VOORWERPEN VAN KUNST EN SMAAK Algemeene Verloting Advertenliën. Ministerie van Binnenlandsclie Zaken. HERBESTËDIHG. Promotiën aan de Leidsche Hoogeschool. OFFICIEEL. HTIËIW9. Bevallen: A. M. van der Keur, geb. Kleijneuburgh, D. - Gehuwd: H. F. Z. Feitkamp, jm. en J. W. Meyer, jd. - J. G. Löffler, jm. en P. van Belle, jd. - J. P. H. Beijjm. en W. K. Duyvewaard, jd. - C. J. M. Meijers, jm. en J. M. van der Hart, jd. - H. P. Schretlen jm. en J. J. A. C, Jollie, jd. - W. Lubbe, Wedn. en C. E. Senechal, jd. - J. van der Reijden gediv. en A. Koreuhof, jd. ©verledenJ. CollaZ. 11 maanden. - E. van Ton gerenD. 2 j. 7 maanden. - B. A. W. Deelen Z. 11 weken.- Joha. Ma. Overdijlc, 19 j. - J. A. Sperna Weiland 26 j. - P. van der Wijngaard, Z. 10 j. 6 maanden. - W. Stuifzand 80 j. - L. C. Florijn, 59 j. - J. Schoufoer geb. Nooloos, 67 j. - J. van der Klein, D. bijna 1 j. -S. Deebijna 23 j.- Leiden, Januarij 1861. r-_ D' £}E?S?L ®PGE^BEEK Foorsitter' in de audiëntie aan den Evangelischen Opperkerkeraad het Consistorie der provincie Brandenburg en de gezamenlijke geestelijkheidvoegde de Koning van Pruissen de deputatie toe hoe hij zich aan de grondstelling van zijnen Vader en van zijnen broeder hielddat de Pruissische Staat een Chris telijke Staat is, en hoe hij hoopte dat de geestelijkheid hem daarbij verder zou ondersteunendan zou bet met het Vader land goed gaan en kon men met vertrouwen en moed afwach ten wat de toekomst baren zal. Bij de opening der wetgevende Kamers te Parijs was Keizerin Eugenie met de prinsessen Mathilde en Clotilde ook tegenwoordig. Men vond algemeendat het uiterlijke der Kei zerin van hare terugkeerende gezondheid getuigde. De Keizer sprak zijn rede met een zeer vaste en duidelijke stem uit. Naar men verneemt is bij den Franschen staatsraad een wetsontwerp aanhangig tot afschaffing van de schaalrechten op de granen. Uit Liverpool wordt den 1 dezer geschreven: 'Hedenmor gen werd het lijk van een voornaam Fransch priester in de Mersey gevonden. Behalve een goud horologie en een vrij aanzienlijke geldsomvond men een visitekaart bij hem met dit adres: //De abt Tinet, apostoliek zendeling, Rue de» ecu- ries d'Artoisen bij het onderzoek herkende de eerw. van de Pette, R. C. priester aldaar, den gestorvene als abt Tinet, den 3 Januarij uit Parijs herwaarts gekomen zendelingspries ter, die gereed stond den 5 dezer aan boord der mailstoom boot Asia, op welke hij een plaats der eerste klasse had afge huurd, naar Amerika te vertrekken, terwijl zijn bagaadje nog ten huize van deu getuige stond. Hij was des morgensna de mis gehoord te hebbenuitgegaan en niet teruggekomen en moet voor ongeveer 420 dollars in goud bij zich gehad hebben. De getuige verklaarde, dat de abt nu en dan wel wat zonderling was, maar echter niet krankzinnig scheen- te zijn. Zijn familie is te Parijs zeer geacht en hij zelf werd daar voor een der welsprekendste kanselredenaars gehouden. Met den eersten kapellaan des keizers was hij zeer bevriend. On langs had hij een krachtige rede tegen de staatkunde de» Kei zers uitgesprokenwaarna de Keizerlijke procureur hem ver wittigd had, dat hij de ontvangst der in de laatste zes jaren gelezen missen moest verantwoorden. Hiertoe uit hoofde van het lange tijdsverloop niet meer in staat, was hem door ge noemden ambtenaar medegedeeld, dat hij hem binnen vier en twintig uren zou laten arresterenwanneer bij in gebreke bleef. Op het ontvangen van deze bedreiging had de abt Pa rijs onverwijld verlatenen liet zich bij zijn aankomst te Li verpool zeer hevig over den Keizer uit, met wien hij druk brieven gewisseld en sommige daarvan nog bewaard had. Na de komst aldaar had de getuige verscheiden brieven van de familie des overledenen ontvangen. Aangezien de jury niet heeft kunnen uitmaken, hoe de abt in het water was geraakt heeft zij een niet beslissende uitspraak gedaan." 