besproken van leven isbezit liet hoofdvcrcischte, bij het reglement bepaald. Het reglement is door de Gemeente goedgekeurd en voor de Gemeente-Commissie en voor den Kerkeraad gelijkelijk verbindend. Het Koninklijk besluit van den 8sten Julij 1820 beeft bepaald, dat de toen bestaande wijze en inrigting van bet bebeer der kerkelijke fond sen en inkomsten te Leiden in der zeiver geheel blijft bestaan. De geheele inhoud van dat be sluit rust op de erkenning van een recht der Gemeentedat niet door den Kerkeraad kan worden bemeesterd en uitgeoefend. De vaststelling van eene instructie voor de Gemeente-Commissie is in lijnrechten strijd met de wettelijke kracht bezittende verordeningen, ook met die de Nederlandsche HervormdeKerk betreft. Behalve immers dat de Synode aan zich de be voegdheid had voorbehoudenom de reglementen op het beheer der kerkelijke goederen vast te stellen heeft de Koning bij besluit van 23 Maart 1852 een nieuw Algemeen Reglement voor de Hervormde Kerk bekrachtigd onder deze uit drukkelijke reserve: a dat bij name het vaststel len van bepalingen omtrent de administratie der bijzondere kerk-, pastorij-, kosterij- en andere gemeentefondsen en goederen niet kan geacht worden daardoor als eene bevoegdheid der Synode te zijn erkend." Is dus de Synode nog niet ge rechtigd om het beheer der kerkelijke goederen te reglementerenveel min is een Kerkeraad bevoegd, eene instructie daarop vasttestellen en daaraan een door de Gemeente georganiseerd collegie te onderwerpen. Slechts één weg blijft er opendie tot een goed einde leidt en een radicaal middel aan de hand geeftom het geschil ook voor de toekomst geheel op te lossen. Wij willen ten slotteof het helpen mogt, daartoe onze meening ontwikkelen. BINNENLANDSCH NIEUWS. Z. M. de Koning wordt eerst aanstaanden Dingsdag in de residentie terug verwacht. De ingediende wetsontwerpen ter afschaf fing der slavernij in West-Indië betreffen, 1°. de afschaffing der slavernij in de Kolonie Suri name, 2°. die op de eilanden CuruqaoBonaire enz. 3". de tegemoetkoming aan de gewezen eigenaren van slaven op St. Martin. De afschaffing staat in verband met eene vergoeding aan de meesters van f 453 per hoofd tot 50.naar den verschillenden plantagie-arbeid dien zij verrigten. De vergoedingen worden ge raamd voor Surinamie op 18.845.250, voor ■Curasao op 2.049.200 en voor St. Martin op 250.000, te zomen 16.144.450. <^®D5^*riigemaakten zullen onder een eigen en-" bijzoutlei toezigt van staatswege worden ge duld, 't !Well\de strekking heeft, om hen te be- Q Jchermep en |p te leiden tot het maatschappe lijk erf jamiliJeveu. Gisteren heeft aan het locaal van het Pro. vinciaal Bestuur van Zuid-Holland de herbeste ding bij enkele inschrijving plaats gehad van de herbouwing van het postkantoor te 's Gravenhage waarvan de le termijn op den len November 1860 en de 2e termijn op den IS0" Maart 1861 zal opgeleverd moeten worden. Daarvoor waren vijf inschrijvingsbiljetten ingekomen, waarvan dat van den heer A. Oudijk, te Gouda, hef minste was voor de som van 18,260. He daarop volgende was van de heeren P. Smit el Zonen aldaar voor f 1S,58S die bij de eerst inschrijving het werk voor de som van 18,701 hadden afgemijnd. De afdeelingen van de- Tweede Kamer dei Staten-Generaal hebben zich heden bezig ge houden met het onderzoek van het wets-ontwerp nopens de afschaffing der Slavernij in West-Indië. Reeds in twee afdeelingen is dit onderzoek ten einde gebragt. Naar wij vernemen heeft de Regering reeds; geantwoord op het voorloopig verslag van de Tweede Kamer der Staten-Generaal omtrent hel ontwerp nopens de amortisatie en daarbij inge trokken dat gedeelte van het ontwerp, dat be- betrekking heeft tot eene tijdelijke uitgifte vanl de in de schatkist aanwezige gelden. Volgens de openbaar gemaakte opgave dei bevolking, in de gestichten der Maatschappij var| Weldadigheid op 31 December 1859 aanwezig, bedroeg het cijfer van hen, die tot de wettelijke bevolking van Zuid-Holland behooren, 1071: waarvan alleen 277 uit Leiden, uit Rotterdam 274, uit 's Gravenhage 242. In de Landbouw Courant komt een be langrijk stuk voor betreffende de kwade practij- ken, die gepleegd worden tot vervalsching der hollandsche en ook der Leidsche boter, die de Londensche marktberigten zeer ten achteren blijkt gesteld te worden aan Overijsselsche en Friesche boter. Dr. van Maanen te Barneveldjj zegt daarvan o. a.«Daar, waar de boterhandej aan reglementaire bepalingen onderworpen is bevroedt men het belang van dat voortbrengsel maar wanneer de handel die bepalingen verlamt dan is er van den handel, als ligchaam zoo elas- tiek in beteekenis, weinig verandering ten goedi te verwachten. Anders is het met de regering gelegen; door deze kunnen alle afdoende maatre gelen genomen worden, om die verderfelijke en on houdbare praktijk te fnuiken. Even als plaatselijke verordeningen keuren daarstelleu op het verval- schen van levensmiddelen, gepaard met strafbe palingen, welke echter door de grove winster verlamd wordenhoeveel te meer is dan de re gering gerechtigd en verpligt om de deugdzaam lieid der boter te waarborgen." BUITENLANDSCH NIEUWS. Uit Egypte verneemt men, dat Said-pachi eenige Christenen tot officieren benoemd heeft

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1860 | | pagina 4