N°. 1806. Zaturdag 6 Januarij. A°.|18
Binnenlandsch Nieuws.
LEIDKEH
Deze Courant verschijnt eiken dagbe
halve Zon- en Feestdagenen kost voor
Leiden 1.95, en franco per post ƒ2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mers Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën, 1-6 regels ƒ0.75.
Iedere regel meer 12| Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels/0.90.
I edere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Cts
Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 10 ju. 1 m.j 12 u. 41 m.; 3 u. 37 ra.; 6 n. 6 m.;
9 u. 5 m. naar Haariem en Amsterdam te S u. 43 m.; 11 u. 43 m.; 2 42 m.; 4 u. 45 m.; 9 n.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends4 u., de overige dagen5 u.; van Amsterdam (Beerebijt) naar
Leiden's namiddags ten 2 ure. Des Zondags buiten dienst.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nienwstraat: 's morgens te 8 u. en te 10 u. 50 m,;'s namiddags te 3 u. 35 m.
3avonds te 7 u. 55 m. en op de Zondagen alleen ten 10 u. 50 m. en 3 u. 35 m. 'snamiddags. Oost-Iadische Landpost. Over Southampton
1 en 17over Triest, 7 en 23; over Marseille, 9, 16 en 26 van elke maand.West-Indische den 14 en voorlaatsten van elke maand.
RijUs-Telegraaf, Dagelijks geopend van 8 uur 's m. tot 9 uur's av. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 7 u. 's m. tot 10 u. 30 m.av.
Zittingen van bet Gemeentebestuur. Gemeenteraad, op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouder», Maandag en üonderdagte 11 uur.
Commissie van FabricageWoensdag te 12 uur. - Burgemeesterdagelijks te 10 uur. - President der Commissie van Fabricage des Zaturdags van
111 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104 uur. - Thesauriedagelijks van 102 unr. - Be Gemeente-Architect
is te spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 'a morgens 121 unr.
Kantoor der Plaatselijke Accijusen, dagel§ks van 82 uur en van 47 uur;der In- en Uitgaande Rechten en Acoijnsen
dagelijks van 91 unr en van 3—6 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag, Diugsdag, Woensdag en Donderdag van 92
uur. van Zegel, Registratie dagelijks van 84; van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.
Z. M. heeft benoemd tot leden der hoofdcommissie
belast met de regeling en behartiging der belangen van Ne-
derlandsche industriëelen en kunstenaars bij de tentoon
stelling van voortbrengselen van landbouwnijverheid en
schooue kunsten, welke in 1867 te Parijs zal worden ge
houden J. F. van den Broekconsul-generaal der Neder
landen te Parijsen W. H. de Heusindustrieel te
Utrecht.
De audiëntie van den Minister van Oorlog zal op
Diugsdag aanstaande, den 9den Januarijniet plaats hebben.
Jhr. ridder Huijssen van Kattendijke, Minister van
Marine, heeft een vrij rustigen nacht doorgebragt, maar de
toestand blijft steeds hoogst zorgelijk.
De 2de luitenant J. van der Horst-Bruyn is in rang
van het lste bij het 8ste reg. inf. overgeplaatst.
De lste luitenant B. Stierms van het corps ingenieurs
mineurs en sappeurs, te Groningen in garnizoen, is naar
Amersfoort verplaatst.
Te 's Hage heeft zich thans op verschillende stallen
aan den Bezuidenhoutschen weg de runderpest vertoond
en zijn bereids daaraan vele runderen gestorven.
Men verneemt, dat de voor eenigen tijd ontslagen ma
joor der cavallerie Tindalthans als officier in dienst is bij
de MexicaaDsche gendarmerie.
Woensdag avond is een 7 8jarige vrouwwoonachtig
op het Bagijnhof te Amsterdamdoor een onbekende oor
zaak in brand geraakt, en hoewel zij ook brandwonden be
komen heeft, volgens verklaring van een deskundigendoor
den rook gestikt. Hare buren haar gekerm hoorendesnel
den toemaar bevonden toen dat de deur was opengebro
ken en dat zij reeds dood was.
Het verslag der laatste vergaderingen van het Indisch
genootschap bevat een korte levensschets van den onlangs
overleden heer de Fremery. Wij meenen onzen lezers geen
ondienst te doen met de opname in onze kolommen van
hetgeen door den heer Bachiene als voorzitter van het ge
nootschap ter nagedachtenis van den overledene werd gezegd.
//Het genootschap heeft het verlies te betreuren van den
heer Mr. Johannes Adreas de Fremery, den 31sten Mei 1801
te Leiden geboren en aldaar den 19den November 1865 over
leden.
De heer de Fremery behoorde, in Julij 1854, tot de
28 oprigters van het Indisch genootschap, maakte tot Mei
1859 deel uit van het bestuur, en was tevens gedurende
dien tijd secretaris. Het genootschap is aan zijn belangstel
ling veel verpligt, waarvan het verhandelde gedurende ge
meld tijdvak getuigenis draagt. Wie de overledene was bui
ten het genootschap, zal voor velen uwer, die den geaehten
overledene gekend hebben, Daauwelijks herinnering behoeven.
Van jongs af gaf hij blijken van uitmnntende gaven van
den geest, van kalmte en bedaardheid, van onverschrokken
heid en zedelijken moed, niet minder van liefde tot weten
schap en practische kennis.
Aanvankelijk, en wel na het verlaten der Latijnsche school
had hij zich in de zeedienst begeven en was als adelborst
op de brik Irene voor Palembang in 1819 en bij Riouw in
1820. Een hevige ziekte verpligtte hem de marine te ver
laten. Zijn verblijf in Indië is hem echter nuttig geweest,
om met Indische toestanden bekend te worden, terwijl zijn
goed geheugen hem in later tijd dienstig was, om bij het
behandelen van koloniale onderwerpen te pas te brengen
wat zijn opmerkzaamheid in 1819 en 1820 had verzameld.
In het vaderland teruggekeerd, was hij korteu tijd stu
dent in de rechtendoch zijn betrekking tot een nijver
heids-onderneming deed hem weldra zijn tijd daaraan be
steden en wel met dien wetenschappelijken zinals hem
bijzonder eigen was. Hij beoefende vlijtig de scheikunde
en gaf later een werkje daarover uit.
Als lïd van den gemeenteraad van Leiden, van de ka
mer van koophandel, en als curator van het gymnasium,
was hij steeds een volijverig man; met klem heeft hij de
rechten der gemeente betreffende de Haarlemmermeer iu een
daartoe uitgegeven brochure voorgestaan.
Het beginsel van vooruitgang op staatkundig en maat
schappelijk gebied met warmte toegedaanschraagde hij me
nige poging tot opwekking van publieken geest.
Den 5den Maart 185] uit het kiesdistrict Steeuwijk af
gevaardigd ter Tweede Kamer van de Staten-Geueraalkwam
hij op het terreinwaar hij zijn niet geringe economische
kennis, op ruime schaal kon aanwenden. Van zijn werk
zaamheid en liberale gezindheid getuigt het Bijblad der Staats-