Buitenlandsch Nieuws. bij den aanvang van het schooljaar nieuwe kweekelingen opgenomen kunnen worden. Te Meppel hebben zich ook de heeren Dr. F. W. L. Tydeman van Koudekerke en E. J. de Vrieschirurgijn en vroedmeester van Haarlemmet der woon gevestigd. Men berigt, dat bij het Bataafsch Genootschap der Proefondervindelijke Wijsbegeerte te Botterdam de gouden medaille is toegewezen aan een verhandeling, ingezonden door den heer Adrieu Joseph Docq, gewoon hoogleeraar in de natuur- en sterrekunde aan de Universiteit te Leuvenen dat de zilveren medaille, volgens de bestaande verordenin gen van het Genootschap, zal worden uitgereikt aan den voorsteller van de bekroonde prijsvraagden heer Dr. K. M. Giltay. Dingsdag hadden eenige poldergasten te Zutphen den eersten kermisdag ingewijd met overvloedige offers aan den jenevergod. Uit een herberg op de Groenmarkt komende, geraakten een paar van hen in twist, welke zoo hoog liep, dat degene die het meest beschonken waszijn mes trok en zijnen makker een geduchte snede over de geheele breedte van het aangezigt toebragt. Het bloed gudste uit de wonde, de dader werd in hechtenis genomen en de gekwetste naar zijn slaapsteê gedragen. Nog een eukel woord heeft Dr. Coronel over de ar beiderswoningen. //Ten opzigte van de huisvesting verkeert de Leidsche fabriekarbeider in niet zoo ongunstige omstandigheden als zulks met de arbeidende klassen in andere groote steden het geval is. Over het algemeen is zijne woning ruim genoeg en in verhouding van die ruimte niet te duur van prijs. Kel ders vindt men te Leiden niet tot afzonderlijke bewoning ingerigt. De woningen op de Oranjegracht, Korte Lange- straat, Vestestraat, Jaovossensteeg Lange Paradijssteeg, Kla- resteeg en de Langegracht, de eigenlijke fabriekarbeiderswijk, hebben een geheel eigenaardige type van bouwordedie herinnert aan de vroegere welvaart van het laatst der 17de eeuw waarin de Leidsche industrie verkeerde. Het zijn meestal woningen van één verdiepingmet kleine klapvensters voor zien die het licht maar spaarzaam toelaten. De straatdeur geeft van een eenigzins grootvoorhuis, blijkbaar de werk plaats van een vroeger geslacht van handwevers, die tehuis werkten, toegang, terwijl dit door middel van een glazen deur met het achter- of woonvertrek gemeenschap oefent. De ligging van de woningen in die arbeiderswijken mag over het algemeen niet ongunstig genoemd wordende stra ten of grachten zijn meestal ruim en goed geventileerd. En kele grachten laten aan zuiverheid van water wel te wenschen over, maar de vrije luchtstrooming vergoedt aan den anderen kant den schadelijken invloed van slechten waterafvoer. De maatregelendie in den laatsten tijd van wege som mige armbesturen te Leiden genomen zijnom de arbeidende klasse betere woningen te verschaffenmogten voor de eigen lijke fabriekbevolkingalthans van de wolfabrieken nog wei nig vruchten dragen daar verschillende omstandigheden voors hands die bevolking uit deze woningen houden. Behalve het gewone kinderlijden van ons proletariaat en de saizoenziekten waarvan die klasse van burgers gewoon lijk het grootste contingent levert, kan men haren gezond heidstoestand, naar omstandigheden, evenwel voldoende noe men. Longaandoeningen onder volwassenen en paedatrophie onder kinderen nemen nogtans een aanzienlijke plaats onder de vermoedelijke oorzaken des doods invan de eerstge- noemden leverde 1861 ruim 21 pC., van de laatstgenoemden ruim 19 pCt. der aangegevenen. Een naauwkeurig statistisch onderzoekover eenige jaren daaromtrent in het werk gesteldzal de waarheid echter beter aau het licht kunnen brengen.' Wij wenschten daarom ons oordeel omtrent den betrekkelijken gezondheidstoestand en de sterfte onder de Leidsche fabriekbevolking geenszins als afdoende aangemerkt te hebben en hopen, dat een an der, die daar beter toe in staat is dan wijdie taak binnen kort moge aanvaarden. Wat overigens de geneeskundige verpleging aangaat, staat Leiden over het algemeen in geen bepaald ongunstige ver houding. Van gemeentewege wordt een voldoend personeel met die zorg belastbovendien bestaan er verscheidene zieken- en begrafenisbussen, die, behalve genees- en heel kundige verpleging, ook