der zulk een planscbermt men in der, blinde
ten aanzien der geldelijke bezwaren. Men mag
niet vergetendat vóór de regeling in werking
kan tredenen dat is uiterlijk met 1 Ja
nuary 1861,het collegie van dagelijksch be
stuur en de Gemeenteraad, de Schoolcommissie
en de Schoolopziener, Gedeputeerde Staten en
de Minister van Binnenlandsche Zaken tijd
van overweging en beslissing behoeven.
Wat vooral dringt, is de onvermijdelijke nood
zakelijkheiddat de aanstaande plaatselijke be
grooting de blijken van eene nieuwe regeling
drage, overeenstemmende met de voorschriften
der wet en die begrooting moet zoo tijdig zijn
ontworpen en vóór 1 November vastgesteld,
dat niet tot het uiterste van den gestelden ter
mijn kan worden gewacht. Wordt die regeling
in de begrooting gemist, men zou gevaar loo-
pen dat Gedeputeerde Staten daarvan de onaan
gename gevolgen deden ondervinden.
In dien stand van zaken is het geene ondank
bare taakdie wij op ons nemeen om de al-
gemeene aandacht en belangstelling betreffende
die gewigtige aangelegenheid op een bepaald
plan te vestigenhoe onvolledig het soms ook
velen moge voorkomen, 't Is niet onmogelijk,
dat wij den bal deerlijk misslaan en beginselen
trachten ingang te doen vindendie niet in den
heerschenden smaak vallen. Men waardere slechts
den goeden wil, om eeuige steenen bij te dragen
tot een gebouw dat om zijn aard en bestemming
niet kan nalaten, veler ernstige belangstelling te
trekken. Wij voldoen daarmede aan veler aan
drang, die het begin willen 'zien van een werk,
waarmede zoovele belangen verbonden zijn. De
openbare zaak mag en moet in het openbaar
besproken worden en die in dit opzigt de hand
aan den ploeg slaat, mag niet omzien naar het
geen achter hem ligtdan om te blijven in het
rechte spoor.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
Z. M. heeft benoemd: tot ridder der orde
van den Nederl. Leeuw M. G. 1'. Tétar van
ElvenDirecteur voor de bouwkunde aan de
Koninklijke academie van beeldende kunsten te
Amsterdam; tot majoor bij het 38 reg. Inf. den
kap. P. G. J. van der Schrieck en tot kap. bij
he t 7° reg. den le" luit. W. G. P. Troester, bei
den van het reg. grenadiers en jagers; tot ontv.
der registatie en domeinen te Zevenaar C.
Bergsma; te Ommen Mr. H. P. deGravere; te
HeerlenW. J. Berdenis van Berlekom en te
Horst C. ter Kuile. Op nonactiviteit gesteld den
majoor H. G. Granpró Molière van het 3° reg.
inf., en eervol ontslagen P. Wilhelmals Direc
teur van het Postkantoor te Waalwijk.
Bij gelegenheid van het bezoek van H. M.
Dingsdag 11. in het feestvierende Weeshuis te
inuering verbindt. Die beker werd den regentt
door Willem III, waarschijnlijk bij gelcgenhei
zijner belijdenis, ter gedachtenis geschonkei
Vermoedelijk is het de WelEerw. van Volle»
hoven, als vaderlandsch letterkundige mede bi
roemd, die een vierregelig gedichtjeterherinnerin
vervaardigde. In den revolutionnairen tijd wer
deze beker verkocht; doch een later bestuu
kwam hem op het spoor, en koeht hem wede
in voor een bedrag van 38, waarvoor elk dia
ken zijn aandeel stortte.
Nog is toen door een der weesmeisjes uitge
voerd een psalmtoon der Weezeu voor middel
stemmet begeleiding van piano-forte gecom
poneerd en uitgegeven ten voordeele der weeze
in gemeld gesticht, door den heer L. J. Lefè
bre. De zang der weezen maakte een diepen in
druk en werd door H. M. blijkbaar met het in
nigste meegevoel aangehoordmelodie en woot
den van dien zang waren treffend. De gezange
der weezen gisteren bij de plegtigheid in de ker
hebben bijzonder voldaan en de goede uitvoe
ring daarvan wettigde allezins de hulde, die aa
den hoofdonderwijzer in het huis, den hee
Keuskamp, werd gebragt wegens de zorgen, di
hij voor de zangoefening had aangewend. He
orgel werd daarbij op uitmuntende wijze be
speeld door den organist der Willemskerkde
heer Koning.
De Tentoonstelling van plantendoor
K. N. Maatschappij tot aanmoediging van de
tuinbouw dezer dagen te Rotterdam gehouden, ma
in allen deele uitmuntend worden genoemd. -
De zeer beduidende uitloving van prijzen b;
eene inzending ten gevolge, welke, vooral w
de voornaamste artikels betreft, voordeelig ui
kwam bij hetgeen vroeger daarvan werd gezien. -
Zoowel de verschillende partijen van bloeijend
en niet blocijende kastplanten als die planten
geslachten welke tegenwoordig aan de orde va
den dag zijn, zooals: Rhododendrons Camellia
Rozen Azalea's enz., werden op de meest waa:
dige wijze vertegenwoordigd. Van de zc
zeldzame als fraaije en afwijkende vormen d
orchideën zag men verscheidene bevallige sooi
ten; onder de nieuwe planten wekten eenige t
algemeene bewondering; de Palmen in genoe<
zaam aantal ingezonden werkten door den zi
eigenaardig tropischen vorm der bladen op.eei
aangename wijze mede om de tallooze bloemi
te beter te doen uitkomen. Wat bolgewassi
betreft, hierin handhaafden de Haarlemse!
bloemisten hunnen gevestigden Europesohf
roem.
In 't algemeen onverschillig uit welk oogpui
men deze tentoonstelling beschouwde, kon me
niet in gebreke blijven de opmerking te maket
dat zij het bewijs leverde, dat de Nederlandse!
horticultuur, eenmaal zoo beroemd, later wel w
kwijnende, weder het hoofd heeft opgebeurt
en dat de tegenwoordig ten toon gestelde pla:
ten wel doen blijkendat men in de bloei