N°. 933.
Zaturdag 7 Maart.
A°. 1863.
Binnenlandsch Nieuws.
<*-v.
Deze Courant verschijnt eiken dag, be
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden ƒ1.95, eD franco per post 2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mers Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën1-6 regels ƒ0.75
Iedere regel meer 12J Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels f 0.90
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 85 Cts.
Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 10 u. 5 ra.; 12 a. 58 m.; 6 u, 9 m. en 9 u. 19 ra.; naar
Haarlem en Amsterdam te 8 u. 51 m.; 1 u. 3 m.; 4 u. 53 m. en 9 u. 14 m.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends 4 uf, de, overige dagen uitgezouderd de Zondag 5 u.; van
Amsterdam (Beerebijt) naar Leiden dagelijks uitgezonderd de Zondag 2 n.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 'smorgens te 8 u.; 'smiddags te 12 u., 's namiddags te 3 u.
45 m. 'savonds te 8 u. 15 m. Oost-Indisohe Landpost. Over Southampton, 1 en 17; over Triest, 7 en 23over Marseille,
9 en 25; nog over Marseille 16 van elke maaud, alsdan op het adres te plaatsen: Met de Fransche Pakketboot.
Rijks-Telegraaf. Dagelijks geopend van 8 uur 's m. tot 9 uur 'sav. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 8 uur 'sin. tot 9 u. 30 m. av.
Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandagen Donderdag te 11 uur.
Commissie van FabricageWoensdag te 12 uur. - Burgemeester, dagelijks te 10 uur.- President der Oommissie van Fabricage des Zaturdags van
111 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 10 —4 uur. - Thesauriedagelijks van 102 uur. - Be Gemeente- Architect is te
spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 'smorgens 121 uur.
Kantoor der Plaatselijke Accijnsen, dagelijks van 81 uur en vau 3—6 uur; der In- en Uitgaande Reohteu en Acoijnseu
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag, Diugsdag, Woensdag en Donderdag van 92
uur. van Zegel, Registratie dagelijks van 8—4; van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.
i_ J I 1 r
Z. M. heeft den heer F. C. G. van Motmanontvanger
der directe belastingen en accijnsen te Meeden c. a. in die
betrekking verplaatst naar Ruinen voorts den ritmeester L. F.
Fundter, van het 2de reg. dragonders, naar aanleiding van
het daartoe door hem gedaan verzoekop pensioen gesteld
met bepaling van het bedrag van dat pensioen op f 1065
'sjaarsen aan genoemden ritmeester den rang toegekend
van majooren bij het wapen der kavallerie benoemdbij het
lste reg. dragonders, tot lsten luit. de 2de luit. H. G. J.
Völker, van het corpsbij het 2de reg. dragonderstot rit
meester van de 3de kl. de lste luit. 3. J. von Hugueninvan
het lste reg. dragonders.
Naar men verneemt is de 2de luitenant-kwartiermeester
H. A. J. Kuijper, van het lste regement vesting-artillerie te
Delft, in rang overgeplaatst bij het depot van het 4de regem.
infanterie, te Gouda in garnizoen.
Men verneemt uit een goede bron dat het grootste ge
deelte der leden van de commissie van administratie over de
gevangenis voor veroordeelde vrouwen te Woerden als zooda
nig ontslag heeft gevraagd, tengevolge van een verschil met
de Departementen van Oorlog en Justitie, over de verminde
ring der wachtposten aan gemelde gevangenis.
Uit het Verslag omtrent de geldmiddelen van de Hol-
landsche IJzeren Spoorweg-Maatschappijover het exploitatie
jaar 1862, ontleenen wij het volgende:
De opbrengst van het reizigers-vervoer heeft nog ruim f 6500
meer bedragen dan in 1861, niettegenstaande de groote Ten
toonstelling te Haarlem in dat jaar een buitengewonen invloed
op het verkeer heeft uitgeoefend. De thans verkregen meerdere
opbrengst kan alzoo veilig worden toegeschreven aan normalen
vooruitgang in het verkeer, ter aanmoediging waarvan dan
ook geen middelen verzuimd worden.
Het vervoer van goederen vee enz., bracht ongeveer 8900
minder op dan in het vorige jaar. Dit ontstond doordien schier
geen stremming in de scheepvaart plaats had, terwijl zulks
daarentegen in 1861 in ruime mate het geval was. Het ua-
deelig verschil zou veel aanzienlijker geweest zijnzoo niet
de doorgaande vooruitgang ook in het goederen-vervoer dit
voor een groot deel vergoed had.
Het onderhond van den weg heeft ongeveer f 3000 minder
gekost dan het vorige jaar, waartoe bijdroeg de mindere hoe
veelheid nieuw spoorhout, die, tengevolge der spoorvernieuwing
behoefde verwerkt te worden.
Het onderhoud der gebouwen enz., heeft ruim f 6500 min
der gekost dan in 1861 omdat geen belangrijke herstellingen
in den loop van het jaar noodzakelijk waren.
De werken tot uitvoering der concessie van 26 April I860
(Spoorweg Schevening-Woerden) hebben geen voortgang gehad
doordien de daartoe onmisbare onteigeningswet op den 12den
Mei 1862 door de Tweede Kamer der Staten-generaal werd
afgestemd.
Aan vele verwachtingen sloeg deze noodlottige uitkomst den
bodem inen menige last bleef als gevolg van reeds genomen
maatregelen op de Maatschappij rusten. Doch hoe weinig be
moedigend ook deze uitkomst mogt geweest zijn meende de
Raad echter niets te mogen verzuimendat strekken kon
om den Hollandschen IJzeren Spoorweg in het algemeene
spoorwegnet te doen opnemen. Te dien einde werd op 27 Oc
tober 1862 met de Nederlandsche Rijn-Spoorweg-Maatschappij
het verbindings-contract gesloten dat op 24 November door
de Algemeene Vergadering werd goedgekeurd; terwijl de Raad
als uitvloeisel daarvan, en ingevolge magtiging van dezelfde
vergadering, de concessie tot spoorversmalling op 10 February
1863 reeds aanvaard heeft.
Onder deze omstandigheden is het niet mogelijk nu reeds
den stand der nieuwe werken onder bepaalde cijfers te brengen
en de Raad moet zich dus voor alsnog bepaleD tot de enkele
mededeeling, dat een gedeelte van de daarvoor gesloten lee
ning is aangewend, om het geheel resterend bedrag van de
leening van f 2,500,000 aftelossen, en dat het overige voor
de spoorversmalling en den aanleg van den zijtak naar Sche-
veningen beschikbaar moet blijven.
Na de groote kosten, voor spoorvernieuwing en uitbreiding
van materieel gemaakt, is zeker de spoorversmalling, niette
genstaande de subsidie van het Rijk, voor de Maatschappij
een zeer bezwarende zaak.