soms ziekengelden uitbetalen. Daarbij bestaat bij enkele fabriekanten de loffelijke gewoonte, om gedurende de eerste weken der ziekte een deel van het loon uittebetalen. Evenwel leveren de bekrompene levenswijzede slechte ligging, de onvoldoende verzorging aan huis aan den eenen kant en de beperkte ruimte van het gasthuis aan den anderen kant vele bezwaren, om de behandeling en her stelling zoo mogelijk als wenschelijk te maken. En de be hoefte dwingt den arbeider vaak de zieke legerstede te ver laten alvorens de herstelling volkomen is en de krachten toereikende zijn om het dagwerk optevatten en voltehouden. Maar, zoo als wij in het eerste gedeelte van onzen arbeid zeiden, de klagt over werkstaking, wegens ziekte, is be trekkelijk zeer gering." De thermometer van Fahrenheit teekende alhier Donder dag des namiddags te 5 uur 46°, des avonds te 8 uur 44°, te 1U uur 42°. Vrijdag morgen te 5 uur 43°, te 8 uur 46c, 's middags te 12 uur 62°, 's namiddags te 4 uur 49°. De zittingen der Conferentie zijn op nieuw verdaagd ten gevolge van de vrij zonderlinge verklaring der Duitsche gevolmagtigdendat zij geen instructiën hadden welke hen in staat stelden om dadelijk te kunnen beslissen op het voor stel door lord Clarendon gedaanom tusschen de oorlog voerende partijen een wapenstilstand te sluiteneen voor stel dat overigens door Frankrijk en Zweden werd onder steund. Uit Flensburg meldt mendat de oude schansen van Duppel ondermijnd waren en in den nacht van 19 op 20 April met kruid gevuld zouden worden. Volgens verklarin gen van Deensche officieren hadden zij het voornemen opge vat om zich bij de bestorming in de nieuwe schansen terug- tetrekken en de oude te laten springen. Hadden de Pruissen dus nog een paar dagen met den storm gewachtdan zou den zij een zware nederlaag te betreuren gehad hebben. - Te Breslau is dezer dagen de groote stoomkorenmo- lenaan de maatschappij Seehandlung behoorende, totaal af gebrand. De schade wordt op ruim 100,000 th. begroot: dewijl een zeer groote hoeveelheid granen bij het onheil is verloren gegaan. Uit Woycin, op de Poolsche grenzen gelegen, wordt het volgende gemeldDe bevelhebber van de 3de kompag- van het 49ste regement infanterie alhier, vernomen heb bende dat eenige met wapens beladen wagens in den nacht van 17 op 18 dezer de grenzen zouden passeren, besloot dientengevolge in de nabijheid van Siedlimowo en Lenar- towo, welke digt aan de grenzen liggen, op de aangekon digde wagens te wachten. Met dat doel rukte hij met een gedeelte zijner kompagnie, 12 man sterk, 's avonds ten 11 uur van hier uit. Nog onbekend met den weg zijnde - de kapitein was eerst daags te voren alhier binnengerukt - mar cheerde hij over Siedlimowo langs de grenzen en bezette naar hij meende Lenartowo. Weldra bleek het echter dat hy zich vergist had: het was namelijk Wturek in Polen, dat bezet was geworden. Kort daarna verschenen twee man te paar^, een schildwacht riep: //werda," waarop beide rui ters zonder antwoord te geven zich snel verwijderdende schildwacht meende met vluchtende insurgenten te doen te hebbenen schoot. De kapitein snelde toe om te vernemen wat tot dit schot had aanleiding gegevenen binnen een kwartier was hij met zijn manschappen door circa 3 a 400 man Bussische kavallerie en infanterie omsingeld. In weer wil van zijn verklaring dat hij een Pruissisch officier was en met zijne manschappen in den waan verkeerd had dat zij het Pruissische dorp Lenartowo bezet hadden moest hij op bevel van den Bussischen kommandant, den luit.-kol. v. Nellidorf, van het paard stijgen en werd hij met zijne manschappen ontwapend en naar het stadje Wilcyn getransporteerd. Hier werden zij op last van genoemden kommandant zonder on derscheid van hun geld en hunne horlogies beroofd en bui tendien mishandeld. Te 6 uur 's morgens werden zij allen naar Pruissen teruggezonden. De kapitein, die zijne eer en die zijner kompagnie wilde redden, zond den volgenden mor gen aan genoemden kommandant een uitdaging om op 5 pas afstand met hem te duelleren. Hij ontving een weigerend antwoord. Men meldt uit Parijs, dat Prinses Anna Murat, die

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1864 | | pagina 2