnenlandsch bestuur en de afschaffiing der cultuur-procenten waren voor onder scheidene leden voldingend gerechtvaardigd. De traktements- verhooging der inlandsche hoofden werd in algemeenen zin toegejuicht, doch ook bestreden. Op de regeling der hooge Indische pensioenen bij de wet werd aangedrongen. Tegen hooge sommen voor onvoorziene uitgaven was vrij algemeen ernstig bezwaarzoo ook over het verbazend hooge cijfer voor de zee- en landmacht. Over 't algemeen droeg de be grooting geen kenmerken van zuinig beheer, maar veeleer neiging tot vermeerdering en weelde, vooral bedenkelijk met het oog op de Indische geldmiddelen op zichzelve en in verband tot de financiën in het Moederland. Op de onder deden werden velerlei aanmerkingen gemaakt steeds uit het oogpunt van de hooge uitgaven. Daar de heeren Mr. G. Groen van Prinsterer en Mr. L. W. C. Keuchenius te Leiden en te Arnhem benoemd zijn tot leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaalvoor het nog loopende zittingjaar in de plaats van de heeren Graaf Schimmelpenninck en Graaf van Zuylen van Nijevelt, zoo zullen de eerstgemelde heeren zoo zij hun mandaat aan vaarden bij de hervatting van de werkzaamheden der Ka mer, na onderzoek en in orde bevinding hunner geloofs brieven als leden der Kamer dadelijk zitting nemen. Bij de aanstaande herstemmingen zullen de anti-revo lutionaire kiezers in het kiesdistrict Delft, die bij de eerste stemming op Mr. L. W. C. Keuchenius hun stem uitbrach ten thans voor Mr. W. Wintgens stemmenen in het kiesdistrict Zwolle voor den heer T. J. Stieltjes, die hun stem uitbrachten op den Baron van Lijnden van Sandenburg. Aan vier verdienstelijke hoofdonderwijzers der open bare armenscholen, de heeren D. Erdbrink D. W. Hinse J. Acquoy en D. H. Roos, die gedurende een halve eeuw aan het onderwijs te Amsterdam verbonden warenwerden Zaterdag 11. op het Raadhuis aldaar, ter herinneringen er kentenis van ijver en trouw in de waarneming van hun ambt, van wege het Gemeentebestuur een sierlijke inktkoker uitgereikt. De Pruisische troependie aan de Limburgsche zijde onze grenzen bezet hielden tot wering van de veeziekte zijn thans van daar vertrokken. De postendie zij vroeger hebben bezetzijn door burgers ingenomendie insgelijks van geladen geweren zijn voorzien. Wij vernemen dat de dienst op den spoorweg Al- melo-Salzbergen gedeeltelijk is gestaakt: de spoortreinen mo gen slechts tot Oldenzaal de reis voortzetten. Aan het bureau van den burgerlijken stand te Rot terdam zijn Maandag aangegeven 21 overledenen aan de cholera. In den nacht van 15 op 16 dezer werden de be woners der stad Groningen eensklaps gewekt door het lui- den der brandklok. Er was brand ontstaan in een woning van de weduwe P. Tolhuis, in de Baarsteeg buiten de Heerepoortbewoond door den weversknecht J. van der Beek en vrouw met twee kinderenbenevens een bij hen inwonend persoon. Hoewel er spoedig hulp aanwezig was, is de woning geheel afgebrand en hebben de bewoners van hunnen inboedel en kleederen niets kunnen redden. Bij het op heden voor de litterarische faculteit der Leidsche Hoogeschool gehouden admissie-examen zijn al de 25 jongelieden, die zich aangemeld hadden, toegelaten. Naar wij vernemen is door de aandeelhouders in de op te richten //Leidsche broodfabriek" in hunne vergadering op Zaterdag 11. gehouden een conciliante motie van Prof. Vissering met meerderheid van stemmen aangenomen strek kende om commissarissen niet aansprakelijk te stellen voor het verlies dat de Vennootschap lijdt door het faillissement van een firma, met de invordering der storting van een ge deelte van het kapitaal belast geweest. Heden Dinsdag zijn aangegeven 29 personen, door de cholera aangetast en 19 overleden. In het geheel dus aan getast 9 91 en overleden 6 27 personen. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Dins dag morgen te 6 uren 5 8°, te 9 uren 6 2°, 's middags te 12 uren 67°, 's namiddags te 2 uren 67°, te 4 uren 65°. Behalve de telegrammen die wij mededeelenzijn er vele telegrafische berichten die allen betrekking hebben tot de beweging en marsch der Pruisische troepen, die Kassei, Dresden en Silezië hebben bezet. Men verneemt dat de tweede ban der Pruisische land weer onverwijld zal worden opgeroepen om de wapenen te dragen. Bij besluit van den Pruisischen Minister van Oorlog zullen de niet-combattanten bij het leger te velde om den linkerbovenarm dragen een witten band met een rood kruis. De directie van den Posenschen spoorweg heeft bevel ontvangen om al de beschikbare waggons naar Silezië te zen den ten einde tot het vervoeren van troepen aldaar gebe zigd te worden. Naar men verzekert zal in Pruisen door de liberalen en de conservatieven vertegenwoordigd door de heeren van Wagener, van Blankenburg, Twesten Mommsen en von Unruh een be roep op het volk worden gedaan. Uit Leipzig wordt van den 16den Juni het volgende bericht: Heden nacht zijn de vijandelijkheden begonnen. Na dat het ultimatum van het hof van Berlijn gisteren te Dres den werd beantwoord met een weigeringtrokken de Prui sen bij Turgau over de grenzen en rukten op tot Riesa. Het Saksische legerkorps trok terugmaar liet bij Riesa een af deeling mineurs achterdie de brug over de Elbe in de lucht lieten spriugen toen de Pruisen naderden en den spoor weg vernielden. De vijand werd daardoor belet verder voort te rukken. Het scheelde weinig of deze mineurs waren door de Pruisische huzaren gevangen genomenmaar zoodra zij hun werk hadden verrichtbestegen zij een stoomboot en maakten zich uit de voeten. De Oostenrijksche troepen zijn reeds Dresden binnen gerukt; waarschijnlijk zal het eerste treffen tusschen Riesa en Dresden plaats grijpen. Leipzig wordt door Beiersche troe-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 2