N°. 640.
Woensdag 26 Maart.
A°. 1862.
Lievens verzekeringen
Vervolgens dient tot informatie aan den heer de Mare, dat
wij gaarne alle maatschappijen zouden laten rusten, aangezien
wij in ons antwoord van 7 Februarij jl. reeds zeidendat ze
van geheel anderen aard en strekking zijn dan de maatschappij
onder onze directie. Maar de heer de Mare stelde de maat
schappij Langerhuizen tot voorbeeld. De Kotterdamsche maat
schappij is evenzeer een onderlinge als de uwe, zegt die heer.
Doch als wij ons niet vergissen leest men in hare statuten
van een vijfjarige balans, wanneer de gemaakte winsten zul
len gerestitueerd of de verzekerde kapitalen verhoogd worden
of, als bij verrekening, in mindering strekken van verschul
digde bijdragen. Onze onderlinge maatschappij van weduwen-
pensioenen verlangt niet de winsten zoo lang te bewaren. Zij
wil hare leden jaarlijks in het bezit laten van die winsten
door minder te vorderenzulks te meer, omdat dit is in hun
welbegrepen belang. Want wanneer zij of hunne vrouwen bin
nen die vijf jaren sterven of wanneer zij door andere onvoor
ziene omstandigheden het lidmaatschap niet kunnen continue
ren, zoude immers de gemaakte winst, die eerst na elke vijf
jaren kan worden berekend, voor hen ten eenemale verloren
zijn. En nu sprekende van het groote verschil tusschen de
tarieven der Kotterdamsche en van onze maatschappij blijkt
al weder op nieuw de onkunde van den heer de Mare met
ons reglement. Wij willen aannemendat die onkunde niet is
uit boos opzetofschoon ZEd. toch zegt, dat hij opzettelijk ver
meden heeft het reglement te zoeken of er iemand over te
sprekenmet welke bekentenis naar het ons voorkomtonze
bestrijder zichzelf een vinnigen kaakslag geeft. De heer de Mare
maakt berekeningen en treedt in beschouwingen, die kant noch
wal raken. Wanneer ZEd. van ons reglement had kennis ge
nomen, - waarin wordt gesproken van de magt en de be
voegdheid der algemeene vergaderingbestaande uit het bestuur
en gedelegeerden uit de leden; van een minimum en van een
maximum, twee woorden - waarvan het ontbreken in het
reglement van het waarborg genootschap der heeren te Win
kel en Doijer als de onherstelbare val van hetzelve kan be
schouwd worden- die kennisneming had de heer de Mare
zeer zeker tot een geheel andere uitkomst van cijfers geleid.
Thans wordt onze bestrijder meer piquant, sprekende van
speculatie-fondsen, die telkens worden opgerigt, maar ook tel
kens weer in duigen vallen. Wij kennen die niet.< Men zal
toch het waarborg genootschap der heeren te Winkel en Doijer
na een 35jarig bestaan niet rangschikken onder die ^telkens
weer in duigen vallen." Keeds noemden wij de oorzaak van
den val van dat genootschap, de bepaling namelijk in het
reglement: de vastgestelde contributie is aan geen verhooging
onderhevighet gemis alzoo der bevoegdheidom naar mate
van onvoorziene omstandigheden, of bij afwijking van de aan
genomen middelbare sterfte, hoogere bijdragen te kunnen vor
deren. Indien daarin voorzien warezou in waarheid het ge
nootschap een der schoonste en nuttigste inrigtingen geweest
zijn, op Nederlandschen bodem in het leven geroepen.
Het is een onwaarheid, dat de goedkeuring op de statuten
der onderlinge waarborg maatschappij van weduwen-pensioenen,
zoo als die te Antwerpen notariëel zijn vastgesteld, is gewei
gerd, als zijnde nimmer ter goedkeuring aan de Nederland-
sche regering aangeboden geweest. Evenzeer is het een on
waarheid dat die goedkeuring door den heer Tideman in
privé zoude zijn aangevraagd. De heer de Mare is ten dezen
evenmin op de hoogte als met de reglementaire bepalingen
onzer maatschappij. Hetgeen te dien opzigte heeft plaats gehad
is steeds van beiden uitgegaan; benevens van den heer Pfijfers,
thans onzen hoofd-agent voor Nederland. Te zamen waren w.j
voornemens een onderlinge waarborg maatschappij van wedu
wen-pensioenen in Nederland te vestigen. Op het ontwerp
reglement werd de goedkeuring, op de vestiging de bewiWglng1
des Konings gevraagd. De regering maakte zwarigheid die aan
Z. M. voortedragenop grond dat de tarieven te laag waren
gesteld, bij vergelijking met die bij de maatschappij van'den
heer Langerhuizen. Die vergelijking was echter zéér öhjuist.
LEIDSCH DAGBLAD
Deze Courant verschijnt eiken dag, be
halve Zod- en Feestdagen, en kost voor
Leiden ƒ1.95, en franco per post/2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mers Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën1-6 regels ƒ0.75.
Iedere regel meer 12J- Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels ƒ0.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Cts.
Spoortreinen van Leiden naar 's GravenhageDelft, Schiedam en Rotterdam ts 10 u. 6 m.; 12 u. 58 m.; 6 u. 9 m.; 9 u. 9 m. Naar Haar
lem en Amsterdam te 8 u. 61 m.; 1 u. 3 m.; 4 u. 53 m.; 9 u. 14 m.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends 4 u., de overige werkdagen 5 u.; van Amsterdam (Beerebijt)
naar Leiden dagelijks 's middags 2 u. uitgezonderd de Zondagen.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 'smorgens te 8 u„ 'smiddags te 12 n., '«namiddags te 3 u.45 m..
'savonds te 8 u. 10 m. Oost-Indische Landpost. Over Southampton, 1 en 17; over Triëst, 7 en 23over Marseille9 en 25 van elke maand.
Rijks-Telegraaf. Werkdagen van 912 en van 27 uur. Zondag van 89 en van 2—5 uur. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van
sra. 89 u. 30 m. av.
Zittingen van bet Gemeentebestuur. Gemeenteraad, op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur.
Commissie van Fabricage, O ingsdag te 12 uur. - Burgemeester, dagelijks te 10 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie i3 open dagelijks van 104
uur. - Thesaurie, dagelijks van 102 uur. De Gemeente-Architect is te spreken te zijnen huize op den Ouden Singel, 's morgens van 910 uur.
Kantoor der Plaatselijke Aocijnsen, dagelijks van 81 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Rechten en Acoijnsen
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 's.Rijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 92
uur: van Zegel, Registratie dagelijks van 84, van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.