S°. 1612.
Vrijdag 19 Mei.
A". 186,'i.
Vaccine.
jK\'-
-*v;
LEIDSCH DAGBLAD.
L)eze Cunrant verschijnt eiken dagbe
halve Zon- eu Feestdagenen kost voor
Leiden 1.95, en franco per post ƒ2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mers Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën1-6 regels/0."5.
Iedere regel meer 12^ Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels/0.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 36 Cts.
Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 8 u. 38 m.; 10 u. 15 m.; I u. 14 ra.; 3 u. 42 m.;
6 u. 6 m.; 9 u. 6 m. naar Haarlem en Amsterdam te 8 u. 34 m.; 10 u. 12 in.; 11 u. 54 m.; 2 u. 61 ra.; 4 n. 44 m.; 9 u.; en op
Zon- en Feestdagen rijdt ook een trein van 's Hage naar Leiden des avonds te 10 u. 50 m.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends 3 u., de overige dagen, uitgezonderd des Zondags, 5 u.; vao
Arasterdam (Beerebijt) naar Leiden, Maandags ten u. 's nam. de overige dagen 's namiddags ten 3 ure, des Zondags buiten dienst.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 's morgens te 7 u. 45 m. eu te 11 u.;'s namiddags te 3 u. 35 m.
'savouds te 7 u. 55 m. en op de Zondagen alleen ten 11 u. en 3 u. 35 m. 'suamiddags. Oost-Indische Laudpost. Over Southampton
1 en 17; over Triest, 7 en 23; over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maand.West-Indische den 14 en voorlaatsten van elke maand.
Rijks-Telegraaf. Dagelijks geopend van 7 uur 's m. tot 9 uur's av.Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 7 u. 's m. tot 10 u. 30 m. av.
Zittingen van bet Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeetter en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur.
Commissie van FabricageWoensdag te 12 uur. - Burgemeesterdagelijks 110 uur. - President der Commissie van Fabricage des Zaturdags van
111 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104 uur. - Thesaurie, dagelijks van 102 uur. - Be Gemeente-Architect
is te spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 'smorgens 12 1 uur.
Kantoor der Plaatselijke Aocijusen, dagelijks van 82 uur en van 47 uur; der In- en Uitgaande Reohten en Aooijnsen
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 's Rijks Directe B elastingeuMaandag, Dingsdag, Woensdag on Donderdag van 92
uur. van Zegel, Registratie dagelijks van 84; van de Hypotheken en bet Kadaster van 94 uur.
Bij het heerschen der kinderziekte en het verschil van ge
voelen over het nut der plaatselijke politieverordeningen bij
het ontstaan van besmettelijke ziektenis het niet zonder be
lang te letten op het volgende oordeeldat in een onzer
vaderlandsche tijdschriften te dien aanzien wordt geveld
//De vaccine wordt meestal onbepaald aanbevolen jamen
schrijft het slechts aan onkundedomme vooroordeelen of
dweependen godsdienstijver toewanneer zich hier of daar
een enkele stem daartegen verheft. Zou het niet eens tijd
worden, deze zaak van alle zijden te beschouwen, en te on
derzoeken, of het wel zoo geheel ten onrechte isdat dezen
enj genen afkeerig zijn van een middel, waartegen beden
kingen te maken zijn, die waarlijk niet van allen grond zijn
ontbloot
Allereerst merken wij opdat men in verreweg de meeste
gevallen zeer ten onrechte vaccine noemt, wat slechts inocu-
latie is. De wezenlijke vaccine (koepok-inenting) vindt schaars
en bij uitzondering nog toepassing. Doch wij willen dit daar
laten. In allen gevalle, hetzij dan vaccine of inoculatiewordt
ziektestof van het eene ligchaam in het andere overgebragt.
Wie nudie onbevooroordeeld nadenktzal er gaarne toe
overgaan, zich ziektestof te laten inenten? Dochzegt men,
daar is geen gevaar aan verbondenen zulk een kunstbe
werking strekt juist om een groot gevaar, dat der zoo ge
vreesde en vreeselijke kinderziekte, af te wenden. Maar zie
hier juist de groote vraagIs het bewezendat er aan de
inenting, hetzij dadelijk, hetzij later, geen gevaar verbon
den is, en is zij werkelijk een radicaal voorbehoedmiddel
tegen de kinderziekte? Men wijst ons op de zeer welspre
kende cijfers der statistiek. Bij het uitbrekeu van pokken-
epidemiën, zegt men, zijn het niet-gevaccineerdendie in
de eerste plaats worden aangetast, en de verhouding der
sterftegevallen tusschen gevaccineerden en niet gevaccineer-
denzoo ook de eersten aangetast wordenpleit bepaalde
lijk zeer uitdrukkelijk ten gunste der vaccine.
Tot op zekere hoogte stemmen wij dit toe. Ja, wij wil
len nog wel een stap verder gaan, en de inenting bepaal
delijk als een voorbehoedmiddel tegen de kinderziekten be
schouwen. Maar een andere en zeer gewigtige vraag is, wat
wij daarmede nu eigenlijk winnen? Is de gezondheidstoestand
over het geheel genomen zooveel beter, waar de vaccine een
algemeene toepassing vindt? Daalt het sterfte cijfer daar zoo
merkelijk in vergelijking met andere plaatsen, waar men er
min naauwlettend op toeziet. Zijn er ook cijfers, die spreken
van toenemende zenuwkwalen, klierziekten, longontsteking,
enz.? Zijn er ook waarnemingen die wijzen op een vrij al
gemeene verzwakking en ontzenuwing van ons geslacht Wat
leert ons telken jare, bij de loting voor de nationale mili
tie de ondervinding met betrekking tot de ligchaamsgesteld-
heid en de iigchaamsgebreken onzer jongelingschap Nu willen
wy niet bewerendat de vaccine de schuld heeft van alle
treurige ervaringen die zich in een of ander opzigt voor
doen; maar misschien voor een gedeelte toch wel, en het
zou in allen geval de moeite waard zijn daarnaar een naauw
lettend en onbevooroordeeld onderzoek in te stellen. Daar
enboven blijft de groote vraag bestaan: Wat winnen wij bij
de vaccine, wanneer niet het algemeene sterftecijfer daalt,
en de algemeene gezondheidstoestand er niet door verbetert
Er sterven wel is waarminder menschen aan de pokken
maar zij worden, even spoedig welligt, door andere ziek
ten ten grave gesleept, en wij zien niet in, dat zij daar bij
slot van rekening veel bij winnen.
Ons bestek gedoogt niet over een en ander verder uit te
weidenschoon er nog veel over en legen de inenting te
zeggen valt. Wij hebben slechts de gelegenheid die zich on
gezocht aanboodaangegrepenom met een enkel woord de
aandacht op deze zaak te vestigen en anderen tot nader on
derzoek uit te lokken. Wij wenschen niemand af te raden
•zich te laten inentenmaar zouden ook gaarne zien dat
niemand het zich liet doen zonder er zich rekenschap van
te geven, en het voor en tegen te overwegen. Vooral zou
den wij wenschen, dat nergens dwangmaatregelen, onder