eene ruime schaal, noodig is, bijaldien delasten slechts met kennis en oordeel zóó worden opge legd, dat zij gelijkmatig drukken. De bijzondere scholen, die in den laatsten tijd door armbe sturen en vereenigingen zijn gesticht, strekken ten bewijzedat er middelen bestonden en voor handen waren, om ze te stichten en te onder houden. De schoolgelden, die betaald worden, voorzien in het onderhoud der bijzondere school houders en zoodra door deugdelijk onderwijs en een voldoend en geschikt personeel aan alle ei- schen zal zijn tegemoet gekomen, zal de openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs uit eigen inkomsten kunnen bestaan. Alvorens we nu dat alles met cijfers staven, is het noodig, nog iets te zeggen over de in- rigting der scholen, waarop geen schoolgeld wordt geheven van de ouders der leerlingendie daar van gebruik maken. In de eerste plaats komt ons de strenge afscheiding der jongens en meisjes van 6 tot 12 jaren zoo belangrijk en heilzaam voor, dat eene afzonderlijke school voor meisjes onder de drie inrigtingen van kosteloos onder wijs bijzonder aanbevelenswaardig toeschijnt. Ver volgens beweren wij de noodzakelijkheid, dat de uren van onderwijs voor die scholen in het belang van den werktijd der ouders zoodanig geregeld wordt, dat eene betamelijke orde inde huisgezinnen kan heerschen. Vooral willen we in eene fabriekstad den tijd van het onderwijs ook in verband gebragt zien met het werken in de fabrieken zóó dat aan de kinderendie eeni- gen arbeid verrigtende gelegenheid wordt ge geven om de school te bezoeken. Misschien zou het mogelijk zijn één schooltijd bepaaldelijk daarvóór te bestemmendat aan kinderen tus schen 10 en 14 jaren, die in fabrieken arbeiden, gelegenheid werd gegeven, om dagelijks 3 uren onderwijs te genietenmet overleg der fabrie kanten en welligt tegen eene tegemoetkoming in de kosten van het onderwijs, die uit hun loon werd gevonden. Dit denkbeeld rust op het begrip van het naauw verband, dat er bestaan moet tusschen fabriek en school, zooals dit door onzen geachten stadgenoot Mr. Samuël le Poole in het Tijdschrift de Economist is ontwikkeld. Wij achten wat in Engeland wordt gedaan, ook voor den toestand in Leiden even noodig, nut tig en uitvoerlijk. Waar eene talrijke bevolking in fabrieken werkt en van die nijverheid leeft mag de openbare lagere school wel het karak ter eener fabriekschool dragen en daar is het vooral noodig, dat verstandelijke en zedelijke ontwikkeling bij handenarbeid niet uit het oog verloren wordt, opdat de industriëlen over bruik bare niet alleen maar ook en voornamelijk over verstandige en zedelijke werklieden kunnen be schikken, die eene hoogere taak dan die van stomme en onnadenkende werktuigen te vervul len hebben. Bij de regeling van het openbaar lager onderwijs binnen Leiden mogen de inlich tingen opmerkingen en wenken van den heer le Poole niet met onverschilligheid worden be jegend maar met ernst ter harte genomen. Als we nu een staat der kosten van het lager on-i derwijs naar ons plan geregeld hebben medegedetli en daarbij de middelen aangewezendie tot U- gemoetkoming kunnen strekken is onze taii geëindigd. Zulk een plan te gieten in den vorm va eene plaatselijke verordening kost slechts weit) tijd. 't Is niet mogelijk geweest onze denkb:- den beknopter zaam te vatten. De belangstelt in het onderwijs is zoo schaarschdat men z-1 in kringenwaar men prijs stelt op beschavkl of goede manieren, over zulke gewigtige bebj gen geen woord kan wisselen. Men verwondt! zich waarlijk niet over de groote mate van cl pervlakkigheid in kennis en van beginselloosheid die men aantreft. En naast die onverschillighei zetelt zich eene ziekelijke godsdienstigheid, Al in uiterlijke vormen hare grootste beteekec. heeft, maar een onbeduidenden invloed uitoefen op het wezen der deugd, in het dagelijksche level zich openbarende. De wetgever heeft één doel en beginsel vo: het lager onderwijs voorgehouden aan allenA met de taak der regeling en van het toezig zoowel als van het onderwijs zelve zijn belas: opleiding tot alle christelijke en maatschappt lijke deugden." De achtenswaardige man, A nu onlangs door den Koning met dat schoolta zigt werd belast, is een man van beginsel: vrij van den invloed der overlevering en oah kend met personendie een helder hoofd en a vasten wil zoowel als een warmen ijver be Hij zal toeziendat gepaste en nuttige kundigt den voor iedereen verkrijgbaar zijn en dienstbi gemaakt worden aan de bereiking van het vert ven doelom volksgeluk in den waren zin woords te bevorderen en te verspreiden. BINNENLANDSCH NIEUWS. Z. M. beeft den officier van gezondh» 2e kl. F. J. Broers op zijn verzoek eervol de zeedienst ontslagenen benoemd tot 1 der prov. commissie van geneeskundig onderzo en toevoorzigtin het hertogdom Limburg I P. F. Houben te Thornen een pensioen n 1360 verleend aan den heer F. L. l'Honc gewezen Chef ter provinciale griffie van Zuk Holland. Ingevolge Art. 100 der Kieswet zal i Dingsdag den 12e" Junij aanstaande de gen: verkiezing plaats hebben voor leden der Tif» Kamer van de Staten-Generaal, uitmakende: helft der Kamer, die dit jaar moet aftrede; doch weder verkiesbaar is. In het kiesdistii Leiden is aan de beurt der aftreding Jhr. K. J. Schimmelpenninklid van den Gemeen! raad van Amsterdam. Onze geachte stadgenc Mr. N. Olivier moet voor het kiesdistrict Kt terdam aftreden. Men schrijft uit 's Gravenhage, dat na

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1860 | | pagina 2