Buitenlandsch Nieuws. kerij van de heeren van Veen en Vermeulen, te Nieuwe- I Diep. Ten gevolge van den grooten voorraad brandbare stof- j fenals olie, teer enz., is dit uitgestrekte gebouw spoedig in de asch gelegd. De naastgelegen gebouwen zijn gespaard. I Men zegt dat er misbruiken plaats hebben met de j vergunning om slachtvee te vervoeren, dat bestemd is voor de slachtbank, naar luid der vergunning, maar waarop ver voerd wordt melkveedat een andere bestemming heeft. Zij die zulke misbruiken plegenkunnen aanleiding geven dat bij ontdekking het vervoer van vee wordt bemoeilijkt en geen vergunning meer wordt verleendwaardoor de handel in slachtvee schade zou lijden en de vleeschverbruikers ver stoken zouden zijn van vleesch, ten minste van goedkoop vleesch. Men schrijft van Banjermassing dd. 28 Januari: De dood van Hadjie Boyassin is een zaak van groote beteekenis voor de vestiging van orde en rust in deze streken. Sedert 1863 waren geene pogingen onbeproefd gelaten om hem tot onderwerping te brengen en, toen dit mislukte, om hem levend of dood in handen te krijgeD. In de wil dernis der Tanah Laut steeds rondzwervende, wist hij, door zijn familie geholpen steeds te ontkomen. In November jl. bracht hij ter nauwernood het leven er af en verloor hij al wat hij nog bezat. Zeven dagen zwierf hij zonder voedsel rond totdat eenige lieden uit het Martapoerasche hem on dersteunden. Maar deze waren het ook, die daarna gebruikt werden om hem in handen van het bestuur te brengen. Jammer dat hij niet levend tot ons is gebracht. Veel had hij kunnen ophelderen over het duistere, dat nog altijd over de Kalangsche moordgeschiedenis verspreid ligt. Maar juist daarom is hij wellicht door zijne landgenooten afgemaakt, want weerstand schijnt hij niet geboden te hebben. Gisteren werd zijn romp met het hoofd daar naast alhier van Marta- poera aangebracht. Zijn vrouw, schoonzuster, twee zonen en twee volgelingen, die hem tot het laatst toe getrouw zijn gebleven werden kort daarop gearresteerd. Hadjie Boyassin was met demang Leman sedert het be gin des opstands een der hoofdleiders en onze energiekste tegenstander, zoo lang Antasarie nog leefde. Ofschoon se dert 1863 aan al de ellende van het leven in de wildernis ten prooi, onderwiep hij zich niet en was geen meineedige als demang Leman. Ook roofde en moordde hij niet als deze. Wat men vroeger beweerde is door de verklaringen zij ner vrouw en zonen gestaafdhij had gezworen zich nooit aan het gouvernement te zullen onderwerpen. lederen avond bij het gebed herhaalde hij dezen eeden bij vervolgingen stond hij meer dan eens op het punt, al de leden zijner familie en daarna zich zeiven om het leven te brengen. Uit geput van gebrek en ellende, vielen de zijnen in onze han den. Zij zijn thans ruimschoots van al het noodige voorzien en staan alleen onder het toezicht der politie. Als priester en als hoofd bezat Hadjie Boyassin grooten invloed. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Maan dag des namiddags te 6 uren 54°, des avonds te 8 uren 50°, te 10 uren 47°. Dinsdag morgen te 5 uren 42', te 8 uren 46°, 's middags te 12 uren 60°, 's namiddags te 4 uren 54°. Te Diekirch in Luxemburg woedt de cholera sedert geruimen tijd zeer ernstig. Van de 20 00 zielen stierven tusschen Zondag avond en Woensdag morgen meer dan honderd. Te Weenen beeft een verschrikkelijke gebeurtenis plaats gehad. Frans Tuvora, 60 jaren oud, sedert 18 jaren houder van een correspondentie-bureau en als arrangeur der gezel- schapsreizen naar het oosten bekend heeft op Paasch-Maan- dag zich en zijne echtgenoote, Amalie geb. Graf, 3 5 jaren oud, benevens zijn drie kinderen, oud 19, 17 en ^ja ren, met cyankali in punch gemengd, het leven benomen. Twee jongere kinderen waren den geheelen dag bij hun grootvader, den mechanicus Graf, geweest en 's avonds zon der de ouders nog te zien, naar bed gebracht, waardoor zij aan een vreeselijk lot ontkwamen. Te 7 uren was Tu vora met zijn vrouw van een wandeling teruggekeerd en had toen thee gezet; kort daarna vond de dienstmaagd de kamer gesloten. Toen de deur den volgenden morgen no» j gesloten bleef, werd zij door de politie