f 9710,74 27342,30» 1114,18» 27614,21» uitmaken der Vereeniging: ^Gedenk aan uwen Schepper in de dagen uwer jongelingsschap." Uit het verslag van den toestand der vereeniging, dat door den secretaris en uit de rekening en verantwoording der inkomsten en uitgaven, die door den penningmeester werd voorgelezen bleek dat zij 37 leden en 34 begunstigers telde, een leesbibliotheek en een zangvereeni- ging bezatop vaste tijden bijeenkwam om tot onderling nut te spreken en te verbandelen over den Bijbelde kerkelijke en de vaderlandsche geschiedenis; dat zij uit eigen bijdragen en uit de giften van begunstigers de onvermijdelijke kosten konde bestrijden en geregeld inzamelingen deed tot ondersteuning van zendelinggenootschappenmaar op den voorgrond bleek toch altijd te staan een vrij en ongedwongen onderling verkeer met opleiding tot een hooger, edeler en eigenbelangzuchtig doel: de bevordering van vroege godsvrucht, zonder huichelarij of formalisme. Dat bleek niet het minst uit de blijken van sym pathie die haar werden gegeven door de afgevaardigden der Jongelingsvereenigingen te Wassenaar en te Voorschoten, die achtereenvolgens zich deden hooren op een wijze, die het ge moed trof. Zoo welbespraakt, vrijmoedig, bescheiden, ernstig en toch opgeruimd en opwekkend was de taaldie de schijn baar eenvoudige dorpelingen deden hooren, dat zij de zooge naamde beter opgevoede en meer beschaafde stedelingen tot een beschamend voorbeeld konden strekken. Thans trad op een voorzeker bij weinigen bekend en toch onder velen zich bewegend persoonwiens taak het schijnt het land door te gaan leerende en opwekkende en vermanende ieder die hij op zijn weg ontmoet, om het Godsrijk uittebreiden. In een voor woord gaf hij verschillende redenen opwaarom hij was voor Jongelingsvereenigingen, en in een kernachtige keurig netjes uitgewerkte rede ontwikkelde hij den aard en de strekking dier vereenigingen en wees ten slotte op den zegen en de verant woordelijkheid der jongelingen die daarvan leden waren. Met een treffend gebed eindigde hij zijn redeterwijl na een slot zang de vergadering uiteenging, die van tijd tot tijd werd veraangenaamd door de uitvoering van driestemmige liederen. Wij leven in een wonderlijken tijd, waarin toch naast veel dat zorg en bekommering baart, ook niet weinig, dat opbeuring en bemoediging schenkt, wordt opgemerkt; want een jonge- lingsbond van dien aard is gewis in de toekomst magtiger dan een Heilig Verbond der Vorsten. Heden Woensdag hebben de Japannezen een bezoek ge- bragt aan de Zwem- en Badinrigting Kijnzigt buiten de Morsch- poort, alwaar zij door het Bestuur werden ontvangen, dat hun in deze schoone en aangenaam gelegene inrigting heeft rond geleid. Vergelijkende staat van de zuivere opbrengst der opcen ten en eigene middelenten behoeve dezer gemeente geheven gedurende de maanden Mei 1862 en 1863, alsmede van die opbrengst over de 5 eerste maanden dier beide jaren. MIDDELEN. 1862. 1863. 1862. 1863. Geilagt (opc. &inv.) Binnenl. Ged. (id.) Buitenl. Gedist. (id.) Gemaal (eigen mid.) Wijn,fruit- kunst wijn (id.) Turf (id.) Steenkolen (id.). Brandhout (id.) 1772,98 if 6416,30s 236,80 6623,46' 1797,45 994,41' 142,85 303,55 j/18287,81' 1887,44' 9124,94» 111,37 6003,38 1823,10 ƒ18950,24 7519,35 - 3399,03» - 2205,05 781,90 ƒ79686,78 ƒ81873,72' Zuivere opbrengst over Zuivere opbrengst over de de maand Mei. J 4 eerste maanden. 10010,23 30722,53 1039,54' 27375,49» 8674,05 1383,07' 2178,20 490,60 In de Java-Bode leest men: »Er bestaat weinig hoop dat vooreerst de rijstprijzen verminderen zullen daar de be- rigten van den stand van dat gewas uit onderscheidene plaat sen zeer ongunstig zijn. Vooral is dit het geval op West-Java, waar door langdurige droogte de padi-aanplantingen geducht lijden. In Oost-Java daarentegen is niet alleen overvloed van water, maar zelfs zooveel, dat banjirs en dijkbreuken er het gevolg van zijn, zoo als op 18 Maart de dijk te Perning in het Soerabaijasche nog is bezwekenwaardoor ruim 400 bouws rijst zijn overstroomd geworden. Men schrijft van Samarang, dat aldaar en te Soeracarta