Binnenlandsch Nieuws. nu de lompen, of waar is de stof, waaruit liet papier gemaakt zal worden waarop een acte van mijn overlijden zal geschre ven zijn Weldra worden de boeken gesloten; - dat staat ook inden Bijbel. Zou het waar zijn, dat er een boek is des levens? Gelukkig hijdie niet enkel gelooft aan het geschreven woord, maar in zijn consciëntie overtuigd is, dat er een leven na dit leven is, en het weet; //ga ik naar mijn huis, ik. word ont vangen door mijn lieve huisgenooten - maar ga ik van hier, - ik vind daarbovendie mij zijn vooruitgegaanmijn vader of mijn moeder, mijn vrouw of mijn kinderen- misschien allen Wel te huis! Z. M. heeft aan den heer J. J. Rochussen bij een hoogst vleijende brief een met brillanten omzet Grootkruis der orde van den Nederl. Leeuw toegezonden, toen de aangeboden verheffing tot den adelstand niet door Z. E. werd verlangd. Z. M. heeft benoemd tot ontv. der dir. bel. en acc. te Bierum L. Radijs Ellens, thans te Ried. Zondag ten een ure zal er te 's Hage weder een sle devaart met arresleden plaats hebben, waaraan ook Z. K. H. den prins van Oranje zal deelnemenmen zal zich in het lange Voorhout vereenigen. Op het buitengoed Laugenhorst, aan den Leidschen straatweg zal Z. K. H. een déjeuner dina- toir worden aangeboden. De heer Cort Jordens heeft in de Zitting der Eerste Kamer van 11. Donderdag ook ernstig op bezuiniging aange drongen en wees er op, dat jaar op jaar de uitgaven voor de gewone staatsdienst vermeerderen. - De heer Andringa de Kempenaer beveelt op nieuw aan de tegemoetkoming in den financiëlen toestand van sommige gemeenten die den tegen- woordigen Minister van financiën als lid der tweede Kamer de question bruiante noemde. - De heer van Nispen van Pan- nerden verklaart zich voor het beginselom bijzondere wét ten voortedragen voor zakendie over meer dan een jaar loopen en dringt aan op de indiening van comptabiliteits wetten voor Nederland en voor Indië. - De Minister van Hall verdedigde zijn denkbeelden over den toestand van 's Rijks geldmiddelen en belooft de indiening der comptabiliteitswet ten terwijl hijwat de verhooging der Staatsuitgaven betreft opmerkt, dat de waarde van het geld zooveel minder is als vroeger. - De heer van Swindereu wil alleen doen uitkomen dat er noodzakelijkheid bestaat tot gemeen overleg tusschen Regering en Vertegenwoordigers, terwijl de heer van Rijcke- vorsel aanleiding neemt uit de rede van den Minister van Hall tot de opmerking, dat er op diens becijferingen niet te veel mag worden gerekendmaar die met voorzichtigheid moeten worden nagegaan. - De heer Huydecoper van Maarsse- veen verlangt, dat zoo spoedig mogelijk door de Regering Worde voorzien in de behoeften der gemeenten. - De Minis ter van Heemstra verdedigt het cijfer zijner begrooting en zal afzonderlijke wetten aanbieden voor het scheepvaartkanaal in Groningen en voor de sluis te Asperen. - De algemeene beraadslagingen gesloten zijnde, wordt na de aanneming der beide eerste hoofdstukken door den heer van Rijckevorsel er op gewezendat bij de onderhandelingen over handelstracta- ten de Regering ons liberaal tarief moet laten' geldenom te doen uitkomendat wij reeds onverpligt equivalenten ge geven hebben en dus des te meer aanspraak hebben op aan deel in de voordeelen aan andere natiën verleend. Spr. haalt voorts aan de onderhandelingen over de vermindering der Rijntollen, waarbij niemand van Nederland officieel is tegen woordig geweest. - De heer Franssen van der Putte bespreekt de aangelegenheden van Japan. - De Minister van Zuylen van Nyevelt beantwoordt die sprekers, die daarmede genoegen ne men waarop ook hoofds. III met algemeene stemmen wordt aangenomen. - Op hoofds. IV worden inlichtingen verlangd ten aanzien van den aanbouw van afzonderlijke nachtverblij ven in de gevangenissen- voorts betreffende het hypothe- cairstelsel en de wet op de tucht op de koopvaardijschepen, door de HH. van Andringa de Kempenaer en Franssen van der Putten. De Minister van Justitie voldoet daaraan- waarop ook die begrooting met algemeene stemmen wordt aangenomen. In de avondzitting van Vrijdag heeft de Eerste Kamer de hoofdstukken VIX A en B. aangenomen met algemeene stemmen, behalve die van Justitie, waartegen de heer van Nispen van Pannerden stemde. Nog is er heden een buitengewone Ministerraad gehou den. Men ziet spoedig nog vóór 1 Januarij a. s. de definitive of tijdelijke vervulling van de portefeuille van het departement van Koloniën te gemoet. