Buitenlandsch iNieuws. voering van art. 60 der Grondwet en 3°. het antwoord van den Minister van Hall ten aanzien van zijn voorganger streng beoordeeld - De heer Duymaer van Twist bespreekt de volsla gen afhankelijkheid van de finantiën van het Moederland van die der Koloniën en van de laatsten in betrekking tot de Onbegrensde magt en bevoegdheid des Ministers, om daarover te beschikken - waaruit de noodzakelijkheid volgt van een comptabiliteitswet voor de koloniale geldmiddelen. - De heer van Eek stelt de vraag: of er grond is, om vertrouwen te stellen in het Ministerie? Hij herinnert aan een Ministerie vóór 1848, waartoe de heer van Hall behoorde, die vervolgde en bedreigde al wat besmet was met de zucht naar een grond wetsherziening. De heer van Hall behoorde tot een Ministerie, datuit de Aprilbeweging voortgesproten een liberaal Minis terie verving. De heer van Hall is gematigd liberaal, d. i. kleurloos, handelende naar omstandigheden. Het tegenwoordig Ministerie is zijn oorsprong niet verschuldigd aan den drang tot een wet op de spoorwegen. - De heer van Voorthuyzen ver klaart dat het hem leed doet, dat de Regering er voor uit komt, dat er niet gedacht kan worden aan eene verbetering van het belastingstelsel, hetgeen hij voor noodzakelijk houdt. Zijdie waarde toont te stellen in de verbeterde middelen van vervoer, mag vooral bereid worden geacht, om de tolliniën wegtenemen die onze provinciën scheiden en het verkeer be lemmeren. - De heer van Goltstein zal den heer van Hall niet beantwoorden omdat die minister zich op zulk een hoog standpunt heeft geplaatst, dat hij volkomen ongenaakbaar is, want de toestand van het land en van Europa scheen niet te gedoogen dat het politiek karakter van het ministerie werd nagegaan en bestreden. De spreker zal den heer van Hall niet storen in zijne behagelijken droom van zelfvergoding, maar behandelt de politieke kwestie en het financiële vraag stuk. - De heer van Nispen van Sevenaer was het alleen met de oppositie eens, in zoover bij aandrong op de spoedige voldoening van art. 60 der grondwet. - De Minister van Hall beantwoordt die sprekers en vindt het telkens terugko men op antecedenten niet aangenaam, maar toont desniette min daaruit aandat hij is een voorstander van het gema tigde liberalisme. Hij erkent de verpligting tot regeling van 's Rijks- en van de koloniale compitabiliteit. - De Minister Rocbnssen bespreekt korteüjk het verband tusschen de Indi sche geldmiddelen en die van het moederland. Wordt ver volgd). Z. M. den Koning der Belgen heeft een bijdrage van 1000 fr. verleend tot oprigting van een gedenkteeken voor Vondel te Amsterdam. Wij vernemen dat het bestuur der Afdeeling 1s Graven- hage van de Maatschappij //tot Bevordering der Toonkunst" gisteren heeft benoemd tot directeur der Zangvereeniging, in plaats van den heer J. H. Lubeck die als zoodanig zijn ont slag had genomenden heer W. F. G. Nicolaïleeraar aan de Kon. Muziekschool, en die, als onder-directeur, gedu rende verschillende jaren de oefeningen dier vereeniging had geleid. De procedure wegens ontrouw en falsiteit, bij de admi nistratie der fouragiën voor het wapen der marechaussee in de provincie Zeelandwaarvoor een kapitein en twee wacht meesters van welke een reeds gepensioneerd waseenige maanden te Middelburg voorloopig gearresteerd warenis he den afgeloopen naar men verneemt, is eerstgenoemde daar aan medepligtig verklaard en mitsdien vervallen van den mi litairen stand, terwijl de beide anderen respectievelijk tot een jaar en drie maanden detentie zijn veroordeeld. In de Gemeentesten komt een beschouwing voor over tolgeldendie wel rechtstreeks betrekking heeft tot een zaak die de provincie Utrecht heeft, maar waarbij toch Leiden geen gering belang heeft. In de laatste vergadering der pro vinciale Staten van Utrecht is beraadslaagd over de wijziging van het tarief der weg- en bruggelden op het zand- en jaag pad tusschen Ouderkerk en Breukelen, en wel van dien aard dat de tol voor de passagiers in de schuiten werd opgeheven. Uit de beschouwingen in de Gemeentestem