N°. 366. Dingsdag 7 Mei. A°. 1861. Ëen uur ln de Kerkeraadskamer van de Pieterskerk. VII. LEIDSGH DAGBLAD. Deze Courant verschijnt eiken dag, be halve Zou- en Feestdagen, eu kost voor Leiden ƒ1.95, en franco per post 2.80 in de'drie maanden. De prijs der Advertentiën is voor eiken regel Zes Cents, behalve 35 Cents zegel recht, voor elke plaatsing. Afzonderlijke Nummers Vijf Cents. Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 9 u. 42 m.; 12 u. 5 m.; 8 u. 9 m.; 6 u. 9 m.; 9 u. 9 m. Naar Haarlem en Amsterdam te 8 u. 26 m.; 10 u. 58 m.; 1 u. 8 m.; 4 u. 58 ra.; 9 u. 13 m. Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Arasterdam, Maandag ochtends 3 u., de overige werkdagen 5 u.; van Amsterdam (Beerebjjt) naar Leiden Maandag 's middags u. Overige dagen 3 u. Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 's morgens te 7 u. 30 ra 's middags te 12 u.,'s namiddags te 3 u. Aam.. 'savonds te 8 u. 16 m. Oost-Indische Landpost. Over Southampton, 1 cn 17; over Triëst, 6 en 22; over Marseille9 en 26 van elke maand. Rijks-Telegraaf. Werkdagen van 912 en van 27 uur. Zondag van 27 uur. Spoovweg-Telegraaf dagelijks van 8uur. Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur. Commissie van Fabricage, Dingsdag te 12 uur. - Burgemeesterdagelijks te 10 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104 uur. - Thesaurie, dagelijks van 10—2 uur. -Be Gemeente-Architect is te spreken te zijnen huize op den Ouden Singel, 's morgens van 910 uur. Kantoor der Plaatselijke Aocijnsen, dagelijks van 8—1 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Rechten en Acoijnsen dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 92 uur; van Zegel, Registratie dagelijks van 84, van[de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur. Die wel onderscheidt oordeelt wel. Het diaconaal beheer is onaangetast geblevenvoor zooveel het de ondersteuning der armen betrof. De ruimte der geldmiddelen heeft niet ge strekt tot buitensporige bedeelingen en dat strekt het beheer tot eer. De grief is gerigt tegen het genot van een subsi die, dat volgens art. 60 der armenwet wordt gevraagd bij volstrekte noodzakelijkheid en niet, wanneer door de ge meente op een billijke wijze zooveel is bijgedragen, dat subsidie uit een openbare kas of uit de fondsen der burgerlijke ge meente onnoodigja overbodig is. Onze grief betreft het toe- zigt van het kerkbestuur, dat hoogst gebrekkig en onvol doende isomdat het geschiedt zonder te letten op den geest en de letter der kerkelijke reglementen. Wij hebben daarvan de bewijzen geleverd en de bronnen, waaruit wij hebben ge put, zijn nog niet ledig. Behalve de diakonierekening, die voor de gemeenteleden ter inzage was gelegd, bestaat nog een be heer van bezittingen der diaconie, een bijzonder fonds, waar van de rekening door den kerkeraad is opgenomen en goed gekeurd, zonder dat daaromtrent de voorschriften zijn in acht genomen, bij art. 27 van het Synodaal reglement en bij art. 33 van het huishoudelijk reglement voor den kerkeraad vast gesteld. Die rekening is op het bescheiden verlangen van een gemeentelid van de zijde der diakenen welwillend ter inzage aangeboden. Zij betrof het beheer van legaten en giften en batige saldo's tot een kapitaal van een halve ton werkelijke waarde en waarvan zich de kerkeraad blijkbaar het bijzonder toezigt voorbehield. De bestemming van dit fonds ligt nu niet meer in het duister, want men weet, dat het geheel of ge deeltelijk strekken zal tot den aanbouw van arbeiderswonin gen. Tegen dit plan op zich zelf beschouwd bestaat bij ons geen het minste bezwaar, want, behalve dat de armenwet in art. 25 bij voorkeur ook de ondersteuning der armen in het verschaffen van woning wilis dat middel, om den stoffelijken en zedelijken toestand der be'noeftigen te bevorderen, ook in meer dan een opzigt aanbevelingswaardigzoo men slechts waakt tegen misbruikenzelfs en vooral wanneer de stichten niet meer aan het bestuur zijn. Maar ook hierin blijkt op nieuw d* ligt vaardigheid van een hooger toezigt, waarvan men op het gebied, van het staatsrecht zelden hoort. Geldbelegging kan ook plaats hebben op een andere wijze dan door inschrijving op een der grootboeken van de Nationale Schuldmits volgens art. 21 met goedkeuring van het klassikaal bestuur. De batige saldo's der rekening kunnen tegen behoorlijke renten aan de gemeente commissie die de plaatselijke kerkekas beheertvolgens art. 22 met vergunning van den kerkeraad worden ter leen gege ven. Maar inschrijvingen verkoopendoor afschrijving van het Grootboekis geldmakenom op een andere wijze te beleggen in onroerende goederen, 't Strookt niet met den geest en de letter van dat artikel; - veel minder wanneer het betreft in schrijvingen gesproten uit legaten en erfmakingen, die niet konden worden aanvaard dan op magtiging des Konings, welke nimmer wordt verleend dan onder een bepaalde voorwaarde: belegging en inschrijving op bet Grootboek, waarvan d* bewijzen moeten worden vertoond aan Gedeputeerde Staten der provincie. Heeft het classikaal bestuur de bevoegdheid die Koninklijke voorwaarde opteheffen? Of zou er niet een ge schreeuw opgaan dat van het eene einde des lands tot het andere werd gehoord, wanneer een K. C. bisschop, die in het kader der kerkelijke hiërarchie staat op de lijn van het clas sikaal bestuur, zich zulk een stouten daad veroorloofde? Dat bezwaar werd ook geopperd, toen wij een bezoek gaven in de Kerkeraadskamer en - 't moet erkend worden - dadelijk begrepen, ja de gegrondheid in zoover reeds erkend, dat men hoop meende te voeden de bedoelde inschrijvingen waaraan die voorwaarde kleeft, niet te behoeven tot verwezentlijking van het plan tot den aanbouw. Er schoot nog genoeg over, dat daarvoor dienen kan en wel: een ruime gift van een ge acht ingezeten bij het verlies van een dierbaren zoon en - hetgeen bespaard was op de bedeeling der armen gedurende het tijdvak van 1848 tot 1853. Hoogstopmerkelijkwaarlijk treffend I (hoe wonderlijk de' zaken toch loopen gunstige veranderingen in de armenzorg der gemeente, die thans met lof worden begroet dil

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1861 | | pagina 1