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft aan de Commissarissen des Konings in de verschillende provinciën het voornemen der Regering medegedeeldom maatregelen te nemen tot het zooveel doenlijk beperken van den te zwaren arbeid van kinderen in fabrieken. In andere landen blijkt t dat zulk een arbeid een noodlottigen invloed uitoefentzoo wel op de ligchamelijke als op de zedelijke en verstandelijke ontwikkeling der kinderen, daar zij verhinderd worden om onderwijs te ontvangenruw en onzedelijk worden en dit we der op hun eigen kroost overplanten. De Minister verlangt mitsdien vóór 1°. Mei 1861 inlichtingen: hoeveel en welke fabrieken of werkplaatsen in elk gewest bestaan, waarin de arbeid geheel of gedeeltelijk wordt verrigt door kinderen en aankomende jongens en meisjes, wier gezamenlijk aantal voor elke fabriek dat van 10 overtreft; - hoeveel mannen en vrou wen boven de 18 jaren hoeveel jongens en meisjes van 14 tot 18 jaren en hoeveel beneden de 14 jaren daarin arbei den - hoeveel uren zij werken en wat het arbeidsloon bedraagt; op hoevele inrigtingen mannen en jongens afgescheiden van vrouwen en meisjes werken en bij hoeveel fabrieken gelegen heid bestaat, om de kinderen ter school te zenden en welk gebruik daarvan gemaakt wordt. Aan de Koninklijke Academie te Delft zijn thans inge schreven 254 studenten, als 29 voor O. I. ambtenaar le en 87 2e klasse, 44 voor burgerlijk ingenieur, 91 algemeene studie, 2 voor ijker en roeijer en 1 voor ingenieur der mijnen. Tot tweeden docent in de nieuwe talen aan de inrigting voor middelbaar onderwijs te Harlingen is benoemd de heer Drost van Sloten. Aan het Stedelijk Gymnasium te Groningen is benoemd tot conrector Dr. A. H. G. P. van den Espraeceptor te Leeuwarden en tot tweede praeceptor Dr. J. W. A. Rensen, thans derde praeceptor aan dat Gymnasium. Ds. J. Drost te Rhenen heeft het beroep naar de Herv. Gemeente te Goes aangenomen. Uitslag der verloting van Kunstwerkenaangekocht voor den tweeden jaargang der tweede serie van de Kunstkronijk gehouden in het openbaar te 's Gravenhagé in het Venduhuis der Notarissen op Zaturdag den 29 December 1860, ten overstaan van den Notaris C. J. van de Watering: N°. 881. Het standbeeld voor H. Tollens Cz. te Rotterdam bewerkt door P. A. de Leeuw, te 's Bosch - N°. 1323. Au rora, Jaarboekje voor 1861. - N°. 531, Het standbeeld voor H. Tollens Cz. - N°. 211. Aurora. - N°. 1279. Het stand beeld voor H. Tollens Cz. te Rotterdam. - N°. 1617. Aurora.- N°. 472. Aurora. - N°. 1186. Aurora. - N°. 235. Het stand beeld voor H. Tollens Cz. - N°. 1584. Aurora. - N°. 6, Schilderij van J. A. Rust, een visschers dorp. - N°. 1042. Zilveren Service de Ménage, bestaande in een Schenkblad, Koftijkan, Theepot, Suikerpot, Melkkan en Theebus, vervaar digd in de Koninklijke fabriek van Gouden en Zilveren wer ken van den heer J. M. van Kempen te Voorschoten. - N°. 1587. Het standbeeld voor H. Tollens Cz. - N°. 609. Au rora. - N°. 904. Teekening van A. Eversen. - N°. 1190. Een schilderij van S. van den Berg een ruïne. - N°. 969. Au rora. - N°. 1619. Het standbeeld voor H. Tollens Cz. - N°. 650. Aurora. - N°. 841. Teekening van J. A. Rust. - N°. 401. Schilderij van J. S. Smits, een stadsgezigt. - N°. 527. Aurora. - N°. 804. Het standbeeld voor H. Tollens Cz. - N°. 431. Aurora. - N°. 1224. Aurora. - N°. 1340. Een schil derij van J. F. van Deventer, een riviergezigt. -N°. 391. Au rora. - N°. 1089. Het standbeeld voor H. Tollens Cz. -N°. 1378. Een schilderij van Mevr. A. Haaneneen Bloemstuk.- N°. 361. Aurora. - N°. 785. Aurora. - N°. 558. Het stand beeld voor H'. Tollens Cz. - N°. 877. Aurora. - N°. 938. Tee kening van Kruseman van Elten. - N°. 278. Een schilderij van J. M. Schmidt Crans, //voor den kerker." - N°. 886. Aurora. - N°. 90. Het standbeeld van H. Tollens Cz. -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1860 | | pagina 2