opengebroken en vond men de vijf personen dood in bed liggen met ver- wrongen gelaatstrekken. Tuvora lag alleen met gesloten han- den en open oogen in zijn ledekant, zijn vrouw insgelijks met open oogenen met gevouwen handen in haar eigen bed, de 19jarige dochter lag op een bed op den grond, met het gelaat afgewend en de handen krampachtig samen getrokken, de beide zoons weder in een ander ledekant bij elkander. De lijken lagen allen in de gewone nachtkleêren en waren bij de komst der justitie nog lauw. Men gelooft dat Tuvora tot deze wanhopige daad is gebracht door den slechten toestand zijner financiën, waardoor hij een zekeren ondergang te gemoet ging. Dat zijn vrouw en kinderen vrijwillig zijn lot deelden bewijst een door den jongsten zoon geschreven brief, die bij de lijken gevonden werd. Volgens nadere berichten door de dagbladen medege deeld, betreffende de arrestatie van den graaf Waldersee aan het station van den staatsspoorweg te Praaghad hij het voornemen te kennen gegeven, om naar Pardubitz, een ves ting in Bohemente reizen. Hierin werd hij verhinderd door zijn arrestatie, welke plaats had, dewijl hij een schets der vestingwerken van Praag had genomen en daarvan vond men in zijn zakboekje het bewijs. Dezer dagen zou op het kerkhof te St.-Mara een lijk ter aarde worden besteld in een der algemeene graven. Op het oogenblik dat men de kist zou doen nederdalen vernam men een zeer hoorbaar geklop. Aanvankelijk wist niemand de zaak te verklaren tot dat het bleek dat het geluid uit de diepte opsteeg. De bovenste lijkkist werd er uit gehaald, en weldra werd daaruit te voorschijn gebracht een levend wezen, dat al de teekenen van grenzelooze vertwijfeling op het gelaat vertoonde. Een der lijders van het Rudolph-zie- kenhuis, dien men dood waande, had men in den ochtend ter aarde besteld; hij was ter juister ure ontwaakt en be vindt zich thans, niettegenstaande den geleden angst, zeer wel. De memorie der Engelsche regeering, naar aanleiding van het rapport der Koninklijke commissie betreffende de doodstraf, is bekend geworden. Daarin wordt voorgesteld de moorden te onderscheiden in moorden van den eersten graad die met den dood, en moorden van den tweeden graad die met dwangarbeid gestraft zullen worden. Onder anderen is daarin opgenomen een artikelter vaststelling van dwang arbeid op verwonding van kinderen bij'of binnen zeven da gen na de geboorte. In een ander artikel wordt voorgesteld de doodstraf voortaan onder zekere bepalingen binnen de muren eener gevangenis te doen plaats hebben. Het doel is dit stuk den 17den dezer bij het huis der Lords in dis cussie te brengen. Sedert het uitbreken der ziekte in Engeland tot 31 Maart 11. zyn 213,67 5 stuks hoornvee aangetast, waarvan 121,571 gestorven, 48,508 gedood en 29,741 hersteld zijn Dezer dagen heeft professor Firmenisch-Richartz, na een arbeid van vijf en twintig jaren, zijn omvangrijk werk betrekkelijk de Germaansche volksstammen voltooid. Behalve de Duitsche hebben de gezamenlijke Gothisch-Germaansche stammen (Hollanders, Belgen, Zweden, Noren, Denen Friezen, Engelschen en Schotten), aan den arbeid deel ge nomen, zoodat in dit werk ongeveer een duizendtal Duit sche en Gothisch-Germaansche spraakgebruiken zijn opgeno men. Op de lijst der medewerkers komen de namen voor van de voornaamste letter- en taalkundigen der genoemde volksstammen. Van wege de Fransche Regeering is dezer dagen - na het Paaschfeest - een diplomatiek document ter kennisse der Duitsche Regeeringen gebracht, waarin het Kabinet der Tuileriën verklaart dat het de neutraliteit in den strijd tusschen Oostenrijk en Pruisen zal in acht nemen zoolang Frankrijks belangen niet onmiddellijk in 't spel zijn. Sedert veertien dagen werd te Parijs vertelddoch zonder er geloof aan te hechtendat de Hertog de Moucby in een oogenblik van jaloezie, zijn vrouw, Prinses Anna Murat, zou gedood hebben. Thans verzekert de Indépen- dance dat zij beiden 11. Zondag in de Madeleine-kerk ge communieerd hebben. Thans worden in Frankrijk voor den dienst der spoor wegen dagelijks 2 millioen kilogrammen steenkolen verbruikt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 2