3ö,3ff
van egmond.
Brievenbus.
Per Telegraaf.
Beursberichten.
93i h
51U
n
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Oudshoorn;
Overwegende, dat, volgens de verklaring van den deskundige W1J-
NAND MUIS, door de besmetelijke veeziekte zijn aangetast en daar
aan gestorven: van PIETER DEN DUBBELDEN, te Oudshoorn drie
zwartbont Koeijen, oud 6, 8 en 6 jaar; van HENDRIK BISSCHOP,
te Oudshoorn, twee blaarkop Koeijen, oud 7 en 8 jaar, en twee
blaauwe Koeijen, oud 8 en 9 jaar; van JACOB KRAAN, te Ouds
hoorn, drie zwartblaar Koeijen, oud 7 6 en 7 jaar; van STEVEN
SCHOUTEN, te Oudshoorn, een zwartbont Kalf, oud 3 maanden;
van TEUNIS LOS, te Oudshoorn, een zwart witkop Koeoud 6 j aar.
Overwegende, dat, volgens die verklaring, de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk is ten einde ze, ter voorkoming van ver
dere uitbreiding dier ziekte, met de huid te kunnen begraven;
Gelet op de Artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad NJ. 125).
Hebben besloten:
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenen, en na inkerving
der huid, met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid onge-
bluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen begraven, en
i". Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Oudshoorn, den 7 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester
J. W. RöSENER MANZ.
De Secretaris,
J. SCHARFF Jr.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Koudekerk;
Overwegendedatvolgens de verklaringen van den deskundige J.
ZUIJDWIJK, wonende alhier, en den Rijks-Veearts W. F. STEIJGER-
WALTwonende te Leydendoor de besmettelijke veeziekte zijn
aangetast en daaraan gestorven: van E. Z1RKZEE, te Koudekerk,
twee witbont Koeijen, oud zeven en negen jaren, en eene zwartbont
Schot, oud vier jaren; van A. HOOGEBOOM te Koudekerk, eene
witbont Schot, oud vier jaren; van H. VAN DEN BERG, te Koude
kerk een zwartbont Pink, oud een en een half jaar, en van J. ZUIJD
WIJK, te Koudekerk, eene zwart blaar Koe, oud zes, en eene wit
bont Koe, oud negen jaren.
Overwegende, dat, volgens die verklaringen, de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk is, ten einde die, ter voorkoming van
verdere uitbreiding dier ziektemet de huid te kunnen begraven
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad N°. 125).
Hebben besloten
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenenen nè inkerving
der huid, met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid onge-
bluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen begraven, en
2". Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen biunen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Koudekerk, den 9 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester
E. H. J. CUNjEUS.
De Secretaris,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Hazerswoude;
Overwegende, dat, volgens de verklaring van den deskundige J. E.
REICHMAN, Rijks-Veeartsdoor de besmettelijke veeziekte zijn aan
getast en daaraan gestorven: van ARIE HUBERTUS SPRU1JT, te
Hazerswoude, eene zwart witkop Koe, oud zeven jaren; van DIRK
KWAKERNAAK, te Hazerswoude, eene zwart witkop Koe, oud acht
jaren; van GERRIT QUALM, te Hazerswoude, eene zwart witkop
Koe, oud drie jaren; van JAN KOETSIER, te Hazerswoude, een
zwart witkop Pink, oud een jaar, en een dito Os, oud drie jaren;
van ELIZABETH ZONNEVELDT Weduwe SIMON HEEMSKERK
te Hazerswoude, eene zwart witkop Koe, oud vijfjaren; van HU
BERTUS KOOT, te Hazerswoude, eene zwart gremel Koe, oud drie
jaren en twee zwartbonte Koeijen oud vijf jaren.
Overwegende, dat, volgens die verklaring, de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk is, ten einde die, ter voorkoming van
verdere uitbreiding dier ziekte, met de huid te kunnen begraven;
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad N°. 125).
