N°. 1212.
Dingsdag 2 February.
A".
Wijziging van de Gemeentewet voor zooveel de
plaatselijke belastingen betreft.
tri w
LEIDSCH lllliBi ll)
Dc«e Courant verschijn eiken dag, be-
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden 1.95, en franco per po3t 2.80
in .le drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mrrs Vijf Cents.
Prijs der Adverteutiea 1-6 regels Ü.J5.
Iedere regel meer 12J Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels/0.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Cts
Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 10 u. 4 m.; 12 u. 54 ra.; 3 u. 59 m.; 6 u. 9 m.;
9 u. 8 m.; naar Haarlem en Amsterdam te 8 u. 46 ra.; 11 u. 46 ra.; 3 u. 5 ra.; 4 n. 62 m.; 9 u. 3 m.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoeufabriek en op de Nienwstraat'sraorgeus te 8 u. en te 11 u., 's namiddags te 8 u. 45 m.
'savonds te 8 u. en op de Zondagen alleen ten 11 u. en 3 u. 45 m. 'snamiddags. Oost-Indisohe Landpost. Over Southampton,
1 en 17; over Triest, 7 en 23; over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maand.
Rijltg-Telegraaf. Dagelijks geopend vau 8 uur 's m. tot 9 uur 'sav. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 8 uur 's ra. tot 10 u. 30 ra. ar.
Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur.
Commissie van Fabricage, Woensdag te 12 uur. •Burgemeesterdagelijks te 10 uur.- President der Commissie van Fabricage des Zaturdags van
11—1 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 19—4 uur. - Thesaurie, dagelijks van 10—2 uur. - De Gemeente-Architect is t«
spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 'sraorgeus 12—1 uur.
Kantoor der Plaatselijke Aocijusen, dagelijks van 8 1 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Rechten en Acoijnten
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 98
uur. van Zegel, Registratie dagelijks vau 84; van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.
II.
t
Een moedig Minister? Gewis, want als de voorgestelde
wijziging der gemeentewet wordt aangenomenmoeten bin
nen korten tijdéén jaar na de afkondiging der daartoe be
trekkelijke wet, de bestaande plaatselijke belastingen worden
herzien en daarmede in overeenstemming gebragt. Waarin zal
die herziening bestaan? Die vraag hebben wij ons voorgesteld
te beantwoorden.
In de eerste plaats een verhooging van de 2 5 tot 50
gemeente-opcenten op de hoofdsom der personele belasting,
waaruit een voordeel van ƒ34,000 zal voortvloeijen. Vervol
gens een nieuwe hoofdelijke omslag of eigene directe belas
ting, waarvan de maatstaf geregeld is naar de tegenwoor
dige hoofdsom der Rijks personele belastingen namelijk 3 pCt.
van het twintigvoudig bedrag of met eenige vermindering
voor het aantal kinderen gelijkstaande met 60 opcenten. Zal
die grondslag zoo blijven, dan is de nieuwe wijziging, be
treffende de toegestane verhooging van 25 tot 50 gemeente-
opcenteneigenlijk een wassen neus; maar is het daaren
tegen waar, wat de Minister van Binnenlandsche Zaken in
zijn Memorie van toelichting verklaart, om de intrekking
van het tweede lid van art. 243 der gemeentewet te recht
vaardigen dan is er ook geen bezwaar, om op den voet van
de thans bestaande wet op 's Rijks personele belasting een
nieuwe plaatselijke belasting intevoeren die dezelfde grond
slagen aanneemt." De Minister heeft wel op art. 243 bij de
aanbieding der gemeentewet aangeteekendwde bepaling der
2de zinsnede is noodigwil men beletten dat plaatselijke di
recte belasting in het wezen een verhooging worde van de
Rijks directe belasting. Werd deze beperking in de wet niet
opgenomen, de gemeenten konden danonder de benaming
van omslagheffen hetgeen zij als opcenten op het personeel
niet zouden mogen vorderen." De Minister schijnt nu door
de ondervinding te hebben geleerd, dat die beperking niet
noodig is, omdat uit de vrijheid, die de gemeentebesturen
genomen hebben om zich daarbuiten te stellen geen nadeel
voor het Rijk is voortgevloeid. Men zou nu kunnen vragen
waarom de Minister dan de grens weder bepalen wil op 5 0
in plaats van gelijk nu op 25 opcenten, maar welligt heeft
de Minister zooveel vertrouwen op de genialiteit of vinding
rijkheid der gemeentebesturen dat zij een personele belasting
naar plaatselijke belangen of behoeften zullen invoeren die
de tegenwoordige in degelijkheid zoo zeer overtreft, dat de
van tijd tot tijd ingebragte bezwaren tegen de tarieven der
huurwaarde naar den maatstaf der bevolking tegen de be
rekening van het mobilair, de deuren en vensters, de haard
steden, de paarden, de dienstboden en dienstmeisjes immera
daarop niet kunnen gelden. Zulk een nieuwe plaatselijke
personele belasting kan de bestaande grondslagen aannemen,
wijzigen, vermeerderen of verminderen de vrijstelling doen
uitbreiden of inkrimpen, de remissiën naar locale omstan
digheden wijzigenin één woord het uitvloeisel worden van
een verstandige, op kennis, oordeel en ervaring rustende,
zelfstandige regeling van de gemeentebesturendie uitste
kend nut kunnen trekken uit de voorlichting van den rijks-
controleur, den rijksontvanger, de zetters en de deurwaarders
der directe belastingen; in zulke gevallen bevoegde deskun
digen wier raadpleging van onbegrijpelijk belang is en die
immers zoo goed en beter als in de ministerieele bureaux
weten, op welke wijze van de ingezetenen belastingschul
digen kunnen worden gemaakt, aangeslagen naar eer. billij
ken maatstaf en in staat om den aanslag te voldoen.
Immers daarop vertrouwendekan men veilig verwachten
te zullen bekomen een onverbeterlijke plaatselijke verordening,
gestaafd door grondige berekeningen naar de elementen die
zij bezitten, voor een plaatselijke directe belasting, op eigene
aangifte der belastingschuldigen met een behoorlijke controle,
die een opbrengst verzekert van zooveel als thans op een
kostbare wijze wordt ingevorderd. De plaatselijke accijnsen
brengen op 184,500 de hoofdelijke omslag 51,000,
zoodat, na aftrek der kosten van de plaatselijke tolliniën die
nieuwe belasting slechts noodig was tot een bedrag van
210,000, zonder dat men de 25 gemeente-opcenten tot
5 0 behoefde te verhoogen of zoo men dat wildebehoefde
die belasting slechts op 180,000 te worden gesteldwaar
mede natuurlijk de thans bestaande hoofdelijke omslag en
de accijnsen op geslagtgemaal, wijn en gedistilleerd ver
vallen zouden.
Ziedaar een hoogsteenvoudig belastingplan voor de ge
meente Leiden, geschoeid op de leest van het bij de Tweede
Kamer ingediend wetsontwerp, houdende wijziging van de
gemeentewet, voor zooveel de plaatselijke belastingen betreft,
waarbij wat hoogstopmerkelijk is aan de gemeentebesturen
wordt vergund, om naast.'s Rijks personele belasting een