en Djocjocaita. <-p het ontvangen van het berigt der bekrach tiging van de concessie Poolman door Z. M. den Koning, gedurende drie dagen door het uitsteken der vlaggenillumi- natiën enz. feest is gevierd. Bovendien hebben de ingezetenen van Samarang den 25sten Maart des avonds in een fakkeltogt vergezeld van muziek zich naar Bodjong begeven ten einde den resident te verzoeken reeds bij voorbaat de tolk hunner gevoelens van erkentelijkheid te zijn bij Z. M. den Koning en Z. Excellentie den gouverneur-generaalonder mededeeling dat een dankadres aan Z. M. per volgende mail zal worden verzonden. Tijdingen, per telegraaf via Soerabaija ontvangen, dee- len mede, dat in de Molukken en ook'op Celebes overal rust heerschte. Te Menado beloofden de padi-aanplantingen een zeer gun- stigen oogst. De gezondheidstoestand was in de meeste districten zeer be vredigend. De prijs der rijst was gedaald tot f 7,50 de picol, miloe was in overvloed aanwezig. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Dings- dag des namiddags te 5 uur 65', des avonds te 8 uur 63°, te 10 uur 60". Woensdag morgen te 5 uur 60°, te 8 uur 62°, te 12 uur 71', 's namiddags te 4 uur 72°. Buitenlandse h N i e u w s Eenige dagen geleden lag een groote snoek in een vliet nabij Koningsbergen zich te koesteren in de zonnestralen, waarbij zijn breede rug boven de oppervlakte van het water zich verhief. Eensklaps schiet met pijlsnelle vaart een roofvo gel uit de lucht, valt op den snoek, slaat zijn scherpe klaau- wen in diens vleesch en poogt zich met zijn buit te verwij deren. Deze was echter te zwaar voor zijne krachten. De snoek duikt onder en neemt den roover met zich in het voor den gevederden bewoner der lucht zoo vreemde element en blijft een geruimen tijd met hem onder water. De strijd was echter voor beide noodlottig, want het duurde niet lang of twee doo- den dreven op de oppervlakte van het water. De snoek woog 20 pond. Maandag namiddag te vijf uur barstte een hevig on we der, van zware stortregens vergezeld, boven Parijs los, vooral tot schrik dergenen die nog altijd aan het oude volksgeloof hechten, dat regen op den feestdag van den H. Medardus de voorbode van langdurig slecht weder is. De berigten aangaande den gezondheidstoestand van Ko ning Leopold van Belgie luiden zeer ongunstig. Vóór weinige dagen waren zij zoo onrustbarend, dat mevr. van de Weijer, echtgenoot van den Belgischen gezant te Londen bijna op het laatste oogenblik haar plan liet varen om na de Cep-race te Ascot, in haar nieuw hotel in Windsor Parkde aristocratie te ontvangen. Sedert schijnt er evenwel eenige verbetering in zijn toestand gekomen te zijndaar The Daily News een telegram uit Brussel mededeelt, waarbij al deze berigten voor ongegrond worden verklaard. Met de laatste paketboot uit Algerië is een mandie aldaar een grooten naam gemaakt heeft, in Frankrijk terug gekeerd, namelijk de beroemde pantherdooder Bombonnel. Zijn laatste winterjagt heeft buitengewone merkwaardige feiten op geleverd. Onder anderen velde hij eens in denzelfden nacht, weinige minuten na elkander, twee ontzettend groote leeuwen neder, om welke uitkomst te verkrijgen, die onverschrokken en onvermoeide jager 54 nachten achtereen zijn buit had bespied. Dezer dagen heeft een der Iersche leden van het En- gelsche Huis, de heer Bagwell, een voorstel gedaan, strek kende, om te verklaren, dat ook aan de Ieren toegestaan be hoort te worden om, zoo als dit in Engeland en Schotland geschiedt, vrijwillige scherpschutters-corpsen opterigten. Een verdere handhaving der bestaande uitsluiting van Ierland in dit opzigt, achtte hij te meer onbillijk, omdat een deel der belastingendie ook door dat land opgebragt worden voor het onderhoud der elders bestaande scherpschutters-corpsen wordt aangewend. Enkele andere Iersche leden hebben het voorstel ondersteund. Daarentegen is het o. a. door Lord Palmerston bestreden. Deze verklaarde, dat de Ieren ongetwijfeld even vaderlandsch gezind waren als de overige onderdanen der Kroon

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1863 | | pagina 2