Buitenlandsch Nieuws.
taris D. Busken Huet te Soerabaya gedurende zijn verloftijd
naar Nederland den kand. notaris H. J. Harteveltvoorts
ter beschikking gesteld van den directeur der cultures den
ambt. 2de kl. A. H. Servatius, eervol ontslagen als adsistent
bij de koffijcultuur; en bevorderd tot offic. van gezondh. 2de
kl. E. van Hengel.
De heer Mr. L. J. J. V. omgaand rechter in de le afdee-
ling op Java is door opiumvergiftiging om het leven geko
men. Misschien nam hij bij vergissing een te groote dosis
om te slapenmet welk doel hij somwijlen opium gebruikte.
Berigten uit. Banjermassing, den 6 Februarij te Soura-
baya ontvangenbehelzen dat aldaar veel gesproken wordt
van den wil tot onderwerping van de zijde van den Pange
rang Hidayat, doch ook wordt gezegd, dat hij aan alle
hoofden brieven zou hebben gezonden tot aanmaning om de
Europeanen van die kusten te verdrijven zoodat men de rust
aldaar steeds als schijnbaar beschouwt.
In het Bataviaasch Handelsblad wordt herinnerd, dat
in vorige jaren een korporaal, door slechts 2 man vergezeld,
uit Samarang een ultimatum aan het hof van Mataram bragt
en zelfs de aanzienlijkste inlanders kon doen gelooven, dat
een tijger, door hem ontmoet, op de vlugt was geslagen op
het zien van het zegel der O. I. Compagnie.
Daar tegenover staat de aanhaling van een bijzonderheid,
dat vóór de komst van den kolonel van Dentzsch in Indie
al het hout voor 's rijks artillerieconstrucliewinkel in de bos-
schen vierkant werd behakt en aan een der einden een groo-
ten wrong voor de strengen van het buffeltuig gespaard, waar
door veel kostbaar materiaal tot spaanders was verkwist. De
kolonel stelde voor de boomen alleen van den bast te ont
doen en in den vorm van dolken te leveren, maar vele zwa
righeden stonden zulk een hervorming in den weg, - de
exceptionele toestand enz., maar vooral de gewoonte der buf
felen, die sints jaren en eeuwen platte houtwerken hadden ge
sleept en dus niet zonder gevaar konden leeren voortaan
ronde voortrollende te vervoeren. De kolonel, geheel met
Westersche begrippen besmet, begreep van die bedenkin
gen niets en de Regering gaf toe. 't Is nu geblekendat de
buffels met hun tijd meegaan terwijl de besparing aan hout
aanzienlijker is, maar bij de genie en de waterstaat houdt
men zich nog aan het oude en niet aan het voorbeeld der
artillerie.
Uit Padang wordt berigt, dat op de reede aldaar Zon
dag 20 Jan. 11. bijna een groot ongeluk plaats had. Eenige
oorlogsmatrozen zich bij het hoofd met zwemmen verma
kende waagde zich een hunner te ver en kon den wal niet
meer bereiken. De scheepsklerk Seelking van Z. Ms. schroef-
korvet Prinses Amalia hem ziende zinken springt zonder zich te
bedenken hem na, grijpt hem, doch tracht vruchteloos den
drenkeling te reddendaar deze zich met de kracht der wan
hoop aan hem vastklemde en hem in zijn bewegingen belem
merde. Reeds zinken beiden in de diepte en de moedige Seel
king zou het slagtoffer zijner mensehlievendheid geworden zijn,
had niet de eerste machinist, Melius, zijn gewone bedaard
heid behoudende, hem uit een ter hulp toeschietende sloep
een vanglijn toegeworpendie den heer Seelking aangreep en
zich met zijn last door dit redmiddel gelukkig boven water
bragt.
Heden Zaturdag werd in het gebouw van de Kweekschool
voor Zeevaart door de commissie van oppertoezigt en bestuur
de komm. der kanonneerboot J. Suk eervol ontslagen uit die
betrekkingwaarin hij eenigen tijd met lof werkzaam was en
nu tot andere diensten werd geroepenterwijl zijn opvolger
den opperschipper le kl. J. L. de Vries van het vaste corps dek- en
onderofficieren bij 's Lands Zeemagt werd geïnstalleerd. De
Voorzitter Ds. Rutgers van der Loeff nam in tegenwoordigheid
der kweekelingen afscheid van schipper Suk, betuigde de tevre
denheid der commissie voor zijn ijver en getrouwe pligtsvervulling
in de behartiging der belangen van de Kweekschoolen wenschte
dat hij in zijn nieuwe loopbaan zelf de vruchten zoude mogen
zien van zijn zorgen aan zoo vele jongelingen besteed. Hij
wenschte daarop den nieuwen opperschipper de Vriesvan wien
de commissie reeds veel goeds had vernomengeluk met zijn
nieuwen werkkring, wees hem op de belangrijke taak hem op
gedragen en beval de zaak zijn beleid aan.
