N». 1534. Donderdag 16 Februarij. Binnenlandsch Nieuws. LEIDkSCO Deza Courant verschijnt eiken dag be halve Zon- en Feestdagen, en kost voor Leiden 1,95, en franco per post ƒ2.80 iu de drie maanden. Afzonderlijke Noia- ruer» Vijf Cents. Priji der Advertentiën1-6 regel»0.7». Iedere regel meer 12J- Ct*. Geboorte-, hu welijk»- en doodberigten van 1-4 regel»/0.90. Iedere regel meer 15 Ct». Bekendmakingen van genootschappen 5 Ct». Zegelrecht 35 Ct». Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 10 u. 1 m.; 12 u. 51 m.; 3 u. 46 m.; 6 u. 6 m., 9 u. B m. naar Haarlem en Amsterdam te] 8 u. 44 m.; 11 u. 43 m.; 2 u. 56 m.; 4 u. 49 m.; 9 u. Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 's morgens te 8 u. en te 10 u. 50 ra.; 's namiddags te 8 u. 45 m 'savonds te 8 u. en op de Zondagen alleen ten 10 u. 50 m. en 3 n. 45 m. 'snamiddags. Ooat-Indisohe Landpost. Over Southampton 1 en 17 over Triest, 7 en 23; over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maand.West-Indisohe den 14 en voorlaatsten van elke maand Rijlts-Telegraaf. Dagelijks geopend van 8 uur 's m. tot 9 uur 's av. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 7 u. 30 m. 's m. tot 10 u. 30 m. av. Zittingen vnn het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en WethoudersMaandag en Donderdag te 11 uur. Commissie vati FabricageWoensdag te 12 uur. -Burgemeester, dagelijks te lOuur.- President der Commissie van Fabricage de» Zaturdag» vau 111 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104 uur. - Thesaurie, dagelijks van 102 uur. - De Gemeente- Architect is te spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 'smorgens 121 uur. Kantoor der Plaatselijke Accijusen, dagelijks van S 2 uur en van 47 uur;der In- en Uitgaande Rechten en Acoijnsea dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'gRii's B'reote Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 92 uur. van Zegel, Registratie dagelijks van 84; ven de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur. Z. M. heeft 1°. de benoeming van P. L. Tichler tot plaatsvervangend lid van den militieraad in het 3de district van Zuid-Holland voor de ligting van dit jaar, op zijn verzoek ingetrokkenen 2°. tot plaatsvervangend lid van den militieraad in dat district benoemd Mr. P. du Rieu lid van den Gemeenteraad van Leiden. Z. M. heeft benoemd tot ontvanger der directe belastin gen en accijnsen te Hilversumden heer R. L. Fruitier de Talraa, thans in dezelfde betrekking te Oosterwolde. De 1ste luitenant J. Romeijn van de 5de kompagnie van bet reg. veldartillerie is tijdelijk bij de art. stapel en constructie magazijnen te Delft gedetacheerd. De 2de luit. J. F. Meijer van het 1ste reg. inf. is in rang bij het instructie-bataillon te Kampen overgeplaatst geworden. De Gemeenteraad van Arnhem heeft besloten tot het oprigten van een zoogenaamde Fransche school, ter aan sluiting van het bestaande lagere aan het intevoeren mid delbaar onderwijs; tot oprigting eener hoogere burgerschool met Bjarigen cursus, daarmede te verbinden als burgeravond school met 2jarigen cursusen aan die school en aan de Latijnsche school voor het geven van onderwijs in de natuur- en wiskunde dienstbaar te maken het personeel der hoogere burgerschool. - De kosten van een gebouwdaartoe dien stig op een vrij terrein, worden geraamd op f 65,000, be halve f 10,000 voor ameublement. De Gemeenteraad van Haarlem heeft beslotenmet het oog op de ingediende wetsontwerpen tot afschaffing der gemeente-accijrisenvoorloopig de beslissing aantehouden op ingediende verzoeken tot aankoop van grond aan de bol werken; en inmiddels een commies bij de plaatselijke belas tingen tot de opengevallen betrekking van stadsbode te be noemenzonder zijn plaats te vervullen. Tot gewone leden van het historisch genootschap te Utrecht zijn o. a. benoemd de heeren P. Bruijn te Leiden Ds. A. Kuijper te Beest en Prof. H. E. Moltzer te Gro ningen. De Gemeentestem behelst de volgende opmerkingen naar aanleiding van een artikel in de Arnhemsche Courant over de vergedreven zucht der gemeentebesturenom over alles, zelfs over de meest onbeduidende zaken en waarin het openbaar belang volstrekt niet betrokken is, strafverordenin gen te makenover deze keuromanie. //Men maakt deze verordeningen in den regel niet met het oog op de voor het openbaar belang nadeelige feiteu of toestanden, die zich werkelijk voordoen of hebben voorge daan, maar die zich welligt wel eens zouden kunnen voor doen; en toch alleen dan wanneer de noodzakelijkheid be paaldelijk gebleken is, behoort de strafwetgever tusschen beiden te komen. Volkomen waarheid is het overigens dat soms zeer beu zelachtige zakenen die letterlijk niet op te volgen zijn in plaatselijke strafverordeningen worden voorgeschreven en dat, wilde men die handhaven, de ingezetenen en allen die zich op het grondgebied der gemeente bevinden bijna da gelijks zouden worden belemmerd en bemoeijelykt. Gelukkig echter schijnt die wil om te handhaven over het algemeen niet aanwezig te zijn; de fictie dat ieder wordt veronder stelt de afgekondigde wet te kennenis nergens meer een fictie dan bij plaatselijke strafverordeningen; in den regel bestaat er een groote onbekendheid met den inhoud der ver ordeningen, niet alleen bij de ingezetenen maar zelfs bij de leden van het gemeentebestuur, die ze hebben helpen vast stellen. Ook de agenten der plaatselijke politie schijnen er dikwijls niet mede bekend te zijn, of zoo zij er al mede bekend zijn, dan zijn ze, naar het schijnt, wijs genoeg om het daarmede niet zoo naauw te nemen. De ambtenaar van het Openbaar Ministerie bij het kanton gerecht, die niet eens voor de uitoefening zijner betrekking belooning ontvangt, zou er dan ouzes inziens ook al zeer weinig mede gediend zijn, als er altijd wegens zoovele niets- beduidende overtredingen werd geverbaliseerd, en bij menig kantongerecht zou men de handen zoo vol krijgen, dat het wel te veronderstellen isdat men ook daar niet naar zulk een grooten dienstijver der politie-agenten zou verlangen. Indien men hier nu bijvoegt, dat de politie-agenteu door al te naauw op de overtreding van plaatselijke verordeningen toetezien zich zeer gehaat bij hunne mede-ingezetenen zouden maken dan is het niet te verwonderen, dat er dagelijks onderscheidene dergelijke overtredingen kunnen gebeuren, die zonder straf vervolging blijven en niet eens schijnen te worden opgemerkt." Te Doesborgh zijn drie jongens slagtoffers geworden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1865 | | pagina 1