7 Januarij. - In de rechten de heer H. J. Kist, met een Academisch proefschriftgetiteldOver de verbindlenissen die uit onrechtmatige daad ontstaande heer D. J. Zublimet een Dissertatie, getiteld: de Lege Aelia Sentia en de heer M. d'Aumerie met Theses. Burgerlijke stand te Leiden van den 31en Jati. tot en met den 6en Februarij 1861. A. M. Onviee, geb. Mijjering, D. - A. C. van Dijk, geb, StevensD. - J. Egginkgeb. BinkZ. - N. van Borselen geb. van der WildenD. levenl. - J. Mooygeb. Nieuwstad Z. - A. J. Beukman, Z. - F. S. Zoet, geb. Smit, D. - M, M. Lamangeb. Hoogervorst, Z. - M. F. van Leeuwen geb. Proctor, - D. M. M. Huizing, geb. Rijke, D. - S. Keinhardt geb. PlaisierD. - S. van der Weijden geb. van HingstD. - Maria Versloot, D. - C. Streutker, geb. Steen, Z. - M. van Putten, geb. van der Spree, Z. - A, Schulte, Z. - A. Stik- kelorum, geb. de Wit, Z. - E. Beijer, geb. van Dokkum, Z. - C. S. Hakkenberg, geb. Groen, D. - J. H. Werter, geb. Kniest, D. - M. de Haas, geb. Nievaart, D. - M. de Boer, Z. - N. Cornelisse, geb. van Elswijk, D. levenl. - J. C. Plantfeber, geb. Planje, D. - L. A. Martijn geb. Mars man D. - W. Meijeraan geb. van Zaanerd Z. - J. M. van der Walle, geb. yan den Berg, Z. - C. J. Opgeenend, geb. Keereweer, B. M. van der Voorden, geb. Vermeij, 73 j. - C. Heymans, D. 4 j. 7 maanden. - P. de Haan, bijna 50 j. - W. H, Kraaneveld Z. 1 j. 6 maanden. - J. Sehreuder, bijna 35 j.- Joh1, de Haas, bijna 18 j. - W. T. Schroef, Z. bijna 4 we ken. - J. H. C. de Ridder, 41 j. - E. Rosdorffgeb. Adamse. 77. j. - J. Siljee, Z. bijna 9 maanden. - P. J. de Graaff, 33 j. De MINISTER van BINNENLAND- SCHE ZAKEN verwittigt de gegadigden, dat de besteding wegens het onderhouden van en het doen van eenige vernieuwingen aan de gebouwen van de Hoogeschool te Leidengedurende 1861, voor zooveel aan gaat de eerste en tweede percelen, op grond van de hooge aannemingsom niet is goed gekeurd, en dat eene Herbesteding van die beide percelen is vastgesteld op Vrijdag 8 Februarijdes namiddags ten één ure, in het Akademie-gebouw. De Herbesteding zal geschieden bij in schrijving en opbod, volgens art. II van het op 18 December 1860 goedgekeurd hpefplr S. .VAN. HEEMSTRA,., 's Gbavenhage, 30 Januarij 1861. VAN voor den Watersnood in Nederland. De Ondergeteekenden hebben de eer te berigtendat zij zich op uitnoodiging der Hoofd-Commissievoor genoemd doel te 's Hage gevestigd, tot eene Sub- Commissie hebben vereenigddat zij zich refererende aan de annoncen voorko mende in de onderscheidene dagbladen van hédenzich gaarne willen belasten met de ontvangst van prijzen, welke men voor Leiden en Omstreken tol, bovengemeld weldadig doeluiude zoude willen inzenden, en welke, ten einde dezelve tijdig aan de Hoofd-Commissie te kunnen doen geworden, voor den 25sten Maart 1861 zul len belmoren te worden ingezonden, terwijl zij zullen zorg dragen dat lijsten ter inteekening voor lotenbij alle ingezetenen dezer stad zullen worden ingezonden een ieder opwekkende tot welwillende medewerking om ook langs dezen weg in den bangen nood van zoo velen onzer landgenooten te helpen voorzien, P. L. TICHLER, Thesaurier M. G. TEN SANDE, Ds, J. E. INCKEL. Prof. J. E. GOUDSMIT. Vrij van Zegel, Ds, C, SEPP, ingevolge Koninklijk besluit van Mr. H. OBREEN. 19 j-anuarij 1861, N°. 47. D. J. COCKUïi, Secretaris»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1861 | | pagina 3