Ook de schoolmeester J. S. van Noortdie met 1° April
op zijn verzoek eervol ontslagen isen in een andere werk
kring overgaat, werd door den Voorzitter hartelijk toegesproken; -
wien het aangenaam was, de tevredenheid der commissie te
kunnen betuigen voor het door hem gegeven onderwijsen de
leiding der knapenwaarvan zoo vele voorbeelden konden ge
tuigen.
Ten slotte nam de Voorzitter afscheid van de scheepsjongens,
die in het begin der volgende week de Kweekschool zullen
verlaten, om overtegaan op het wachtschip te Amsterdam hij
vermaande hen het goede hier geleerd te blijven onderhouden
en wekte hen op om zoo door ijverige pligtsbetrachting als goed
gedrag zich als moedige Nederl. matrozen te onderscheiden,
en daardoor der Leidsche Kweekschool tot eere te zijn.
De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Don
derdag namiddag te 5 uur 65°, te 8 uur 60°, te 10 uur 54°,
Vrijdag morgen te 6 uur 48°, te 8 uur 49°7 te 12 uur 56°,
's namiddags te 2 uur 48°, te 5 uur 48°, 's avonds te 8 uur
44°, te 10 uur 42°. Heden Zaturdag, 's morgens te 6 uur 37°,
te 8 uur 42°, te 12 uur 49°, 's middags te 2 uur 51° en 4 uur 54°.
Te Parijs loopt een adres ter teekening, dat reeds door
onderscheiden katholijke protestantsche en israëlitische gees
telijken is onderteekend en waarin wordt aangedrongen op een
onbepaalde verlenging van den termijn, tot bezetting der Syri
sche provinciën door de Fransche troepen.
Te Parijs waren deze week allerlei verontrustende geruchten
in omloop. Men sprak van botsing tusschen Piemont en Oos
tenrijk en van het afbreken der diplomatieke betrekkingen
tusschen Frankrijk en Engeland. De daling aan de Parijsclie
beurs schijnt veroorzaakt door het gerucht eener aanstaande
geldleening; noch het een, noch het ander had voldoenden
grond. Keizer Napoleon blijft zijn gewone koelbloedigheid be
houden en een schijnt vast vertrouwen op de toekomst te hebben.
Intusschen acht men toch een bepaalde crisis zoowel voor
Rome als aan de Mincio zeer nabij. De Oostenrijksche gezant
te Parijs heeft aan de Fransche regering medegedeeld, dat
Keizer Frans niet het minste offensieve plan heeft ten op-
zigte van Piemont. De generaal Goyon heeft op nieuw te Rome
contracten gesloten voor zes maanden tot levering der noodige
levensmiddelenaan de troepen der Fransche bezetting aldaar.
Een fransch blad verhaalt het volgende wonder, dat
bij Clermont plaats had. Een heer had op de jagt zijnde het
ongeluk zijn] eigen hond dood te schieten. Op eenigen afstand
stond de pastoor, en de woedende jager hem ziende, riep
eensklaps uit: //liever wenschte ik tien pastoors te hebben ge
troffen." Maar naauwelijks heeft hij die woorden geuit, of de
aarde opent zich en hij zinkt halverwege in den grond. Men
is thans bezig hem er uitttegraven, maar bij iedere schop
aarde, die men uitgraaft, groeit de- grond weer aan.
Uit Brussel berigt men, dat tegen de maand Mei aan
staande een talrijke deputatie van de vrijmetselaarsloges in
Nederland een bezoek zal brengen aan het Groot-Oosten te
Brussel.
Ter eere van Macaulay zal uit de opbrengst van open
bare inschrijvingen in Trinity-College te Cambridge, waar hij
gestudeerd heeft, een marmeren gedenkteeken worden op-
gerigt.
Betreffende den hongersnood in Britsch Indie zijn aller
treurigste berigten ontvangen. De ellende in en om Delhi
gaat alle beschrijving te boven. - Honderde personen houden
zich aan den openbaren weg bezig met het ziften van het stof,
om zoo mogelijk daaruit nog eenige weinige graankorrels te
halen, welke bij het vervoeren van graan] mogten gevallen
zijn. Overal ontmoet men half uitgehongerde menschendie
te naauwernood de kracht bezitten om te bedelen. Steden en
dorpen worden door de bewoners verlaten, die naar elders
trekken.
Volgens een berigt uit Japan hebben eenige engelsche
matrozen bij Jeddo op afgodsbeelden geschoten, waardoor een
oproer was ontstaan, ten gevolge waarvan de Fransche en
Engelsche gevolmagtigden het voorzigtig hadden geoordeeld de
stad te verlaten.