JAPANSCHE SPRAAKKUNST, Advertenliën, PROEVE Dr. J. HOFFMANN, op te houden was en extra-deuren moesten worden geopend, ten einde ongelukken voor te komenmen schat liet getal der binnengekomen op 65,000. Maandag voormiddag is een van Dover komende passa- gierstrein nabij Chatham tegen een ander, die stilstondaan geredenmet dit gevolg, dat in laatstgenoemden een 20tal personen daardoor in meerdere of mindere mate zijn gekwetst geworden. Een schijnbaar nietige kleinigheid kan aanleiding geven tot een uitgebreiden tak van nijverheid; dit blijkt weder uit de aanwending van de bekende microscopische photographien als lijfsieraad, b. v. als breloque aan horologieketiingenenz. Eenigen tijd geleden hadden MarionAugé en Picard zeer kleine lorgnetten met een uithaalbuisje vervaardigdwaarin een dergelijke kleine photographie was gevat, maar dit bleef tot weinigen beperkt. Thans echter heeft Dagron te Parijs deze photographien in de byouterie weten intevoerenen wel tot zoodanigen omvang, dat hij daarmede 150 werklieden bezig houdt. Tallooze photographien op glaasjes van 3 Ned. streep zijde worden hoofdzakelijk op twee verschillende manieren ge monteerd, naarmate in het ornament twee of meer photogra phien moeten worden opgenomen. De lenzendie als vergroot glas moeten dienenbestaan uit langwerpige prisma's van crownglas. Het eene uiteinde wordt tot de vereischte krom- ming afgerond; tegen het ondereinde wordt eenvoudig de pho tographie aangeplakt. Het zijn dus zoogenaamde microscopen van Stanhope. Uit Japan meldt men omtrent den staat van zaken in Februarijbetreffende de landrenten, het volgende: Onder de te Yokuhama gevestigde kooplieden heerschte ontevredenheid wegens de hooge landrenten, die zij aan de Japansche Regering voor de hun afgestane terreinen moeten betalen. Oorspronkelijk was hieromtrent bij de eerste vestiging der vreemdelingen niets bepaald; te Nagasaki huurden zij hui zen van Japannezen, in afwachting dat een terrein voor hen aan den oever der baai ingedijkt zoude zijn, waarop zij zelve hunne woon- en pakhuizen zouden kunnen oprigtente Yoku hama waren de huizen van een klein visschersdorp afgebroken en was de grond daardoor ingenomen afgestaan aan de vreem delingen terwijl aan de vroegere bewoners een andere plaats op korten afstand was aangewezen. Het terrein aldus aan de vreemdelingen ten gebruike afgestaan, werd door de Japansche Regering opgehoogd; riolen werden gegraven en kaden bene vens hoofden in zee aangelegd, terwijl te Yokuhamanaarmate de behoefte aan meerder terrein zich deed gevoelenvroegere rijstvelden en moerassen gedempt en tot het oprigten van wo ningen ter beschikking der vreemdelingen gesteld werden. Op het terrein, aldus in orde gebragtwoonde geen enkele Ja- pannees; ook had er niemand eigendomsrechten op, behalve de Souvereindie hier, even als in andere Oostersche landen, beschouwd wordt als eigenaar van den grond welke hij slechts in gebruik afstaat. De bezwaren, welke door de vertegenwoor digers der vreemde Mogendheden tegen de vordering van den hoogen huurprijs van den grond bij de Japansche Regering werden ingebragt, mogten niets baten, terwijl haar antwoord steeds was dat de Japansche koopliedendie zich te Yokuhama hadden nedergezet, nog hoogere landrenten betaalden en dat men den eenmaal van de vreemden gevorderden prijs niet konde vermindereu. Ten einde door de Japansche Regering die ten gevolge van de bovengenoemde verbeteringen aan het terrein groote uitgaven had gedaan, niet terecht beschuldigd te worden van kwade trouw en opdat er van de zijde der Nederlanders geen hinderpaal zoude zijn om tot een algemeene eindbeslissing te geraken werd door den consul-generaal der Nederlanden het noodige in het werk gesteld, ten