N°. 947. Dingsdag 24 Maart. A0. 11863. ur
Een Spoorweg Tan Leiden naar Woerden.
LEIDSCH DAGBLAD.
Deze Courant verschijnt eiken dag, be
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden ƒ1.95, en frauco per post ƒ2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Nona-
iners Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën: 1-6 regels ƒ0.75.
Iedere regel meer 12}- Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels ƒ0.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 85 Cts.
Spoortreinen van Leiden naar 's Graveuhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 10 u. 5 m.; 12 u. 58 m.; 6 u. 9 m. en 9 u. 19 m.; naar
Haarlem en Amsterdam te 8 u. 51 m.; 1 u. 3 m.; 4 u. 53 m. en 9 u. 14 m.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Arasterdam, Maandag ochtends 4 u., de overige dagen uitgezonderd de Zondag 5 u.;
Amsterdam (Beerebijt) naar Leiden, dagelijks uitgezonderd de Zondag 3 u.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 'smorgens te 8 u.; 'smiddags te 12 u., 'snamiddags te 3 u.
45 m. 'savonds te 8 u. 15 m. Oost-Indische Landpost. Over Southampton, 1 en 17; over Triest, 7 en 23; over Marseille,
9, 16 en 25 van elke maand.
Rijks-Telegraaf. Dagelijks geopend van 8 uur 's m. tot 9 uur 'sav. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 8 uur 's m. tot 9 u. 30 m. av.
Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en WethoudersMaandag en Donderdag te 11 uur.
Commissie van FabricageWoensdag te 12 uur. - Burgemeesterdagelijks te 10 uur. - President der Commissie van Fabricage de3 Zaturdags van
111 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks vau 104 uur. - Thesauriedagelijks van 102 uur. - Be Gemeente' Architect is te
spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 'smorgens 121 uur.
Kantoor der Plaatselijke Aocijnsen, dagelijks van 8 1 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Reohten en Acoijnsen
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Douderdag van 9—2
aur. van Zegel, Registratie dagelijks van 84; van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.
I.
't Behoeft niet verzekerd te worden, dat de optreding van
een Ministerie Thorbecke ook door ons werd gewenscht in
het belang der Natie en op grond der overtuiging, dat van
zulk een bewind kon worden verwacht de eerlijke en trouwe
toepassing der beginselen die wij aanklevenhoe ook soms
in een kwaden reuk gebragt. Nimmer evenwel geloofden wij
gelijk vaak andere aanhangers, aan de onfeilbaarheid van een
man, hoe bekwaam en uitstekend ook. Nimmer schaarden wij
ons in de rij der blinde lofredenaars; maar stelden veel meer
waarde //in een vriend, die mij mijn feilen toont," dan in een
die mij door vleijerij bederft. De ervaring heeft geleerd, dat
men zich daardoor, ook onder de mannen van de partij waar
toe men behoort, weinig vrienden maakt, of wel, dat men als
een bestrijding van het Ministerie aanmerkt, wat niets anders
en niets meer is, dan de uiting van een onpartijdig oordeel.
Even vrijmoedig als wij tot een gunstig besluit^kwamen, na
dat wij de handelingen van Dr. van Hall hadden getoetst aan de
eischen van billijkheid en rechtvaardigheid en evenzoo voor de
zelfstandige regeling van de gemeentebesturen ten aanzien van
het middelbaar onderwijs zijn opgetredentoen die zelfstandig
heid in het aangeboden wetsontwerp werd aangetast; even on
beschroomd en rondborstig keuren wij de handelingen van den
Minister Thorbecke af, met betrekking tot den aanleg van
een Spoorweg tusschen Leiden en Woerden. Wij hebben ge
wacht tot de Minister zich heeft verantwoord op de bezwaren,
die in het voorloopig Verslag van de Tweede Kamer der Sta
ten Generaal, betreffende het wetsontwerp tot het verleenen van
een subsidie aan de Hollandsche IJzeren Spoorweg-maatschappij,
voorkomen tegen dat wetsontwerpen waarvan sommige in
betrekking staan tot de zaak, waarvoor wij optreden. Nu de
Memorie van beantwoording is openbaar gemaakt en de be-
faadslagingen over het wetsontwerp eerstdaags zullen aanvan
gen is het goeddat men wetewat voor Leiden en Rijnland
van de aanneming van dat wetsontwerp te wachten is.
Wij moeten en kunnen dat deel van het wetsontwerp-geheel
ter zijde stellen, wat betrekking heeft tot de aansluiting te Rot
terdam van den Rijnspoorweg en den Hollandschen spoorweg en
tot de spoorwegversmalling, omdat, waar het voor Leiden op
aankomt, alleen de lijn tusschen Leiden en Woerden uitsluitend
op den voorgrond treedt.
Wij kunnen begrijpen, dat de Minister Thorbecke zijn mede
werking weigerde aan het tot stand komen van die lijn, wan
neer daartoe een uitsluitende concessie verleend, een mono
polie gehandhaafd werd. Evenzeer is het te verdedigen dat hem
een gemoedelijk bezwaar verhinderde, om zijn zegel te hechten aan
het wetsontwerp tot onteigening van perceelen ten behoeve van
die spoorweglijndie op de uitsluitende concessie rustte. Maar
in plaats daarvan een nieuw monopolie te bekrachtigen die tot
het einde der negentiende eeuw den aanleg van die lijn bijna
onmogelijk maakt, dat scheen ons toe tot de ondenkbare ge
beurtenissen te moeten worden gesteld. De aangevraagde con
cessie van de heeren Schretlen en Maxwils tot den aanleg van
een lijn tusschen Gouda en 's Gravenhage buiten beschikking
te houdenen daarvan geheel te zwijgen de nieuwe aanvrage
van de heeren van Vlissingen en de Bruijn tot het verkrijgen
eener concessie, waarin de aanleg van een zijtak van Alphen
naar 's Gravenhage was begrepen, slechts voorloopig, liever
als ter loops te onderzoekenden aanleg van een spoorweg tus
schen Scheveningen en 's Gravenhage of liever tusschen de
eene en de andere wijk van dezelfde gemeente te beschouwen
als een werk van algemeen belang; ofschoon slechts als zomer-
belang omdat de exploitatie gedurende den winter nog onzeker
is gesteld; - waarlijk, dat zijn van die vreemde dingen, die we
van elk ander Ministerie behalve van een Ministerie Thorbecke
zouden hebben durven verwachten, 't Is volkomen waar, dat
de uitsluiting van alle concurrentie een bezwaar was bij de
concessie die de Hollandsche spoorweg-maatschappij voor de