blijktdat de Hooge Regering zwarigheid maakt, om zulke heffingen te bestendigen, terwijl daarbij wordt betoogddat zij onwettig zijnomdat de tol wordt geheven voor het gebruik van het jaagpad en niet voor dat van de vaart. De gemeenschap tusschen Leiden en Amsterdam staat daarmede in verband want zoowel het pak- schuitenveer als en veel meer nog de Stoombootdienst tusschen Leiden en Amsterdam wordt grootelijks bezwaard door de hef fing van een tol van ieder passagier, die met die boot of die pakschuit wordt vervoerd, omdat alleen voor jager en paard, die van het pad gebruik maakt, een tolgeld mag worden be rekend. 't Kan niet anders of de betaling van zulk een onver- pligt tolgeld moet de kosten van het vervoer bezwaren en uit dien hoofde op den toestand van beurtveer en stoombootdienst niet zonder invloed zijn. Bedankt voor het beroep naar Staphorst (Overijssel) door Ds. H. van Griethuysen pred. te Poortvliet. Het afbreken van de R. K. Kerk te Schoklandalsmede het overbrengen en opbouwen daarvan naar Ommenis voor 8000 aanbesteed. Door den Gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië zijn benoemd: tot waarnemend adsistent-resident van de af deeling Martapoera den majoor der infanterie C. F. Koch eu op zijn verzoek eervol ontslagen wegens ziekteonder toe kenning van wachtgeld, de le commies bij de directie der producten en civiele magazijnenJ. A. H. Buddingh. Het Bataviaasch Handelsblad behelst in zijn overzigt der gebeurtenissen op Java een berigtdat de Nederl. troepen bij een aanval op een vijandelijke bezetting te Bandjer- massing driemaal teruggeslagen zijn en geeft de namen op der gesneuvelde officierenterwijl een inlandsche compagnie geweigerd moet hebben op den vijand te vuren. De Regering tracht zooveel mogelijk die gebeurtenissen geheim te houden, zoodat zelfs de ingezetenen van Bandjermassing zijn uitge- noodigdom de mededeeling van berigten naar Java aan het bestuur overtelaten. In de vergadering der Spaansche Cortes is met kracht bestreden een regeringsvoorstel, tot verhooging der civiele lijst met twee millioen, ten behoeve der jonggeborene Infante. Een der sprekers zeide, dat het onlogisch en onconstitutioneel gedrag der regering oorzaak zou zijndat de belastingschul digen den Hemel vurig zouden biddendat de Koningin niet meer mogt komen in zulk een gezegenden toestand. De aanhangers van Garibaldi hebben plan hem in 30 kiescollegiën tot kandidaaat voor het Parlement te stellen, en ook Mazzini te Genua, die nuv te Napels, heel rustig woont. Uit Marseille zijn te Genua verscheidene Hongaarscbe officieren aangekomendie zich naar Napels begevenom on der de leiding van den Generaal Klapka een Hongaarsche brigade te vormendie bestaan zal uit een regiment infanterie en een regiment kavallerie met de Nationale uniform. Uit Genua is een stoomschip met sapeurs eu een met bommen en granaten naar Napels vertrokkenom de belege ring van Gaëta te bevorderen. De Fransche Regering heeft aan de Jezuiten, die uit Italië komen, verlof gegeven, om zich in Frankrijk te ves tigen. De liberale Parijsche dagbladen zijn met de door Keizer Napoleon in het regeringstelsel gebragte wijzigingenwaardoor meerder vrijheid aan de wetgevende kamers wordt verleend ingenomen. Op de Parijsche beurs liep het gerucht, dat de Chine zen de gevangenen uit de troepen der geallieerden hadden vermoord. Onderscheidene hoofden der Orleanistische partij zullen zich candidaat stellenindien er nieuwe verkiezingen plaats hebben voor het wetgevend ligchaam, De buitengewone treinen tusschen Parijs en Brussel leg gen den weg in 6} uur af, zoodat een inwoner van Brussel, die des morgens 5 uur met dien trein vertrektom half twaalf uur te Parijs aankomt, zijn zaken verrigt en ten 4 uur ver trekt, om naar Brussel terugtekeeren alwaar hij te half 12 uur terugkomt, na in dien tijd een weg van 140 uren te hebben afgelegd. De Kamer der Volksvertegenwoordigers in Luxemburg heeft met groote meerderheid het wetsontwerp op de recht- streeksche verkiezingen aangenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1860 | | pagina 2