den ritmeester-adjudant van dat regiment, den heer P. L. V. Desertine uitgereikt. De eervolle wijze waarop dit Konink lijk eere-teeken door Z. K. H. aan dien verdienstelijken offi cier werd overhandigd, de welwillende woorden door Z. K. H. tot hem gesprokenverhoogden nog de waarde van deze onderscheiding. Een luid en herhaad: //Leve de Koning, leve de Prins van Oranje" weergalmde dan ook uit de ge lederen bij de uitreikingen ook bij het vertrek van den beminden Prins. Heden Donderdag heeft aan de bureaux voor de Staats spoorwegen te 's-Hage de aanbestedingen plaats gehad van bet maken en leveren van 200 ijzeren lantaarnpalen, 300 ijzeren lantaaruarmen en 500 koperen lantaarns, ten behoeve van de Staatsspoorwegen. Daarvoor waren 9 inschrijvingsbil jetten ingekomen. De minste inschrijvers waren de heeren D. A. Schretlen en Comp. te Leidenvoor de som van 10570. By ministeriëele beschikking van 2 Maart is aan J. Knijff Az., te Woerden, tot wederopzegging, vergunning verleend voor een schroefstoombootdienst tot vervoer van reizigers, goederen en vee, van Woerden op Amsterdam en Leiden. De Gemeenteraad van Amersfoort heeft besloten voor ƒ50,000 deel te nemen in het maatschappelijk kapitaal van den spoorweg en havenwaarvoor de HH. Swaan en van Heyningen te 's-Hage concessie hebben gevraagd. Te Amsterdam werd Dinsdag in het Paleis voor Volks vlijt de vergadering over de veepest en de middelen ter harer beteugeling voortgezet. Het volgende adres aan den Koning is vastgesteld. //Geven met verschuldigden eerbied te kennen de onder- geteekenden dat op den 13den February 11. in het Paleis voor Volks vlijt een vergadering werd gehoudennaar aanleiding der heerschende veeziekte dat deze vergadering door vele belanghebbenden (veehou ders, grondeigenaars, enz) en deskundigen uit alle oorden des lands werd bijgewoond dat, ofschoon men ter vergadering was opgekomen in de verwachting van treurige berichten te zullen vernemen, het niet is te ontveinzendat de mededeelingen van ooggetui gen en deskundigen een veel grootere vrees voor de toekomst voor onzen geheelen veestapel deden ontstaan; dat die toekomst zich te duisterder voordoetomdat met de vernietiging van onzen rijken veestapel, behalve de vee houder ook de landeigenaar, handelaar, fabriekant, ja bijna allen door dezen slag zouden worden getroffen dat, na de verklaringen der aanwezige deskundigen, de volgende maatregelen noodzakelijk zijn geacht, die zij daarom de vrijheid nemen in de gunstige overweging van U. M. aan te bevelen 1°. Het houden eener lijn van afsluiting, het bewaken der lyn door schildwachten en het leggen dezer lijn zoo veel mogelijk door weinig bevolkte streken, zoodat het een water- en heilijn zij. 2°. Het onvoorwaardelijk en onmiddellijk afmaken van al het zieke en verdachte vee buiten de lijn, terwijl ook het afmaken binnen de lijn in vele gevallen als wenschelijk wordt beschouwd. 3°. De invoering onverwijld van zoodanige wetten als meer aan de behoefte van den tegenwoordigen tijd tot we ring van besmettelijke veeziekte beantwoorden. 4°. Vergoeding bij onteigening van vee, te doen naar de volle waarde in den gezonden staat. 5°. De vergoeding uit te strekken tot al het door de ziekte te verliezen vee, mits het vooraf is aangegeven, en het daartoe benoodigde kapitaal te vinden hetzij door een belasting op het vee (boomgeld), hetzij door het waarbor gen der rente van aflossing aan de maatschappij of maat schappijen die de voorschotten doen." Naar men verneemt zou de port efeuille van Marine zijn aangeboden aan den heer Mr. P. Blussé van oud-Al- blas, lid van de Tweede Kamer der Staten Generaal, en zou deze zich bereid hebben verklaard die taak te aan vaarden. Men voegt er bij dat de heer Blussé de overtuiging koes tert, dat er, tot opheffing onzer Marine uit baar tegenwoor digen toestand, voortaan minstens 1|- maal zooveel als tot hiertoe voor dat Departement op de begrooting zou moeten worden uitgetrokken en dat zelfs de overige leden van het Kabinet