DE WATERWERELD.
DU BARRY'S REVALENTA.
BEELDEN EN SCHETSEN VOOR JONG EN OUD.
De volmaakste gezondheid, kracht en
nieuwen levenslust hergeeft
DE REVALENTA ARABICA.
bene probfneming 31 et
zal de goede werking daarvan bij
alle maag-, borst- en onderbuiks
kwalen spoedig doen zien.
Hoofdpijn, Slijm,
f Zuur, Maagpijn,
Galziekten, Aamborstigheid, Hoest,
Verstoppingen, Diarrhaeaslechte
Spijsvertering, Oprispingen, Spanning
op de Maag en eene menigte andere
ziekten geneest DU BARRYS REVA
LENTA spoedig en met weinig kosten.
Als voeding voor kleine kin
deren is zij ook bijzonder aan te be
velen en verdient de voorkeur boven
de voeding met melk. Zij verteert
ligtverzuurt niet, geeft veel voed
sel en gezonde sappen. Alle moeders
raden wij aan het REVALENTA-
BOEKJE tc lezen dat ze om niet
in hetVERHOOPIIIJl§ krij
gen kunnen.
Er zijn vele nagemaakte soorten.
Echt is de REVALENTA van de
Heeren BARRY DU BAltRY O.,
alleen te verkrijgen in het VER
KOOPHUIS of zijne Depóts in
Bussen van 87£ cent, 2, 3.50,
8, 16.
Men lette er op dat iedere Bus
tot waarborg der echtheid met de
handteekening F. VON WINDHEIM
EN C°., VERKOOPHUIS,
voorzien is.
VERKOOPHUIS DONKERSTEEG.
Bij A. W. SYTHOFF Ie Leiden, is verschenen:
naar iiet hoogduitsch van
S T A H L.
Prijs per aflevering 35 Cents.
De vermaarde L. TIECK zegt ergens: „Van alle voorwerpen der natuur is het water in mijn oog het ver
wonderlijkste." Ieder zal met die woorden instemmen, wanneer hij aan de hand van den schrijver de groote
beteekenis heeft leeren kennen, die aan het water in de huishouding der natuur is aangewezen. De inhoud
van dit geschrift bewijst zulks: INLEIDING, de mensch en het element. Hamburg. Parelvisscherij.
Barnstecnvisscherij. Venetië. Amsterdam. Droogmaking van het Haarlemmermeer. I. STROO
MEN EN RIVIEREN, a. bronnen en stortbeken. Het ontstaan der bronnen. De bronnen van den
Rijn, den Donau en de Elbe. Stortbeken in den winter. Aanvoer- en tijdelijke bronnen. De Geyser en
Stockr. Minerale bronnen. b. watervallen. De waterval van den Rijn bij Schatïhausen Van de
Staubbach in het dal Lauterbrunnen. Van de Zackenfall in het Reuzengebergte, Van de Krimmlerache.
Van Gollingen. Van den Styx. Van Ncsso. Van de Niagara. Katskill. Kalifornië. De val
van de Tequendama. Orinoko. Itamariti. Parana. Schirawati. Nijl. Kambagaga. De wa
tervallen van Zweden. en Trollhatta. c. het verdwijnen van rivieren. Het verdwijnen van de
Neka. Perte dn Rhone. d. de hoofdstkoomen en hükne beteekenis voor het verkeer. De
Mississipi. De Laurensrivier. De Orinoko. De Amazonenrivier. De La Plata. De rivieren van
Noord-Azië. De Ganges. De Nijl. De Rijn. De Donau. De Elbe. De Theems. II. ME
REN, POELEN EN MOERASSEN. a. meren. De meren der Alpen en bergen. Het Gemiindenmeer.
De meren van opper-Oostenrijk. Het Mummelmeer. De Beijersche bergmeren. De bergmeren der
Karpathen. De Bodenzee. Het Vierwaldstadter meer. De overige Zwitsersche meren. Het Lago
maggiore. Het meer Como. Het Lago di Garda. De meren van Scandinavië. Het meer Koliwan.
Het meer Baikal. Het meer Gennesareth. De Doode zee. Een zoutmeer in Zuid-Afrika.HetGeorges-
meer. Het Cirknitser meer. Het meer der Kleinhausler grot. Het pekmeer van Trinidad. b. poe
len en moerassen. De poel van Spreewald.De Motsar van Hongarije. De Mareramen van Toskane.
De Pontijnsche moerassen. Een moerastafereel uit het Peruaansi;be natuurwoud. III. DE ZEE EN
HARE WONDEREN. 1. de zee in het algemeen. Groote en diepte der zee. De oceaan. Zout
gehalte der zee. Kleur van het zeewater. Het lichtgeven der zee Doorschijnendheid. Tempera
tuur. 2. het zeestrand. De branding. Natuurlijke brug van Kilkee. ltügen in Helgoland.
De Duitsche zeekusten. De duinen. De Zuiderzee en Dollart Overstrooming van Neuwerk. Het
achteruitwijken der zee. 3. voorgebergten. De Noordkaap. Kaap Hoorn. Kaap de Goede Hoop.
Arkona. St. Vincent. Gibraltar. 4. zkeëngten inhammen en straten. De Sond. Het Ka
naal. De Straat van Gibraltar. De Golf van Napels. De Straat der Dardanelles De Straat van
Konstantinopel. 5. de bewegingen der zee. Oorzaak der strooraen. De evenaarsstroom. De
golfstroom. Ebbe en vloed. De Pororóca. De mond der Seine. Zee-draaikolken. De maal
stroom. Do beweging der golven. De branding. 6. de wonderen der poolzeecn. Winterland
schap der Noordzee. Aan de Oostzee. De Noordpoolzee. De dag- en jaargetijden aan de pool.
Drijfijs en ijsvelden. Ijsbergen. Het noorderlicht. De Zuidpoolzee. De magnetische pool. 7. de
bodem der zee. De plantenwereld der zee. De Sargassnm-zee. De plantengroei in de zee bij het
eiland Sitka. Op de kust van Helgoland. De dierenwereld der zee. Eene oesterbank. In de Indi
sche zee. De koralen. Koraalriffen en koraaleilanden. 8. de onzigtbare waterwereld. Het le
ven in vijvers en moerassen. Het dierenleven in waterdroppels. De Diatomeën. De Desmideën.
De Infusoriën. Het lichten der zee. Kleurverandering der zee. De Bloedbron. Voortplanting en
ontwMvg^mg der Infusoriën. BESLUIT, belangrijkheid van uet water in de huishouding der na-
TijjrfY. ^HJeStoUjddeelen van het water. De invloed van het water op de vorming en gedaante van de op
pervlakte- der;,öaXde. De belangrijkheid van het water voor het leven van planten en dieren. De wa-
^terach,tige lucbfver^phijnselen. De invloed van het water op het klimaat en daardoor op het ligchaams-
ziqlfcleven y&n/den V>enscb.
Te Leidenbij A. W. SYTHOFF.
^Cïk