Hebben besloten
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenen, en nh inkerving
der huid, met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid onge-
bluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen begraven, en
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Hazerswoude, den 9 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
C. VAN DER VLIES.
De Secretaris,
D. van den akker l. s.
Mijnheer de Eedacteur
Ik heb met zeer veel genoegen gelezen het stukgetiteld
//Inconsekwentie," in de Leidsche Courant van 11. Woensdag
en deel ten volle de daarbij uitgesproken meening, dat het
zeer wenschelijk is vooraf bekend te worden met het voor
nemen om aan het openbaar gebruik te onttrekken wat
daarvoor jaren lang bestemd is. Naar mijn oordeel, licht dat
ook in de bedoeling van art. 44 der gemeentewet, waarbij
bepaald wordt dat voor het opheffen van inrichtingen van
openbaar nut in een besloten raadsvergadering niet kan
beraadslaagdnoch een besluit genomen worden. Er zijn
plaatsen waar men bij tijds de ingezetenen met zulk een voor
nemen bekend maakt, zoodat zij hunne bezwaren daartegen
tijdig kunnen indienen, wanneer een straat afgesloten, een brug
afgebrokeneen gracht gedempt of een haven buiten gebruik
gesteld wordt; - zich grondende op het slot van art. 41,
dat. voorschrijft: //openbare kennisgeving van het beleggen
eener raadsvergadering," waartoe ook volgens art. 42 behoort
de vermelding der zaken, wat voor de vergadering is be
legd. X.
NEW-YORK, 29 Maart. De president der republiek heeft
verklaard zijn sanctie met te zullen verleenen aan het wets
ontwerp tot regeling der burgerlijke rechten. Men gelooft dat
het desniettegenstaande in den senaat zal worden aangeno
men doch niet in het congres.
KEULEN8 April. De Kölnische Zeitung bevat een tele
gram uit Weenen van gisteren, waarin gemeld wordt dat
Pruisens antwoord aldaar zoodanig opgevat wordt, dat men
het oorlogsgevaar als geweken beschouwt. Alle militaire maat
regelen van buitengewonen aard zijn dientengevolge in Oos
tenrijk geschorst.
WEENEN, 8 April. Men meent te weten dat de Oos-
tenrijksche regeering een nota aan haren gezant te Berlijn
gezonden heeft in antwoord op de jongste nota van den heer
von Bismarck. Men verzekert dat Oostenrijk, vast blijvende
houden aan zijn nota van 31 Maart, alsnu de hoop te ken-
ken geeft dat Pruisen ten aanzien van zijn krijgstoerustingen
niet minder loyale ophelderingen zal geven als dit door de
Oostenrijksche regeering is geschiedt ten opzichte van de be
weerde bijeentrekking van Oostenrijksche troepen.
's-GRA VENAGE9 April. Eerste Kamer der Staten-Ge-
neraal; zitting van heden. Bij de behandeling der definitieve
begrooting van Financiën heeft de heer Duymaer van Twist
gemeend dat de quaestie der invoering van het Oost-Indisch
Strafwetboek niet rechtvaardigt de aftreding van den heer
Thorbecke. Zijn voorstel tot uitstel had moeten aangenomen
worden. Met het financiëel stelsel van den Minister van Boase
kan hij zich goed vereenigengelijk meer andere sprekers.
Vele hebben aangedrongen op de opzegging van het smok-
keltractaat met Pruisen. Morgen zullen de Ministers ant
woorden. Inmiddels zijn al de uitzonderingswetten nopens
plaatselijke belastingen aangenomen.
amsterdam 9 April.
nbderl. Werk. Sch.
*1
pCt.
5 91
593
U 't
3
li
74
f II u
4
ii
93®
spanje Buitenl.
2«
ii
n Binnenl.
3
n
portügal te Londen.
3
44®
1856/59.
3
44®
rusland 1798/1816
5
u
95®
h 1828/29
5
u
100
u Stieglitz Co.
4
1/
6e Serie
5
u
62
6e H
5
H
7 81
n Sp.-aand. volg.
5
1
183 J
oostenrijk Metal.
5
II
H f
It
2ö.7e
n Rente Amst.
5
H
"i
n Nationale.
5
II
54J
ii N. Leening
5
II
58
5 pCt. Turken 33
Ohio Spw. 6 2 j.
5 pCt. Amerika 6 9^. Mexico 19®.
6 1882 73 j-'. Grieken 12 j.
Cert. UI. centr, Spg. 87 J. Mt. Coup. 26.65. Nation. 28.06.
Amsterdam, 9 April. Koolzaad April. 95 - Raapolie
vliegend 54^. Mei 521Lijnolie vliegend 42 J. - Voor
jaar 42 j. Granen onveranderd.
Rotterdam, 9 April. Van Zeeuwsche Granen alleen Zomer
en Winter Gerst 10 ets. lager. Overige artikelen onveranderd.
Leiden, ten Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.