zich niet ongenegen zouden hebben betoond, om hunnerzyds mede te werken tot het verkrijgen der goedkeu ring van de vertegenwoordiging op het voorstel tot zooda nige aanzienlijke verhooging. De verkooping der kunstverzameling van wijlen den heer Gérard Leembruggen Jz., te Hillegomheeft Maandag 5 dezer een aanvang genomen. Zij begon met eenige schil derijen van oude en moderne meesters, waaronder de vol gende vrij aanzienlijke prijzen bedongen, alsDe Amster- damsche Beurs in de 17de eeuw, door Hiob Berckheyde 860. Bloemen, door David de Heem, 990. Jan van der Meer, Gezicht op Noordwijk, 420. Aart van der Neer, Maanschijn, 995. Jacob Ruisdael, Bergachtig Landschap 1575. Frans Snijders, dood Wild en Honden, 6 25. Van de moderne schilderyen bedong een Bloemstuk, door G. J. J. van Os, 1225 een Landschap door denzelfden 400 een ander 305. Een Landschap met Vee, door P. G. van Os, 290. Een soortgelijke, door J. van Ravens- waay, 181. Een woelend Water, door J. C. Schotel, 301. Een kabbelend Water, 245. In den namiddag begon de verkoop der meer bekende verzameling teekeningen door oude meesters, waarvoor vele vreemde, en voorzeker alle binnen- landsche liefhebbers en koopliedentegenwoordig waren. Voor een teekening in sepia, door N. BerghemVee aan een waterplas voorstellende, werd 1610 besteed. Vooreen soortgelijke, het oude Coliseum te Rome, 590. Voor an dere met O.-I. inkt, van 100 tot 300. Een Water molen, door Abr. van Borssum, bracht 230 op. Een Ita- liaansch Landschapje, door J. Both, 205; een ander ƒ16 5. Eenige Koeien, door A. Cuyp, 201. Een Water, door denzelfden, 200. Een Stadspoort, door J. Domer185. Een Hertekop, door A. Durer, 15 5. Het Portret van den kunstliefhebber Cachiopindoor Anthony van Dijk, 1100. Dat van N. Rockox 400. Van den kardinaal Bentivoglio 360. De bespotting van Christus 490. Woensdag is het 40 jaren geleden dat te Oudewater de stads-heelmeesterde heer J. S. van Praag, als zoo danig door het bestuur dier gemeente werd benoemd. Aangenaam is het te kunnen melden dat die dag niet onopgemerkt voorby ging, daar de Raad den jubilaris en corps zijn gelukwenschen heeft aangeboden, en hem tevens een aandenken daaraan vereerde, bestaande in een sierlijken zilveren inktkoker op marmeren voetstuk. De op 11. Zaterdag door een Scheveningschen visscher aan het Nieuwe Diep aangebrachte vinvisch behoorende tot het geslacht der walvisschenis bij opbod en afslag publiek verkocht voor de som van f 775. Zondag had in de nabijheid van de gemeente Game ren een ongeval plaats. De predikant, op zijn terugkomst van Aalst, waar hij wegens de vacature de godsdienstoefe ning geleid hadwas op een huifkarretje reeds op uur na aan zijn huis, toen het paard schrikte en op eens zijd- waarts afwendde, van den hoogen dijk af, gelukkig land waarts. De voerman, juist zijn zakdoek in den zak doende, was niet genoeg bij de hand om het paard te weerhouden, maar sprong af en kwam met een lichten val vrij. De pre dikant stortte met de kar om en geraakte er onder. Er uit geholpen zijndeontdekte hij dat hij aan de voeten bezeerd was, doch had gelukkig geene andere verwonding dan zware kneuzingen aan de enkels. Ds. N. J. H. Oudegeest, pred. te Maurik, heeft voor het beroep naar Vlijmen bij 's-Hertogenbosch bedankt. Uit een verslag van de soirees, die door den heer Brunnet te 's-Hage zijn gegeven blijkt dat zij aldaar door een aantal dames zijn bijgewoond en het beschaafd publiek zeer met dat bezoek was ingenomendewijl de kunstver richtingen met de meeste bevalligheid en welgemanierdheid plaats haddenhetgeen tot aanbeveling strekt voor de op Vrijdag avond in de Stads-Gehoorzaal aangeboden eenige en zeldzame gelegenheid, om met een talrijk bezoek ook van dames te worden vereerd. Door den gouv.-generaal van Neêrl.-Indië zijn o. a, op verzoek eervol ontslagen de intendant der 2de kl. van de militaire administratie L. V. J, E. de Sturler en de kapt.-kwartiermeester E. Wolfson.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 2