einde dooi de Nederlanders, te Yokuhama gevestigd, dezelfde landrenten en op denzelfden voet aan de Japansche Regering te doen betalenals zulks voor andere natiën aldaar is bepaald. Paus Pius IX heeft in het Dingsdag gehouden Consistorie, waarbij Z. H. het presidium waarnam, weder een allocutie uitgesprokenen de bisschoppen hebben een adres tot hem gerigt. Het is te hopen dat beide stukken in hun geheel open baar gemaakt zullen worden. OFFICIEEL NIEUWS. Vergadering van den Gemeenteraad van LeidenZaturdag 14 Junij 1862, 's namiddags te I J- uur. Onderwerpen: 1°. Voordragt omtrent de belooning van den architect S. van der Paauiv, in zake de gazverlichting. - 2°. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1862. - 3°. Staat van af- en overschrijving, dienst 1861. - 4°. Voordragt omtrent de uilbetaling der pensioenen aan gepensioneerden van den staat. - 5°. Rapport omtrent den weg buiten de Wittepoort. - 6°. Benoeming van een stads apotheker. - 7°. Suppletoire staat van begrooting en staat van af- en overschrijving van het Gereformeerde Minnehuis, 1861. - 8°. Rekening, 1861, van het Heiligen Geest of Armen Wees- en Kinderhuis. -9°. Re kening, 1861, van Vrouwen en Kraammoeders. - 10°. Reke- I ning, 1860, van de Onderwijzerskweekschool. - 11°. Plan en i voorwaarden tot inrigting van een gebouw voor den Rijkste legraaf. - 12°. Vijf plans en voorwaarden van gemeente-fa- bricagewerken. Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden roe pen opal de binnen deze gemeente met onbepaald verlof aanwezige manschappen der Nationale Militie tot het bijwonen der Inspectie, behoorende tot de ligtingen van 1858, 1859 en 1860, om te verschijnen in het Boterhuis, aan de Waag alhier, op Maandag den 16den Junij aanstaande, 's voormid dags te negen ure, in uniform gekleed, voorzien van de kleeding en uitrusting-stukken, hun bij het vertrek met verlof mede gegeven alsmede van hunne zakboekjes en van hunne verlofpassen, ten einde door den Luitenant-Kolonel, Militie- Commissaris te worden geïnspecteerd. En vermanen voorts Burgemeester en Wethouders de betrokken verlofgangers aan deze oproeping naauwkeurig te beantwoorden, te zorgen dat hunne kleeding en uitrustingstukken in goeden staat worden voorgesteld, als ook gedurende de inspectie en bij het gaan naar en terugkeeren van de daartoe bestemde plaats zich or delijk te gedragen, daar ongeregeldheden als anderzins, zoo lang zij in uniform zijn gekleed, worden gestraft volgens het Criminele Wetboek en het reglement van krijgstucht voor het krijgsvolk te landeen alzoo zich t.e vrijwaren voor de toe passing der strafbepalingen. Zij, die eenige gelden of geldswaarde te vorderen hebben van of schuldig zijn aan de nalatenschap van wijlen den Hoog geleerden Heer JAN GERRIT HULLE- MAN, in leven Hoogleeraar in de Let- j teren aan de Leydsche Hoogeschooi en op den 29sten Mei 1862 te JJtreclit overleden, als ook zij, die eenige boeken geschriften of papieren aan dien overledene behoo rende, mogten onder zich hebben, wor den verzocht, vóór den 15den Julij 1862, j daarvan opgave, betaling of afgifte te doen ten Kantore van den Notaris J J. M. E. DERCKSEN, te Ley den op het Rapenburg. A. W. SYTHOFF te Leiden geeft uit; EENER VAN Mr. J. H. DONKER CURTIUS Nederlandsch Commissaris in Japan, Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw, Ridder der St. Anna Orde tweede klasse met de Keizerlijke Kroon. toegelicht, verbeterd en met uitgebreide bijvoegselen vermeerderd DOOR Hoogleeraar in de Japansche en Chinesche Talen, Japansch Translateur van het Gouvernement van Nederlandsch-Indië. Uitgegeven op last van Zijne Excellentie den Minister van Koloniën.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1862 | | pagina 3